Auteur |
Bericht |
Rose
Volleerd Tovenaar


Verdiend:
93 Sikkels
|
Geplaatst:
Di Mrt 21, 2006 17:39 |
 |
Tot in de dood
Ik keek op de klok. Vijf over 11. Hoelang was het nu al geleden dat hij was weggegaan? Ik dacht na. Hij was om 3 uur vanmiddag weggegaan. Naar het Schouwershoofdkwartier. 3 uur vanmiddag... Dat betekende dus dat hij al 8 uur weg was. Terwijl hij normaal altijd om 7 uur weer thuis was. Ik kreeg het nare gevoel dat hij nooit op het Schouwershoofdkwartier aan was gekomen.
Had hij misschien een ander, achter mijn rug om? Zou hij met haar weggaan, voorgoed? Maar gelijk verwierp ik die gedachte weer. Zo was hij niet. Dat wist ik zeker. Er was iets, ik kon het voelen. De hele dag al had ik een naar voorgevoel gehad. Ik had hem nooit moeten laten gaan. Ik had hem thuis moeten houden, een smoes verzinnen, of hem desnoods met een bindspreuk thuis laten blijven. Het was gewoon allemaal mijn schuld...
‘Kom op, Angela, hier schiet je ook niks mee op.’ Zei ik streng tegen mezelf, terwijl ik door de keuken ijsbeerde. ‘Ik moet iets doen. Iets. Al is het maar het verven van de koelkast. Iets! Ik word gek!’ riep ik door de lege ruimte heen. Toen realiseerde ik me dat ik tegen mezelf stond te praten. Het eerste teken van iemand die gek wordt. ‘Nee. Ik ben niet gek.’ Zei ik weer hardop.
Toen nam ik een besluit. Ik zou naar hem toe gaan. Er was iets, ik wist het zeker. Iets wat niet goed zat. En ik kon hem niet aan zijn lot overlaten. Ik concentreerde me heel sterk op het beeld van mijn vriend en Verdwijnselde.
Ik had eigenlijk maar half verwacht dat ik voor het Schouwershoofdkwartier uit zou komen. Ik wist gewoon al dat er iets was. En er was ook inderdaad iets. Ik Verschijnselde weer in een piepklein, donker kamertje. Ik keek rond. Er stond alleen één stoel in de kamer. Ook was er een piepklein raampje. Ik keek door het raampje heen en zag bomen staan. Ik kon me niet herinneren dat er ergens in mijn woonomgeving een bos was. Dit was dus ergens ver weg...
Ik schrok op uit mijn gedachten door voetstappen. Ik hoorde twee paar voetstappen, en nog een raar geluid. Het leek bijna alsof iemand meegesleurd werd. En gelijk toen ik dat dacht, besefte ik dat het ook waar was. Ik hoorde iemand tegenstribbelen, kreunen. Toen hoorde ik iemand mompelen en gelijk werd het stil. Nu waren weer alleen de voetstappen te horen, en het geluid van iemand die meegesleept word. Het geluid kwam steeds dichterbij...
gedoe, ze komen toch niet hierheen? Dacht ik, en ik voelde paniek opkomen. De voetstappen kwamen steeds dichterbij, en stopten toen... net iets naast de deur van het kamertje. Ik probeerde uit alle macht om niet te gaan schreeuwen. Ik werd doodsbang, het zweet brak me uit. Toen, tot mijn opluchting, hoorde ik een deur opengaan. Het was de deur van de kamer naast mij. De twee figuren sleepten de derde figuur naar binnen. Ik hoorde een doffe klap. Ze hadden hem op de grond gegooid. De deur werd weer dichtgedaan en langzaam nam mijn angst weer af. Ik kon bijna letterlijk alles horen wat er in de kamer naast mij werd gezegd. Ik ging op de grond zitten, mijn rechteroor tegen de dunne muur aangedrukt. Ik hoorde een man weer wat mompelen, en toen weer gekreun.
‘Thomas, hè?’ hoorde ik dezelfde mannenstem vragen. Mijn hart sloeg over. Ik hield mijn adem in. De man zei verder niks meer. Maar ik wist al genoeg. Mijn gevoel was juist geweest. Thomas was gevangen genomen. Hij was inderdaad nooit op het schouwershoofdkwartier gekomen. Hoe kon ik hem helpen? Wat kon ik doen? Maar verder dan dat kwam ik niet. De man begon weer te spreken, en ik probeerde ieder woord te volgen.
‘We hebben een opdrachtje voor je.’ Zei de tweede man nu. Ik hoorde Thomas kreunen.
‘En die kun je maar beter aannemen.’ Zei de eerste man weer, op dreigende toon.
‘En waarom dan wel?’ vroeg Thomas. Hij klonk kil, maar ik kende hem al langer dan vandaag. Er klonk pijn in zijn stem. Angst schemerde erin door. Maar voor de twee mannen leek Thomas onverschillig.
‘Anders...’ zei de tweede man weer, en ik wist dat hij een gebaar maakte met zijn vinger langs zijn keel. Anders zou Thomas vermoord worden. Paniek kwam weer op in mijn hoofd, maar ik onderdrukte het. Ik wilde dit gesprek koste wat het kost volgen.
‘Goed. Wat is de opdracht?’ hoorde ik Thomas vragen. De mannen liepen een beetje rond, aan hun voetstappen te horen. Thomas zat, of lag, nog steeds op dezelfde plek.
‘Je moet wat voor ons doen. Je moet zorgen dat we voor morgen middernacht van iemand af zijn.’
Ik wist gewoon hoe Thomas’ gezicht op dit moment eruit zag. Ik kende hem al lang. Hij zou zijn gezicht neutraal proberen te houden, maar angst zou erop doorschemeren. Iemand vermoorden was ook niet niks.
‘Wie?’ vroeg Thomas, en ik hoorde dat hij moeite had om zijn stem normaal te houden.
‘Het is een vrouw die bijzondere krachten bezit. Vooral de liefde maakt haar sterk. Ze heeft lange, ravenzwarte haren, en opvallende blauwgrijze ogen, die tegelijk haat en liefde kunnen uitstralen. Weet je over wie ik het heb?’ vroeg een van de mannen geamuseerd. Ik lette niet meer op wie wat zei. Ik lette alleen nog op de stem van Thomas.
‘A-angela.’ Zei Thomas, en zijn stem brak. Toen drong het pas tot me door. Degene die hij moest vermoorden, was ik. Ze wilden mij. Ze wilden Thomas helemaal nooit. Ze hadden hem alleen nodig om bij me in de buurt te komen. Ik hád speciale krachten. Mensen van wie hun ziel met haat was doordrenkt konden niet bij mij in de buurt komen. Dooddoeners, dus. Het maakte me bijna onkwetsbaar. Maar, natuurlijk, hadden de Dooddoeners meer plannen dan dat. Ze zouden Thomas gebruiken, hem anders vermoorden. Hoe konden ze het hem dat aandoen... en hoe konden ze het mij aandoen...
Wat moest ik doen? Naar binnen lopen? Ze zouden me niet kunnen vermoorden, maar Thomas wel. Zodra ik binnen zou stappen, zouden ze hem vermoorden, of in ieder geval ‘onder schot’ houden. Dat plan zou niet werken. Ze waren oplettend genoeg...
Ik probeerde koortsachtig een plan uit te denken, maar geen van de plannen bleek ook echt uitvoerbaar. Het was hopeloos. Iemand van ons tweeën zou dood moeten, en misschien zouden we allebei wel dood gaan. Dan zou ik nog liever hebben dat we samen dood zouden gaan, bedacht ik me.
Thomas sprak weer, en haalde me uit mijn gedachten.
‘Dat doe ik niet.’ Zei hij vastberaden.
‘Je moet. Anders...’ zei een man, en ik hoorde een gewaad ruisen. Waarschijnlijk pakte hij zijn toverstok en richtte hij hem nu op Thomas.
‘Ik vermoord de vrouw van wie ik houdt niet. Ik vermoord de liefde in mijn leven niet. Dan ga ik nog liever zelf dood.’ Sprak Thomas dapper.
In gedachten probeerde ik hem toe te spreken. ‘Niet doen, Thomas! Zeg dat je de opdracht aanneemt! Zeg het! Samen bedenken we wel een plan! Misschien kunnen we vluchten! Doe het niet, Thomas!’ Ik hoorde hoe zelfs mijn denkbeeldige stem begon te trillen. Ik stond doodsangsten uit, voor ons allebei.
‘Je kunt je nog bedenken.’ Zei een man weer.
‘Nee.’ Zei Thomas, nog steeds erg vastberaden.
‘Weet je het zeker?’ werd er aan hem gevraagd.
‘Ja.’ Zei Thomas. Ik barstte bijna in huilen uit, toen hij dat zei.
‘Goed. Het is je eigen keus.’ Zei de man. ‘Avada kedavra!’ werd er toen geschreeuwd.
Ik wilde schreeuwen, huilen, op de grond rollen en met mijn vuisten tegen de vloer slaan. Maar ik kon het niet. Niet alleen omdat ik geen geluid mocht maken, omdat ik anders zelf ontdekt zou worden, maar ik kon het gewoon niet. Thomas was dood. Vanbinnen was ik gebroken. Mijn ziel was aan stukken gereten. Maar ik kon er niet om huilen. De tranen kwamen niet.
Er werd een deur dichtgeslagen en voetstappen stierven langzaam weg. Ik kwam overeind, en merkte hoe krampachtig ik had gezeten. Het maakte me niet uit. Alles waar ik aan kon denken was Thomas. Als in een trance liep ik naar de deur, opende hem, en liep de gang op. Ik lette totaal niet op de gang, maar liep direct naar de deur naast degene waardoor ik net gekomen was. Ik opende hem en ging naar binnen. Daar, in het midden van de kamer, lag hij. De man waar ik van hield, en altijd van gehouden had. De man waar ik mijn leven voor had willen geven. Maar het was andersom. Hij gaf zijn leven voor mij. En nog steeds kon ik niet huilen. Ik viel op mijn knieën voor hem neer. Hij lag half op zijn zij, half op zijn buik, zijn gezicht naar beneden. Zijn vlasblonde haren vielen voor zijn ogen, die nu voor altijd gesloten waren. Ik veegde wat haar uit zijn gezicht. Hij zag er nog steeds uit als altijd. Hij leek rustig, het leek bijna alsof hij gelukkig was. Een vaag glimlachje sierde zijn gezicht in de dood. Ik drukte een kus op zijn wang en streek nog wat haar weg. Nog steeds kon ik niet huilen. Als in een trance zat ik daar, en herbeleefde alle fijne en minder fijne momenten die ik met Thomas had gedeeld. Ruzies, die we altijd snel goedmaakten. Romantische avonden, samen onder één deken op de bank, naar Titanic aan het kijken. Alles flitste voorbij.
Toen drong het pas echt tot me door. Thomas was dood. Dood. Ik zou hem nooit meer zien. Nooit meer aanraken, nooit meer zoenen, nooit meer door die vlasblonde haren strijken. Nooit meer. Maar zelfs toen ik dat bedacht, kon ik nog niet huilen. Ik zat daar maar, en keek naar hem. Toen zag ik opeens nog iets anders. Een fel wit licht scheen boven Thomas. Ik keek ernaar. Het verblindde mijn ogen. Toen herkende ik hem. Het was Thomas. Thomas hield zijn hand voor zich uit. Ik strekte mijn hand uit, en pakte de zijne vast. Hij lachte en trok me zachtjes mee. Ik ging hem achterna. Ik voelde de klap al niet eens meer toen mijn lichaam de harde vloer raakte. Ik voelde me volkomen gelukkig. Ik zou voor altijd samen zijn met Thomas.
Het was raar. Mijn ziel zat nog wel in mijn lichaam, maar toch niet meer. Ik zag een fel licht voor me, en wist dat daar mijn ziel al zweefde. Ik viel neer op de harde vloer. Tenminste, mijn lichaam. Ik voelde de pijn niet meer, maar had nog wel het besef. Ik keek naar boven, en kon nu de gezichten onderscheiden. Het laatste wat ik zag voordat mijn ogen dichtvielen en mijn ziel totaal mijn lichaam verliet, was mijn eigen gezicht, gelukzalig glimlachend. |
_________________ I never pretend to be something I'm not |
|
  |
 |
Rose
Volleerd Tovenaar


