Harry Potter Forum index
Dit forum is gesloten. Bezoek nu de vernieuwde versie van HPF!
 Harry Potter Forum gesloten  •   Inloggen

 [AF] My own Fairytale. Volgende onderwerp
Vorige onderwerp

Sla dit onderwerp op als textbestand
Auteur Bericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Jan 20, 2008 13:31 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heeee <3
Ik wil graag iedereen bedanken voor de ongelooflijk lieve reacties.
En het nieuwe stukje:
x
Kelly

H o o f d s t u k 17

Hey. You’re the man, right? You can do anything.

Ik had daar de rest van de dag gelegen. Nadenkend. Remus’ woorden negerend. Echt waar! Je zou denken dat hij het verkeerde geslacht had! Tetteren dat hij kan. Ik zuchtte even vermoeid, toen Madame Plijster weer aan kwam lopen, nog wel met ons tettergat!
“Juffrouw van Overbeeck, gaat het alweer een beetje?” vroeg ze glimlachend. Ik knikte. Ik wou tussen deze vier witte muren weg!
“Goed. Dan denk ik dat u met meneer Lupos kunt vertrekken,” glimlachte ze. Ik knikte opnieuw. Alles om hier weg te geraken. Al snel volgde ik Remus naar buiten toe. Eenmaal uit de Ziekenzaal keek hij me bezorgd aan.
“Je ziet er al wat beter uit als gisteren…” glimlachte ik vaag. Remus grijnsde.
“Nou. Wel. Ik hoorde dat ik je gisteren heb aangevallen?” vroeg hij opeens met een bedrukt gezicht.
“Niet die gisteren. Ik bedoelde gisterochtend,” zuchtte ik. Ik wou nou niet over gisterochtend in de vroege beginnen.
“Toch sorry,” hoorde ik hem mompelen. Ik stopte even en keek hem glimlachend aan.
“Gisterenavond was jouw fout niet, Remus,” glimlachte ik. “Dat weet je. Dan neemt het beest in je het over. Wat af en toe niet slecht is hoor.” knipoogde ik. Oh. Laat ik hem wat plagen! “Je zag er trouwens heel charmant uit in je dinges,” grijnsde ik. Ik zou het nou maar niet voluit zeggen, zeker? Anders zou iemand het misschien nog oppikken. Remus keek me even dankbaar aan, voordat hij begon te lachen.
“HEB JE REMUS IN ZIJN DINGES GEZIEN?” riep opeens iemand geschokt. Ik sukkelde in een lachbui. O my God. Mensen kunnen verkeerd denken. Remus schudde zijn hoofd naar het meisje.
“Yente dolde maar wat,” glimlachte hij vriendelijk. Het meisje knikte vaagjes, voordat ze verder wegliep. Ik werd door Remus weggeleid, terwijl ik gewoon verder lachte. Het kon me allemaal niet meer schelen. Blijven lachen. Remus zuchtte vermoeid.
“Yente?”
“Jaaah?” grinnikte ik nog na.
“Gaat het wel?” vroeg hij heel bezorgd. Kom op!
“Leer toch eens genieten, Remusje,” glimlachte ik, voordat ik vertrok.
“Waar ga je heen?!” hoorde ik hem me na roepen.
“Geen idee!” riep ik vrolijk terug. Ik had wel een idee. Ach ja. Ergens in de kerkers stopte ik. Ik had gehoord dat hier ergens de keuken zou zijn… “Huiself?” vroeg ik zachtjes. Ik hoorde een zacht plopje en keek verbaasd naar het kleine Elfje voor mijn neus.
“Hallo,” glimlachte ik vriendelijk. Het Huiselfje keek me verlegen aan.
“Hoi. Kan ik iets doen voor de juffrouw?” vroeg de huiself met een zacht stemmetje.
“Waar zijn de keukens?” vroeg ik liefjes, terwijl ik door mijn knieën boog om op ooglengte met de huiself te komen.
“Oh!” piepte de Huiself tevreden, voordat ze me naar een schilderij bracht.
“Je moet de peer kietelen,” zei ze toen. Ik had haar raar aangekeken, voordat ik deed wat ze me zei. Het portret zwaaide open en voor ik het wist stond ik in de grootste keuken die ik ooit had gezien. Ik liep traag naar binnen, voordat ik bijna onder de voet werd gelopen door een heleboel Huiselfen.
“Kunnen we u ergens mee helpen?” Ik twijfelde even, voordat ik mijn plan doorzette en naar de Huiself keek, die me de vraag had gesteld.
“Hebben jullie misschien wat vuurwhisky?” vroeg ik met puppyoogjes.

Straalbezopen staarde ik naar de Huiselfen voor me. Gehe. Die waren geweldig leuk om te zien met drie hoofden op één romp. Ik opende mijn derde fles vuurwhisky en begon er meteen van te drinken. Geweldig dit goedje. Vooral goed als je eens van de wereld wou ontsnappen. Met een vage grijns opende ik een andere fles.
“Yente!” riep iemand geschrokken. Ik keek met kleine oogjes om.
“Aha. James!” groette ik hem, terwijl ik mijn fles omhoog stak. “Wat brengt jou naar de Elfjes?” vroeg ik met een brede glimlach op mijn gezicht.
“Juist ja. Hoeveel heb je op?” vroeg hij, terwijl hij naar me toe liep.
“Blijf jij maar vooral uit mijn buurt!” riep ik opeens woedend naar hem. Voordat ik met twee flessen de keuken uit liep. Ik zuchtte vermoeid, toen ik hem naast mij zag lopen. Ik wist niet waar ik het lef vandaan haalde. Dronken zijn, had zijn voordelen hoor.
“Wat nou? Versta jij geen Algemeen Nederlands?” bitste ik kwaad. James trok een wenkbrauw op, voor hij waterig glimlachte.
“Volgens mij heb jij genoeg op.” Hij probeerde mijn fles af te pakken. De mijne!
“Ga er zelf één halen!” zei ik kwaad, terwijl ik hem bij me wegduwde, waardoor er een fles sneuvelde.
“Zie nou wat je hebt gedaan, eikel!” riep ik woedend. Ik zag even een steek van pijn over zijn gezicht gaan, voordat hij me waarschuwend aan keek.
“Yente. Nu ga jij mee naar Remus. En of je het nou geweldig vindt of niet, gaan zul je,” zei hij met vernauwde ogen.
“Oh. Nou. Veel zal ik er niet tegen kunnen doen hé? Jij bent toch dé man. Jij kan alles doen, wat je maar wilt!” riep ik sarcastisch, voordat ik al uit mezelf naar Remus beende.
“Yente!” riep James me na, voordat hij mijn pols vast greep. Ik staarde er even naar, voordat ik hem met grote ogen aan keek.
“Laat me los,” zei ik kalm.
“Nee. Yente. Luister nou-”
“Laat me los!” riep ik gevaarlijk. Al snel liet hij me los en beende ik verder. Ik voelde me draaierig worden en voor ik het wist, vingen twee sterke armen me op. Ik knipperde verwoed met mijn ogen. Die paarse en zwarte vlekjes, konden niet veel goeds betekenen. Ik voelde hoe iemand me voorzichtig op de grond zette. En toen begon te praten tegen zijn spiegel. Ik kon James zelfs niet meer deftig onderscheiden. Ik wreef in mijn ogen en schommelde zachtjes heen en weer.

“Yente?” Ik keek in twee bezorgde bruine ogen. Ik bestudeerde het gezicht wat beter en concludeerde dat het Remus was.
“Remus!” zei ik blij. “James brak mijn fles Vuurwhisky!” zei ik nog steeds razend op James omdat hij hielp het te breken.
“Nou. Dat is niet lief van hem hé?” vroeg hij geduldig. “Weet je?” fluisterde hij zachtjes.
“Nou?” vroeg ik nieuwsgierig.
“Als je dit drinkt, gaat hij er echt de pest in krijgen,” vertrouwde hij me toe. En omdat ik zo razend was op James, nam ik het drankje van Remus aan en dronk het in één teug op. Ik knipperde opnieuw verwoed met mijn wimpers, voordat ik kreunde van de pijn.
“Je hebt geen aspirientje bij zeker?” jammerde ik zachtjes. Remus glimlachte.
“Nee. Jij was zo dom om je te bedrinken. Dus draag jij de lasten ook maar.”
“Jij staat vanboven op mijn blacklist nu. Na Jip en Janneke,” mopperde ik tegen Remus. Remus grijnsde echter alleen maar en hielp me overeind.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!


Laatst aangepast door duffie op Do Jan 31, 2008 19:28; in totaal 1 keer bewerkt
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Jan 26, 2008 15:58 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heeeeyy! <3

Ik wil Dracoliekje, BellatrixvanDetta, xMartine, Celia, Miss_Slytherin, Amytjuuuh, Sweet14 en LadyVoldemort voor hun lieve reacties!
Maar folks xD
Ik geraak veel te snel door mijn voorraad met al dat posten. Dus vanaf nu nog maar 1 keertje in de week Wink
Love you all!
x


H o o f d s t u k 18

Let’s see who Yente would forgive first, Janneke. Yeaaah. Sounds like fun, Jip.

“Nooit meer. Nooit meer,” mompelde ik, terwijl ik zowat in mijn roerei in slaap viel. Peter grijnsde breed.
“Eigen schuld-”
“Dikke bult. Ik weet het Peet,” jammerde ik. Ik haatte katers. En dan geen mannelijke katten, hoewel… Die kunnen ook vrij gemeen uit de hoek komen. Wat ik bedoelde waren dus die hoofdpijnen. Damn it.
“En hoe gaat het met onze dronkaard?” vroeg een stem geamuseerd.
“Momenteel? Barslecht. Er is namelijk één of ander paard dat in haar oor ligt te balken,” mompelde ik geërgerd.
“Correctie. Ik ben een hert. En ik balk níet,” antwoordde James op zijn tenen getrapt.
“Ook goed,” mompelde ik slaperig. Ik zag Remus hem een dit – heb – je – zelf – gezocht – blik zenden. Ik gaapte, maar had daar al meteen spijt van. Is het normaal dat je van het gapen, nog meer hoofdpijn kreeg?
“Reeem?” smeekte ik, met mijn liefste puppyoogjes.
“Nee. Je krijgt geen drankje tegen de hoofdpijn,” zuchtte Remus. Ik keek hem kwaad aan, voordat ik mijn armen over elkaar vouwde en begon te mokken.
“Yente,” zuchtte Remus. Ik bromde wat.
“Yente,” zei Remus weer wat strenger, voordat hij op stond. En James een blik gaf, die ik niet kon definiëren.
“Yente?” vroeg James voorzichtig.
“Stop toch eens met dat ge-Yente,” mompelde ik geërgerd. “Wat?” Fijn. Had ik wéér gereageerd, wanneer dé man iets tegen me zei. Verdorie.
“Mag ik erbij komen zitten?”
“Als ik nee zeg, doe je het toch. Dus… Nee.” zei ik simpel. Hopend dat hij toch weg zou gaan. Maar God was het niet met me eens en liet hem naast me neer zitten.
“Inderdaad. Het spijt me,” mompelde hij. Ik keek hem zijdelings aan, voordat ik naar de nieuwsgierige ogen om ons heen keek. Fijhijn. Nog nooit een paard gezien dat het goed wou maken met een koe? Ik stond op en wenkte James, dat hij me moest volgen. Zowat iedereen staarde me aan, wat me écht dood ergerde.
“Wat?” vroeg ik, toen we buiten stonden. Het was best frisjes op het terrein. Ach ja.
“Ik zei, dat het me speet,” zei James min of meer geamuseerd. Ik trok een wenkbrauw op.
“Aha,” zei ik kalm. De vraag is natuurlijk wát hem precies speet … “Zit er maar niet over in. Vandaag is de laatste ‘lesdag’, dus ben je morgen van me af,” zei ik op mijn vriendelijkste ik - haat - je - zo - hard - toon. James sloot zijn ogen even en zuchtte gefrustreerd. Aangezien hij me nu toch niet kon zien, besloot ik om weg te sluipen, maar jammer genoeg waren zijn reflexen sneller. Hij trok me terug aan mijn kraag.
“Yente. Je moet me wel laten uit praten,” zei hij rustig. Ik vernauwde mijn ogen.
“Wie zegt er dat ik dat wil?”
“Good point. Maar laat me eerst mijn zegje doen?” vroeg hij hoopvol. Zijn zegje doen. Hmpf. Ben niet één van zijn popjes.
“Laat me even denken… Nee,” zei ik geforceerd glimlachend. James liet het er echter niet bij en schakelde over op een ander onderwerp.
“Ik hoorde dat je gaat proberen om Remus en Peter bij jou thuis uit te nodigen.” glimlachte James.
“Dat was de bedoeling.” zei ik kortaf.
“Oh.” zei hij opeens wat beteuterd.
“Zeg me eens, James, wat wil je nou precies van mij?” vroeg ik, terwijl ik mijn armen over elkaar vouwde.
“Nou…”
“Heb je weer een weddenschap misschien? Laten we eens kijken wie Yente het eerst vergeeft, Janneke. Jaaa. Lijkt me leuk, Jip,” draaide ik met mijn ogen. James lachte even. Hij vond het nog grappig op de koop toe ook. “Je bent onmogelijk,” zuchtte ik vermoeid, voordat ik me omdraaide en weer weg wilde gaan. Om de één of andere reden had mijn hoofdpijn zich verplaatst naar ergens in mijn maag. En geloof mij. Maagkrampen waren niet leuk. Ik jammerde wat, toen James mijn pols weer vast pakte.
“Wat nou? Heb jij iets met mijn pols of zo?” vroeg ik uitermate geërgerd. James schudde zijn hoofd, grijnzend. “Wat vind jij hier nou toch zo grappig aan?!” Ik stond op het punt om te ontploffen en meneer kon alleen maar glimlachen, lachen en grinniken. Verdomme.
“Ik ga deze Kerst bij Sirius logeren.”
“Fijn voor je,” forceerde ik een glimlachje.
“En weet je waar die woont?” vroeg hij gretig.
“Nou?” vroeg ik op mijn beurt, ongeïnteresseerd.
“Op het Grimboudplein!” riep hij opgewekt. Ik kreunde inwendig. Dat was drie straten van mij verwijderd. En dat wisten alle Marauders goed genoeg.
“Geweldig.” Ik keek naar boven. “En waar heb ik dit aan verdient?” vroeg ik kwaad aan de lucht. Ik hoopte even antwoord te krijgen, maar zuchtte toen weer.
“Geweldig. Echt ge-wel-dig. Mijn dag is weer helemaal goed,” zei ik sarcastisch. James grijnsde.
“Dát vind ik nou ook.”
“Houd jij toch gewoon je mond,” katte ik hem af, voordat ik terug naar het kasteel liep.

