Poll :: Wat vind je ervan??? |
Uitmuntend |
|
75% |
[ 9 ] |
Boven Verwachting |
|
8% |
[ 1 ] |
Acceptabel |
|
16% |
[ 2 ] |
Slecht |
|
0% |
[ 0 ] |
Dieptreurig |
|
0% |
[ 0 ] |
|
Totaal aantal stemmen : 12 |
|
Auteur |
Bericht |
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 7:33 |
|
Hay iedereen,
Dit is de eerste fanfiction die ik geschreven heb. Het gaat over Draco Malfidus en Hermelien Griffel, mijn favoriete koppeltje ^^. De eerste hoofdstukken vind ik persoonlijk wat minder, maar zoals eerder gezegd is dit ook pas mijn eerste fanfic. De latere hoofdstukken zijn wat beter.
Ik heb dit verhaal ook op een ander forum staan, vandaar dat het voor kan komen dat je het al eerder gelezen hebt.
Enjoy,,
-X- Linda
Hoofdstuk 1
Al lezend liep Hermelien door de gangen van Zweinstein. Ze was zo verdiept in het boek (De Geschiedenis van de Toverkunst, door Mathilda Belladonna), dat ze niet eens door had waar ze liep, en struikelde over het grote ding dat voor haar op de grond had gelegen. “Marcel! Wat doe jij daar in vredesnaam?” riep ze verbaasd uit.
Marcel Lubbermans lag op de grond te spartelen en probeerde duidelijk om overeind te komen. “Malfidus...” mompelde hij.
“Wat heeft die kwal nu weer ge-” begon Hermelien, maar haar zin werd afgekapt door een ijzige stem, afkomstig van een jongen met witblond haar en kille, grijze ogen.
“Leuk staaltje spreukwerk hè, Lubbermans?” riep Draco Malfidus.
“Finite,” mompelde Hermelien, zodat Marcels benen niet meer aan elkaar vastgekleefd zaten, en ze wendde zich tot Malfidus.
“Laat hem met rust!” zei ze met een stem vol ergernis. “Je vindt jezelf wel erg dapper hè, met je olifantsvriendjes?” en ze keek even naar Korzel en Kwast, die naast Malfidus stonden. “Je bent gewoon een arrogante zak en je zou eigenlijk van school gestuurd moeten worden!” riep Hermelien verhit.
“Ik heb het volste recht om hier te lopen, Griffeltje,” zei hij zelfvoldaan, “Want ik ben van zuiver bloed en jij maar een miezerig modderbloedje.” Hij grijnsde hatelijk naar Hermelien, die inmiddels kookte vanbinnen. Ze wilde weglopen en trok Marcel mee aan zijn arm, maar toen ze Malfidus passeerde, stopte ze abrupt. Malfidus keek haar verbaasd aan en plotseling gaf ze hem een keiharde klap in zijn gezicht.
“Dan weet je nu hoe ik over die theorie denk!” zei ze met tranen in haar ogen, en rende toen hard weg.
Vele tranen later kwam ze bij het portret van de Dikke Dame aan.
“Magister Magis,” mompelde ze.
“Is er iets meisje?” vroeg de Dikke Dame vol medelijden.
“Magister Magis,” herhaalde Hermelien nijdig. Ze had absoluut geen zin om het nu over Malfidus en zijn beledigende opmerkingen te hebben.
“Dan niet!” zei de Dikke Dame en liet Hermelien naar binnen. Ze sjokte naar het haardvuur en plofte in de dichtstbijzijnde fauteuil. Enkele seconden later kwam Marcel de leerlingenkamer binnen.
“Alsjeblieft, je had je boek laten liggen.” zei hij, en hij gaf het boek aan Hermelien.
“Bedankt,” zei ze, en ze pakte het boek zonder Marcel aan te kijken.
“Jij ook bedankt, dat je het voor me opnam tegen Malfidus.” Toen hij de tranen in haar ogen zag, voegde hij eraan toe: “Trek je niets aan van wat hij zegt. Je zei het zelf al: het is een arrogante zak!”
“Ja, misschien heb je wel gelijk.” zei Hermelien. Ze stond op en liep de leerlingenkamer uit. “Ik ga maar alvast naar de Grote Zaal, voor het avondeten.”
Ze holde de trap richting de Grote Zaal af en toen... BAM!!! “Handig spreukje zeg, die Vloek van Beentjeplak...”
Patty Park kwam de trap aflopen, omringd door de groep Zwadderaars die altijd bij haar liep, waaronder Malfidus. Iedereen brulde van het lachen, toen Hermelien tevergeefs overeind probeerde te komen, behalve Malfidus. Hij mompelde iets dat ze niet kon verstaan. Toen ze opnieuw probeerde overeind te komen, merkte ze dat ze haar benen weer vrij kon bewegen. Iemand moest de tegenvervloeking hebben uitgesproken, maar wie? Dat besefte Patty Park blijkbaar ook, want meteen krijste ze: “WIE HEEFT DIE TEGENVERVLOEKING UITGESPROKEN??”
Toen zag Hermelien haar kans om ongemerkt weg te sluipen. Terwijl ze de Grote Zaal inliep, vroeg ze zich hetzelfde af als Patty: wie had haar geholpen? De enige die ze kon bedenken was Malfidus...
Ze ging maar aan de tafel van Griffoendor zitten, naast Ron, die meteen vroeg: “Waarom ben je zo laat?”
“Oh, ik...” “Ons beschermengeltje moest Lubbermansje weer even helpen lopen. Vergeefse moeite als je het mij vraagt, want die slappe benen van hem kunnen het gewicht van zijn dikke achterwerk gewoon niet aan.”
Draco Mafidus was langs de tafel van Griffoendor komen lopen en bleef nu recht voor Hermelien staan.
“Opzouten, Malfidus!” zei Hermelien boos.
“Niet zo slim om zo’n toon aan te slaan tegen mensen zoals ik, Griffel. Daar zou je nog wel eens spijt van kunnen krijgen...”
“Mensen zoals jij horen in een gesloten inrichting thuis, Malfidus, en als je nou niet heel snel weggaat, vervloek ik je!” riep Harry.