Verdiend:
93 Sikkels
|
Geplaatst:
Za Apr 01, 2006 13:02 |
 |
Hoop
Hij zat in een hoekje, ineengedoken en voelde zich zeer miserabel. Compleet in shock en niet wetende, wat hij moest doen, bleef hij maar zitten.
Om hem heen was het een puinhoop. In gedachten probeerde hij zich te herinneren waar het was fout gegaan maar hij wist het niet.
**************
De klok sloeg 18.00 uur en langzaam stroomde de gasten de keuken in. Er was een heerlijk feestmaal gepland, om een verjaardag te vieren en natuurlijk om de overwinning, op de heer van het Duister, te vieren. Na een lange, zware en heftige strijd was Hij eindelijk verslagen door Harry Potter.
Mevr. Wemel had zichzelf overtroffen en de heerlijkste gerechten kwamen op tafel.
Na het eten hielpen Ginny, Hermelien en Tops haar mee om de tafel af te ruimen terwijl de heren naar buiten gingen.
Volgens Men. Wemel om niet in de pad te lopen maar volgens Mevr. Wemel om niet mee te hoeven helpen.
Het idee dat Tops haar serviesgoed in handen had, maakte Mevr. Wemel helemaal niet vrolijk maar ze bood het aan en het was onbeleefd om die hulp af te wijzen.
Toen eindelijk alles opgeruimd was, hadden Remus en Bill de tuin mooi versierd. Even later zat iedereen in de tuin, aan de thee en het gebak.
Bill ging staan en schrapte zijn keel. "Fleur en ik, wij zijn dolgelukkig want we krijgen een baby."
Iedereen begon te juichen en te klappen terwijl Mevr. Wemel een traantje wegpinkte.
Wat een mooi begin van een nieuwe toekomst maar hoe anders kon het lopen!!!
Na de mededeling van Bill was de stemming opperbest. De tweeling deed er nog een schepje bovenop door over hun nieuwste 'uitvinding' te praten.
Het was een kauwbonbon met een zeer feestelijke uitwerking. Uiteraard zochten ze een proefpersoon maar niemand had interesse. Hoe zou dat nou komen?
Na veel gelach, gepraat en gejoel stak George, met een toch wel angstig gezicht, een kauwbonbon in zijn mond en vrijwel gelijk was het effect zichtbaar, zijn gezicht werd blauw, groen, rood, paars, geel en nog een aantal kleuren. Uit zijn oren kwam confetti. Het effect duurde een minuut of 5 en was daarna voorbij.
George had geen pijn of ander ongemak gevoeld en bood de andere ook een snoepje aan. Heel voorzichtig pakte Ginny er ook een en terwijl de confetti vrolijk door de lucht vloog, besloot hij naar binnen te gaan om zijn stok te pakken want die had hij laten liggen op de aanrecht.
Doordat het een heerlijke, zwoele zomeravond was, zaten ze nog laat buiten.
Een klein eindje verderop verscheen een grote groep personen, het was een van de laatste groep Dooddoeners en ze hadden maar 1 doel: Zoveel mogelijk doden en gewonden maken.
Langzaam naderden ze het Nest, waar de familie Wemel en hun vrienden, volop feest vierde en niets in de gaten had.
Vaalhaar gaf het bevel en de groep viel aan. Ze verdwijnselden midden in de tuin en vuurden gelijk de meest verschrikkelijke spreuken af.
De feestvierders waren totaal verrast en nergens op voorbereid, waardoor er al een paar geraakt werden en neergingen.
De groene en rode flitsen vlogen over en weer maar de Dooddoeners waren duidelijk beter voorbereid en wonnen al gauw terrein.
In zijn ooghoek zag hij Ron neergaan, hij wilde naar hem toerennen maar werd 'tegengehouden' door Bellatrix van Detta, die vals lachte.
"Vergeten ons uit te nodigen?" Het sarcasme droop van haar stem.
"Het enige waar ik jou voor uitnodig, is de hel! PARALITIS!!!" gilde hij.
Ze ontweek zijn spreuk en gilde:"Is dat alles wat je kunt? AVADA KEDAVRA."
Hij zag de groene straal des doods op zich afkomen en wist deze met veel moeite te ontwijken. Na nog wat spreuken naar elkaar gegild te hebben, verdween Bellatrix weer net zo snel als ze gekomen was.
Hij keek om zich heen maar zag, door de duisternis, niet veel meer. In de hoop om, iemand die het overleeft had, terug te vinden besloot hij een rondje te gaan lopen. Zachtjes fluisterde hij "Lumos" zodat hij wat licht had.
De gevechten en duels waren inmiddels allemaal gestopt en er heerste stilte, alleen maar stilte.
Opeens stootte hij ergens tegenaan en liet zijn stok vallen. Snel raapte hij zijn stok op en bleef stokstijf staan. Recht voor hem lag Ron met zijn ogen wijd open. Hij was zonder twijfel dood, geraakt door de Avada Kedavra vloek.
Woede, pijn, verdriet en haat. Allerlei gevoelens borrelde bij hem omhoog. Hij opende zijn mond om het uit te schreeuwen maar er kwam geen geluid uit.
Gebroken van verdriet zakte hij inelkaar op de grond.
Na een tijdje hoorde hij stemmen en ze kwamen zijn kant op maar hij reageerde niet, hij wilde niet, niet meer.
Zachtjes hoorde hij een vrouwenstem "Lumos" fluisteren en zag hij het gezicht van Tops voor zich.
"Ben je gewond?" fluisterde ze.
Hij schudde zijn hoofd. Ze pakte zijn arm en trok hem omhoog. Als een mak schaap liet hij zich mee naar binnen voeren.
In de keuken zag hij Remus en Hermelien, aan tafel zitten, met lijkwitte gezichten. Fleur stond in een hoek te snikken en vloog hem om zijn nek toen hij binnen kwam.
Tops zei:"Dit is de laatste, Remus, de rest heeft het niet overleefd. Ik heb heel goed gekeken en gezocht. Het is verschrikkelijk buiten."
Remus schudde zijn hoofd en zuchtte.
Hij haalde Fleur van zijn nek en keek Remus aan. "Ik begrijp, dat wij de enige overlevende zijn."
Remus knikte, op dat moment was zijn mond kurkdroog en kon hij geen woord zeggen.
Hermelien stond op en liep naar hem toe. Haar gezicht was vuil en zat vol met bloed.
Hij keek naar haar en sloeg zijn armen om haar heen. Zachtjes begon ze te snikken en hij streek langzaam een hand door haar haren heen.
Tops had thee gemaakt en overhandigde hem een mok. Veel trek in thee had hij niet maar het verwarmde wel zijn andere hand.
Langzaam verstreek de tijd terwijl ze zwijgzaam in de keuken zaten, verslagen en niet wetende wat te zeggen of doen.
Opeens zei Remus: "Ik had nooit verwacht dat het zo zou aflopen, dat we zoveel dierbaren zouden verliezen, dat zijn 18de verjaardag ook tevens zijn laatste zou zijn."
Er klonk duidelijk een snik in Remus zijn stem.
Hij keek op en antwoordde: "In 1 avond ben ik mijn ouders, mijn broers en zusje kwijtgeraakt en ben ik een paar hele goede vrienden verloren."
Fleur begon te snikken toen ze hem dat hoorde zeggen. Hij keek naar haar en zei: "Fleur, ik weet dat het vers is maar blijf alstjeblieft hier, blijf bij mij wonen dan kunnen we elkaar helpen, samen voor de kleine zorgen en ben ik niet alles kwijt. Alstjeblieft, denk erover."
Er klonk een snik in zijn stem en Fleur keek hem, met tranen in haar ogen, aan. Ze knikte, als teken, dat ze bij hem zou blijven.
"Het is misschien beter, als we proberen, om wat te gaan slapen. Het zal niet meevallen maar morgen word een hele zware dag," zei Tops zacht.
Hij knikte terwijl Remus zei: "Ik hou voor de zekerheid de wacht voor het geval dat ze terugkomen."
De dagen, die volgde waren zwaar en zeer emotioneel. De lichamen, van de overledenen, werden begraven in de tuin en er werd een kleine, sobere herdenkingsdienst gehouden.
Remus en Tops bleven een tijdje in het Nest logeren om te helpen en vooral om het verdriet een plaatsje te geven.
Hermelien was verloofd geweest met Ron en had bij de aanval haar hele toekomst verloren, toch wilde ze graag in het Nest blijven omdat dat Ron zijn thuis was geweest.
Hij had haar de oude kamer van Ron gegeven en ze was daar definitief ingetrokken.
Samen met Fleur zorgde ze voor het huishouden in de maanden, die volgde. Het was zwaar omdat alles, in het Nest, ze aan de Wemels deed denken maar na mate de tijd verstreek en Fleur dikker werd, ging het steeds beter.
De enige overgebleven Wemel zat vaak voor zich uit te staren. Dan dacht hij, aan alle zwerkbalwedstrijden, die ze samen speelde en aan zijn moeders kookkunst, haar knuffels waarbij ze je bijna dooddrukte, aan de tweeling met hun gekke streken die altijd weer wel wat nieuws of grappigs bedacht hadden of aan Ron, slungelachtig maar o zo goed in toverschaak.
Alle herinneringen werden gekoesterd en er werd vaak over de Wemels gepraat.
Op een zekere dag was Fleur hoogzwanger en het zou niet lang meer duren voor de baby zou komen. Om te voorkomen dat er iets mis zou gaan, gingen ze met zijn 3e naar het St. Holisto.
Er werd een prachtige zoon geboren, die vernoemd werd naar zijn vader en voluit William Arthur Wemel heette.
William oftewel Bill leek sprekend op zijn vader. Rood haar, sproeten en twee heel ondeugende blauwe ogen.
Hermelien werd peettante van de kleine Bill en die taak nam ze dankbaar maar ook serieus op zich.
Charlie huilde, bij de gedachte aan wat zijn broer moest missen. Hij zou nooit zijn zoontje zien en trots op hem kunnen zijn, zijn ouders waren nooit de opa en oma geworden die ze zo graag hadden willen zijn.
Remus en Tops trouwde maar het was een bruiloft zonder vreugde en met een zwart randje.
Maar des ondanks de pijn, het verdriet en het verlies was er ook hoop, hoop op nieuw leven, hoop op een nieuwe toekomst. |
_________________ I never pretend to be something I'm not |
|
  |
 |
Rose
Volleerd Tovenaar