Op het perron aangekomen namen we, nou eigenlijk Peter en Remus, afscheid van Sirius en James.
“Doei Yente,” probeerde James nog.
“Prettig kerstfeest,” knikte Sirius ook. Ik hoopte dat ze beiden stikten in hun kerstfeest. Toen ze geen antwoord terug kregen, dropen ze langzaam af.
“Hoe lang ga je nog kwaad op hen blijven?” vroeg Peter zachtjes.
“Oh. Dus jij vond er niets aan wat ze me hebben geflikt?” vroeg ik oververhit.
“Yente! Je weet dat ik tot vandaag niet meer met hen heb gesproken, om die reden.” zei Peter onthutst. Ik zuchtte.
“Ik weet het. So-” Ik werd het zwijgen opgelegd door een toekijkende Remus. Oké. Geen sorry zeggen. “Je bent geweldig, Peter,” glimlachte ik dan maar. Remus knikte goedkeurend.
“We gaan wel met de trein naar mijn huis moeten,” verkondigde ik onschuldig.
“Woon jij niet dicht bij Sirius’ thuis?” Ik knikte vaagjes, op Remus’ vraag.
“Misschien kunnen zijn ouders ons afzetten? Het enige wat je moet onthouden is, is dat je vanaf nu gekroond bent tot Volbloed. Oké?” glimlachte Remus liefjes. Ik knikte braaf voordat ik met door Peter richting Jip en Janneke werd meegesleurd.
“Sluipvoet?” vroeg Remus glimlachend. Sirius keek ons raar aan.
“Ja?” vroeg hij verbaasd.
“Yente moet iets vragen,” glimlachte Remus nog steeds.
“Ik- wat?” vroeg ik ontzet. “Waarom ik?!”
“Omdat jij onze gastvrouw bent.” Ik vervloekte Remus zachtjes, terwijl hij me richting Sirius duwde.
“Oké. Uhum. Sirius?” vroeg ik op een geforceerde vriendelijke toon. James was inmiddels ook naast Sirius gaan staan.
“Jaa?” vroeg Sirius nog een keer.
“Zou jij zo hoffelijk willen zijn om ons - hoe jij dan ook naar huis gaat - mee naar jouw thuis te nemen?” Sirius fronste even.
“Euhm. Ik weet niet of dat zo’n goed idee is,” zei hij traag.
“Zie je wel?” fluisterde ik geërgerd tegen Remus.
“Niet op die manier, Yente,” glimlachte Sirius zwak. “Mijn ouders zijn nou gewoon niet bepaald vriendelijk tegen - euhm.”
“Modderbloedjes?” gokte ik dan maar.
“Waar is er een Modderbloedje?” riep opeens een stem vlakbij mijn oor. Oh. De andere Zwarts is ook gearriveerd. Let’s have a party.
“In je bed,” snoof Sirius geërgerd.
“Vergeleken met jou, ben ik de trots van de familie.”
“En wat heeft dat nou weer met Modderbloedjes te maken?!” vroeg Sirius gepikeerd.
“Niets. Vond gewoon dat je dat eens moest weten. Stukje verdriet zoals je daar staat.” Urgh. Zwadderaars. Ik telde tot drie, maar gaf met twee mijn zelfbeheersing al op.
“Oké, Regulus. Zo heet je toch hé?” Regulus keek me even vaag aan.
“Ken ik jou?”
“Nee. Godzijdank. Jij gaat eens naar mij luisteren.”
“En waarom zou ik dat willen?”
“Omdat. Eén. Mijn familie veel hoger staat dan die van jou qua bloedstatus. Dus hou je klep daar maar al over dicht,” zei ik streng. Uhum. Laten we nou maar hopen dat ik nog op een deftige naam kwam ook. Erhm. Hoe noemde die gek ook alweer. Oh. Juist. Vilijn. Regulus lachte me gewoon uit, waardoor ik mijn toverstok trok.
“Jij? Ik ken jou niet,” grijnsde hij.
“Oh. En hoe zou dat komen? Kan ik er aan doen dat mijn pa jouw soort niet vertrouwd. Hij wordt niet voor niets de Heer van het Duister genoemd. Hij houdt nogal van het donker,” zei ik fijntjes. Regulus’ gezicht werd meteen wit en ik zag de rest van het groepje me raar aan kijken.
“Dat zal wel ja,” piepte hij ongelovig. Ik keek hem dreigend aan.
“Ga je me uittesten misschien?” vroeg ik gevaarlijk. Regulus schudde snel zijn hoofd.
“Ik ga nog wel even. Euhm. Ik zie je thuis wel,” mompelde hij tegen Sirius, voordat hij wegrende. Zodra hij buiten gehoorsafstand was, beet ik op mijn lip om niet in lachen uit te barstten. De rest keek me gewoon leeg aan.
“En dat heb je wanneer verzonnen?” vroeg Sirius bewonderend.
“Zonet,” haalde ik mijn schouders op. “Maar kunnen we nou nog mee of niet?” Sirius knikte.
“We gaan met de haard. Gewoon Grimboudplein 12 zeggen,” glimlachte hij. Ik glimlachte niet terug. Ik was nog steeds kwaad, weet je nog?
“Bedankt.” mompelde ik, voordat ik snel mijn koffers achter me aan sleepte, mee het haardvuur in. Voor ik het wist begon ik rond te tollen, rond mijn eigen as. Zodra ik stopte met tollen, voelde ik me misselijk. Hoe konden mensen nu in godsnaam zo deftig reizen? Ik knipperde met mijn ogen en zag dat er twee ogen me onderzoekend aan keken.
“Ben je een Volbloed meisje?” vroeg een mannenstem nors. Ik knikte. Ik zou zo te zien beter Remus’ raad maar opvolgen.
“Mooi. Ben je met Regulusje mee naar hier gekomen?” vroeg een vrouwenstem. Volgens mij bedoelde ze het lief, maar het klonk nogal … Kil. Ik schudde mijn hoofd traag.
“Met Sirius?” spatte de vrouw Sirius’ naam uit. “Je bent totaal zijn type niet. Vertel me eens, meisje. Waar is hij mee bezig?” vroeg ze traag.
“Wacht is effe.” sprak de man weer. “Ben jij dan ook een Griffoendor?” vroeg hij met pierende oogjes. Ik slikte. God wat was ik blij toen James de haardvuur uit kwam gedraaid. Deze mensen maakten jaagden me angst aan.
“En dan heb je hier meneer Potter,” spatte Sirius’ moeder weer.
“Mevrouw Zwarts, meneer Zwarts,” groette James vriendelijk.
“Het is hier net een kippenkot! Maar dat pik ik niet hé! IK PIK HET NIET!” brulde Sirius’ vader kwaad, waardoor ik onbewust een stapje naar achter zette. Jezus. Wat een freak. Ik botste op Peter en James kon ons beiden nog net tegenhouden om niet te vallen. Toen we er allemaal waren, waren we getuige hoe Sirius uitgekafferd werd door zijn ouders. Ik sloeg mijn ogen neer. Dit was best wel deels mijn fout.
“Ja, ja!” riep Sirius gefrustreerd, voordat hij ons de kamer uit leidde. “Let maar niet op hen,” zei hij tegen Remus, Peter en mij. James reageerde er niet meer op. Blijkbaar was hij hier al vaker geweest. Sirius wees ons de voordeur aan en ik glimlachte vaagjes naar hem en fluisterde een ‘sorry’, zodat Remus het niet kon horen. Ik keek even snel naar Remus, maar die had het schijnbaar niet gehoord. Sirius grinnikte.
“Schrik van zijn losse handjes?” grijnsde hij.
“Een beetje,” knipoogde ik, voordat ik het huis uit liep, met de hutkoffer achter me aan. Ik zuchtte vermoeid. Mijn ouders zo ver krijgen om te stoppen met het gooien van telefoonboeken, ging nog wat worden.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!


Laatst aangepast door duffie op Do Jan 31, 2008 19:27; in totaal 1 keer bewerkt
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Do Jan 31, 2008 17:34 Terug naar boven Sla dit bericht op

HEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEE <3
Ik word hier gedwongen tot posten xD
Ehen. Dat is zo Linnie*'s fout.
Puh. :')
Ach ja [a]
Weeet je? *puppyface*
Ik heb véél te veel energie!
Ik ga; Dracoliekje, Celia, PureMagical, Linnie*, BellatrixvanDetta en xMartine even doodknuffelen xD Volgens mij is dat niet eens een woord...
Ach ja.
Next!
x
Kell.

H o o f d s t u k 19
Oh crap.

Ik stak de sleutel in de deur en deed hem open. Remus en Peter volgden me, alsof het de normaalste zaak van de wereld was om in een huis, waar men met telefoonboeken gooide, binnen te stappen. Ik zuchtte toen ik mijn pa weer hoorde brullen. Ik keek even verontschuldigend naar Peter en Remus, die deden alsof ze niets merkten. Ik glimlachte. Ze waren gewoon geweldig. Ik zuchtte nog even, voordat ik de woonkamer in liep.
“Oh. Zie hier,” snoof mijn pa. “Yente geef me dat tijdschrift daar eens,” zei hij ongeïnteresseerd. Ik zuchtte en liep naar de tafel voor ik hem het tijdschrift gaf en al automatisch bukte voor de telefoonboek die moeder wierp, om pa’s aandacht te krijgen.
“Yente help je ma.”
“Euhm. Papa?” vroeg ik op mijn suikerzoetste toon.
“Wat?” blafte hij. Jezus. Hij leek Sirius wel in zijn hondengedaante.
“We hebben bezoek?”
“Ik ben niet geïnteresseerd in aan huisverkopers.”
“Het zijn vríenden,” mompelde ik.
“Oh. Fijn voor hen,” antwoordde mijn vader kort, ik draaide met mijn ogen en liet Remus en Peter me volgen naar boven. Bij de logeerkamer stopte ik. “Hier kunnen jullie slapen,” knipoogde ik naar hen. Remus knikte en stapte al naar binnen. Hij koos het bovenste bed van het stapelbed en liep terug naar mij toe. Hij glimlachte.
“Telefoonboeken gooien… heeft ook… euhm. Zijn charme,” glimlachte hij opbeurend. Ik grinnikte.
“Dat zeker,” grijnsde ik, voordat ik naar mijn kamer liep (die Peter al lang aan het bewonderen was).

“Kom op Peter! Maak haar in!” riep Remus geamuseerd. Ik zuchtte.
“Hé, wat support mag ook hoor!” riep ik naar hem, terwijl ik mijn benen weer terug trok en mijn schommel weer naar achteren vloog. Remus grinnikte. Oké. Peter was me aan het inhalen. Ik zuchtte, voordat ik grijnsde.
“Om het eerste af de schommel!” riep ik, voordat ik eraf sprong en in het zand belandde. Niet veel later viel Peter lachend op mij.
“Dat was vals spelen!” zei hij, terwijl hij sip probeerde te kijken.
“Dát, Petertje, was slim zijn,” grijnsde ik, voordat Peter op stond en me overeind hielp.
“En toch was het vals spelen, Yente,” bemoeide Remus zich ermee.
“Oké. Wat is dit? Werk - Yente - tegen - wanneer - ze - vals - speelt - dag?” vroeg ik zuchtend.
“Nee, dit is een laat - Yente - zich - kapot - lachen - dag,” fluisterde iemand, waardoor ik even gilde en me snel omdraaide.
“Haaaaiii Yente!” riepen twee stemmen in koor, voordat ik tot een kieteldood werd verklaard.
“Waahhaaha. Stop,” gierde ik het uit. James grinnikte alleen maar wat en kietelde vrolijk door.
“Wie moet er stoppen?” vroeg hij geamuseerd, ik zag vanuit mijn ooghoeken Remus en Sirius blikken uitwisselen.
“Jij!” riep ik grinnikend. James grijnsde gewoon, terwijl hij me verder kietelde. “Ik zweer het! Als je nou niet kapt vertel ik iedereen wat voor een paard jij bent!”
“Oh. Fijhijn. Alsof ze je zouden geloven,” grinnikte James opgewekt.
“Stohop,” klaagde ik lachend. Mijn maag deed gewoon pijn van het lachen, net zoals mijn mondhoeken trouwens.
“Wat krijg ik ervoor?” vroeg James met puppyoogjes. Ik keek hem even met vernauwde ogen aan. Oh. Dat hij dat maar uit zijn hoofd zette. Lang bleef die kwade blik echter niet hangen. Hee! Probeer jij dat maar eens, terwijl er vlinders door je maag razen én je lachspieren pijn doen van het lachen. “Oké. Wat moehoet ik zeggen?” lachte ik, terwijl ik op mijn buik rolde om zijn vingers te ontwijken. Weet je? Ik vind dat ik nogal vaak werd lastig gevallen met van die kriebelende vingers. Eerst Remus en nu James.
“Dat ik rock. En,” hij boog zich naar me toe. “je me nog steeds even graag ziet,” fluisterde hij in mijn oor.
“Zet dat maar al uit je hoofd, mannetje,” zei ik liefjes. James grijnsde echter. Zijn vingers waren even gestopt met kietelen.
“Oh ja?” vroeg hij opgewekt.
“YYYYYYYYEEEEEEEEEEENNNNNNNNTTTTTEEEEEEEEE!” riep een stem hyperactief. Ik schrok en wilde mijn hoofd van de grond brengen om te kijken wie er zo hysterisch was, maar ik bonkte met mijn voorhoofd tegen die van James.
“Auw,” kreunde ik. James greep ook naar zijn voorhoofd en keek me even bezorgd aan.
“En? Een hersenschudding?” vroeg hij flauwtjes. Ik schudde mijn hoofd en hij ging van me af, voordat ik ook recht stond. Ik werd meteen geknuffeld door een waas parfum, waarvan ik wist dat die van Sanne was.
“Saaaanneee!” glimlachte ik, terwijl ik samen even een rondje met haar rond sprong.
“Wie was die jongen ook alweer die op je lag?” vroeg Sanne opeens zachtjes in mijn oor. Ik grinnikte even.
“James,” fluisterde ik terug.
“Oh! En heb je Sirius meegebracht?” vroeg ze glimlachend. Ik knikte traag.
“Hij bracht zichzelf mee,” zei ik snugger. Sirius en James keken traag naar Sanne.
“Hoor jij niet in Frankrijk te zitten, Sofie?” vroeg James traag. Sanne en ik draaiden ons om, maar er stond niemand achter ons.
“Volgens mij bedoeld hij jou,” fluisterde ik.
“Oh ja!” zei Sanne opeens weer op haar vreselijk bekakt toontje. “Nou eigenlijk. Kom iek ‘elemaal niet uit France,” zei ze poeslief.
“Sanne woont ook in deze wijk,” nam ik het maar over.
“Maar. Dan ben je een Dreuzel,” merkte James snugger op. Sanne keek me wantrouwend aan.
“En een Dreuzel is?”
“Iemand die niet kan toveren,” zeiden we met zijn vijven in koor.
“Oh.” zei Sanne leeg. “Zeg! Dus jij discrimineert me, eigenlijk?!” kwam Sanne in actie.
“Wat? Ik?” vroeg James verbaasd.
“Ja! Jij! Zie jij hier nog een andere zot lopen met zwart haar en een bril?” vroeg Sanne vinnig. James keek even om zich heen, voor hij onschuldig zijn hoofd schudde.
“Aha! Dus doe niet zo bijdehand, meneertje.” Ik keek opzij en zag opeens Sirius naast me staan.
“Ik mag haar meer en meeeeeeer,” zong hij opgewekt in mijn oor.
“Oh. Crap,” mompelde ik. Sirius keek me met een opgetrokken wenkbrauw aan.
“Wat valt er te ‘oh crap’-en?” vroeg hij met een verbaasd gezicht.
“Nou. Als je haar achterlaat zoals al die andere meisjes, dan verzeker ik jou. Dat je niet lang meer zal blaffen,” zei ik met vernauwde ogen, maar net iets te luid, zodat al de anderen het hadden gehoord.
“Blaffen?” vroeg Sanne traag. Ik keek haar even snel aan.
“Ja. Heb je hem nog niet horen praten?” snoof ik. Oké. “Je mag helpen hoor,” fluisterde ik geërgerd, richting Sirius.
“Ze doelt op mijn hond,” zei Sirius liefjes.
“Aha. Dat verklaart veel.” zei Sanne traag, voordat ze me uit begon te vragen.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Feb 03, 2008 15:21 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heee [a]

Ik word hier weer gedwongen tot posten. Echt waar. Het is de laatste keer dat ik tegen iemand zeg hoever ik sta met schrijven xD :")
Thanks to: Linnie*, amytjuuuh, xMartine, Celia en 1991Nicole.

En op aandrang van de eerste een nieuw stukje;
x



H o o f d s t u k 20
You have, my what?

“Oké. Heeft hij soms een boerderij of zo?” vroeg Sanne verbaasd. “En waarom lag hij,” ze wees naar James, “zonet op jou? En. Hoe was het op Zwijndingens?” ratelde ze. Ik deed mijn best om de vragen te herinneren.
“Nee, geen boerderij. Hij kietelde me en op Zweinstein ging het goed,” antwoordde ik rustig, met veel nadruk op het ‘Zweinstein’ gedeelte.
“Oh. Waarom heeft hij dan zoveel dieren thuis?” vroeg Sanne verward. Ze kon echt niet volgen en ik glimlachte traag. “En waar houdt hij ze dan allemaal?” fluisterde ze gretig. Ik grinnikte.
“In zijn kamer,” fluisterde ik terug.
“Je hebt zijn-” riep Sanne geschokt. Ik schoot in de lach.
“Als je dat zo zegt, klinkt het zó fout,” lachte ik, voordat ik op mijn onderlip beet. Sirius keek me echter heel oplettend aan.
“Je hebt mijn wat?” vroeg hij nieuwsgierig. Ik keek naar Sanne, voordat we alle twee in lachen uitbarstten.
“San!” riep opeens iemand van achter ons. Sanne draaide met haar ogen, voordat ze zich liefjes omdraaide. Ik zuchtte vermoeid, daar had je dat zwartharig meisje, van vorige zomer, weer.
“Dielke,” glimlachte Sanne hartelijk. ‘Dielke’ keek even naar mij met een minachtend blikje, voordat ze met een keurende blik verder keek. Haar ogen bleven langer hangen bij James en Sirius dan bij Remus en Peter. Ik keek Dielke echter alleen maar ergerlijk aan, voordat al snel de rest van haar groepje er stond. Ik liep naar Remus toe en ging naast hem leunen tegen het hekje. “Echt waar. Ik haat haar zó hard,” vertrouwde ik hem met een kwaadaardig gezicht toe.
Remus glimlachte. Ik keek weer naar ‘Dielke’, die nu druk in gesprek was met Sirius en James. De rest van haar groepje stond er wat om heen. Uiteindelijk wendde James zich af van ‘Dielke’ en begon hij met een ander meisje te praten. Ik zuchtte even vermoeid.
“Die gaan we lang niet meer zien,” merkte Peter subtiel op. Remus gaf hem een stomp, maar ik draaide enkel met mijn ogen. Wat? Peter had gelijk. James zou gek zijn als hij … met mij - nou je weet wat ik bedoelde. Remus haakte zijn arm in de mijne en Peter deed hetzelfde bij mijn andere arm. Vrolijk waggelden we het speeltuintje uit.
“Heee!” riep Sanne, voordat ze achter ons aan rende. “Wacht eens op mij,” snoof ze, voordat ze haar arm in die van Peter haakte.
“Sorry, Madame,” zei ik op mijn beste bekakte toontje. “Zullen we een rode loper uit rollen?”
“Wat denk jij nou, lieverd?” snoof Sanne. “Die had hier al lang moeten liggen, schat. Hup. Maak er eens wat werk van!” Ze klapte in haar handen, voordat ze ons doodserieus aankeek. Niet veel later lagen we in een deuk.