Inmiddels hadden nog veel meer Griffoendors het gesprek opgevangen en hadden allemaal hun toverstok getrokken. Malfidus was nu wel gedwongen weg te gaan, en met een laatste, furieuze blik op Hermelien, Harry en Ron liep hij richting de tafel van Zwadderich.
Toen iedereen aan tafel zat, stond Perkamentus op en klapte één keer in zijn handen. Onmiddellijk verschenen er overal op de tafels grote schalen met alle gerechten die je maar bedenken kan. Gebakken aardappels, salades, spaghetti, biefstuk, noem het maar op. Meteen begon Ron zijn bord vol te laden met kippenpootjes. Hermelien sloeg haar ogen ten hemel en keek even naar Malfidus. Tot haar genoegen zag ze dat Korzel een kan met pompoensap omstootte, en dat het grootste gedeelte van de inhoud op Malfidus terecht kwam. Met een brede grijns draaide ze zich weer om.
Nadat ze hun buik eindelijk vol hadden van de toetjes, stond Perkamentus opnieuw op. Verscheidene leerlingen keken hem verbaasd aan, waaronder Hermelien.
“Dit jaar,” begon hij, “bestaat Zweinstein maar liefst duizend jaar. Ten ere daarvan is er een groot bal op kerstavond. De klassenoudsten zullen het bal openen en-”
“Maar ik heb helemaal geen jurk!” krijste Patty Park.
“De reden, juffrouw Park, dat het galagewaad niet op de lijst met benodigdheden stond en waarom ik deze mededeling niet aan het begin van het jaar heb gedaan, is dat het toen nog niet zeker was of het wel door ging. Er waren nogal wat misverstandjes.” en Perkamentus keek even naar Vilder, die plotseling vuurrood zag. “Daarom mogen jullie volgende week zaterdag naar Zweinsveld, zodat jullie daar de galagewaden kunnen halen. En dan zou ik nu alle klassenoudsten willen vragen mij te volgen.”
Hermelien en Ron keken elkaar even aan, stonden toen op, en volgden Perkamentus.
“Als teken van harmonie tussen de afdelingen is het de bedoeling dat jullie een danspartner hebben uit een andere afdeling. Ga je gang, kiezen jullie je partners maar.” Nog voordat Perkamentus was uitgesproken, liepen Ernst Marsman en Hannah Albedil naar Padma Patil en Anton Goldstein, waardoor er alleen nog overbleven...
“VERGEET HET MAAR! IK GA NIET MET WEMEL!” krijste Patty Park.
“Professor, mag ik echt niet met Ron?” smeekte Hermelien.
“Nee, het spijt me juffrouw Griffel. U gaat dus met meneer Malfidus en meneer Wemel gaat met mevrouw Park.”
Hij draaide zich om en liep naar de klassenoudsten van Huffelpuf en Ravenklauw. Hermelien keek naar Malfidus. Daar was tot haar verbazing geen enkel van boosheid of wat dan ook te zien, zoals bij Ron (bij wie duidelijk te zien was dat die totaal niet blij was met Patty Park).
“Oja, voor ik het vergeet,” zei Perkamentus, “Jullie krijgen voortaan tot het bal iedere vrijdagavond danslessen. Zorg dus dat je morgen om acht uur in de Grote Zaal bent.”
Toen Hermelien de leerlingenkamer binnenkwam, zag ze dat Harry al op haar zat te wachten bij het haardvuur.
“En?” vroeg hij. “Wat wilde Perkamentus van jullie?”
Voordat Hermelien antwoord kon geven, brieste Ron al: “Perkamentus begint nu echt seniel te worden. Hij wil dat ik met Patty Park dans op het bal...”
Harry keek Hermelien aan, alsof zij ieder moment ‘1 april’ kon zeggen, maar toen dat niet gebeurde, begon hij keihard te lachen.
“KAPPEN! DIT IS ALLESBEHALVE GRAPPIG!” brulde Ron. Harry was meteen stil, maar wendde zich toen tot Hermelien. “Dus... Betekent dat dat jij met...” “Malfidus moet gaan, helaas wel ja.” maakte ze zijn zin af. Opnieuw brulde Harry van het lachen.
“Ik ga naar bed,” zei Hermelien, die zich met de minuut stommer begon te voelen.
Toen ze eindelijk in haar hemelbed lag, spookten er allerlei gedachten door haar hoofd: Malfidus die haar voor de zoveelste keer uitgescholden had, maar haar waarschijnlijk wel weer gered had van Patty Park... Een lachende Harry, een norse Ron, en Malfidus die onder het pompoensap zat. Ze lachte even en viel met die laatste gedachte in slaap. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Zo Mrt 23, 2008 20:04; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 7:38 |
|
Hoofdstuk 2
“... en uiteindelijk wonnen de kobolden, onder aanvoering van Rognod de Derde, de Slag bij Kamrotsjk pas in 1752.” hoorde Hermelien de monotone stem van professor Kist zeggen. Zelfs zij kon haar aandacht er niet meer bijhouden, hoewel ze zich wel mateloos ergerde aan Harry en Ron, die galgje deden op een stukje perkament.
“Probeer dan tenminste op te letten!” siste ze.
“Ik schrijf het wel een keer van je over.” zei Ron.
“En wat nou als ik dat niet meer toesta?” fluisterde ze.
“Kom nou Hermelien! Je wil toch niet dat wij dankzij jou zakken voor ons examen? Wil je dat op je geweten hebben?”
Hermelien vond het niet grappig. Ze zuchtte diep en probeerde weer naar professor Kist te luisteren.
Toen de les was afgelopen liep het drietal naar de kassen: de Griffoendors hadden samen met Zwadderich Kruidenkunde. Eenmaal in Kas negen aangekomen, zag Hermelien dat de Zwadderaars er al waren.
“Als jullie je afvragen wat er zo stinkt, er is net een modderbloedje binnengekomen.” zei Patty Park hatelijk.