Verdiend:
93 Sikkels
|
Geplaatst:
Zo Apr 02, 2006 13:08 |
 |
Kauwgomballenroze en zwart, vettig haar
Zachtjes sloot de man de deur van het kleine, witte kamertje. Links een bed, rechts een bureautje met twee stoelen erachter. Zonder een blik op het bed en de vrouw erin te durven werpen schoof hij een stoel aan en bekeek het blad dat op de eikenhouten tafel lag. De zwarte letters op het vel maakten een groot contrast met het wit van het vel zelf, alsof ze wilden benadrukken dat het er echt stond. Zwart op wit, niet meer ongedaan te maken.
Geraakt door zwakke AK-vloek
Hij had het niet eens hoeven lezen, hij wist het al. En hoe. De lettercombinatie op het papier stond al op zijn netvlies gebrand voordat hij haar gelezen had. Ze had wel dood kunnen zijn.
Ze zou hem haten, zou hem nooit meer willen zien. Want hij had het gedaan, híj. Hij had haar niet herkend. Terwijl hij zoveel van haar hield. Hij had een Vloek des Doods op haar afgestuurd. Hoe kon hij? Hoe had hij ooit zo stom kunnen zijn?
---
Terwijl ze van het Verschijnsel- en Verdwijnselpunt naar huis liep, dacht ze na over de brief van gisteravond. Een zwarte uil was binnengevlogen, tegen Remus aangeknald en had hem net zolang gepikt tot hij de brief van z’n poot gehaald had. Remus had verbaasd de brief geopend, zij was naast hem komen staan en had over zijn schouder meegelezen.
Of hij hun schuilplaats op de brief wilde zetten, en deze terug wilde sturen. Hij, Remus, was immers de geheimhouder van hun tweetjes, dus hij was de enige die het adres op kon schrijven of vertellen. Het was een noodgeval geweest, de Orde had een nieuw lid geworven en dat lid moest dringend iets vertellen. Wat precies, en wie het was, dat kon niet via post gestuurd worden. Te gevaarlijk.
Ze hadden elkaar aangekeken, en ze hadden op hetzelfde moment naar elkaar geknikt. Het was vast een brief van Severus, aan het handschrift te zien. Logisch dat er niet meer informatie gegeven werd, in deze tijd van oorlog waarin brieven vaak onderschept werden. Zij woonden zelfs op een Verborgen Adres, dat had ze nooit van hem en zichzelf gedacht. Zij, Schouwer Nymphadora Tops, wonende op een Verborgen Adres. Samen met Remus Lupos, ook nog.
Tops glimlachte bij dat laatste. O, wat hield ze van hem! Wel jammer dat het op zo’n verborgen manier moest. En ze moest natuurlijk naar haar werk. Elke dag liep ze de twee kilometer van hun huis naar het Verdwijnselpunt, elke dag met een ander uiterlijk, om niet herkend te worden. Maar ze had het ervoor over. Werken moest, zeker in deze duistere tijden, en als ze op deze manier samen met Remus wonen kon, dan maar die twee kilometer afleggen. Hoewel het wel wat zwaarder geworden was nu haar buik begon op te zwellen…
Weer glimlachte ze. Ze had er nu al zo’n 5 maanden opzitten. Nog 4 te gaan. Ze dacht weer terug aan gisteren, toen ze samen op de bank gezeten hadden. Hij had minstens een kwartier verliefd naar haar buik zitten kijken terwijl hij zachtjes tegen de baby in spé aan het praten was. Tot die vogel gekomen was.
Het paadje waar ze overheen liep maakte een bocht naar links. Daar, rechts van het groepje bomen dat nu voor haar stond, lag hun huisje. Het lag verscholen: in een dalletje en omringd door plukjes bos en bovendien onzichtbaar voor iedereen die het Adres niet kende. Nog tien minuten lopen, schatte ze, dan zou ze er zijn. Ze zette er stevig de pas in, misschien was het nieuwe Orde-lid er wel.
Ze schrok. “Orde-lid” betekende niet persé “Orde van de Feniks-lid”. Het had er niet letterlijk zo gestaan, tenminste. De brief zou toch niet van -
Nee, dat kon niet. Het was vast allemaal goed als ze straks thuis kwam. Remus zou haar opwachten met een kop dampende thee, naar haar glimlachen en haar voorstellen aan een of andere verre vriend die zich bij de Orde gevoegd had. Toch begon ze nog wat sneller te lopen. Om Remus niet te laten wachten, hield ze zichzelf voor.
Een donker figuur maakte zich los van de bomenpartij, en liep richting hun huisje, zag Tops. Ze tilde haar hand op tot boven haar ogen om geen last te hebben van de zon, en tuurde naar beneden. Een tweede zwarte gestalde verscheen, een derde. In een groepje liepen ze richting de deur, toverstokken getrokken.
Wacht eens, dacht ze terwijl ze met een ruk haar vandaag lange, roze haar uit haar gezicht haalde om beter te kunnen zien, toverstokken getrokken? In de aanslag? Ze haastte zich verder het paadje af, terwijl haar blik gefixeerd was op het groepje beneden dat inmiddels de voordeur van hun huisje bereikt had.
De voorste en grootste, voor zover Tops kon zien, haalde iets uit de zak van zijn gewaad. Hij liet het de anderen zien en verbrandde het met een kleine groene vlam. Dat moest de brief van gisteren zijn, dacht Tops verhit, nu wisten ze het Adres… En de groene vlam, groen was de kleur van… Ze begon te hollen. Voet na voet zette ze neer, steeds sneller wisselden haar linker en rechter elkaar af. De gedachten raasden nu in topsnelheid door haar hoofd: ze kon nog niemand vervloeken, daar was de afstand te groot voor. Wat dan? Naar binnen stormen? Ze was nog niet eens beneden. Oh, en ze kon Remus ook al niet waarschuwen. Waarom waren ze verdomme ook hier gaan wonen, met een Verdwijnselpunt op minstens een kwartier lopen?
Zo hard ze kon rende ze naar beneden. Met twee handen omklemde ze haar zij en buik tegen de opkomende steken en om de baby te beschermen tegen het hobbelen van al dat rennen. Paniek steeg naar haar hoofd toen ze de mannen zonder slag of stoot naar binnen zag gaan. Het zou een kwestie van tijd zijn voor ze het Duistere groene teken boven het huis –