Het begon al te schemeren en ik barstte echt van de honger. Zo te zien dacht Remus’ maag er ook zo over, toen die luidkeels begon te grommen.
“Laten we iets halen om te eten!” riep Sanne opgewekt, voordat ze Remus’ hand vastpakte, die mijn hand vastpakte en ik pakte Peters hand vast. Met Sanne voorop, trok ze ons richting de dichtstbijzijnde Pizzatent. We schoven allemaal aan een tafeltje en ik kaapte de menukaart weg. Ik koos ervoor om uiteindelijk een Pizza Hawaï te kiezen en gaf de menukaart door. Toen we allemaal besteld hadden, begon Peter wat in zichzelf te mompelen. We keken hem allemaal even leeg aan. “Peter is er iets?” vroeg ik een beetje bezorgd.
“Nee hoor,” zei hij luchtig. “Buiten dan dat Sluipvoet en Gaffel terug zijn,” begon hij opeens heel opgewekt te brabbelen. We keken hem raar aan, voordat we rond staarden en inderdaad James en Sirius zagen binnenkomen. Jammer genoeg met die ‘Dielke’ en dat andere meisje.
“Oh nee. Niet Saskia,” kreunde Sanne. Ik keek haar even verbaasd aan, voordat ik aan de kant werd geschoven.
“Hee!” protesteerde ik.
“Sorry, schat,” grinnikte James opgewekt. “Maar maak eens wat plaats.” Ik zuchtte vermoeid, voordat ik wat opschoof en haast op Peters schoot zat. Ik keek Peter even ongemakkelijk aan, maar die glimlachte alleen maar. Waarom konden mijn vrienden nou nooit eens geïrriteerd zijn, wanneer ik dat was? De twee meisjes kwamen vrolijk giechelend naast de jongens zitten. Ik draaide met mijn ogen en zag Remus naar me grijnzen en een paar woorden vormend met zijn mond. Ik trok een wenkbrauw op. ’Ik kan dus nog steeds niet liplezen,’ lipte ik terug. Remus trok een wenkbrauw op.
“Wat?” vroeg hij verbaasd, waardoor de hele tafel naar ons keek.
“Wel. Wat probeerde jij me duidelijk te maken?” vroeg ik traag.
“Oh. Nou. Erhm. Dat ik honger had,” verzon Remus snel. Ik keek hem wantrouwend aan, net zoals Peter, James en Sirius, maar die drie besteedden er al snel geen aandacht meer aan.
“Wat ben jij toch subtiel,” vertelde ik Remus liefjes.
“Vind je?” vroeg Remus terug. “Ik dacht nou toch echt dat ik het subtielste was van heel de tafel hier.” Ik trok een wenkbrauw op.
“Je Maraudersego?” Remus knikte poeslief.
“Ja.”
“Dacht het al.” We grijnsden even, voordat we vrolijk verder wachtten op ons eten.

“Ik zit vol,” mompelde ik. James’ scharrel keek me eens even vuil aan.
“Merk het,” glimlachte ze fijntjes. Ik keek haar vernietigend aan. “Wat nou?” vroeg ze geschrokken. Remus gaf me een stootje. Ik snoof.
“Ik denk dat ik even naar buiten ga,” zei ik simpel, voordat ik rechtstond en over mijn rugleuning kroop, naar buiten toe. Ik hoorde het meisje haar beklag bij de rest van de tafel doen, over mijn zogenaamde ‘tafelmanieren’. Buiten aangekomen, kon ik mijn eigen adem zien. Man, wat was het koud. Ik leunde tegen de muur van de Pizzaria aan en sloot mijn ogen even.
“Hieps!” zei een stem opgewekt.
“Hi,” mompelde ik, voordat ik in Sirius’ lachend gezicht keek.
“Was je het beu, meisje?” vroeg hij opgewekt. Ik trok een wenkbrauw op. ‘Meisje?’
“Wat heb je nodig, jongentje?” vroeg ik wantrouwend.
“Mag ik geen meisje zeggen?” Ik schudde mijn hoofd. “Wat moet ik dan zeggen?” pruilde Sirius. Ik lachte even.
“Het is voor jou, mejuffrouw.”
“Oh.” Ik knikte. “Was je het beu, mejuffrouw?” herhaalde Sirius zijn zin.
“Nogal,” vertrouwde ik hem toe.
“Wat kunnen meiden toch zagen niet? Ik bedoel. Je moest ze eens horen, toen jij recht stond,” draaide Sirius met zijn ogen. Ik gaf hem een plagerig stompje.
“Niet alle meisjes zagen!”
“Toch wel. Maar jij bent niet alle meisjes hé,” grijnsde hij. Ha! Hij kreeg het door.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Feb 09, 2008 12:42 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heeee xDD
Bedankt voor de lieve reacties: Amytjuuuh, Linnie* (jullie twee moeten niet discussiëren over Sier in het reageertopic xDD *vind stiekem dat Amy beetje gelijk heeft*), Dracoliekje, xMartine, BellatrixvanDetta, Celia
Applaus voor onze nieuwe lezers doke, Miss Davina* en radcliffefreak Cool
Wat een namen xDDD
Ach ja. Nieuw stukje!
x
Kell.
Oh. Ja. Ik weet het. Ik maak Peter leuker dan hij is... Maar er moest toch iets zijn waarom hij bij de Maudjes kwam? En volgens mij was hij niet altijd zo in zichzelf getrokken xD Dus ik maakte gewoon een echt maudje van hem. Kill me if you want, maar dan gaat er toch niets aan veranderen [a].

H o o f d s t u k 21
You don’t hit a girl, mate.

Ik zat vrolijk met Sanne te praten, toen haar mobieltje afging. Vrolijk nam ze op.
“Hee, schat!” groette ze Bart luid. Haar gezicht betrok.
“Sanne?” vroeg ik bezorgd. Haar ogen vulden zich met tranen.
“Hoezo? Wat heb ik gedaan?” snikte ze. “OH KOM NIET AF MET DAT GEZEVER MANNETJE! Durf niet! Hang die telefoon niet op! BART! Verdomme!” riep ze kwaad, voordat ze haar mobieltje op de grond gooide en stampvoette van woede. Ik keek haar verbaasd aan.
“Sanne?” vroeg ik, terwijl ik zachtjes rechtstond en naast haar kwam staan.
“Wat!” riep ze geërgerd. Ik keek haar geschrokken aan.
“Wat zei-”
“Durf zijn naam niet te zeggen!” zei ze kwaad, ze stapte het speeltuintje uit, haar fiets op. Ik volgde haar verbaasd, na haar mobieltje te hebben opgeraapt.
“SANNE!” riep ik haar na.
“Hulp nodig?!” riep iemand achter me. Ik keek om en zag Sirius en James aanvliegen op hun fietsen.
“Erh. Ja. Mag ik je mountainbike lenen?” vroeg ik met puppyoogjes aan Sirius.
“Waarom?”
“Wel. Laat maar. Kunnen jullie me anders naar Bart brengen?”
“Wie is Bart?” vroeg James nieuwsgierig.
“Mijn vriendje nou goed?” draaide ik met mijn ogen. We hadden hier zo geen tijd voor.
“Nou die mogen we niet laten wachten,” grapte Sirius. “Spring maar bij James achterop.”
“Op dit krot?” vroeg James ongelovig. “Hij gaat niet vooruit, Sirius.” Ik keek James kwaad aan. Wat was hij toch een schatje, dacht ik sarcastisch.
“Nou dan had je zonet maar niet op die boom moeten knallen,” snoof Sirius.
“Ik zweer het je! Die boom kwam er opeens uit het niets!” zei James met een geschokt gezicht. Sirius draaide met zijn ogen.
“Had je maar niet naar de brullende Sanne moeten kijken,” zei hij liefjes.
“Alsof jij niet keek,” zei James met een open mond, terwijl hij kwijlende bewegingen maakte, wat hem een harde stomp in zijn maag opleverde.
“Hé. Weet je? Niet dat ik me niet amuseer of zo,” grijnsde ik ‘opgewekt’. “Maar ik denk dat Bart momenteel een zware tijd heeft met Sanne. DUS ZOUDEN JULLIE WILLEN KIBBELEN IN JULLIE VRIJE TIJD?” Ze keken me even leeg aan, voor ze braafjes knikten.
“Goed zo,” zuchtte ik vermoeid.
“Spring maar achterop,” zei James opgewekt. Ik keek even schattend naar de oude fiets, waar James op reed, voordat ik toch maar op het bagagerek ging zitten.

“Euhm. Moeten jullie zo snel rijden?” vroeg ik met een klein stemmetje, terwijl ik me achter James rug probeerde te verstoppen. Dit ging veel te snel naar mijn zin. Straks viel ik er nog af! Ik hoorde James grinniken en Sirius een ‘ja’ mompelen. Ik keek even om me heen. “Hier rechts,” commandeerde ik uit de hoogte.
“Hier rechts,” zei James doodserieus tegen Sirius, die knikte.
“Hier rechts,” knikte hij nog steeds, voordat ze écht rechts gingen. Ik draaide met mijn ogen. Púbers. Ik sprong af de fiets, toen we Barts huis naderden. Ik zag Bart met een rood gezicht in de deuropening staan, terwijl Sanne hem de huid vol schold.
“Sanne. Rustig het is over,” zei Bart vermoeid.
“Ja. En hoe! Via de telefoon! Hoe laag kan je vallen?!” brulde ze woedend in zijn gezicht. Bart knipperde met zijn ogen.
“Nou hoe had je het dan liever gehad?” vroeg hij liefjes. Sanne hief haar hand op en sloeg hem in het gezicht.
“Luister goed, mannentje,” brulde ze, voordat ze een mep van Bart terug kreeg. In een oogwenk stond ik voor Barts neus met mijn toverstok onder zijn kin. Ik was echter niet de enige, ik zag Sirius naar me knipogen, terwijl die zijn stok tegen Barts maag hield.
“Wat is dit? Freakdag?” vroeg hij geërgerd. Ik keek even verbaasd naar Sirius, voordat ik me toch maar naar Bart wendde.
“Ga je verontschuldigen aanbieden,” zei ik kalm.
“En waarom dat?”
“Maat, je slaat geen meisje,” zei Sirius streng.
“Mag ik jou dan slaan?” Bart zei het meer, dan dat hij het vroeg.
“Wel. Sla dan,” zei Sirius, terwijl hij met een vinger op zijn wang tikte. Bart deed wat van hem gevraagd werd en sloeg Sirius, voordat we het wisten rolden Sirius en Bart vechtend over de grond. Toen Sirius een knietje kreeg mengde James zich in het gevecht.
“Hé. Sukkel. Da’s dus wel mijn beste vriend hé!” brulde die in Barts oor. Ik zuchtte vermoeid.
“Wie pak jij?” vroeg ik, terwijl ik mijn haar voor mijn ogen wegblies.
“Ik pak James wel,” zuchtte Sanne. Ik knikte serieus, voordat ik Sirius wegtrok van Bart. Sanne deed hetzelfde bij James. Bart lag helemaal opgerold, me zijn armen over zijn hoofd, op de asfalt.
“Laat me los,” zei Sirius kwaad.
“Mij ook!” riep James gewelddadig. Sanne zuchtte.
“Jullie hebben hem een trauma voor het leven gegeven,” grinnikte ik half.
“Mooi zo!” riepen James en Sirius in koor. Ik zuchtte opnieuw.
“Pubers,” mompelden Sanne en ik deze keer in koor. Sirius en James keken ons leeg aan, voordat we vrolijk weg wandelden (James en Sirius fietsten heel traag) Bart achterlatend. Ik keek even bezorgd naar James die een beetje mankte en naar Sirius die een blauw oog had en af en toe eens pijnlijk naar zijn maag keek.
“Gaat het wel?” vroeg ik James, toen Sanne en Sirius ook in een gesprek raakten. James knikte kort.
“Ja, hoor. Ik kan er tegen,” deed hij zich groot voor. Ik grinnikte en knikte. “Waar zijn Peter en Remus trouwens?” vroeg hij traag. Ik haalde mijn schouders op. Ik had geen idee.

“Yente!” riepen twee stemmen toen ik thuis kwam. Hier zaten ze dus!
“Peter! Remus!” riep ik opgewekt terug.
“Kom eens mee,” beval Peter me, voordat hij me mee de trap op sleurde. Ik volgde gedwee en keek naar het grijnzende gezicht van Remus.
“We hebben iets Marauderachtig gedaan,” zei hij trots. Ik keek hen traag aan, voordat ik eens bezorgd in mijn slaapkamer keek.
“Nee, niet daar,” grijnsde Peter ook.
“We hebben de telefoonboeken verstopt,” zei Remus blij. Wow. Ik kuchte. Het was te zien dat James en Sirius de breinen achter die operaties waren. Ik had echt niets tegen Remus’ brein. Maar dat was net iets te braaf. Ik glimlachte liefjes, voordat ik geshockeerd naar beneden keek, ik hoorde iets breken.
“Oh jee,” mompelde ik.
“O jee,” knikte Peter.
“Het porselein!” jammerde ik.
“O jee! Het porselein!” Peter greep dramatisch naar zijn hoofd. Ik grinnikte en gaf hem een duwtje.
“Gek.”





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Ma Feb 11, 2008 16:26 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heeeey mensjes Very Happy
Allemaal bedankt voor jullie reacties <3
Ben vandaag erin geslaagd het einde te schrijven van MOF [a]
Halleluija Very Happy
Dus dat vraagt gewoon om een nieuw hoofdstukje!
x
Kelly

H o o f d s t u k 22
Yente and James. Sitting in a tree…

Ik grinnikte toen Remus me weer eens versloeg met schaken. Ik staarde naar buiten. Kerstvakantie was gedaan en we gingen weer naar Zweinstein. Yippie ya yee. De coupédeur schoof open en uitgeput plofte James naast me neer. “Meisjes maken het je niet gemakkelijk hé?” vroeg ik zonder op te kijken. Ik wist dat James me leeg aan keek. Ik glansde even naar hem en kreeg nog gelijk ook.
“Je kent me te goed,” mompelde hij, toen ik grijnsde.
“Oh. Gaffel,” zei Sirius dramatisch, toen die ook was gaan zitten. “Weet je nu wat we al jaren moeten doormaken? Zij leert je een paar maanden kennen en kent je al door en door. Je bent zó voorspelbaar,” zei hij op zo’n meisjestoon, dat ik er even stil van werd.
“Sirius?”
“Ja, liefje?”
“Je maakt me bang.”
“Oh,” mompelde hij. De coupé barstte in lachen uit en ik glimlachte enkel.
“Beeld ik het me trouwens in of heb jij opeens héél veel bij?” vroeg Remus verbaasd naar, Sirius’ koffers knikkend.
“Ik trek deze zomer bij James in,” zei hij enkel. James glimlachte zwakjes, toen opeens iedereen naar hem keek. Ik schudde mijn hoofd.
“Dat je het daar zo lang heb uit gehouden,” floepte ik eruit. Sirius keek me even verbaasd aan, voordat hij grijnsde.
“Ja. Nogal knap van mij hé?” vroeg hij, terwijl hij zich wat breder zette. James draaide met zijn ogen.
“Heel knap.”
“Jaloers?”
“Goh. Echt wehel.” Ik schudde mijn hoofd, voordat Sirius iets tegen James fluisterde. James grinnikte.
“Jaloers?”
“Nah. Mij heeft ze al vergeven, daarvoor hoor.”
“Mij ook. Toch?” Ze keken mij allebei aan. Ik draaide geërgerd met mijn ogen.
“Moeten jullie altijd discussiëren?” vroeg ik met puppyoogjes. James knikte plechtig.
“Anders krijg ik mijn gelijk niet,” jammerde hij dramatisch.
“Ocharme toch.” Ik volgde Remus’ geamuseerde blik en zag Sirius even geamuseerd terug naar Remus staren.
“Is er iets dat jullie ons willen meedelen?” vroeg James grijnzend. Hij had het dus ook opgemerkt. Remus schudde zijn hoofd, maar Sirius kon het niet inhouden.
“Jullie zijn schattig samen! YENTE EN JAMES SITTING IN A TREE K.I.S.S.I.N.G.” zong hij uit volle borst. Ik werd hartstikke rood en keek snel naar buiten. Oké. Ik werd zonet dus niet rood. Niet. Rood. Oh. Damn it. Ik werd wel rood hé? Toen ik niet werd uitgelachen keek ik om en zag dat James even rood zag als ikzelf en dat de rest van de Marauders hem bevreemd aankeken.
“Wie ben jij? En waar is Gaffel?” vroeg Sirius verbaasd. Ik grinnikte, waardoor opeens iedereen naar mij keek.
“Wat nou?” grijnsde ik opgewekt. Ze zuchtten eensgezind en gingen weer verder met zagen tegen James.