Voordat Hermelien iets terug kon zeggen, had Ron al een grote, groene peul die op tafel lag naar Patty gegooid. Hij raakte haar vol in het gezicht, en spatte uiteen. Het volgende moment zaten er allemaal dikke, grote puisten op haar gezicht. Het gevolg daarvan was dat Malfidus met drakenmest begon te gooien. Hij had Harry en Ron al een flinke hoeveelheid mest bezorgd, maar toen hij naar Hermelien wilde gooien, aarzelde hij even en op dat moment kwam professor Stronk de kas in.
“WAT IS HIER AAN DE HAND? ALLE SCHRABBELSTOMPVIJGEN NOG AAN TOE!”
Meteen begon iedereen door elkaar zijn eigen vorm van het verhaal te vertellen, maar het was wel meteen duidelijk wie erbij betrokken waren geweest.
“STILTE!” riep professor Stronk.
Met één zwaai van haar toverstok ruimde ze alle rommel op, zodat het leek alsof er niets aan de hand was, afgezien van een snikkende Patty, die haar handen voor haar gezicht hield en Harry en Ron, die onder de mest zaten.
“Juffrouw Park, u gaat meteen naar de ziekenzaal, meneer Potter en meneer Wemel, jullie gaan je onmiddellijk douchen!” zei ze kordaat. “Meneer Malfidus en juffrouw Griffel, meekomen.” vervolgde professor Stronk, en ze liep de klas uit.
Aarzelend keek Hermelien naar Malfidus, op wiens gezicht zoals gewoonlijk een arrogante grijns te zien was. Ze keek hem boos aan en daarna liep ze achter professor Stronk aan.
Toen Malfidus er ook was, zei Professor Stronk boos: “Ik eis onmiddellijk een verklaring!” en dus begon Hermelien te vertellen over hoe Patty Park haar had uitgescholden en hoe Ron vervolgens de tegenaanval had ingezet.
Toen ze klaar was gaapte Malfidus verveeld en keek haar minachtend aan. Hij leek zich totaal geen zorgen te maken over hoe het nu met Patty zou zijn en of hij straf zou krijgen.
“Het boeit je ook helemaal niets hè? Wat er allemaal met andere mensen gebeurt. Wat een egoïstische zak ben jij zeg!” zei ze boos.
“Oke, ophouden nu jullie twee!” zei professor Stronk, die gauw tussenbeide kwam. “Vanwege dit incident trek ik twintig punten af van Griffoendor en Zwadderich! Jullie komen nu mee naar de kas en we gaan verder met de les.” Malfidus haalde zijn schouders op.
“Mij best,” zei hij en liep achter haar aan. Ook Hermelien liep uiteindelijk terug naar de kas, en toen ze weer achter haar tafel ging staan, vervolgde professor Stronk de les.
“Wie kan mij vertellen hoe deze planten heten?” zei ze, en ze wees op de slierterige planten die voor haar stonden.
“Dat is Duivelswingerd.” zei Hermelien. “Het is familie van de Duivelsstrik, maar probeert je niet te wurgen als je hem aanraakt, maar juist het tegenovergestelde: hij grijpt je op verschillende plaatsen beet en probeert je dan uit elkaar te trekken.”
“Correct, tien punten voor Griffoendor. Dit zijn nog jonge planten, dus ze zijn nog niet zo erg sterk. Toch kunnen ze misschien wel je vinger uit de kom trekken, dus ik raad jullie wel aan om voorzichtig te zijn. Het is de bedoeling dat jullie ze overpotten naar een grotere pot, omdat de potten waar ze nu in zitten, te klein worden. Jullie werken in tweetallen. Succes!”
Hermelien liep naar de dichtstbijzijnde plant en begon haar spullen uit te klaar te leggen. Ze zou wel zien met wie ze zou moeten samenwerken. Net toen ze een grotere pot wilde pakken, stond ze plotseling oog in oog met Malfidus.
“Wat moet jij hier?” vroeg ze agressief. Terwijl hij de pot die Hermelien had willen pakken optilde en op haar tafel zette, zei hij: “Ik moest van Stronk met jou samenwerken, en aangezien er verder niemand meer over is, zit ik dus met jou opgescheept.”
“Geweldig...” zuchtte Hemelien. “Oke, het eerste wat we moeten doen, is... Zeg luister je wel?!” zei ze boos, toe ze merkte dat hij naar iets achter haar keek.
“Griffel, bukken!” riep hij ineens.
“Wat is dat nou weer voor een- AAUW!”
De Duivelswingerd had haar van achteren beslopen en trok nu keihard aan haar haren. “Help me!” smeekte ze met tranen in haar ogen. Malfidus greep meteen een heggenschaar van de tafel, en zei: “Verroer je niet! Blijf staan!”
“Wat, je gaat toch niet mijn haar afknippen?!” riep Hermelien angstig uit.
“Nee, natuurlijk niet, dom wicht! Ik knip die takken af!” zei hij boos, en hij knipte zo snel mogelijk de takken af die aan Hermeliens haar trokken.
“Be-bedankt,” snikte ze, toen ze eindelijk los was. “Geen dank. Er zitten trouwens nog takjes in je haar.” Malfidus stak zijn arm al uit om ze eruit te halen, maar Hermelien deinsde terug.
“Nee bedankt, dat doe ik zelf wel.” zei ze nijdig. Hij kreeg een kleine blos op zijn bleke wangen en draaide zich om.
“Wat jij wilt,” mompelde hij, en hij hield zich weer bezig met de Duivelswingerd.
Wat was er in vredesnaam gebeurd met de oude, arrogante Draco Malfidus? Ze snapte er echt werkelijk niets van. Hij had haar nu al twee keer gered in twee dagen, iets wat hij anders nooit gedaan zou hebben.
Ze liep naar de tafel toe en ging vertwijfeld naast Malfidus staan, om verder te werken aan de plant.
“Waarom deed je dat?” flapte ze eruit.
“Wat?”
“Nou,” zei ze aarzelend, “Waarom hielp je me met de Duivelswingerd?”
“Anders begint Stronk weer te zeuren dat het mijn schuld is en dat ik beter had moeten opletten enzo...”
“Het zal wel.” zei Hermelien, hoewel ze kon afleiden uit de manier waarop hij dat zei, het niet de echte reden was.