Nee, niet aan denken. Hij zou het overleven. Wat, die mannen hoefden helemaal geen Dooddoeners te zijn. Wat maakte ze zichzelf wijs? Zwart was niet meteen het teken van de kant van Voldemort! Maar terwijl ze dit dacht, keek ze naar de kleurrijke jas die ze zelf droeg, naar haar gele schoenen, haar roze haar dat om haar hoofd zwiepte.
Paars licht schoot door de kieren rondom de voordeur naar buiten. Ze hoorde een schreeuw en zag dat een tweede, ditmaal rode lichtstraal hun huis via de kieren verliet. Volhouden, Remus, volhouden, dacht ze koortsachtig. Geef alsjeblieft niet op, ik kom eraan. Hou vol, niet opgeven!
Hijgend stopte ze voor hun voordeur en leunde tegen de muur aan. Ze moest naar binnen, maar als ze nu de deur open zou trekken zou het zeker haar dood worden. Drie tegen één, dat haalde ze nooit. Hoe zou ze dan zodanig binnen kunnen komen dat ze de drie mannen kon verrassen? Ze kon misschien –
De rand van de deur werd verlicht door een groene gloed. Tops schrok. Groen licht, dat betekende… Hij zou toch niet…
“Peter, wat dóe je?” Ruw werd ze uit haar gedachten gehaald door de lage mannenstem die aan de andere kant van de deur klonk.
“Ik, ik… Sorry, maar -”
“Je weet dat we hem niet mogen doden! Je mag blij zijn dat je zo belabberd richt, want anders…”
Tops legde haar oor tegen de deur en luisterde ingespannen naar het gesprek, terwijl haar hersenen op volle toeren draaiden.
“Wat wil je dan dat we met hem doen, Medas? Dit is jouw operatie, jij mag het zeggen.” Een derde stem. De man die het eerst gesproken had antwoordde.
“Antonin, we moeten wachten, dat weet je toch? Severus kan elk moment komen, hij heeft de hoofdleiding. Wij moeten die weerwolf alleen onschadelijk maken.”
Dus Sneep! dacht Tops verbitterd. Het handschrift op de brief was het zijne geweest, ze had het goed herkend. Alleen werkte hij voor een andere Orde dan ze tot nu toe geloofd had. Hij was het die al die keren Voldemort geholpen had. Maar ze zou er voor zorgen dat hij dit keer geen goed resultaat aan zijn ‘Heer’ kon doorgeven. Hij zou niet binnenkomen om de leiding te nemen, nee, dit keer was ze hem voor.
Tops kneep haar ogen stijfdicht en met het gezicht van de man die ze op dat moment intens haatte op haar netvlies, opende ze de deur.
“Severus Sneep!” Vol ontzag werden de twee woorden door de man rechts van haar uitgesproken. Hij boog voor haar, de andere twee volgden zijn voorbeeld, waarbij de kleinste van hen op de grond viel. Dat moest Peter zijn, Pippeling, de rat.
Woedend keek Tops het kringetje rond, en vervolgens vloog haar blik met steeds groeiende angst door de woonkamer. Al het servies was uit de kast geblazen, stoelen waren omgevallen. En daar… Tops’ hart sloeg een keer over. Remus stond hijgend over de rugleuning van de bank gebogen, zijn toverstok lag op de zitting aan de andere kant van de bank. Hij was er duidelijk niet goed aan toe, zijn rug bewoog onregelmatig op en neer. Ze wilde naar hem toe hollen om te helpen, maar toen ze één stap richting bank gezet had, besefte ze dat ze nog steeds het uiterlijk van Sneep had. Ze werd beschouwd als Dooddoener.
Met een ruk draaide ze zich weer om naar de drie mannen. Ze streek de vette, zwarte lokken haar uit haar gezicht en bekeek hen stuk voor stuk. Peter Pippeling was opgekrabbeld en keek angstig naar haar voeten, naast hem Antonin Dolochov die zelfverzekerd maar met ontzag naar haar terugkeek. De derde man moest Medas zijn, ze had hem nog nooit gezien. Hij was vast dat nieuwe Orde-lid, dacht ze, zichzelf in gedachten voor haar kop slaand omdat ze niet eerder bedacht had dat de brief van de vijand kon zijn.
“Wat doen jullie hier nog?” snauwde ze.
De mannen keken angstig naar haar op, ze zou gelachen hebben als ze niet in deze situatie gezeten had: met haar nieuwe uiterlijk had ze drie Dooddoeners de stuipen op het lijf gejaagd.
“Wegwezen,” siste ze, “ík handel dit af, dat was de afspraak. En Pippeling, hier die toverstok. Zonder ben je al gevaarlijk genoeg.”
Vol opluchting keek ze toe hoe de mannen haar huis verlieten, Peter struikelend over zijn voeten nadat hij bibberend zijn stok aan haar gegeven had. De sukkel.
Ze draaide zich om, en schrok. Remus was, steunend op de rugleuning van de bank, naar zijn toverstaf gelopen en hield het ding nu trillend op haar gericht. Met een schok realiseerde ze zich dat ook hij dacht dat ze Sneep was. En dat ze hem dus…
Ze kneep haar ogen weer stijfdicht om haar eigen gedaante aan te nemen, en zag daardoor niet dat Remus met ogen vol woede en haat een groene lichtstraal op haar af vuurde. Langzaam veranderde haar zwarte haar in kauwgomballenroze, zwol haar buik op en kromp haar neus, terwijl de straal de kamer doorkruiste en haar vol in haar buik raakte. Ze zag niet meer dat de woede in Remus’ ogen plaatsmaakte voor ontzetting, angst en spijt, en dat hij snikkend op haar afliep.
---
Het bed achter hem kraakte. Ze leefde nog, maar dat was alleen omdat hij niemand doden kon. Echt moorden, dat kon hij niet. Maar de schade was daardoor niet klein. Een doodsvloek, wat had hij dan voor resultaat verwacht?
Bang voor wat hij te zien zou krijgen hield hij zijn hoofd gebogen, zijn blik gefixeerd op het tafelblad. Hij hoorde hoe voetstappen zijn richting opkwamen, hoe de stoel naast hem werd weggeschoven. Een roze waas verscheen in zijn rechterooghoek toen de vrouw naast hem kwam zitten. Langzaam hief hij zijn hoofd op en keek in haar witte gezichtje, omringd door pluizig, kauwgombalroze haar dat hier en daar door de tulband van verband op haar hoofd heen stak.
Ze sloeg voorzichtig een arm om hem heen, terwijl ze zachtjes tegen hem fluisterde:
“Rustig maar Reem, het is al goed. Samen komen we er uit.” |
_________________ I never pretend to be something I'm not |
|
  |
 |
Rose
Volleerd Tovenaar