Aan de Griffoendortafel luisterde ik geërgerd naar Perkamentus. Ik had een paar redenen om geërgerd te zijn. Eén: ik had een reuzenhonger, twee: James staarde steeds naar mij en drie: ik vond dat nog niet eens erg. Ik glimlachte opgewekt, toen het eten verscheen en keek naar het meisje over me, dat naar me knipoogde. Ik trok mijn wenkbrauwen op. Euhm. Over raar gesproken?
“Hee,” glimlachte ze opgewekt.
“Hey,” antwoordde ik vriendelijk terug, terwijl ik wat aardappelen op mijn bord kapte.
“Dus jij hebt met James hé?” Ik draaide met mijn ogen.
“Nee,” zei ik kalm.
“Niet?” vroeg het meisje verbaasd. Ik keek haar langzaam aan.
“Niet…” Ik zag James weer kijken en keek nu terug, waardoor hij zijn hoofd afwendde. Echt. Wat had hij? Het meisje knipoogde echter opnieuw en ging verder met eten. Ik besloot om hem er nadien eens op aan te spreken. Ik haalde mijn schouders op en genoot verder van mijn ‘feestmaal’ zonder het feest.

“Yente!” riep iemand, ik keek naar de boxershort in mijn hutkoffer en schudde mijn hoofd. Ik liep de slaapzaal uit en liep recht tegen Remus aan.
“Heb je mijn boxershort gezien?” bloosde die. Ik grinnikte en knikte van wel.
“Ben zo terug,” vertrouwde ik hem toe, voordat ik terug de slaapzaal in holde. Niet veel later gooide ik de boxershort naar buiten, voordat ik zelf volgde. Remus haalde zijn eigen boxershort van zijn gezicht en grinnikte.
“Bedankt, Yente,” grijnsde hij.
“Graag gedaan,” haalde ik mijn schouders op. Hoe kwam dat ding eigenlijk in mijn koffer?
“Remus…” begon ik streng.
“Hé. Peter dacht dat het grappig zou zijn,” haalde hij onschuldig zijn schouders op, voor hij vertrok. Nou ja. Ik grinnikte even. Het waren toch stelletje mafkezen hoor. Ik liep ook maar naar beneden. Ik was al helemaal klaar met mijn hutkoffer uit te laden… Wat moest ik anders doen? Ik gaapte even, voordat ik richting de bank liep.
“YENTE!” riep iemand luid. Ik slaakte een gilletje.
“Verdorie, James! Moet ik een hartaanval krijgen?” vroeg ik ontzet. Ik hoorde James grinniken.
“Moest je van Remus roepen.” Ik schudde mijn hoofd en liep richting de jongensslaapzalen, de jaloerse blikken negerend. Ik leek net een marionet.
“Ja, Remus?” vroeg ik vrolijk, terwijl ik binnen kwam.
“Huh?” vroeg Remus verbaasd, terwijl hij de badkamer uit liep in zijn badjas. “Wat is er?” vroeg hij opnieuw. Ik kruiste mijn armen voor mijn borstkas en keek James uitnodigend om een uitleg aan.
“Wat?” vroeg hij gepanikeerd.
“Waarom moest ik komen, James?” vroeg ik met een opgetrokken wenkbrauw. James glimlachte onschuldig.
“Geen idee,” zei hij opgewekt. Ik draaide met mijn ogen, voordat ik op een willekeurig bed neerplofte.
“Waar is de rest?” vroeg ik nonchalant.
“Sirius had een date en Peter ging een uil versturen,” zei Remus op monotoon. “Mag ik weer verder douchen?” vroeg hij rustig. Ik knikte met een puppygezichtje.
“Duuuuuuss,” begon James met een vastberaden trekje, toen hij naast me neerplofte.
“Dus?” vroeg ik nieuwsgierig. James grijnsde en legde zijn handen onder zijn hoofd.
“Wist je dat je op mijn bed ligt?” vroeg hij opgewekt.
“Wist ik niet,” zei ik traag.
“Nou. Dan weet je het nu.”
“Inderdaad.,” zei ik kalm. “Wil je me eruit?” vroeg ik plagerig. James schudde mijn hoofd.
“Blijf jij maar gezellig liggen,” zei hij glimlachend, voordat hij een gedetailleerd verslag gaf over zijn laatste Zwerkbalwedstrijd.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Wo Feb 13, 2008 18:50 Terug naar boven Sla dit bericht op

HOIDERDEHOI Very Happy
Ik ben vrolijk xD En dat ga je geweten hebben.
OMG. I just adore some people xD
*gaat de namen op zoeken*
*wacht geduldig*
*vind ze*
*grijnst*
BellatrixvanDetta, Amytjuuuh, xMartine, Kiwi (ja! Jij Naomi xD), Dracoliekje, Celia, Eline (whatever your name's here xD).
En ja hoor mensen Very Happy Dit ficje gaat nog even door xD
Geen paniek xD
x
Kelly



H o o f d s t u k 23
Give the lady a price.

“Krijg nou wat!” riep iemand geschokt uit, waardoor ik mijn zin abrupt moest afkappen. James en ik keken traag naar de deur waar een geschokte Sirius stond.
“Hoe was je date?” vroeg ik opgewekt. Sirius mompelde wat en ging op zijn eigen bed zitten.
“Yente?” vroeg hij opeens poeslief.
“Sirius,” antwoordde ik.
“Weet je waar je zit?”
“In grote lijnen wel, ja.”
“En je vindt dat niet erg?”
“In grote lijnen niet.”
“In grote lijnen?”
“Ja. Ik kan moeilijk cirkels zeggen hé,” zei ik subtiel. Sirius grijnsde opgewekt.
“Geweldig,” zei hij hyperactief. “Was James je les geven?” Ik schudde mijn hoofd.
“Hij was me vertellen over Zwerkbal,” glimlachte ik.
“Oei,” zei Sirius oprecht.
“Sluipvoet!” pruilde James. “Dat is niet ‘oei’-erig.”
“Welles.”
“Nietes!”
“Wel!”
“Niet!”
“Gaffel!”
“Sluipvoet!”
“Koppen dicht!” riep iemand geërgerd. We keken verbaasd om en zagen Remus met een bleek gezicht naar binnen strompelen.
“Remus?” vroeg ik verbaasd, terwijl de jongens een “Maanling?” piepten.
“Wat begrepen jullie niet?” vroeg hij geërgerd. Ik keek hem verbaasd aan. Ik gebaarde naar de deur en zwaaide even naar Sirius en James, voordat ik de deur uit snelde.

Aan de deur bleef ik staan om af te luisteren.
“Maanling. Vind je dat er zelf nou niet over gaan?” probeerde James voorzichtig.
“Erover gaan,” snoof Remus. “Ik beslis zelf toch wel wat ik doe zeker?!” Ik hoorde hoe het even stil werd, voordat ik me abrupt omdraaide door de voetstappen op de trap. Ik gebaarde Peter dat hij stil moest zijn, terwijl hij naast mij kwam staan. We hoorden een luide ‘PLOF’ en een geschokt kreetje.
“Weet je wat je zonet op de grond gooide?” vroeg Sirius ontzet.
“Verras me,” antwoordde Remus droog. Ik legde mijn hand op Peters mond, zodat hij niet zou lachen.
“Een boek,” antwoordde Sirius kalm.
“En?” vroeg Remus standvastig.
“Boeken zijn je leven!” riep James ontzet.
“En?”
“Stop met dat ge-en.” Sirius was geïrriteerd.
“Wat is er mis met jou?” vroeg James echter iets bezorgd.
“Niets.”
“Maanling… Is het bijna volle maan?”
“IK ZEI ER IS NIETS!” brulde Remus kwaad. Ik schrok hier enorm van en keek Peter geschokt aan, die iets piepte.
“Is er iets gebeurd?” vroeg ik verbaasd. Peter schudde zijn hoofd.
“Niet dat ik weet,” haalde hij zijn schouders op. Wat was er in godsnaam mis?! Voordat ik het wist kreeg ik de houten deur tegen mijn voorhoofd en kreunde pijnlijk.
“Sorry,” piepte James meteen. “Heb ik je pijn gedaan?” vroeg hij bezorgd. Ik schudde mijn hoofd.
“Het gaat wel,” glimlachte ik. Ik hoorde hoe Sirius en Remus verhit ruzie maakten en zuchtte.
“Ik snap het niet,” zei Peter verbaasd.
“Verbaasd me niets,” zuchtte James. “Maar troost je. Deze keer ben je niet alleen.” Ik scande mijn geheugen af. Remus was altijd heel normaal blijven doen… Ik snapte niet, waarom hij opeens zo deed. Ach ja. Misschien is het straks alweer over…

“YENTE! Schuif een reet op,” beval Remus me. Ik trok een wenkbrauw op en keek hem verbaasd aan.
“En dat ga je zo vragen?” vroeg ik verbaasd.
“Ja. Wel? Ga je nou nog opschuiven?” vroeg hij geïrriteerd. Ik schoof een beetje op en keek Remus bezorgd aan.
“Heb je problemen?” vroeg ik bezorgd.
“Zie ik eruit als een man met een probleem?”
“Nogal…” glimlachte ik rustig.
“Yente…” begon Remus traag, voordat hij stopte. Hij kreeg even een eigenaardige blik in zijn ogen, voordat hij wild grijnsde.
“Ik wil je het Krijsende Krot eens laten zien,” zei hij glimlachend. Ik keek hem verbaasd aan.
“Ik heb het Krijsende Krot al gezien, Remus,” antwoordde ik vriendelijk.
“Maar nog niet van binnen. Toch?” Ik schudde mijn hoofd. “Laten we morgen afspreken! Je moet dat echt gezien hebben,” grijnsde Remus. Ik vertrouwde het niet, maar knikte toch maar. Ik zou het er later wel eens met Peter over hebben. Remus gedroeg zich echt niet meer normaal. Misschien moesten we zelfs naar Anderling stappen als hij er niet op ging beteren.
“Oké. Laten we morgen naar het Krijsende Krot gaan,” stemde ik in. Remus glimlachte tevreden, voordat hij de leerlingenkamer uit liep. Ik keek hem verbaasd na. Hij was nu al een week zo. En het werd steeds erger. Hij maakte zijn huiswerk niet meer, schold leerkrachten uit en -
“Wat moest hij?” onderbrak Sirius, mijn gedachten, bitter.
“Hij wou me het Krijsende Krot laten zien,” haalde ik mijn schouders op. Sirius keek me gepanikeerd aan.
“Hoezo?” vroeg hij verbaasd, voordat James naast me kwam zitten.
“Wat is er?” vroeg die meteen, toen hij Sirius’ gezicht zag. Ik zuchtte en vertelde opnieuw wat ik Sirius ook had verteld.
“Sirius,” begon James traag.
“Ik weet het. Er is iets niet juist.” O. Wat een stelletje genieën bij elkaar.
“Maar wat gaan we eraan doen?” onderbrak ik hen.
“Volgen? Doen wat hij zegt?” suggereerde James. Ik keek hem wantrouwig aan.
“Wie weet wat doet hij met haar in het Krijsende Krot!” zei Sirius geschokt.
“We volgen haar wel hoor,” zei James kalm. “Ik laat haar niet alleen gaan…” Auw. Wat lief. Ik glimlachte naar James en hij knipoogde terug.
“Kunnen we kappen met het flirten en ons concentreren op Remus?” vroeg Sirius geamuseerd.
“We waren niet aan het flirten,” zeiden James en ik in koor.
“Right,” grijnsde Sirius uitdagend. Ik gaf hem een duwtje.
“Back to the point,” zei James snel.
“Dus jullie gaan mee?” vroeg ik traag. De jongens knikten. “En hoe gaan jullie dat doen zonder op te vallen?” James grijnsde.
“Daarvoor hebben we dé mantel.” Sirius knikte.
“Dé mantel,” herhaalde hij.
“Wanneer we daaronder staan. Worden we onzichtbaar,” knikte James plechtig.
“Onzichtbaar!” herhaalde Sirius trots. Ik schudde lachend mijn hoofd.
“Een onzichtbaarheidsmantel?” vroeg ik geamuseerd.
“Geef de dame een prijs!”
“Een prijs!” zei Sirius opgewekt, voordat hij me drie kussen gaf. Ik dacht dat ik dood ging van het lachen.
“Oké. Waar ligt die mantel dan?“
“Boven,“ antwoordde James opgewekt. “In mijn hutkoffer.“
“Hij is van jou?“ vroeg ik verbaasd. James knikte en ik glimlachte liefjes. Ik hoopte maar dat het goed kwam als we dit gingen doen. Tenslotte… Met Jip en Janneke wist je nooit…





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Vr Feb 15, 2008 17:13 Terug naar boven Sla dit bericht op

He-yo! xD
Bedankt voor de lievige reacties iedereen <3
En op aandringen van Eline is hier het volgende stukje Very Happy I simply adore drama xD

x
Kell

H o o f d s t u k 24
We - are - were with you.

Ik stond een beetje te treuzelen in de leerlingenkamer. Als Sirius en James onder de onzichtbaarheidsmantel stonden, kon ik hen toch onmogelijk zien? Ik keek wat op mijn horloge. Waar bleven die gasten?
“We kunnen,” fluisterde James, waardoor ik een gat in de lucht sprong.
“Verdorie,” mompelde ik, voordat ik zonder op het gegrinnik te letten verder liep het portretgat uit. Ik begon op het gekibbel achter me te letten.
“Sluipvoet, houd die map toch eens stil,” jammerde James.
“Houd hem dan zelf vast.”
“Maar ik loop al achteraan!”
“En wat doet dat ertoe met de map?”
“Niets. Maar.”
“Gaffel… Ga dan naast haar lopen als je je zo’n zorgen maakt,” zei Sirius geïrriteerd. Ik slikte en deed alsof ik het niet hoorde.
“Als ze dat gehoord heeft, sla ik je met mijn gewei knock-out,” dreigde James zachtjes.
“Moet je eens proberen,” snoof Sirius. “Ik bijt je in je enkels.”
“Alsof je dat zou doen?”
“Gaan we me uittesten?”
“Wat als ‘we’ dat aan het doen waren?”
“Jongens? Verbeeld ik het me of hebben jullie ruzie?”
“Nee,” beten ze me allebei toe. Oké. Die was duidelijk…
“Yente?” vroeg een meisje uit Huffelpuf verbaasd. Ik keek haar glimlachend aan.
“Ja?”
“Tegen wie praat je?” vroeg ze verbaasd.
“Oh. Tegen mezelf.”
“Aha,” zei ze, voordat ze maakte dat ze weg was. Ik draaide met mijn ogen en besloot de jongens verder te negeren.