“Oke dames en heren, het huiswerk staat op het bord, volgende les inleveren.” Hermelien pakte haar spullen in en schreef het huiswerk op.
“Ik zie je vanavond wel, Griffel.” hoorde ze een stem in haar oor zeggen. Toen ze verbaasd omkeek, zag ze Malfidus net de klas uitlopen. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Zo Mrt 23, 2008 20:09; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 7:43 |
|
Hoofdstuk 3
“Nee, Ron! Ik heb geen zin om dat hele werkstuk van jou over die koboldoorlog nog eens te gaan zitten nakijken. Je moet het zelf maar eens leren. Het is je eigen schuld. Had je maar beter moeten opletten.”
Hermelien begon nu steeds bozer te worden. Ron smeekte haar nu al de hele dag of zij zijn werkstuk zou willen nakijken.
“Allemachtig Hermelien, je bent soms net mijn moeder!” zei Ron nors.
“Het is blijkbaar nodig.” zei Hermelien nijdig. “En het heeft geen zin om nu nog snel aan een nieuw hoofdstuk te beginnen, want we moeten over tien minuten in de Grote Zaal zijn.”
“Hoezo?” vroeg Ron, terwijl hij nog een paar zinnen doorkraste.
“Die danslessen, Ronald Wemel!” zei Hermelien geërgerd.
“Maar ik krijg dit nooit af!” riep Ron wanhopig uit. “Hermelien, ik smeek het je...” Hij ging op zijn knieën zitten en keek haar smekend aan.
“Allemachtig Ron!” zei ze, half geërgerd en half geamuseerd. “Ik zal nog een paar boeken opzoeken waar je misschien nog wat aan hebt.”
“Je bent een engel, een-”
“Ron, kappen, voor ik me bedenk. Kom, we moeten naar de Grote Zaal. Tot straks Harry!”
“Ik zie jullie wel weer verschijnen...” zei Harry somber.
Terwijl Hermelien en Ron naar de Grote Zaal liepen, discussieerden ze over wie het het ergst getroffen had qua danspartner.
“Maar heb je die stinkende trollenkop van haar al eens gezien? Die lucht doet me denken aan een wc die Jammerende Jenny heeft laten overstromen!”
“Nee Malfidus dan! Hij is gewoon een arrogante, vuile, egoïstische zak, en-”
“ Kom kom Griffel, dat meen je toch niet echt allemaal? Je weet zelf best dat je niet zo over mij denkt.” Draco Malfidus kwam arrogant de trap aflopen, samen met Patty Park.
“Ja, dat meen ik wel, en zou je ons alsjeblieft niet willen afluisteren?”
“Opzouten dus, Malfidus!” zei Ron agressief.
“Kom mee Ron, anders komen we te laat.” zei Hermelien, die geen zin had om nog langer in het gezelschap van Draco Malfidus te zijn, aangezien ze de rest van de avond met hem opgescheept zat.
“Je vriendinnetje roept je, Wezel!” “Ik ben zijn vriendinnetje niet!” siste Hermelien nijdig.
“Dom van je Draco, je denkt toch niet dat iemand een modderbloedje zoals zij leuk vindt? Zelfs voor bloedverraders is dat laag.” zei Patty Park hatelijk. Hermelien keek woedend van Patty naar Draco. Zij grinnikte nog steeds, maar bij Draco ontbrak de gebruikelijke arrogante grijns op zijn gezicht. Hij staarde Patty zelfs aan alsof ze gek was en liep de Grote Zaal in.
“Wat is er met hem aan de hand?” vroeg Ron, die Malfidus wantrouwig nastaarde.
“Geen idee, doet het er wat toe dan?” zei Hermelien verveeld, en ze liepen ook de Grote Zaal in. Daar stond professor Anderling, samen met de andere klassenoudsten al op hun te wachten.
“Oke, jullie herinneren je het bal van het Toverschool Toernooi vast nog wel. Met precies dezelfde dans openen we dit bal. Het is denk ik echter wel tijd voor een kleine opfriscursus. Meneer Malfidus, komt u even hier?” Mafidus, die daarvoor de hele tijd stilletjes achteraan gestaan had (wat overigens niets voor hem was) schuifelde naar voren toe.
“Leg uw hand op mijn middel.”
“Uw wat?”
“Mijn middel, meneer Malfidus.” zei professor Anderling met een omhoog getrokken wenkbrauw. De muziek startte en Malfidus zag eruit alsof hij een bak poep onder zijn neus had. Hermelien moest lachen toen ze zijn gezicht zag, maar hield daar snel mee op toen hij terug glimlachte.
“Oke,” zei professor Anderling. “Nu is het aan jullie. Ga alvast klaarstaan, terwijl ik de muziek klaarzet.”
Ron, die zo hard had gelachen toen Malfidus met Anderling aan het dansen was, keek norser dan ooit toen hij naar Patty Park liep. Malfidus liep vastbesloten naar Hermelien toe. Hermelien, die nog steeds naar Ron zat te kijken, schrok toen Malfidus haar hand vastpakte en zijn hand op haar middel legde. Hij trok een wenkbrauw op toen hij de reactie van Hermelien zag. Toen startte de muziek. Het was totaal anders dan Hermelien gedacht had. Malfidus’ handen waren veel warmer dan gedacht, en hij kon heel goed dansen. Nog beter dan Viktor... Nu pas besefte wat voor een sukkel hij was. Viktor Kruml was gewoon een pompoenkop, net zoals Ron altijd al had beweerd. Zelfs Malfidus was nog leuker, en- wacht eens even... Malfidus? Hoe kwam ze erbij? Oke, hij is wel knap, maar zo arrogant en euh... Nouja, er zijn gewoon meer nadelen dan voordelen, hield ze zichzelf voor. Toen de muziek werd stopgezet, liet ze hem dan ook verassend snel weer los. Iets te snel zelfs, waardoor Draco haar niet-begrijpend aankeek.