Verdiend:
93 Sikkels
|
Geplaatst:
Zo Apr 02, 2006 16:17 |
 |
Hallo lieve medeschrijvers en -schrijfsters!
De inzendtijd is voorbij, we hebben een heleboel mooie inzendingen, dus het stemmen kan beginnen!
We gaan het niet al te moeilijk maken, dus hier zijn de regeltjes:
- Ieder heeft 3 stemmen. Gebruik de stemmen goed, want je krijgt er niet meer!
- Je kan 3 weken stemmen. Alle stemmen die na de opgegeven datum binnenkomen, zijn ongeldig. [Al zou het topic dan al gesloten moeten zijn!]
- Het is de bedoeling dat de verhalen anoniem blijven/zijn. Als je toch weet van wie een verhaal is [wat eigenlijk niet kan], ga het dan niet over de daken schreeuwen en houd het anoniem.
- Geef een onderbouwende mening waarom je erop stemt! Wees wel vriendelijk en beleefd. Je mening moet minstens 15 woorden zijn, anders telt je stem niet mee.
- Stem niet op jezelf: Ik kan het zien....het staat knullig en bovendien telt je stem niet mee!
- Lees wel eerst de inzendingen voordat je stemt, dat is wel zo eerlijk...
- Stemmen word gedaan in dit topic.
Dit zijn maar een paar regels die makkelijk na te komen zijn, dus doe dat ook! Stemmen die niet volgens de regels zijn worden niet meegerekent.
Dit is dus het lijstje dat je invult om te stemmen:
--------------------------------------------------------------------------
Dit is mijn ... stem
Titel:
Mening:
--------------------------------------------------------------------------
Het stemmen begint op: 2 april
Het stemmen eindigt op: 23 april
Nog vragen? Stuur me maar een PB!
Veel plezier, en moge de beste winnen! (met dank aan xfietjex voor onmisbare hulp!)
..x.. |
_________________ I never pretend to be something I'm not |
|
  |
 |
**Hedwig**
1e jaars