“Het zou wel handig zijn geweest, moesten we Wormstaart mee hebben genomen,” fluisterde James. Ik hoorde Sirius instemmen.
“En hoe ga ik in Zweinsveld geraken?” vroeg ik nieuwsgierig.
“Niet!” zeiden beide jongens in koor.
“Niet?” herhaalde ik stomverbaasd.
“Naah. We gaan-”
“James,” onderbrak ik hem. “Het Krijsende Krot is ín Zweinsveld…”
“Jaa. Maar-”
“Wel dan!”
“Laat me nou eens uitpraten!”
“Sorry. Wist niet dat je kwaad werd,” zei ik met een puppygezichtje en hoorde Sirius grinniken.
“Mag ik?” vroeg James zuchtend. Ik keek naar de plek, waarvan ik dacht dat ze stonden.
“Ga je gang,” zei ik, voordat ik werd omgedraaid richting de Beukwilg.
“Zie je dat boompje daar?” hoorde ik James vragen. En alleen al aan zijn stem kon je horen dat hij grijnsde. Ik draaide met mijn ogen.
“Ja. Ik zie die bóóm.”
“Oké. Dus we duwen op een soort van knopje en dan kan je in een ondergrondse tunnel. Zo komen we in het Krijsende Krot terecht.” zei James snugger. Ik moest toegeven, ik was onder de indruk.
“En dat hebben jullie helemaal zelf gegraven ofzo?” vroeg ik verbaasd. James lachte.
“Nee,” antwoordde Sirius geamuseerd. “Dat deed lieve oude Perkie voor onze chagrijnige Remus.”
“Oh.”
“Toen was hij nog niet chagrijnig, Sirius,” zei James betweterig.
“Nou. Hij is het nu toch?!”
“Wel… Ja. Maar.”
“Wel dan,” snoof Sirius.
“Sluipvoet.”
“Je mag een genie nooit verbeteren, Gaffel!”
“Wat denk jij dan wat je aan het doen bent?”
“Ego’s,” draaide ik met mijn ogen, voordat ik richting de Beukwilg stapte. En waar zit dat knopje ergens?

Toen ik de zoveelste tak ontweek, stopte de boom opeens met bewegen.
“Maraudersservice,” zei Sirius’ stem vrolijk. Ik schudde mijn hoofd en werd het tunneltje in geduwd.
“Oké. En nu?” vroeg ik zachtjes.
“Gewoon rechtdoor blijven lopen,” hoorde ik James’ stem. Ik zuchtte en wandelde verder. Domme jongens. Ik hoorde stemmen en vertraagde. Bij een luik aangekomen, wachtte ik even.
“Bén je zeker dat ze zou komen, Lupos?” siste een stem koel.
“Zeker wel. En doe niet zo, geit,” snoof Remus. Ik keek verbaasd voor me uit. Sinds wanneer gebruikte Remus dieren als scheldnaam?
“Noem me niet een geit.”
“Of anders?”
“Of anders vervloek ik je tot een pot pindakaas. BEN IK DUIDELIJK?”
“Hé. Jij bent de baas…” snoof Remus verontwaardigd. “Ga jij nou maar naar je hoekje, voordat je alles nog verpest!” Ik treuzelde. Waarom zou ik dit ook alweer doen? Ik keek opzij en zag dat James vanonder de onzichtbaarheidsmantel was gekomen. Ik draaide me weer om naar het luik.
“We zijn bij je,” fluisterde James, voordat ik aan mijn andere kant iemand in mijn hand voelde knijpen. Jezus. Wat doen ze opgefokt. Je zou nog eens een zenuwinzinking van hen krijgen, dacht ik. Ik glimlachte. “Weet ik,” mompelde ik, voordat ik het luik open deed en naar binnen klom.
“Ha! Hey, Yente,” grijnsde Remus, terwijl hij me een hand uit stak om me overeind te helpen. Ik liet hem me helpen, wat moest ik anders?
“Hee. Waarom moest ik hierheen komen?” vroeg ik zogenaamd geïnteresseerd in de omgeving waarin ik me bevond. Remus sloot het luik, nogal heel snel en ik voelde mezelf panikeren. James en Sirius konden er onmogelijk door zijn geraakt! Geweldig. Van alles wat er fout kon gaan op de wereld. Een Dreuzelminister kon ontslagen worden, Voldemort kon zichzelf hebben opgehangen, Anderling maakte het uit met Slakhoorn en nog zovele andere dingen, moest er natuurlijk net iets fout met míj gaan! Ik bleef echter glimlachen.
“Oh. Gewoon. Wou je dit eens laten zien,” grijnsde Remus duivelsachtig. Ik voelde mijn ogen opensperren. Waarom doe ik dat? Ik heb hen niet gezegd dat ze dat moesten doen! Ik voelde mezelf panikeren.
“Remus?” piepte ik, terwijl ik achteruit stapte. Ik zag Remus even verward kijken, voordat die grijns er weer was.
“Weet je, Yente?” vroeg Remus, terwijl hij een stap dichter deed. Automatisch zette ik er één achteruit. Dit was helemaal Remus niet… Ik vernauwde mijn ogen en keek hem serieus aan.
“Waar ís Remus?” vroeg ik bezorgd.
“Wat? Ben toch hier?” vroeg hij met een nep verbaasd gezichtje en zette nog een stap dichterbij. Ik wilde er ook één achteruit zetten, maar ik voelde twee sterke armen me tegen houden. Ik keek in paniek om en zag iemand me gemeen aan kijken. Ik slikte. Niet goed. Niehiet goed.
“Scheelt er iets, Yente?” vroeg Remus, terwijl hij steeds dichter en dichterbij kwam. Ik staarde hem gewoon aan, terwijl ik me probeerde in te denken hoe ik hier in godsnaam uit kon geraken. Als ik op die gast zijn tenen ging staan met mijn lomp gewicht, hoe lang zou ik er dan over doen om naar het luik te rennen, het open te doen én erin te springen? Veel te lang.
“Zeg. Yente.” glimlachte Remus.
“Zeg. Remus,” antwoordde ik droog. Stop toch met spelen, man! Get to the point. Remus grijnsde en ik hoorde de man die me vasthield ook grinniken.
“Hoe zou je het vinden, moest ik jou bijten?” vroeg hij geamuseerd. Ik voelde mijn ogen groot worden.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Feb 17, 2008 14:08 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heee iedereen xDD
Lekker spannend hé? ^^
Ach ja Very Happy
Dracoliekje, xMartine, Noompje (xD), BellatrixvanDetta, Amytjuuuh, Celia, Eline, Saartjuh (JAAA NOG EEN NIEUWE! I love you ^^) en jackiie (Nog één xDD Whaaa :')).
Wss ben ik iemand vergeten Very Happy
Maar dan stuur je maar een boow PB'tje xD
x
Kelly

H o o f d s t u k 25
When your best friend is a freak…

“Maar - maar,” stamelde ik. “Je kan me niet bijten! Het is geen volle maan!” riep ik bijna. Remus grijnsde alleen maar.
“Weerwolven kunnen ‘mensen’ ook bijten zonder volle maan,” grijnsde hij. Ik slikte.
“En waarom zou je dat doen?” vroeg ik wantrouwig. Wát kan ik nou voor hen doen? Asjeblieft laat hen van gedachten veranderen, bedelde ik. Remus grijnsde alleen maar, terwijl hij een spuit nam. Ik hield hem in de gaten, terwijl hij er een staaltje bloed in zoog.
“Yente?” vroeg hij geamuseerd. Ik keek hem in paniek aan. No way.
“Wat?” beet ik hem toe. Remus trok zijn wenkbrauwen op.
“Heb je een probleem?”
“HOE ZOU JIJ HET VINDEN?!” brulde ik woedend. “JE BESTE VRIEND WORDT OPEENS KRANKZINNIG, WILT JE ZIJN BLOED IN JOUW ADERS SPUITEN, ZODAT JE NET ZO GEFREAKT WORDT ALS HEM!” brulde ik naar hem. Ik zag vanuit mijn ooghoeken het luik open gaan en duimde voor mezelf dat dat James en Sirius waren. Remus’ ogen flikkerden gevaarlijk.
“Vind je me een freak?” vroeg hij kwaad.
“Momenteel? Ja. Hiervoor? Nee,” zei ik eerlijk. Remus’ wenkbrauwen schoten omhoog.
“Interessant,” mompelde hij, terwijl hij naar me toe liep met de Dreuzelspuit in de aanslag. Ik keek hem woedend aan. Ik kon dit niet laten gebeuren. Jezus. Laten we hopen dat ik hier niet alleen ben, wenste ik zachtjes, voordat ik hard op de man (die me vast hield) zijn tenen stampte. Hij liet me los en ik rende richting het luik, waar ik iemand mijn pols voelde pakken en me onder een mantel voelde trekken. Ik keek recht in twee bruine ogen en glimlachte. Yes! God hield van me! Wiiieeeh.
“James? Sirius?” vroeg Remus geamuseerd. Damn. God heeft gevoel voor humor zeg, dacht ik geërgerd. James en Sirius negeerden hem echter.
“Ben je oké?” vroeg James, terwijl hij me bekeek.
“Weet je wat er met Remus is?” vroeg Sirius geïnteresseerd en zelfs bezorgd. Ik schudde mijn hoofd naar hem.
“Ik denk aan een Wisseldrank,” haalde ik mijn schouders op. Sirius knikte serieus, voordat hij onder de onzichtbaarheidsmantel vandaan stapte. Ik wou hem terug trekken, maar hij schudde mijn hand los van zijn pols.
“Wat doe je?” siste ik hem na.
“Yente,” fluisterde James, terwijl hij me naar hem omdraaide. Ik keek hem eerst niet aan, maar na nog een “Yente” keek ik hem zuchtend aan.
“Zodra ik onderuit ben, moet je naar het luik. Snap je?” fluisterde hij. Ik schudde mijn hoofd.
“Je snapt het niet?” vroeg hij verbaasd.
“Waarom doen jullie dit?” vroeg ik zachtjes.
“Remus is onze beste vriend, Yente,” zei James streng. Ik knikte. Maar hij hoefde toch niet naar daar te gaan! Of klonk dat egoïstisch? James zuchtte en ik merkte dat mijn blik was afgedwaald naar zijn borstkas en keek hem weer snel aan. James glimlachte even, voordat hij naar Sirius glansde, naar mijn lippen, me kuste en zich dan uit de voeten maakte. Ik bleef stomverbaasd achter. Waarom deed hij dat? Ik slikte, maar besloot toch maar naar het luik te gaan. Met een flauwe glimlach klauterde ik door het openstaande luik en keek bezorgd even achterom. Ik hoorde te helpen! Ik besloot om toch maar hier te blijven. Ik zuchtte en hees mezelf weer in de kamer.

Ik stond in een hoekje en zag hoe Sirius Remus’ metgezel verstijfde. James daarentegen was aan het discussiëren geslagen met Remus, terwijl hij af en toe een vloek op hem afstuurde.
“Nou echt ‘Gaffel’, dacht dat je nou toch wel beter kon,” grijnsde Remus, terwijl hij het woordje ‘Gaffel’ er bijna uitspuwde. James rolde gewoon met zijn ogen.
“Hoe gaat het met moeke, Regulus?” vroeg James opeens geamuseerd. Remus stopte met bewegen en keek James even koud aan.
“Met ma gaat het goed,” grijnsde hij, voordat hij Sirius aanviel en hem verlamde. Ik keek verbaasd toe. Regulus? Ik had die naam eerder gehoord… Wanneer? Ik pijnigde mijn hersenen. James keek Remus/Regulus woedend aan.
“Waar is Remus?” vroeg hij haast sissend.
“Ergens vér hier vandaan,” zei Regulus in zijn Remus gedaante blij. Hij was Sirius’ broer! Ik had hem nog gezien op het perron! Ik zag hoe hij James ontwapende. Waar zat mijn eigen stok? Hmm. Ik zocht in mijn broekzakken en vond hem uiteindelijk. James zag er tegen dan al behoorlijk gehandhaafd uit. Ik beet op mijn lip en gooide de mantel zachtjes van me af. “Expelliarmus,” mompelde ik, terwijl ik mijn stok op Remus richtte. Hij draaide zich om, terwijl zijn toverstok naar mij toevloog.
“Yente,” zei hij, totaal niet verrast. “Kom je het feestje opgang brengen?” Ik draaide met mijn ogen.
“Moet jij niet naar je ma’ke?” vroeg ik met een flauw glimlachje. Peter rockte! Ik wist nu tenminste wie of wat Regulus wás.
“Je kent me niet eens,” draaide Regulus met zijn ogen. Blijkbaar was hij erachter gekomen dat ik toch geen puurbloed was. En al helemaal geen familie was van die gék van een Voldemort.
“Echt waar, Zwarts? Je broertje als vriend hebben komt goed van pas hoor,” zei ik, met opeengeklemde kaken.
“Ist waar?” vroeg Regulus, terwijl hij ongeïnteresseerd tegen de muur leunde. James krabbelde langzaam overeind en raapte zijn stok op, terwijl hij Sirius ontstijfde.
“Echt waar,” zei ik plechtig, voordat ik het Sirius liet overnemen.
“Hoe maakt Knijster het?” vroeg Sirius niet bepaald geïnteresseerd.
“Veel beter sinds een bloedverrader het huis verliet.”
“Oh. Een stuk crapuul dat Voldemort op zijn wenken bedient dát is pas een aanwinst,” zei Sirius sarcastisch.
“Je snapt het,” zei Regulus kalm.
“Vertel me eens,” begon James. “Wanneer was het de laatste keer dat je je Wisseldrank nam?”
“Vertel jíj míj eens Potter, hoe je wist dat ík het was?” beantwoordde hij James’ vraag met een vraag.
“Gaffeeeeeell,” aapte James Regulus overdreven na. Regulus trok een wenkbrauw op.
“En?”
“Als Remus kwaad is gebruikt hij James,” zei James liefjes. Regulus draaide met zijn ogen en mompelde een ‘daar moet ik aan werken’. Sirius draaide zich uiteindelijk naar me om en stapte op me af. Ik fronste. Hoe wist hij dan nog dat het Regulus was?
“Hadden we - nou Gaffel - niet gezegd dat je weg moest gaan?” vroeg Sirius iet of wat streng. Ik draaide met mijn ogen. Een gewoon dank je was ook fijn geweest hoor.
“Ja. Ben al weg,” zei ik geïrriteerd, voordat ik me uit de voeten maakte. Jezus zeg. Ik sprong in het luik, verzwikte bijna mijn enkel en hinkelde half verder.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Wo Feb 20, 2008 20:14 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heee iedereen!
Deze keer even kort, want heb nog hw en moet nog even dingen inhalen met lezen ^^"
Dus.
IEDEREEN I LOVE YOU VOOR JULLIE REACTIES!
En iedereen buigen voor Naomie (ook wel gekend als Banawi) voor het dwingen tot posten xD
x


H o o f d s t u k 26
Confusing moments.

Ze waren me niet achterna gekomen. Níet. Ik zuchtte en wandelde de bibliotheek uit. Ik heb een boek daar geleend, die ik nogal interessant vond. Rustig, met mijn neus in dat boek, liep ik terug richting de leerlingenkamer. Na een paar keer stompen en één keer iemand om ver te hebben gelopen belandde ik in een stoel in de leerlingenkamer van Griffoendor. Ik gaapte wat en las mijn bladzijde uit. Het boek ging over een meisje dat naar een Dreuzel psychiatrie gestuurd werd, terwijl ze nog heel goed bij haar verstand was.
“Boe!” riep iemand luid en duidelijk, waardoor ik gilde en mijn boek liet vallen. Ik keek op en zag een vrolijke Remus staan.
“Remus!” riep ik, terwijl ik hem een knuffel gaf. Ik duwde hem opeens van me af en bekeek hem keurend. Hoe wist ik dat het Remus was? Remus grinnikte.
“Jip en Janneke lieten me vrij,” knipoogde hij. Ik glimlachte breed. Alleen Remus wist met wie ik Jip en Janneke bedoelde. Ik knuffelde hem haast plat, terwijl hij me rustig terug knuffelde.
“Waar zat je? Gaat alles goed?” ratelde ik, terwijl ik hem los liet. “Hebben ze je wat gedaan? Wat wilden ze?” Remus glimlachte alleen maar.
“Wat ben je aan het lezen?” vroeg hij geïnteresseerd. Ik begon hem onmiddellijk uit te leggen waarover het ging, maar bleef hem toch een beetje wantrouwig aankijken. Waarom wilde hij me niet gewoon zeggen wat er gebeurd was?