“Prima, prima!” zei Anderling. “Hier en daar moet er nog iets worden bijgeschaafd aan de techniek zie ik, maar ik ben zeer tevreden. Als ik me niet vergis, mogen jullie morgen naar Zweinsveld om galakleding te kopen. Als jullie dan volgende week in galakleding willen komen? Dat is namelijk heel anders dan in gewone kleding dansen. Dan raken jullie alvast een beetje gewend. Dit was het voor vanavond. Veel plezier morgen in Zweinsveld.”
Zoals afgesproken wachtte Harry op hen bij het haardvuur in de leerlingenkamer. Hoen Hermelien en Ron binnenkwamen, was hij net in gesprek met Marcel en Ginny.
“Nou, hoe ging het?” vroeg hij meteen. Eerst wilde Hermelien zeggen dat het eigenlijk best meeviel, maar besefte net op tijd dat dat wel erg raar zou klinken.
“Het was echt afschuwelijk!” loog ze.
“Kan ik me voorstellen.” zei Ginny. “Als ik met Malfidus zou moeten dansen, had ik hem allang ondergekotst.” Toen iedereen uitgelachen was, vertelde Harry waar hij, Marcel en Ginny het over hadden gehad.
“Dus Marcel gaat samen met Loena, en ik samen met Ginny.”
“Ik zou nog liever met Herpine Zoster willen gaan dan met Patty Park.” zei Ron, en hij kokhalsde.
“Ginny is bijna net zo erg.” zei Harry plagerig, en Ginny mepte hem hard op zijn rug. “Auw, dat deed zeer man!” riep hij.
“Dat was dan ook precies de bedoeling.” grinnikte ze.
Toen het al behoorlijk laat werd, besloot Hermelien om maar te gaan slapen en ze liep de trap op naar de meisjesslaapzalen. Toen even later ook Ginny naar boven kwam, lag ze al in bed.
“Welke kleur jurk neem jij, denk je?” “Ik weet niet...” zei Hermelien.
“Ik denk rood ofzo, maar het model is belangrijker dan de kleur.”
“Ja, dat is inderdaad wel zo.” gaf Ginny toe. “We zien morgen wel wat er allemaal te vinden is in Zweinsveld. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Zo Mrt 23, 2008 20:13; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 7:48 |
|
Hoofdstuk 4
De volgende ochtend meldden Hermelien en Ginny zich bij professor Anderling. Twee minuten later kwamen ook Ron en Harry aanlopen en samen liepen ze richting het dorpje Zweinsveld. Het was een prachtige herfstdag. De bladeren aan de bomen hadden mooie herfstkleuren en aan de lucht was geen wolkje te zien.
De eerste zaak die ze tegenkwamen, was die van madame Mallekin.
“Kom, laten we hier als eerst gaan kijken. Hier is meestal wel iets leuks te vinden.” zei Ginny. Toen ze naar binnen liepen, hingen er inderdaad hele mooie jurken en gewaden.
“Hallo, waarmee kan ik jullie helpen?” vroeg een vriendelijke jonge heks die op hen af kwam lopen.
“We zoeken galagewaden.” zei Ginny.
“Ah, ja natuurlijk. De nieuwe collectie is net binnengekomen.” Ze wees naar de rekken rechts van hun. “Daar achterin, bij de schoolgewaden zijn de paskamers, bij die blonde jongen. Als jullie verder nog hulp nodig hebben, hoor ik het wel.” zei de heks, en ze liep naar een oud vrouwtje, dat om hulp vroeg omdat ze het prijskaartje niet kon lezen. Hermelien keek even naar de paskamers, om te zien wie de heks had bedoeld. Ze zag een witblonde persoon, in een zwart gewaad voor de spiegels staan: Draco Malfidus.
“Hermelien, vind je deze wat voor mij?” vroeg Ginny. Plotseling besefte Hermelien weer waarom ze hier eigenlijk was en hield ze zich weer bezig met de jurken. Ze had al wel een mooie roze gezien, maar ze vond de mouwtjes die eraan zaten niet zo mooi. Op een gegeven moment trok ze een jurk uit de rekken en haar mond viel open van verbazing. Het was de mooiste jurk die ze ooit gezien had. De jurk was donkergroen, met zilveren accenten.
“Ik ga even passen, Ginny.” zei Hermelien terwijl ze haar ogen nog steeds op de jurk gericht had.
“Is goed, ik kom zo wel even kijken.” mompelde Ginny, zonder op of om te kijken. Snel liep Hermelien richting de paskamers. Ze zag dat Malfidus inmiddels weer bij de rekken met gewaden stond. Ze stapte een hokje in, deed de gordijnen dicht, en deed de jurk aan. Hij zat perfect! Mooi aangesloten, maar niet te strak, en ook precies lang genoeg. Ze stapte het pashokje uit en zag dat de anderen al nieuwsgierig stonden te wachten. Hun monden vielen open van verbazing.
“Wauw, Hermelien!” zei Harry bewonderend.
“Die moet je beslist nemen!” zei Ginny.
“Hij staat je echt prachtig!” zei Ron, die een tikkeltje rood werd. Stiekem keek Hermelien even richting Draco. Ook zijn ogen waren groot geworden toen Hermelien het pashokje uit was gekomen. Blijkbaar merkte hij dat hij al een tijd ongegeneerd naar haar zat te staren, want toen hij haar zag kijken, kreeg hij een blos op zijn wangen en draaide hij zich snel weer om.
“Je hebt zelfs Malfidus sprakeloos gemaakt.” grinnikte Ginny.
“Je moet die jurk echt vaak aan gaan doen, Hermelien. Dan beledigt hij ons misschien minder.”
“Ja, misschien...” zei Hermelien afwezig.
“Hallo! Aarde aan Hermelien Griffel!” zei Ginny, en ze zwaaide met haar armen voor Hermeliens gezicht.
“Kom me helpen een jurk voor mij uit te zoeken.”
Een halfuur later liep het viertal de zaak weer uit. Ook Ginny, Harry en Ron waren geslaagd, wat betekende dat ze de rest van de tijd dat ze in Zweinsveld mochten zijn, vrij konden besteden.
“Zullen we anders naar het Zwerkbalpaleis gaan?” vroeg Ron. Harry en Ginny stemden ermee in, maar Hermelien was minder enthousiast.