Verdiend:
45 Sikkels
Woonplaats: Hoevenen (België)
|
Geplaatst:
Zo Apr 02, 2006 18:16 |
 |
Dit is mijn 1ste stem
Titel: Bloedrode herrineringen
Mening: Ik vind het een heel leuk verhaal. Het is anders dan andere. Het is eens geen verhaal met een Happy End. Ook vind ik dat de omgeving en personage's goed zijn beschrijven. Een superkort verhaal dus. |
_________________ Helemaal fan van Lauri Ylönen.
The Rasmus obsessed.
Finland Ruleed! |
|
  |
 |
LavenderBrown
Lid Wikenweegschaar


Verdiend:
398 Sikkels
Woonplaats: The Royal Fire Academy for Girls
|
Geplaatst:
Zo Apr 02, 2006 18:25 |
 |
* Jeej *
Ik ben de 2e stemmer *tenzij iemand voor me post*
Eerst even aan Rose; woah, ik vind het ubergaaf dat je dit georganiseerd hebt en aan de schrijvers van de andere inzendingen; supermooi gedaan! Ik vind het niveau hier zóveel hoger dan bij de gewone fan fictions, al zitten daar ook hele goede bij...
Echt gemeen om hier tussen te kiezen, by the way.
Aber, ik had toch een paar favorieten en die komen .. nu!
Dit is mijn 1e stem
Titel: Wees dapper
Mening: Wow. Wat een mooi verhaal. Ik geloof niet dat ik spelfouten heb kunnen ontdekken en ik vind hem ook zo mooi geschreven!
Emoties zijn heel mooi beschreven, de omgevingi ets minder maar het is ook niet nodig, dat maken de handelingen weer goed. Heel erg très mooi einde ook: definetely mijn eerste stem!
Dit is mijn 2e stem
Titel: Dit is voor altijd
Mening: Oeh! Ik vind het begin zoiezo al mooi, liefde associeren met de lente, met de zon, zo zie ik het ten minste; mooi. En dat het dan opeens zo omslaat, echt goed gedaan vind ik het. Ik vind het goed dat het uit de ik-persoon is geschreven en de handelingen, emoties en omgeving zijn hier alle drie goed omschreven, en het einde is ook mooi Goed!
Dit is mijn 3e stem
Titel: Voor altijd op de vlucht
Mening: Oh, mooi, de liefde voor een kind van een ander, hoe Katie zich voelt... Ik vind het een mooi en origineel verhaal en ik vind het ook mooi geschreven, met die flashback zo, je voelt de spanning daar echt, vind ik dan. En haar gevoelens zijn heel mooi gedaan, prima voor mijn 3e stem!
Oh, alle andere verhalen vond ik ook mooi * serieus, ik vond ze écht allemaal mooi! * en het spijt me dat ik geen 16 keer kan stemmen...
Succes iedereen
<3 Fleur |
_________________ hey love
awful happens all the time
don't let it kill you. |
|
  |
 |
Cat-me
2e jaars