Ik zat stilletjes naast Peter in de Grote Zaal. Ik liet Peter zijn zegje doen, voordat ik hem onderbrak. “Waarom wilt geen één van de drie zeggen wat er met Remus is gebeurd?” vroeg ik fluisterend aan Peter. Peter keek me verbaasd aan.
“Is Remus terug dan?” piepte hij verontwaardigd. “Waarom weet ik daar niets van?!” Ik keek hem even medelevend aan. Ze hadden het hem niet eens verteld.
“Sinds gisteren,” knikte ik. Peter keek beetje triestig naar zijn bord en ik nam hem in me op. Hij zag er allesbehalve gelukkig uit.
“Yente?” vroeg hij zachtjes, waardoor ik glimlachte.
“Ja?”
“En hier hebben we onze schoonheid,” zei James joviaal, terwijl hij naast me neerplofte. Ik trok een wenkbrauw op. Schoonheid? Ahum.
“En Peter,” voegde ik eraan toe.
“En Wormstaart,” knikte James serieus. Ik draaide met mijn ogen en wendde me weer tot Peter.
“Wat wilde je zeggen?”
“Niets. Laat maar,” haalde die zijn schouders op, voordat hij opstond en vertrok. Ik keek hem nieuwsgierig na.
“Volgens mij heeft hij een vriendinnetje,” vertrouwde James me toe.
“Het is dat of hij heeft andere vrienden,” zei Sirius duister. Ik keek hen beide rustig aan.
“Waarom kunnen jullie niet gewoon naar hem toestappen en vragen wat er scheelt?” vroeg ik aan hen, met een strak gezicht. Sirius en James keken naar elkaar alsof ik hen net had aangesproken, met mijn toverstok in de aanslag.
“Zien we eruit alsof we meisjes zijn?” vroeg Sirius geshockeerd.
“Wat heeft dat met meisjes te maken?” vroeg ik opnieuw.
“Wel. Zoiets zouden meisjes doen,” antwoordde James.
“Wel. Jezus. Verwijf dan eens hé! Het zou je nog eens goed kunnen doen,” mompelde ik geërgerd, voordat ik beide jongens zag grijnzen.
“Moeten we verwijven, Yente?” vroegen ze in koor. Jip en Janneke zijn terug. Jeej.
“Ja,” antwoordde ik, voet bij stuk houdend. “Echt. Peter heeft ook gevoelens,” zei ik voordat ik recht stond en de Grote Zaal uitbeende. Waar zou Peter zijn? Als een hand me terug trok aan mijn pols keek ik zelfs al niet meer wie het was. “Je hebt echt een crush op mijn pols hé?” vroeg ik verveeld.
“Echt wehel. Zou die ‘ja’ zeggen moest ik hem ten huwelijk vragen?” grijnsde James, terwijl hij me een beetje verder van de Grote Zaal trok.
“Waar sloeg dat nou weer op? ‘Peter heeft ook gevoelens’?” vroeg James een beetje op zijn tenen getrapt, maar ook nieuwsgierig.
“Dat Peter ook zijn gevoelens heeft hé. Waarop zou het kunnen slaan?” vroeg ik een beetje geamuseerd.
“Wil je nou zeggen dat we hem niet goed behandelen?” vroeg James gevaarlijk.
“Nogal,” antwoordde ik, terwijl ik mijn pols terug trok.
“Wij behandelen Peter niet goed?”
“Je valt in herhaling…”
“Yente. Peter is een Marauder,” zei James streng. Ik trok een wenkbrauw op.
“So?”
“So… Wie hem aan hem komt, komt aan ons, snap je?” Ik knikte traag.
“Daarom dat je nog niet eens tegen hem had verteld dat Remus terug was,” zei ik, voordat ik me omdraaide en verder op zoek ging. Als ik James naast me zag lopen, zuchtte ik.
“Je geeft ook nooit op hé?”
“Nee. Naar waar gaan we?”
“IK ga op zoek naar Peter.”
“Ik ga mee.”
“En waarom dat?”
“Omdat,” antwoordde James, voordat het stil werd. Mijn gedachten dwaalden weer af naar het Krijsende Krot en de onzichtbaarheids mantel en James en… Ik zuchtte.
“Wat had dat in het Krijsende Krot te betekenen?” vroeg ik opeens, de stilte verbrekend. James keek me even aan, maar ik bleef stug om me heen kijken op zoek naar Peter.
“Wel gedeelte van gisteren?”
“Het gedeelte onder de mantel,” antwoordde ik opnieuw, terwijl ik stopte met stappen en naar James keek. James haalde zijn schouder op en keek om zich heen.
“Ik zie Peter niet, jij?” veranderde hij van onderwerp. Ik schudde mijn hoofd en ging weer naast hem lopen. Ik ging het hem niet makkelijk maken…
“Wel?”
“Wat?”
“Waarom verander je van onderwerp?”
“Mag dat niet?”
“Tuurlijk wel. Maar-”
“Laten we buiten gaan kijken.” James draaide zich om en liep naar buiten toe. Ik zuchtte vermoeid. Jongens.
“Potter,” zei ik waarschuwend, terwijl ik hem terug trok. “Hup. Vertel op. Ik laat niet met me spelen hoor.” James grijnsde.
“Je mag me hé?” zei hij, heel tevreden met zichzelf.
“Hangt ervan af in welke zin,” antwoordde ik, terwijl ik voelde hoe blosjes opkwamen.
“Juist ja,” grijnsde James, voordat hij weg keek. Ik trok een wenkbrauw op.
“Wat is jouw probleem toch, James?” vroeg ik, terwijl hij een paar stappen achteruit zette.
“Niets hoor,” mompelde hij. “Ik ga even kijken of Peter niet gewoon op de slaapzaal zit,” zei hij glimlachend, voordat hij zo snel wegrende als hij maar kon. Ik ging met een hand door mijn haar. Oké. Gefeliciteerd. Ik was verward…





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Ma Feb 25, 2008 20:51 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hee lovers die ik love <3
Een nieuw hoofdstukje xD
Ach ja xD
Niet te veel van verwachten hé? [a]
Ik houd van; Celia, Dracoliekje, BellatrixvanDetta, amytjuuuh, xMartine, jilly-ann en Saartjuh.
Ik vind Peter in dit stukje echt enorm lief <3 Zo zou ik mijn beste vriend of vriendin ook willen hebben [a]
En ik weet het xD Mijn Peter spoort niet helemaal. Maar ja [a]
x
love ya!

EDIT: IK TWINKEL! IK KNIPPER! Yay!


H o o f d s t u k 27
It’s all your fault, you know?!

“Schuif nou toch eens op!”
“Houd je elleboog uit mijn zij!”
“Wormstaart, je teen zit in mijn oog!”
“Sluipvoet, hoe kan dat nou?!”
“Mannen! Shut it!”
“Schuif je nou nog op, Gaffel?”
“Héé!”
“Sorry, schat.”
“Ben je schat niet! Laat me eraf!”
“Wat nou? Nu is iedereen happy!”
“Potter! LAAT ME AF JE SCHOOT!”
“Tuurlijk, Yente, liefje.” Ik zuchtte geërgerd en gaf Sirius zo’n ferme stomp, dat die Peter stompte en Peter af de bank viel.
“Klaar met kibbelen?” vroeg professor Anderling droog, terwijl ze een wenkbrauw op trok. Ik ging af James’ schoot en ging op de vrijgekomen plaats zitten. Ik keek liefjes naar professor Anderling en nam mijn notitieblok. Echt waar. Natuurlijk kwam ik weer te laat met onze ‘liefelijke’ Maraudertjes én is er nog maar één bank vrij. Een bank voor twéé personen. We waren met vijf. Gelukkig voor ons was het nog zo’n oude tafel, zo eentje dat je kan vergelijken met een picknicktafel. Maar dan nog. Dit ging er zwaar over. Volgens mij was er een bank naar een ander lokaal verhuisd ofzo.
“Goed. Nu iedereen geïnstalleerd is kunnen we verder gaan met Gedaanteverwisselingen. Kent er iemand een Faunaat?” Ik zag de jongens breed grijnzen en ik grinnikte even.
“Juffrouw Van Overbeeck. Kent u misschien iemand?” Ik trok even mijn wenkbrauwen op en knikte toen. Ik voelde iemand zachtjes tegen mijn benen stampen, maar ik bleef vrolijk glimlachen.
“Wel?” vroeg Anderling ongeduldig, met haar lippen op één lijntje.
“Wel. Ik ken een balkend paard, een hond en een rat,” zei ik opgewekt.
“Paarden balken niet, juffrouw van Overbeeck.”
“Maar deze wel.”
“Bestaat niet.”
“Eigenlijk bedoeld ze een hert, professor,” bemoeide James zich ermee.
“Ik bedoel dus wel degelijk een balkend paard,” draaide ik mijn hoofd om naar James. Jezus dit was krap. Sirius zat bijna op míjn schoot en ik bijna op die van James. En Peter. Tja. Die zat nog steeds op de grond.
“Een hert.”
“Balkend paard.”
“Hert.”
“Balkend paard!”
“HEHERT!”
“Goed. Balkend hert dan,” zei ik verontwaardigd. Sirius lachte half blaffend, terwijl hij zijn hoofd op zijn armen legde en verder lachte tegen de bank. De hele klas werd stil en keek een beetje leeg naar Sirius, voordat die zichzelf herstelde en ons even met een brede glimlach aan keek.
“Ga vooral door,” zuchtte hij gelukzalig. Ik schudde mijn hoofd en hoorde Anderling even zuchten. Jongens.

Ik bekeek James wantrouwig en zag dat Remus naast me kwam lopen.
“Wat heeft hij nu gedaan?” vroeg hij nieuwsgierig.
“Niets…” antwoordde ik, terwijl ik naar James’ rug bleef staren. Remus bekeek me nog eens nauwkeurig, voordat hij James ging lastig vallen. Ik zag James over zijn schouder kijken en ik keek vlug weer weg. Waarschijnlijk net niet vlug genoeg, mij kennende. James kwam naast mij lopen en stootte me plagend aan.
“Hangt er iets aan mijn rug?” vroeg hij opgewekt.
“Nee hoor,” glimlachte ik, voordat ik mijn blik van de muur losscheurde en samen met de rest de gang uit liep. James bekeek me observerend.
“Toch niet nog over gisteren?”
“Wat over gisteren?”
“Laat maar,” haalde James zijn schouders op. Ik wist maar al te goed wat hij bedoelde.
“Je krijgt het echt niet over je lippen hé?” vroeg ik, terwijl ik hem aankeek.
“Wat krijgt hij niet over zijn lippen?” vroeg Sirius, terwijl hij vrolijk een arm rond mijn nek zwierde. Ik zweeg hardnekkig en bleef gewoon verder lopen. Sirius keek van mij naar James en weer terug.
“Ruzie in het huishouden?”
“Sluipvoet!” riep James gepanikeerd, voordat hij Sirius wegsleurde. Ik schudde mijn hoofd.
“Zouden ze ooit veranderen?” vroeg ik dan maar aan Remus. Maar Remus keek me, naar mijn mening dan, veel te bedachtzaam aan. “Wat?”
“Niets…” haalde Remus zijn schouders op. “Ik ga even naar James kijken… Of alles wel goed gaat enzo,” glimlachte hij, voordat hij erachteraan rende. Ik rolde mijn ogen.
“Hi. Yente. Loop je gezellig mee, Yente? Tuurlijk, Yente,” mopperde ik, voordat ik hen ook maar volgde. Wat moest ik anders? Ik werd echter tegengehouden door Peter, die van de andere kant me omver liep. “Oh. Hey. Peter,” glimlachte ik, voordat ik verder wilde rennen.
“Ik zou maar niet daarheen gaan,” zei Peter, terwijl hij me tegenhield.
“En waarom niet?” trok ik een wenkbrauw op.
“Er euh… Lopen ratten rond?” verzon Peter ter plekke.
“Je bent zelf een rat! Mijn beste vriend is een rat! Waarom zou ik dan niet naar de andere ratten toe kunnen?”
“Omdat je ze eng vindt,” glimlachte Peter.
“Is dat zo?” vroeg ik verbaasd.
“Niet dan?”
“Euh.”
“Zie je wel!”
“Peter. Eigenlijk niet,” glimlachte ik onschuldig. Peter zuchtte.
“Oké. Oké. Ik mocht je niet doorlaten van James, Remus en Sirius,” flapte Peter eruit. Ik staarde even stil voor me uit. Was er soms weer iets gebeurd ofzo? Een weddenschap? Ik zuchtte. Whoops. Daar ging mijn zelfvertrouwen weer. Ik was de laatste tijd veel veranderd door de hulp van de Marauders, besefte ik me. Ik richtte mijn blik op de vloer. Ik vroeg me alleen af of dit wel in de goede zin was. Ik besefte zelf ook wel dat ik open bloeide en zo. Maar…
“Ben je nou kwaad?” onderbrak Peter mijn gedachten. Ik schudde mijn hoofd.
“Tuurlijk niet,” glimlachte ik, voordat ik Peter bij de arm nam en met hem naar buiten wandelde.
“Zeker? Je leek nogal van streek…” Ik trok een wenkbrauw op en glimlachte.
“Alles oké hier,” glimlachte ik opnieuw, voordat ik mezelf dwong om niet meer op mijn vorige onderwerp der gedachten over te gaan.

“Yente?” vroeg Peter, terwijl ik rustig naar het meer keek.
“Uhu?” Ik lag op mijn buik in het gras, met mijn hoofd op mijn armen. Ik miste deze momenten met Peter.
“Heb jij iets met James?” Ik scheurde mijn blik af van het meer en keek Peter verbaasd aan.
“Nee… Denk ik toch,” mompelde ik. “Hoe kom je daarbij?”
“Maar je weet het niet zeker?” drong Peter aan. Ik schudde mijn hoofd. Ik zag hem opgelucht zuchten en keek hem raar aan.
“Wat scheelt er?”
“Niets,” glimlachte Peter, voordat hij verder naar het meer staarde. Peter had ook op zijn buik gelegen, maar nu zat hij rechtop in het koele gras. Het bleef een tijdje stil, voordat ik toch de knoop doorhakte.
“Peter, waarom moest je dat weten?” vroeg ik nieuwsgierig. Peter zuchtte.
“Maakte me zorgen…” Ik glimlachte. Dat was zó, zo lief van hem.
“Hoezo?” vroeg ik toen.
“Nou… Je kent James’ reputatie enzo. En…” Ik keek hem aansporend aan, maar bij bleef zwijgen.
“En wat?”
“En ik vind dat je nogal verandert bent. Yente. Je moet niets doen wat je niet wilt, hé. Als ze te fanatiek doen, rammel je ze maar rond hun oren. Ik weet het niet. Maar laat jezelf niet verplichten om iets te doen, wat je maar niets vindt.”
“Peter.”
“Beloof het me!”
“Ik beloof het.”
“Wat beloof je?”
“Geen idee.” Peter zuchtte vermoeid.
“Dat je jezelf door James niets laat verplichten!” zei hij streng. Ik fronste even, voordat hij er “of de rest van de Marauders” aan toevoegde. Ik knikte.
“Ik beloof dat ik mezelf niets door James laat verplichten,” glimlachte ik. “Of door de rest van de Marauders,” vervolgde ik een minuutje later. Peter glimlachte opgewekt.
“Goed zo!” Ik lachte.

“Vind jij niet dat ze raar doet?”
“Hoe bedoel je?”
“Nou… Ze doet opeens zo afstandelijk…”
“Gaffel, heb je iets gezegd met die grote mond van je?”
“Nee!”
“Wat is er gebeurd dan?”
“Hmm. Er was eens die ene keer dat ze me iets vroeg, waarop ik niet kon antwoorden.”
“Willen, is een betere uitdrukking,” glimlachte ik, de twee jongens onderbrekend. James kreeg een halve hartaanval en Sirius glimlachte terug.
“Hoezo ‘willen’?” vroeg James verontwaardigd. Ik keek hem raar aan. Waarom reageerde hij nou weer zo?
“Wel…” begon ik traag.
“Je weet helemaal niet hoe het zit! Het is allemaal jouw fout, weet je!” Ik keek hem stomverbaasd aan.
“Wat is mijn fout?”
“Dat ik… Och laat ook maar!”
“Gaffel!” riep Sirius.
“Laat me!” riep James nu ook richting Sirius, voordat hij het portretgat uitstormde. Ik bleef stomverbaasd achter en keek naar de vloer. Ik hoorde Sirius zuchten.
“Trek het je niet aan.” suste hij me, terwijl hij een hand op mijn schouder legde.
“Doe ik wel,” antwoordde ik, voordat ik naar boven wandelde. Ik sloot de deur en zakte er met mijn rug tegen neer. Waarom vloog James nou weer zo uit? Wat had ik gedaan dan? Ik zuchtte even en voelde iets breken. Diep vanbinnen. Ik sloot mijn ogen, voordat ik vastberaden recht stond. Nou. Zó vastberaden was ik niet, maar ik probeerde er wel zo uit te zien… Ik opende de deur en wandelde de slaapzaal uit. Op naar ons ‘zonneschijntje’ James.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Do Feb 28, 2008 20:56 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hee iedereen!
Bedankt voor de reacties; xMartine, Dracoliekje, Amytjuuuh, Aradia, Celia, BellatrixvanDetta, Saartjuh en Miss_Slytherin bedank ik dus. *puppyface*
En speciaal voor Aradia een nieuw stukje.
x
Kelly


H o o f d s t u k 28

This is the price I’ll have to pay.