“Hè nee! Kunnen we niet naar Klieder en Vlek gaan, kijken of daar nog leuke boeken te vinden zijn?”
“Merlijns baard zeg! Ik zie al meer dan genoeg boeken op school!” zei Ron.
“Anders ga jij naar Klieder en Vlek, en wij naar het Zwerkbalpaleis. Dan spreken we over een halfuurtje af in De Drie Bezemstelen.” stelde Ginny voor.
Eigenlijk had Hermelien geen zin om in haar eentje naar Klieder en Vlek te gaan, maar ze voelde er ook niets voor om de hele tijd aan te moeten horen hoeveel voordelen er aan een Vuurflits zitten als je die zou vergelijken met een Nimbus 2001. Vandaar dat ze toch met het plan instemde en richting Klieder en Vlek liep. Eenmaal daar aangekomen zag ze dat het er al erg druk was. Snel liep ze naar binnen. Het was vrij druk: een groepje luidruchtige dametjes besprak Mijn Betoverende Ik, door Gladianus Smalhart, dat merkwaardig genoeg nog steeds verkocht werd. Ook zag Hermelien drie vijfdejaars uit Ravenklauw die ze alleen van gezicht kende. Verder kwam ze ook nog Belinda en Parvati tegen, die druk aan het bladeren waren in een roddelblad. Toen Hermelien naar een boekenkast liep, hoorde ze een ijzige stem achter zich.
“Dus ik kan hier alle informatie in vinden die ik nodig heb?” vroeg Draco Malfidus wantrouwig.
“Zeker meneer, maar mag ik vragen waar u die informatie voor nodig heeft?” vroeg de verkoopmedewerker.
“Wat gaat jou dat aan?” snauwde Malfidus, en hij keerde de verkoper de rug toe, waardoor hij tegen Hermelien opbotste.
“Kijk uit je doppen zeg, weet je wel wie je hier voor je hebt staan?!” schreeuwde hij, maar toen hij zag dat het Hermelien was, en dat ze geschrokken een paar stappen achteruitzette, mompelde hij.
“Ik had je niet gezien...”
“Dat was te merken ja.” zei Hermelien nijdig, en ze wreef over haar pijnlijke schouder.
“Jurk gevonden? Zeker die groene gekocht?” zei hij bruusk.
“Ja, hoezo?” vroeg Hermelien verbaasd.
“Kleurt goed bij mijn galagewaad.” zei hij met een flauwe glimlach.
“Eh, nou, fijn voor je.” zei Hermelien, lichtelijk geshokeerd door overwachte vriendelijke toon.
“Waar zijn de Wezeltjes en Pottertje?” vroeg hij ineens, terwijl hij om zich heen keek.
“Naar het Zwerkbalpaleis...” mompelde Hermelien.
“Dus je bent hier alleen?” vroeg hij, en hij keek haar doordringend aan.
“Lijkt me wel ja, wat interesseert jou dat?” zei ze geërgerd.
“Oh, niets...” Hij haalde zijn schouders op en begon in het boek te bladeren dat hij in zijn handen had en scheurde er een paar bladzijden uit. Die stopte hij in zijn zak en legde het boek terug. Hermelien keek hem geschokt aan. Toen hij haar zag kijken, legde hij zijn vinger op zijn lippen en liep de winkel uit, Hermelien verbaasd achterlatend.
“En, nog bekenden tegengekomen bij Klieder en Vlek?” vroeg Harry.
“Nee, niet echt...” loog Hermelien.
“Joh, wie wil er nou op zijn vrije middag rondlopen in een stoffige boekhandel?” zei Ron plagerig.
“Oh ha ha...” zei Hermelien verveeld.
“Malfidus misschien?” fluisterde Ginny, en ze keek Hermelien doordringend aan.
“Waar heb je het over?” vroeg Hermelien, en ze keek naar Ginny alsof ze gek was.
“Dat weet je best.” zei Ginny. Hermelien deed maar alsof ze van niets wist toen ze begreep waar Ginny naartoe wilde en besloot een veel minder gevaarlijk onderwerp aan te snijden.
“Ik vraag me af of professor Kist het erg zou vinden dat ik twintig cm meer heb geschreven dan noodzakelijk was voor het opstel...”
“Alsjeblieft Hermelien... Niet op onze vrije middag!” kreunden Harry, Ron en Ginny. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Zo Mrt 23, 2008 20:17; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 7:52 |
|
Hoofdstuk 5
De dagen daarna gingen vrij snel voorbij. Toen ze op vrijdagochtend aan hun uitgebreide ontbijt zaten, keek Hermelien op haar lesrooster.
“We hebben zo een uur vrij: Bezweringen valt namelijk uit, want Banning is er vandaag niet.”
“Zeker jaarlijkse lengtecontrole.” grapte Ron.
Toen ze na het ontbijt richting het meer liepen, zagen ze Draco Malfidus onder een grote boom zitten, druk aan het studeren.
“Wacht even,” zei Harry. “Deze kans laat ik me niet ontglippen.”
Hermelien kreeg een akelig voorgevoel toen Harry naar Malfidus toe rende.
“Hé Malfidus!” brulde Harry. “Wat ben je vriendloos! Waar zijn je vriendjes? Zeker gevlucht voor die lelijke kop van je!”
Malfidus was al haastig overeind gesprongen en had zijn toverstok al getrokken, maar was niet snel genoeg: “Levicorpus!” schreeuwde Harry.
Het volgende moment bungelde Malfidus hulpeloos en ondersteboven in de lucht. Zijn boek en perkament vielen voor Harry’s voeten neer, en Ron raapte het op.
“Moet je zien Harry. Die loser heeft allemaal hartjes bij zijn aantekeningen gezet.” Inmiddels waren er al veel leerlingen naar het schouwspel komen kijken.
“Hij is verliefd! Wat denk je, Harry? Zou iemand ooit op zo’n lelijk misbaksel zoals hem vallen?” brulde Ron, die werkelijk genoot van alle aandacht.