Verdiend:
45 Sikkels
Woonplaats: Buidel van een Kangaroo 8)
|
Geplaatst:
Ma Apr 03, 2006 9:00 |
 |
Oei, oei heeeel moeilijk! het lijkt wel of al deze verhalen door professionele schrijvers geschreven zijn
Maar dit zijn mij keuzes:
Dit is mijn eerste stem:
Titel: Verloren
Mening: Wat een goed verhaal! De emoties zijn zo mooi geschreven, en je voelt echt met de persoon mee. Er zitten bijna geen spelfouten in en de zinnen lopen allemaal goed. Die flash-backs erbij maken het allemaal nog beter. Absoluut mijn eerste stem!
Dit is mijn tweede stem:
Titel: voor altijd op de vlucht
Mening: Ook echt heel goed; het is een origineel verhaal en ook hier spreken de flash-backs me aan. De gevoelens van de vrouw zijn trés goed beschreven en ik moet zeggen dat ik dit ook de beste titel van het verhaal vind.
Dit is mijn derde stem:
Titel: Vermoorden of vermoord worden
Mening: Ook weer een heel ander verhaal dan alle andere, maar ook zeker goed!. Ik vind het leuk dat Draco hierin een hoofdrol speelt, en ik vind ook dat de zinsbouw goed is, evenals de woordenkeuze. Het enige jammere is dat de omgeving en emoties wat minder beschreven worden. Maar verder: goed genoeg voor mijn derde stem  |
_________________ Well I saw you with your hands above your head
spinning around, trying not to look down
but your did and you fell hard on the ground
Fanfic : Harry Potter en de Roep om Verlossing |
|
  |
 |
Hotgurlii1992
Dreuzel

Verdiend:
45 Sikkels
|
Geplaatst:
Ma Apr 03, 2006 10:18 |
 |
Dit is mijn 1e stem
Titel: Ik geef niet op.
Mening: Wow! Ik heb op andere forums etc. al fanfictions enzo gelezen, maar ik vond deze echt mooi, zeker zo'n verhaal in zo weinig woorden proppen. Je hebt goed beschreven hoe ze zich voelt, en de flashback is mooi, ook. En het einde is echt prachtig! Dat je ziet hoe Lupos zich over haar heen buigt en zo'n traan, en dan hoe ze haar man en zoon weer ziet... Mooi! Oh ja, en helemaal geen spelfouten.
Dit is mijn 2e stem
Titel: Dit is voor altijd
Mening: Aah, wat een lief verhaal. Het begint zo romantisch en het einde zo zielig... Echt supermooi, ook niet echt spelfouten en je hebt de omgeving iedere keer mooi geschreven. Echt prachtig, ook weer in zo weinig woorden, dat lijkt me heel moeilijk!
Dit is mijn 3e stem
Titel: Tot in de dood
Mening: Oh, wat heb je Angela mooi weergegeven! Haar gedachten, zo verward en toch wel helder, en dat ze die geheime kracht heeft... En hoe ze zich zorgen maakt om haar vriend... Geen spelfouten en mooie zinnen, vind ik ook. En ook heel goed omgeving, en de emoties die ze voelt... Mooi!
xx |
|
|
  |
 |
Patricia_hazelaar
1e jaars


Verdiend:
45 Sikkels
Woonplaats: In court, yelling Objection!
|
Geplaatst:
Ma Apr 03, 2006 15:28 |
 |
Geese, dit is moelijk.. Ze zijn allemaal erg mooi!
Titel: De laatste getuige
Mening: Dit is echt een heel mooi verhaal, je beschrijft alles zo echt.. net alsof je het echt zelf meegemaakt heb. Je laat niks weg wat belangrijk is, maar je zegt ook niks teveel. Het verhaal zelf vindt ik ook heel mooi, je hebt andere personages gebruikt dan de meeste verhalen hier. Echt Top!
2e Stem
Titel: Gevangene
Mening: Persoonlijk heb ik het niet zo op Draco, en ik vind de verhalen die mensen schrijven over de liefde tussen Draco en een ander meestal vreselijk.. Maar hier maak ik graag een uitzondering voor! Ik heb bewondering voor je schrijfstijl, hij/zij perspectief vind ik in ieder geval moelijk. Jij hebt er duidelijk geen problemen mee. En extra complimenten voor de laatste paar zinnen. Dat is gewoon zo mooi..
Misschien volgt mijn 3destem nog.. misschien niet. Zal ze allemaal nog eens doorlezen  |
_________________ LUCIUS: Your scar… (touches, not strokes, it) is legendary. As is the wizard who gave it to you.
HARRY: Voldemort murdered my parents.
LUCIUS: I know; I was there. (hand flies to his mouth) I did not just say that. |
|
  |
 |
Hummol
Lid Wikenweegschaar


Verdiend:
424 Sikkels
|
Geplaatst:
Ma Apr 03, 2006 16:33 |
 |
Stem 1.
Titel: Dit is voor altijd
Mening: Ge-weldig! Ik vind de angst, de gevoelens zo goed merkbaar ik leefde helemaal mee! Ik houd van dit verhaal en ik hoop dat je een goede plaats krijgt met deze wedstrijd!
Stem 2.
Titel:Wees dapper.
Mening: Super! Ik zat gewoonweg bijna te huilen. Zo mooi omschreven en zo levensecht. Ik zou het niet mee willen maken. Ook het einde is super, en heel erg vreselijk! Ga zo door! (wie dan ook)!
Stem 3.
Titel: Voor altijd op de vlucht.
Heel mooi. Heel erg goed beshcreven en weer zo levensecht. Ik weet niet wat ik hier over moet zeggen, maar sit verdient een prijs!
PS: Alle verhalen zijn ge-wel-dig! Ik heb er geen een gelezen die me niet beviel! ga zo door!
HPwurm |
_________________ Men are stupid.
I'm with you so far..
xD |
|
  |
 |
Mrs Charlie Weasley
5e jaars