Ik negeerde Sirius, die me wenkte, en liep de leerlingenkamer uit. Hmm. Stel je voor. Jij bent een jongen en je bent razend op de wereld… Waar ga je heen? Urgh. Ik had een wonder nodig.
“Weet jij wat er met Gaffel aan de hand is?” vroeg mijn wonder in de vorm van Peter. Ik knuffelde hem haast plat.
“Yente? Ik stik,” murmelde hij, voordat ik hem losliet.
“Waar is James?” vroeg ik glimlachend.
“Ik zag hem zonet op de vijfde verdieping bij het portret van Hans de Sterke, maar waarom-”
“Bedankt, Pete!” riep ik over mijn schouder, terwijl ik naar de vijfde verdieping snelde. Onder het portret van Hans de Sterke zag ik James zitten op de vloer, toen hij mij zag zuchtte hij en draaide hij zijn hoofd weg. Ik ging naast hem zitten en probeerde in zijn ogen te kijken (waar ik dus niet in slaagde). “Wat scheelt er?” vroeg ik hem.
“Niets,” antwoordde hij. Ik zweeg en keek gewoon naar hem. Hij zag er alles behalve gelukkig uit. Ik zuchtte en keek naar de muur tegenover ons. Ik zag, vanuit mijn ooghoeken, hoe James zijn hoofd op hief en even naar me toe keek. Ik draaide mijn hoofd ook om zo zijn blik te vangen. En ik slaagde erin ook!
“Echt niet?” vroeg ik zacht. James haalde zijn schouders op en keek weer weg. Ik draaide met mijn ogen en zuchtte. Echt. Het kan niet zo’n groot geheim zijn dat ik het niet mag weten. Dacht dat we vrienden waren, dacht ik een beetje somber. “Luister, James. Ik zou gewoon graag weten wat er scheelt, weet je. We zíjn vrienden, ik wil je helpen.”
“Vrienden, ja,” bromde hij, voordat hij opstond en weg wandelde. Wat was dat nou weer?
“James! Potter! James Potter!” riep ik hem kwaad na. Ik had het gehad met meneer en zijn emotionele uitbarstingen. Ik liep hem achterna en ging voor hem staan. Eerst wilde hij langs me, door een stap opzij te zetten, maar ik liet me niet snel afschepen.
“Wat nou?” vroeg James geïrriteerd.
“Wat scheelt er met jou?”
“Niets!”
“Niets?! Je loopt al dagen rond als een meisje met haar maandstonden!” riep ik naar hem. James keek me even leeg aan, voordat hij weer kwaad werd.
“Leuk voor mij dan!”
“Vind je?!”
“Ja!”
“Wel ik niet! Kan je nou niet gewoon zeggen WAT er scheelt?”
“Nee.”
“En waarom niet? Voel je je daar te goed voor of wat?”
“Zeg ik dat?”
“Zo komt het over!” James keek me de hele tijd geschokt, maar kwaad, aan. Hij had me nog nooit écht kwaad gezien.
“Je bent gewoon gek!”
“En nou ben ik gek!” tierde ik kwaad. “Weet je wat? Stik erin.” Ik draaide me om en wandelde kwaad weg, met grote passen. Ik kruiste mijn armen voor mijn borstkas en zuchtte vermoeid. Ik beet op mijn lip om toch maar niet te gaan huilen. Uiteindelijk kon ik het niet meer houden en liet ik mijn tranen maar de vrije loop.

“Wat heb jij?” vroeg Remus verbaasd, toen hij me zag. Mijn ogen moesten waarschijnlijk rood zijn.
“Niets,” antwoordde ik, voordat ik werd tegengehouden.
“Niets?”
“Niets.” We draaiden ons hoofd allemaal om, toen het portretgat weer open ging. Het portretgat waar ik net door was gekomen. We zagen James naar binnen komen en ik draaide met mijn ogen. “Slaapwel,” mompelde ik net iets te snel.
“Yente!” riep een stem. Ik liep stug door en negeerde James, die langs alle kanten mijn aandacht probeerde te trekken. Ik liep zuchtend en half snikkend weer naar mijn slaapzaal toe. Ik wist niet wat er met me was, maar dit was ook geen leven meer. Ik zou zó graag weer de oude Yente zijn. Boven aangekomen, plofte ik op mijn bed neer. Daar zat ik dan, in kleermakerszit en met mijn handen in mijn haar.
“Yente?” vroeg diezelfde stem weer zachtjes. Ik zuchtte gefrustreerd.
“Kan je nou NERGENS zitten zonder te worden ge-Yentelt?” vroeg ik kwaad, voordat ik verdrietig en gefrustreerd in die twee bruine kijkers van hem keek. James fronste en haalde zijn schouders op.
“Als je jezelf… Doet er niet toe. Yente?” vroeg hij zachtjes. Ik keek hardnekkig de andere kant op. Ik beet op mijn lip, toen hij op mijn bed kwam zitten. Kon hij asjeblieft weggaan?
“Yente,” begon hij opnieuw. Hij en zijn ge-Yente altijd, dacht ik verwoed. “Het spijt me… Ik had niet zo-”
“Dat zeg je de laatste tijd nogal vaak hé?” bitste ik naar hem.
“Wat?” vroeg James verbaasd.
“Het spijt me. Wel. Sorry James. Maar het spijt mij ook,” zei ik, voordat ik naar de badkamer rende en mezelf opsloot in de badkamer en tegen de deur aanleunde. Ik sloot mijn ogen om even op rust te komen. Waarom was ik in godsnaam kwaad? ‘Het is allemaal jouw fout!’ Ik zag het hem nog zeggen.
“Yente! Doe die deur open! Ik moet met je praten!” bonkte James op de deur.
“Ga weg!” riep ik terug.
“Asjeblieft, Yente,” zuchtte James vermoeid. Ik schudde mijn hoofd. Ik wilde weer de oude Yente zijn en dat ging niet met hen. En al helemaal niet met hém. Na een tijdje bleef het stil en kwam ik de badkamer uit. Vloekend op mezelf, kroop ik onder de lakens. Het was nog niet eens zó laat. Pas acht uur of zo. Maar ik was de dag beu en wilde alleen nog maar slapen… Dus. Ik sliep.

De volgende morgen zat ik helemaal alleen aan de tafel van de Griffoendors. Ik zag sommige mensen wel achter mijn rug fluisteren. Waarschijnlijk omdat ik niet bij de Marauders hing, die zaten namelijk helemaal aan de andere kant van de lange tafel. Ik keek naar mijn bord, toen ze voorbij kwamen en hoopte dat ze me niet zagen. Peter daarentegen, plofte naast me neer. Peter mocht ik wel blijven zien toch? Daar was de ‘gewone’ Yente ook vrienden mee geweest. IS de ‘gewone’ Yente nog vrienden mee. Ik glimlachte somber naar hem.
“Waarom?” vroeg hij enkel. Ik haalde mijn schouders op.
“Ik denk, dat ik het onzichtbaar zijn mis,” dacht ik luidop. Peter glimlachte enkel, voordat hij me stevig knuffelde. Later die dag zag ik de Marauders hun gewone ding doen. Ik zag James flirten met een meisje van Ravenklauw en wendde mijn blik af. Dit was de prijs die ik moest betalen, om weer mezelf te worden.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Mrt 08, 2008 11:12 Terug naar boven Sla dit bericht op

Heee <3
Ik wil even iedereen bedanken voor de reacties ^^
Het is lang geleden dat ik nog heb gepost omdat ik a) eens een woede aanval heb gehad
en b) toen een cola-fles op de grond heb geklierd. En daarmee komen we bij c) ik ben dus twee weken gestraft xD
Mijn straf: niet op de pc xD
Dus ik ben nu best wel illegaal bezig...
Ach ja.
Enjoy het stukje folks <33


H o o f d s t u k 29
This isn’t you.

Maanden verstreken, maar ik stopte niet met het lopen. Ik werd er steeds beter in. Ik kon langere afstanden lopen, zonder op mijn knieën te zakken van vermoeidheid. Ik was weer een paar kilo’s afgevallen, maar niet om te zeggen van ‘Wow! Wat een figuur heb jij zeg!’.
Ik zat bij Gedaanteverwisselingen, maar zat niet bepaald met mijn hoofd bij de les. Alles wat professor Anderling ons vertelde, ontglipte me. Ik was veel te druk bezig met naar James’ rug te staren. Hij had niet meer met me gesproken sinds die keer in de slaapzaal. En… om je de waarheid te vertellen. Ik miste hem zo hard. Niet alleen hem. Ik miste zelfs Sirius! Remus ook… Gelukkig had ik Peter nog. Ik beet op mijn lip en keek snel weg, toen James achterom keek. Ik zag vanuit mijn ooghoeken Sirius ook achterom kijken en flauw glimlachen, voordat hij zich weer focuste om de les. Ik deed alsof ik druk bezig was met notities te nemen, toen Anderling langs kwam.
“We waren over kraaien bezig,” glimlachte Anderling lief, toen ze wees op mijn Jamaaien. Ik voelde mezelf rood worden en verbeterde het snel. Anderling was in een hele goede mood vandaag. Ik keek haar even verbaasd na, voordat ik mijn nekhaartjes voelde overeind staan. Ik kreeg het gevoel alsof er iemand naar me keek en draaide mijn hoofd weer om naar voor. In een oogwenk zag ik James zijn hoofd draaien.

“Wat had je in de plaats van kraaien geschreven?” vroeg Peter nieuwsgierig. Ik keek hem even bedachtzaam aan. Zou ik het hem wel vertellen? Wat als hij het doorvertelt aan James?
“Jamaaien,” fluisterde ik zacht, nauwelijks hoorbaar. Peter barstte in lachen uit.
“Jamaaien?!” riep hij luid, terwijl hij lachte. Ik gaf hem een stomp.
“Ja, Jamaaien,” antwoordde ik stil. Peter grinnikte nog na, terwijl hij zijn hoofd schudde.
“Waarom ga je niet gewoon praten?”
“Omdat. Nou. Gewoon,” antwoordde ik eigenwijs. Peter zuchtte vermoeid.
“Ik moest van Remus vragen wat er scheelde, aangezien je hem ontwijkt,” zei Peter, terwijl hij mijn kant op keek. Ik haalde mijn schouders alleen nog maar op en keek recht vooruit. Het was nog maar een maand of het was zomervakantie. Het moment om na te denken wat ik nou eigenlijk verwachtte van de Marauders én van James. Maar was het nou zo moeilijk om toe te geven wat er met hem scheelde? Die vraag zat na al die maanden nog in mijn hoofd. Net zoals de vragen; ‘Wat was er nou gebeurd met Remus? Waar had hij gezeten?’. Peter wilde het me ook niet vertellen, terwijl ik wíst dat hij het wist. Misschien was het allemaal maar beter zo, besefte ik opeens. Ik bedoel, ze vertrouwden me toch niet. Waarom zou ik hén dan vertrouwen? Juist. Daar was-
“Wat scheelt er?”
“Niets,” glimlachte ik, voordat ik met hem weg wandelde. Niet bewust van de twee paar ogen die ons nakeken.

En hopsa. Het zesde jaar zat er alweer op. Ik zuchtte, terwijl ik mijn zware hutkoffer achter me aansleepte. Mijn conditie was nog steeds niet wat het hoorde te zijn, maar het ging alweer wat beter. Peter ging waarschijnlijk bij de Marauders zitten, dus op hem hoefde ik niet te rekenen. Ach ja. Ik strompelde een coupé in en hees mijn hutkoffer in een bagagerek. Ik zuchtte vermoeid, toen dat ding er eindelijk in zat. Ik plofte neer en gaapte even. Toen dat de trein bijna vertrok schoof de coupédeur open.
“Whaaa. Gaffel. Echt waar! Je had haar gezicht moeten zien,” grinnikte Sirius opgewekt. Ik vervloekte hen in mijn hoofd, voordat ik uit het raam staarde.
“Yente!” riep Peter enthousiast, Remus glimlachte naar mij en de twee lachende pipo’s van de dag vielen stil.
“Hey Yente,” glimlachte Sirius opeens. “Lang geleden.” Hij plofte sociaal over me neer, na zijn hutkoffer te hebben gedumpt naast de mijne. Ik glimlachte alleen maar. Peter schudde zijn hoofd en fluisterde iets tegen Remus, waardoor Remus ook zijn hoofd schudde. James besloot me te negeren en ging over Remus zitten, een halve bank van me verwijderd dus. “Waar waren jullie over bezig?” glimlachte ik naar Sirius. Wat? Het was sterker dan mezelf!
“Oh. Over niets eigenlijk,” antwoordde Sirius luchtig. Ik draaide met mijn ogen en stond recht.
“Ik ga even naar het toilet,” kondigde ik aan, voordat ik de coupé uitvluchtte. Daar zagen ze me de rest van de trip niet meer. Ik wandelde dan toch maar richting de toiletten, ik moest toch ergens heen? Daar aangekomen, keek ik naar mezelf in de spiegel en draaide met mijn ogen. Hoe dom kon een persoon zijn? Ik slaakte een zucht en verfriste mijn gezicht. Toen ik weer op keek, schrok ik me dood.
“De leider der Jamaaien meldt zich,” knipoogde James naar me. Ik staarde gewoon geschokt naar hem.
“Je hoorde dat…” Ik zei het meer, dan dat ik het vroeg. James knikte serieus, voordat ik weer naar de deur wilde lopen, maar hij hield me tegen.
“Ik moet je nog iets zeggen, weet je nog?” vroeg hij, terwijl hij me opnam. Ik glimlachte poeslief naar hem.
“Praat jij maar vrolijk tegen jezelf. Zo werk je aan je karakter,” zei ik, terwijl ik hem een schouderklopje gaf, onder zijn armen door glipte en de deur open zwierde. Ik had nog geen stap buiten gezet of James trok me terug.
“Dat is niet de bedoeling,” antwoordde James (opnieuw) serieus. “Ik voel me belangrijk als iemand naar me luistert. En ik voel me graag belangrijk,” grijnsde James.
“Oh. Is dat zo?” vroeg ik, terwijl ik me focuste op een muur. James legde een vinger onder mijn kin en dwong me zo om hem aan te kijken.
“Dat ís zo,” glimlachte hij zacht. Oké. Ik voelde nu letterlijk de vlinders door mijn maag razen. Het leek net alsof ieder beetje huid reageerde op zijn vinger onder mijn kin. Zelfs mijn nekhaartjes stonden overeind. Oké. Sterk blijven. Je kan dit… Niet dus. Ik begon een beetje te panikeren en besloot een stap achteruit te zetten.
“Weer een weddenschap afgesloten misschien?” vroeg ik poeslief. James zuchtte, terwijl hij een hand door zijn haar haalde.
“Ik dacht dat we daar al over waren,” zuchtte James een beetje geërgerd.
“Niet dus. Daar was ik nog niet over. En wat kwam je me dan zeggen?” vroeg ik, terwijl ik mijn armen kruiste.
“Waarom doe je zo? Zo ben je helemaal niet!” Hij had zo gelijk, maar dat moest hij niet weten.
“Dan ken je me niet.” antwoordde ik kalmpjes.
“Ik ken jou niet?” vroeg James met een opgetrokken wenkbrauw.
“Nee,” antwoordde ik droog. James grijnsde en trok me naar zich toe, terwijl hij diep in die grijze kijkers van mij keek.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Mrt 09, 2008 17:22 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hee iedereen<3
Ik heb super nieuws.
Heb mijn ouders wat verstand bijgepraat dus ik kan een nieuw stukje ter ere van dat posten.
En ter ere van Elines gezaag xD
Ach ja.
Bedankt voor de reacties
en tot over een week <3
x
Kell


H o o f d s t u k 30
No, not my boyfriend.

Ik slikte opnieuw. Verdorie. “Euhm. James?” vroeg ik met een hese stem. Ik haatte mijn stem. Hij verraadde me gewoon!
“Yente?” antwoordde James, terwijl hij maar steeds naar mijn lippen bleef gapen. Dat deed mijn stem al helemaal geen goed en ook niet voor mijn nekhaartjes.
“Je mag me loslaten hoor,” mompelde ik zachtjes. Eigenlijk wilde ik niet dat hij me losliet. Maar aan de andere kant toch weer wel, hij had vast weer iets afgesproken ofzo.
“Ik weet niet of ik dat wel wil,” grijnsde James, voordat ik daarop kon antwoorden, drukte hij zijn lippen op de mijne. Alle mannen naar de frontlijn! Verdedig je land! Eén voor allen! Allen voor één! En toen vielen mijn mannetjes allemaal één voor één dood neer en liet ik me helemaal gaan. Dit voelde gewoon geweldig. Alsof ik de hele wereld aan kon. Ik sloeg mijn armen rond zijn nek, voordat ik mijn gedachten probeerde te ordenen. Maar toen dat niet lukte gaf ik het op.