“Wie de ongelukkige dan ook mag zijn, ik weet zeker dat onze gluiperige vriend hier volslagen kansloos is.” Malfidus keek nu bijna smekend naar Hermelien. Ze kon het niet langer volhouden. Niemand verdient zoiets, zelfs Malfidus niet.
“Liberacorpus!” riep ze plotseling. Harry en Ron keken haar verbaasd aan. Malfidus plofte neer op de grond, en Hermelien zag dat er tranen in zijn ogen blonken van vernedering. Hij griste zijn spullen uit de handen van Ron en rende hard weg.
“Hermelien! Hij heeft je honderden keren uitgescholden voor modderbloedje!” riep Harry woedend.
“Dat weet ik heus wel hoor, maar wou je je dan verlagen tot zijn niveau? Dat vind ik nou echt zwak!” en na die woorden gezegd te hebben, liep ze woedend terug naar het kasteel, terwijl Harry en Ron haar beledigd nakeken.
Het volgende uur hadden ze Toverdranken met de Zwadderaars. Hermelien was zoals gewoonlijk als eerste in het lokaal. Terwijl ze haar boeken op tafel legde, voelde ze iemand op haar schouder tikken. Het was Draco Malfidus.
“Bedankt...” mompelde hij. Hermelien zag dat hij gehuild had.
“Ach, dan staan we nu quitte.” zei ze, en ze keek hem vriendelijk aan. Hij liep somber weer terug naar zijn eigen tafel.
Even later kwamen ook Harry en Ron binnen, en ze liepen meteen naar Hermelien.
“Luister Hermelien, het spijt ons.” zei Harry, die zich duidelijk schuldig voelde.
“Ja,” zei Ron. “We zijn misschien ietsje te ver gegaan.”
“Dat moeten jullie niet tegen mij zeggen.” zei Hermelien, en ze wierp een blik op Malfidus, die al die tijd merkwaardig stil was geweest.
“Dat? Nooit!” zei Harry resoluut.
“Ik had ook niet anders van jullie verwacht...” zuchtte Hermelien, en ze zette haar inktpotje op tafel.
“Goedemorgen, dames en heren!” begon professor Slakhoorn opgewekt. “Vandaag gaan we aan de slag met Zwelsap. Jullie krijgen tien minuten de tijd om de instructies in het boek goed door te lezen, en het is de bedoeling dat jullie daarna zelf Zwelsap gaan maken.”
Iedereen begon meteen met lezen, want het was algemeen bekend dat Slakhoorn veel van zijn leerlingen verwachtte. Toen de tien minuten om waren rende Hermelien bijna naar de voorraadkast en begon koortsachtig alle benodigde ingrediënten eruit te halen. Ze liep snel terug naar haar tafel, en deed alvast wat wolfsmelk en flubberwurmenslijm in haar ketel. De minuten streken voorbij en net toen Hermelien nog wat extra gaasvliegjes wilde toevoegen, hoorde ze een harde knal: BENG!!! De ketel van Kwast was ontploft, en iedereen die geraakt was, kreeg allerlei rare groene vlekken op zijn huid. Ron had een grote hoeveelheid in zijn gezicht gekregen, en zat helemaal onder.
“Je ziet er alleen maar mooier uit zo, Wemel. Ik zou er niets meer aan doen als ik jou was.” zei Patty Park hatelijk. Ron wilde haar te lijf gaan, maar Hermelien was hem voor:
“Ach Patty, zie ik daar nou een puistje op je voorhoofd?” zei Hermelien kalm. Meteen greep Patty een spiegel uit haar tas, en toen ze zag dat het niet waar was, keek ze woedend naar Hermelien.
“Het gedoe bij Kruidenkunde ligt dus nog steeds gevoelig, niet waar?” zei Hermelien hatelijk.
“Och jeetje.” zei Slakhoorn. “Meneer Tomas, Wemel en mevrouw Bullemans, even snel hierheen komen, dan heb ik hier een tegengif voor jullie. Kwast, zei ik niet dat drie keer roeren voldoende was!?”
Terwijl Kwast werd uitgefoeterd door Slakhoorn, fluisterde Harry: “Mooie opmerking!”
“Arrogante trut...” mompelde Hermelien. “Ze is nog erger dan Malfidus.”
Harry keek haar verbaasd aan. “Dat meen ik! Denk eens na: hij heeft me al een week niet meer uitgescholden, en zij trekt steeds meer haar stinkende bek open!” Plotseling begon er iets bij Harry te dagen.
“Wacht eens even... Die hartjes... Zou hij soms-” maar hij werd onderbroken door professor Slakhoorn, die doorgaf wat het huiswerk voor de volgende les was.
In de lunchpauze zat Hermelien aan haar huiswerk voor Toverdranken, maar ze kon zich niet concentreren. Ze sloeg haar boek met een klap dicht. Wat nou als Harry gelijk had? Wat nou als Malfidus haar echt leuk vond? Aan de ene kant zou dat best kunnen: dat zou zijn rare gedrag van de laatste paar dagen kunnen verklaren. Maar aan de andere kant... Draco Malfidus, verliefd op haar? Nee, dat kon gewoon niet. Hoe meer ze erover nadacht, hoe stommer het klonk. Ze zuchtte en sloeg haar boek weer open, in een poging het opstel over het gebruik van Zwelsap af te kunnen maken.
Vanavond zou ze weer met hem moeten dansen. Hermelien betrapte zichzelf erop dat ze er eigenlijk wel naar uit zag, maar dat had niets met het dansen te maken...
Even later kwam Marcel naar haar toe.
“Ben je klaar, want dan kunnen we samen naar het Zwerkbalveld gaan.” zei hij.
“Naar het Zwerkbalveld, waarom?” vroeg Hermelien verbaasd.
“De eerste wedstrijd!” zei Marcel enthousiast. “Griffoendor tegen Zwadderich! Harry, Ginny en Ron zijn vijf minuten geleden al vertrokken, want zij moeten zich natuurlijk ook nog omkleden.” Natuurlijk! Hoe had ze dat nou kunnen vergeten? De eerste wedstrijd zou vandaag gespeeld worden.