Verdiend:
176 Sikkels
Woonplaats: Bij Charlie in Roemenie of in het Nest
|
Geplaatst:
Ma Apr 03, 2006 17:12 |
 |
Dit is mijn eerste stem.
Titel: Het verhaal van Bartolomeus Krenck Junior, een dooddoener maar vooral mijn zoon.
Mening: Ik heb alle verhalen door gelezen, meerdere keren zelfs en ik vind dit verhaal zeer goed geschreven.
Het is geschreven over een bestaande personages en dat maakt het moeilijker dan wanneer de personages verzonnen zijn.
Taal of spellingsfouten heb ik niet kunnen vinden waardoor het prettig leest.
Ik vind het verhaal heerlijk verfrissend. Toen ik eenmaal begonnen was met lezen, moest ik het uitlezen omdat het me niet meer losliet.
Ik hoop dat dit vrhaal een mooi plaatsje krijgt want het is zeer goed.
Liefs Wilma |
_________________ Hij, die in Roemenie met draken werkte,leek qua postuur veel op de tweeling maar was korter en meer gedrongen dan Percy en Ron. Hij had een breed,gemoedelijk,verweerd gezicht, dat zo overdekt was met sproeten dat het leek alsof hij diep gebruind was. HP4 |
|
  |
 |
SlytherinPride
Dreuzel


Verdiend:
45 Sikkels
Woonplaats: Den Hoorn
|
Geplaatst:
Di Apr 04, 2006 18:37 |
 |
Dit is mijn 1e stem
Titel: vermoorden of vermoord worden
Mening: Ik vindt het een heel mooi verhaal, mooi beschreven. De personen worden jammergenoeg minder uitgelegd, maar toch vind ik de sfeer die het uitstraald leuk. en natuurlijk helpt het mee dat Draco erin meedoet  |
|
|
  |
 |
Vivian
2e jaars

Verdiend:
45 Sikkels
Woonplaats: Somewhere in Cyberspace... Watching You... Spying on You
|
Geplaatst:
Di Apr 04, 2006 18:45 |
 |
Dit is mijn eerste stem.
Titel: Kauwgomballenroze en zwart, vettig haar
Mening: Tja, waar moet ik beginnen? De titel alleen al vind ik heel sterk. Verder vind ik de flashback geweldig, doordat je niet gelijk weet wie de man die de deur sloot is. Oeh, lekker spannend. Toen ik het uit had had ik een brok in mijn keel. Wauw.... Wie je ook bent, je weet goed hoe je mensen moet boeien.
Vivian |
_________________ Afdeling:GryffoendoR |
|
  |
 |
Elyse
3e jaars


Verdiend:
46 Sikkels
Woonplaats: met opgetrokken knieën en een goed boek voor mijn neus bij het Haardvuur
|
Geplaatst:
Di Apr 04, 2006 19:30 |
 |
Nou, hier komen mijn stemmen dan aan. Ik geef ze gewoon alledrie maar tegelijk weg, er komen toch geen nieuwe verhalen meer bij.
N.B.: Het is geloof ik niet een 'top 3', toch? Dan bedoel ik dus dat je niet het beste verhaal op 1 zet, het een-na-beste op 2 enz. Daar ga ik maar vanuit. Want ik heb ook eigenlijk geen beste of een-na-beste verhaal. Deze drie eruit kiezen was al moeilijk zat...
Dit is mijn 1e stem
Titel: Dit is voor altijd
Mening: Oeh, heel lieflijk en vrolijk begint het, en dan zo'n zwart einde. Héel zielig! En ook heel gemeen eigenlijk, de gebeurtenissen die plaatsvinden. Daarom krijgt ook dit verhaal van mij een stem. Ik vind dat je heel mooi de hoofdpersonen beschreven hebt, hun onderlinge relaties en de gebeurtenissen natuurlijk. Vandaar dat dit verhaal mijn 1e stem krijgt. Echt heel goed!
Dit is mijn 2e stem
Titel: Gevangene
Mening: Ook in dit verhaal zit enorm veel spanning. En ook dit verhaal bevat een aparte wending aan het einde. Jammer van hier en daar een spelfoutje, maar dat is niet zo erg. Ook is een Draco-vriendinnetjeverhaal ietsje cliché, maar ik vind deze erg goed uitgewerkt. Het is een heel ander vriendinnetje dan anders, zegmaar ^^'. Ja, ook dit weer een heel goed verhaal!
Dit is mijn 3e stem
Titel: De laatste getuige
Mening: De beginalinea werkt erg nieuwsgierigmakend: wat is het dat de hoofdpersoon zo tegenover haar moeder staat, en waarom is ze dooddoener? Dan het middenstuk, lekker vol spanning en vol emoties. Aparte wending aan het einde. Tenslotte het einde. En dat is het enige minpuntje vind ik: er wordt nogsteeds niet duidelijk waarom Sari nou Dooddoener is, terwijl ze zo walgt van de Duistere Zijde. Dat is wel jammer. Maar verder is dit verhaal erg goed en worden gevoelens, emoties en flashbacks goed gebruikt. Mooi verhaal dus!
Maar nogmaals, het was lastig om te kiezen. Jammer dat je maar 3 stemmen hebt [a].
Ben benieuwd wat eruit komt! Wel nog even wachten, tot 23 april . Nouja, geduld hebben dan maar
Groetjes, Elyse. |
_________________ We live in a beautiful world
yeah we do yeah we do
We live in a beautiful world
yeah we do yeah we do |
|
  |
 |
tweelingfan
Dreuzel

Verdiend:
45 Sikkels
|
Geplaatst:
Di Apr 04, 2006 19:55 |
 |
Mijn stem
1. de voor mij dé nummer 1: mijn eerste stem is voor het verhaal hoop omdat ik het erg mooi geschreven vind, geen spellingsfouten. En ook kon ik me er goed in verplaatsen. Ik vind het echt heel mooi! Ik vind dat een verhaal niet alleen grappig hoeft te zijn om mooi gevonden te worden!!!!!!
Ook wist ik wel meteen wie erin verborgen zat! En je laatste regel!! mooi afgesloten! Ik hoop dat er nog meer stukken verschijnen!!!!
2. Deze tweede stem is voor het verhaal: Kauwgomballenroze en zwart, vettig haar
Erg mooi geschreven!!! Ik kon me goed verplaatsen in Tops en begreep ook meteen welke gedaante ze aangenomen had. Zelfs kon ik me verplaatsen in Sneep!!!!
Ik vond je verhaal erg goed en mooi geschreven maar het enige wat ik miste was een echt einde... misschien was dat niet te bedoeling maar ik vond het jammer!
Sorry mijn derde stem kan ik niet echt uitkomen!!!!! het spijt me maar ik hoop dat er tevreden word gesteld met twee stemmen!!!!! |
|
|
  |
 |
|
|