“Euhm. Mag ik er even door?” vroeg een eerstejaars. Ik duwde James onmiddellijk van me af en glimlachte naar de eerstejaars.
“Natuurlijk,” glimlachte ik, James’ doordringende blik negerend. Ik keek naar mezelf in de spiegel en het eerste wat ik opmerkte was dat mijn lippen er nogal rood en opgezwollen uitzagen.
“Ik ga denk ik maar eens,” zei ik snel, voordat ik me de toiletten uithaastte, terug naar de coupé. Ik schoof de deur open en plofte op mijn plaats aan het raam neer. Ik hield een hand voor mijn mond (zogezegd voor de ‘steun’), terwijl ik op het raamkozijn leunde. Ik zuchtte even vermoeid. Ik haatte die spelletjes die James met me speelde. Oftewel speelde je open kaart. En anders laat je het. Maar niet zo. Ik staarde naar buiten en negeerde de drie grijnzende gezichten.
“Zeg. Yente?”
“Zeg Sirius.”
“Wie denk je dat er beter zou zoenen? Ikke of James?” vroeg hij grijnzend, voordat hij een tijdschrift tegen zijn hoofd aan kreeg, met de medewerking van Remus mogelijk gemaakt.
“Auw,” pruilde Sirius, voordat ik mijn hoofd schudde.
“Oké. En nu allemaal de coupé uit. Hup!” jaagde Remus, Peter en Sirius de coupé uit.
“Waarom?” vroeg Sirius nieuwsgierig.
“Omdat ik nou eens denk dat ik beter zoen dan jullie,” zuchtte Remus vermoeid.
“Oh. Gaan we dat uittesten?” grijnsde Sirius, voordat hij de coupé werd uitgetrokken.
“Echt niet,” mopperde James (die net binnen was gekomen), terwijl hij Sirius tegenhield en hem iets in het oor fluisterde.
“Echt?” vroeg Sirius met een open mond. Hij wou net iets tegen me zeggen, voordat Remus de deur terug toe schoof.
“Yente?” Ik draaide mijn hoofd weer naar het raam. “Is er iets mis?”
“Is er iets mis?” herhaalde ik stomverbaasd. “Of er iets mis is. Natuurlijk is er iets mis! Eén of andere gek neemt de plaats in van jou! En ik mag niet eens weten wat er is gebeurd! En dan nog James die één of ander spelletje met me speelt! Ik word er verdomme gek van!” riep ik tegen Remus. Remus schrok er even van en deed een stap achteruit.
“Yente…” begon hij.
“En altijd dat ge-Yente!” tierde ik verder. Ik wist dat ze buiten meeluisterden, maar het kon me geen bal meer schelen.
“Wel. James speelt al geen spelletje met jou, en wij trouwens ook niet, maar… We kunnen je dat gewoon niet vertellen. Datgene wat er tussen Regulus en mij is gebeurd,” zuchtte Remus moeilijk. Ik trok een wenkbrauw op. Wel. Dan hoefde het voor mij ook niet meer! Ik vond dat ik het recht had om dit te weten… En als ze het me niet wilden vertellen, dan hebben ze maar pech. Ik stond recht en haalde een boek uit mijn hutkoffer. Voor mij was dit onderwerp afgesloten. Remus zuchtte en opende de coupédeur weer. De rest van de reis bleef hij me somber aanstaren.

Ik kon maar niet snel genoeg de trein uit zijn. Ik negeerde James, die me verscheidene keren had proberen tegen te houden. Net zoals ik Remus negeerde, die steeds met me probeerde te praten. Ik was dan ook opgelucht toen ik Sanne zag staan, voor de ingang van perron 9 3/4. Ik vloog haar in de armen en Sanne knuffelde me stevig terug.
“Wat scheelt er?” fluisterde ze in mijn rechteroor. Ik jammerde zachtjes. Sanne kende me veel te goed. Ze wist het altijd als er iets mis was. Soms best wel irritant eigenlijk.
“Niets,” antwoordde ik zachtjes. Ik was gewoon zo blij dat ik Sanne terug zag, dat ik haar maar bleef knuffelen.
“Yente?” vroeg ze, terwijl ze me onderzoekend probeerde aan te kijken. Voordat ze over mijn schouder naar Peter keek. Ik liet haar uiteindelijk los en glimlachte opgewekt naar haar. Sanne glimlachte, voordat ze haar arm in de mijne haakte.
“En hoe was je schooljaar?” ging ze dan maar op een ander onderwerp verder. Ik wist dat ze hier nog op terug ging komen, maar ik negeerde dat maar.
“Ging wel. Na Kerst ging het een beetje berg afwaarts, maar ik ben erover heen,” antwoordde ik. Sanne trok een wenkbrauw op en keek even naar Peter, die onze kant op kwam.
“Euhm. Yente?” vroeg Peter zachtjes. Ik glimlachte naar hem.
“Ja?”
“Kom jij eens even mee,” zuchtte Peter, voordat hij me weg sleurde van Sanne.
“Wat is er nou?” vroeg ik verbaasd, terwijl hij me naar een afgelegen hoekje van het station sleepte. “Peter,” zei ik streng, terwijl ik hem omdraaide zodat ik hem doordringend aan kon kijken.
“Oke. Ik moest van James vragen of-”
“Ben je nu ook al zijn postbode?” vroeg ik, terwijl ik mijn armen kruiste.
“Een post… Watte?” vroeg Peter verbaasd.
“Een postbode. Die brengt bij de Dreuzels hun post,” glimlachte ik even geamuseerd, voordat ik hem weer streng aan keek. “Ik wil niet weten wat James me te vragen heeft. Want één; het interesseert me niets. Twee; hij moet het zelf komen vragen,” draaide ik met mijn ogen, voordat ik Peter knuffelde.
“Tot in september,” knipoogde ik naar hem, voordat ik terug naar Sanne liep. Ik wist dat Peter nu naar James liep om verslag uit te brengen. En dat was aan Sirius’ gelach ook te merken.

“Wat moest hij?” vroeg Sanne nieuwsgierig. Ik haalde mijn schouders op.
“Hij moest me iets vragen van James.”
“Aha! Je vriendje?” Ik zuchtte en schudde mijn hoofd een beetje mistroostig.
“Nee. Niet mijn vriendje.”





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
duffie
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 449 Sikkels
Woonplaats: In de boekenwinkel <3

duffie is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Mrt 16, 2008 12:57 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hee iedereen!

Ik wil; Dracoliekje, Celia, radcliffefreak en BellatrixvanDetta bedanken voor hun lieve reacties!
En yay! Nieuw stukje folks!
Enjoy it xD
(Ik vind trouwens dat ik dit stukje nogal vaag geschreven heb, maar bon.)
x
Kell.

EDIT: O jee ^^" Thx Margop xD Iedereen vond het maar zo vaag en ik begreep niet waarom ^^ Ik ben ook zo'n kip.
Nou hier is hoofdstuk 31 dan en hoofdstuk 32 zal ik dan in een volgend bericht zetten xDD OMG. *schaamt zich dood*

H o o f d s t u k 31
I’m really sorry. Forgive me?

Ik zuchtte. Er waren al twee weken verstreken, sinds ik iemand van de Marauders had gezien en daar was ik best wel dankbaar om. Mijn ouders waren er voor drie weekjes tussen uit. Dus ik had nog twee hele weken voor mezelf en Sanne! Hoe geweldig was dat wel niet?! Ik mompelde wat, voordat ik mijn kamer binnen liep, met een kop thee in mijn hand. Ik bleef echter verbaasd in mijn deurgat staan. Heel de vloer van mijn kamer was bedekt met vergeet-mij-nietjes. Mijn favoriete bloemen. Ik keek er vaag naar, voordat ik glimlachte. Peter was echt een schatje! Maar hoe had hij dit dan gedaan?
“Yente?” riep iemand van beneden.
“Wat?” riep ik nog steeds, een beetje van mijn melk, terug.
“Je hebt een uil!” riep Sanne opnieuw. Ik zette mijn thee op mijn bureau en liep de trap terug af. Ik zag Peters uil en haalde met een glimlach het rolletje perkament eraf.

‘Lieve Yente,

Eerst en vooral, het is niet mijn fout!
Ten tweede: Remus vertelde hem welke kamer je had!
Ten derde: niet kwaad worden, oké? Hij bedoelt het goed!
Groetjes,
Peter, Sirius, Remus.’


“Oké,” mompelde ik traag, voordat ik om me heen keek. “James. Doe die verrekte mantel af,” zuchtte ik. Sanne keek me verbaasd aan, maar ik glimlachte enkel zwakjes naar haar. Ik hoorde iets achter me bewegen en draaide me met een ruk om. Relaxed leunde James tegen het fornuis. “Hoe kom jij hier?” barstte ik meteen los. James glimlachte flauwtjes.
“Met die trus dingens,” haalde hij zijn schouder op.
“Trus?” herhaalde Sanne.
“De bus? Of de tram?” vroeg ik.
“Oh. Dat,” zuchtte Sanne. Ik knikte. James haalde verward zijn schouders op.
“Eén van de twee,” antwoordde hij, terwijl hij verward met een hand door zijn haar ging. Was het fout om James schattig te vinden als hij verward was? Ik bleef echter strak voor me uit staren, voordat ik mijn handen op mijn heupen zette.
“En wat dacht je hiermee te bereiken?” James trok een wenkbrauw op.
“Geen idee. Dat je het me zou vergeven?”
“Van?” vroeg ik een beetje koud en ongeïnteresseerd. Het interesseerde me wel! Maar als ik dat liet zien gebruikte hij het toch tegen me. Ik keek achter me en zag dat Sanne de keuken uit sloop.
“Van die keer op de gang en van die keer op de trein, in de WC’s,” glimlachte James, maar toen ik niet terug glimlachte, verdween die glimlach. Aha. Hij wou zijn excuses aan bieden hé. Ik wou ze niet. Tenzij hij me deftige uitleggen zou verschaffen.
“Wel. Wat is er met Remus gebeurd?” vroeg ik, terwijl ik hem voor de eerste keer in zijn ogen keek. James sloeg zijn ogen zuchtend neer.
“Dat kan ik niet vertellen, dat weet je.”
“Nee. Dat weet ik niet. Want ik weet verdomme niet waarom ik het niet mag weten!” spuwde ik de woorden zowat uit mijn mond. James keek me opnieuw vermoeid aan.
“Het is voor je eigen goed, weet je?” Ik keek hem even stil aan, voordat ik mijn besluit nam.
“Ga weg,” mompelde ik, voordat ik mezelf in de zetel stationeerde. Tot mijn ergernis maakte James geen aanstalte om ook daadwerkelijk weg te gaan. Hij bleef gewoon, tegen het fornuis leunend, staan. Ik deed alsof ik het niet zag en zette de TV op. Vanuit mijn ooghoeken zag ik James’ ogen wel even gefascineerd toekijken, voordat ze weer naar mij gaapten. Ik bleef echter ‘geamuseerd’ naar de tekenfilmpjes op de televisie staren. Urgh. Ik haatte hem zo hard. Ik wou dat ik Jerry was, mocht hij Tom spelen. Goh. Ik zou hem nogal in de pan hakken, dacht ik gefrustreerd en met een verbeten uitdrukking. Na een half uur naar me te hebben gestaard gaf James het zuchtend op en verliet mijn huis, wat ik als een Godsgeschenk zag.

Twee dagen later, liep ik richting het speeltuintje. Sanne zat ergens in Oostenrijk, dus daar had ik niets meer aan. Ik plofte met een zucht neer op het schommetlje dat er stond en wiegde zachtjes heen en weer. Ik miste Sanne wel hoor. En Peter en Remus, zelfs Sirius. En wonder boven wonder, miste ik James Potter. Ik keek even om, toen er een groepje het speeltuintje binnen slenterde. Ik schenkte er verder geen aandacht aan. Ik had al genoeg aan mijn hoofd en als ik dan ook nog eens me moest gaan bemoeien met dat stelletje kinderen die er nu binnenkwamen, ging mijn hoofd ontploffen. Ik had zo’n flauw vermoeden dat een ontploft hoofd nou geen mooi zicht was, dus ik bemoeide me lekker niet. Na een half uurtje stond ik recht, om naar huis te wandelen. Jeej. Naar huis. Naar dat kot waar er toch niemand op me wachtte.
“En wat hebben we hier?” vroeg een jongensstem dicht bij mijn oor. Ik schrok me een hoedje en draaide me meteen naar hem om. Zoals ik al wist was het niemand van de Marauders, wat me alleen maar meer zorgen baarde.
“Ja. Interessant speeltje,” grijnsde een andere jongen gemeen. Ik trok een wenkbrauw op. Pardon? Interessant speeltje?! Voordat ik het wist trok een of ander persoon mijn toverstok uit mijn broekzak.
“En wat is me dat?” krijste een meisje ontzet. “Heb je soms een heel bos in die broek van je zitten?” vroeg ze schamper, terwijl ze me eens helemaal opnam.
“Geef terug,” zei ik tegen haar. Zonder stok kon ik niets doen om hen te stoppen met wat ze dan ook maar wilden gaan doen.
“Dacht het niet,” grijnsde de jongen, die iets in mijn oor had gefluisterd, gemeen.
“Hoezo ik dacht het niet?” vroeg ik opeens, met heel wat minder noten op mijn zang. De jongen grijnsde opnieuw, voordat ik hem eens snel in me opnam. Hij had zwart stekelhaar, dat met gel omhoog stond. Hij had groene ogen en een donkere huid. Hij was vast net terug uit Italië ofzo. De jongen trok een wenkbrauw op, voordat hij me een duw gaf. Ik viel achterover in het zand en wilde hem neerbliksemen. Maar zonder toverstok, zat dat er waarschijnlijk niet in... De twee jongens en het meisje schaterlachten, terwijl ik gewoon maar wat beduusd op de grond zat. Ik beet op mijn lip om niet te gaan huilen. Alle pesterijen van toen ik klein was, kwamen weer boven door die sukkels.
“Laat me toch met rust,” probeerde ik nog van me af te bijten, maar tot mijn grootste ergernis, bibberde mijn stem. Het meisje lachte me in mijn gezicht uit, terwijl ze me liefjes aan keek.
“En waarom dat? Dit is toch vele leuker?” grijnsde ze gemeen, terwijl ze me eens hard in mijn gezicht sloeg.
“Auw,” mompelde ik, voordat ik haar vernietigend aan probeerde te kijken.
“He!” riep opeens een bekende stem, waardoor ik die persoon wel in de armen kon vliegen.
“Broertje van jou?” vroeg het meisje grijnzend, voordat ze richting James liep. James keek even argwanend mijn richting uit, voordat hij zich tot het meisje wendde. Zelfs zij zien James meer als mijn broer, dacht ik somber.
“Dus,” grijnsde de jongen met het zwarte stekelhaar weer. Ik vernauwde mijn ogen naar hem, voordat ik Remus op mijn netvlies gebrand zag staan.
“Laat me toch met rust,” beet ik hem toe. De jongen lachte alleen maar schamper, terwijl de andere jongen een schaar tevoorschijn haalde. Ik keek hem raar aan. Wat ging hij daar nou weer mee doen? Toen hij mijn haar vastpakte, begon ik in het wilde weg te schoppen. Af mijn haar blijven, dacht ik kwaad. De andere jongen pakte mijn armen en benen vast, terwijl de andere de schaar in mijn haar zette. Nu stroomden die vervloekte tranen over mijn wangen, terwijl ik de jongen die me vast hield woedend aan keek. Toen hij opeens een vuist in zijn gezicht kreeg knipperde ik met mijn ogen.





_________________
How did we get here?
When I used to know
you so well.
Paramore<3
De uitdaging!
Profiel bekijkenStuur privébericht
Berichten van afgelopen:      


 Ga naar:   


Sla dit onderwerp op als textbestand

Volgende onderwerp
Vorige onderwerp
Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen in dit subforum
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Je mag je berichten niet bewerken in dit subforum
Je mag je berichten niet verwijderen in dit subforum
Je mag niet stemmen in polls in dit subforum



Powered by phpBB © 2001/3 phpBB Group :: FI Theme :: Tijden zijn in GMT + 1 uur :: Disclaimer