Terwijl ze naar het Zwerkbalveld liepen, praatte Marcel aan een stuk door.
“Ik denk echt dat we dit jaar weer gaan winnen! Harry heeft een ijzersterk team op de been gebracht.” Maar Hermelien luisterde niet echt. Griffoendor tegen Zwadderich. Dat betekende dat Malfidus ook zou spelen...
“Hallo, dit is Daan Tomas en welkom bij de eerste Zwerkbalwedstrijd van het seizoen: Griffoendor tegen Zwadderich! Daar komt het team van Potter! Spinet, Rovers, Wemel, Cools, Postelijn, Wemel en Potter!” Het geschreeuw van de Griffoendors was oorverdovend.
“En daar het team van Malfidus, die het tot mijn grote verbazing tot aanvoerder heeft geschopt...” De Zwadderaars joelden en scholden op Daan. “Oke professor Anderling, het zal niet meer gebeuren... Daar zijn Valom, Urnveld, Netel, Korzel, Kwast, Hondsdraf en Malfidus.” zei Daan. Hij kondigde het team van Zwadderich een stuk minder enthousiast aan dan dat van Griffoendor.
Hermelien zag dat Harry en Malfidus elkaars vingers probeerden te pletten toen ze elkaar een hand moesten geven van madame Hooch. Ze liet de Snaai en de Beukers los, gooide de Slurk omhoog en blies op haar fluitje. Alle veertien spelers stegen op en de wedstrijd was begonnen.
“En Spinet heeft de Slurk. Ze nadert haar doel, en- GRIFFOENDOR SCOORT!” Er klonk een daverend gejuich. Ook Huffelpuf en Ravenklauw waren voor Griffoendor, want zij hadden het ook niet zo op de Zwadderaars. Hermelien had het team nog nooit zo goed zien spelen. In de volgende vijf minuten was er al weer zeven keer gescoord, en leidde Griffoendor met tachtig-nul.
Even later kwam de eerste goal van Zwadderich, maar niemand had dat gemerkt, omdat Harry ineens veel vaart maakte en over het veld racete.
“Potter heeft de Snaai gezien! Moet je zien, hij trapt die Vuurflits nu echt op zijn staart, en- OH!” Korzel had uit alle macht een Beuker naar Harry gemept, waardoor die gedwongen was zijn koers te wijzigen en hij de Snaai weer kwijt was. Inmiddels hadden Ginny en Demelza beiden nog een keer gescoord.
“Je had gelijk Marcel!” schreeuwde Hermelien boven het gejuich uit toen Alicia weer een goal maakte.
“Ik heb het team nog nooit zo goed zien spelen!” Op een gegeven moment stond het honderdzeventig-dertig voor Griffoendor. Ineens snakte iedereen naar adem: Malfidus had de Snaai gezien.
“Volgens mij ziet Malfidus de Snaai, maar Potter duidelijk niet! Kom op Harry!” schreeuwde Daan, maar Harry had totaal geen idee waar de Snaai was, en dus had Malfidus vrij baan.
Toen gebeurde er iets ongelofelijks: op hetzelfde moment dat Malfidus op spectaculaire wijze de Snaai ving, gooide Ginny de Slurk door de middelste doelring. dat betekende dus...
“GELIJKSPEL! DE WEDSTRIJD TUSSEN GRIFFOENDOR EN ZWADDERICH IS GEEÏNDIGD IN GELIJKSPEL!”
Hermelien zag hoe teleurgesteld hij het veld af liep. Ook Ron en Ginny waren niet bepaald blij. Zo’n grote voorsprong en dan nog niet winnen. Somber liep ze terug naar de leerlingenkamer. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:07; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:00 |
|
Hoofdstuk 6
“Ongelofelijk zeg! Ik snap het nog steeds niet!” zei Ron. “Alles leek zo goed te gaan, en dan in een keer: BAM, gelijkspel.” en hij sprak het woord vol walging uit.
“Nog een geluk dat Ginny nog snel een goal maakte, anders was het helemaal erg geweest.” zei Hermelien, en ze keek even naar Harry, die de hele tijd afgezonderd in een hoekje had gezeten. Ze liep naar hem toe. “Kop op, Harry. We hebben niet verloren.”
“Altijd, echt altijd hebben we gewonnen van Malfidus...” mompelde hij.
“Nouja, eens moet de eerste keer zijn, nietwaar?” zei Hermelien. “Laten we naar de Grote Zaal gaan. Ik heb honger.”
Toen ze na het avondeten weer terugkwamen in de leerlingenkamer, ging Hermelien meteen naar de meisjesslaapzalen, om haar jurk aan te trekken en haar haar te doen. Toen ze weer naar beneden liep, zag ze dat Ron zich ook al had omgekleed. Hij had een simpel, maar toch mooi gewaad aan. Hermelien wist dat hij het geld er niet voor had om iets exclusievers te kopen, maar ondanks dat zag Ron er toch goed uit. Toen Ron haar aan zag komen lopen, keek hij ongemakkelijk naar de grond, met een vuurrood hoofd.
“Ach, kop op Ron, het zal wel goed komen.” zei Harry met een knipoog.”
“Wat zal goed komen?” vroeg Hermelien nieuwsgierig, en ze keek Harry en Ron aan.
“Dat merk je straks wel.” zei Harry luchtig, en hij liep naar de fauteuil bij de haard. “Moeten jullie trouwens niet weg?” vroeg hij ineens, en hij keek Ron veelbetekenend aan.
“Welnee, we hebben nog ruim tien minuten.” zei Hermelien, en ze vond dat Harry en Ron nu wel erg vreemd deden, zelfs voor hun doen.
“Kom,” mompelde Ron, en hij sleurde haar de leerlingenkamer uit.
“Kun je me nu eindelijk eens vertellen wat er aan de hand is? Jullie doen erg vreemd.” zei Hermelien, en ze bleef stilstaan, wachtend op een antwoord.
“Nou, vooruit dan...” zei Ron, en hij liep naar haar toe. “Ik heb eens nagedacht Hermelien, en... We kennen elkaar al best lang, maar...” Hij werd opnieuw vuurrood en leek niet echt op zijn gemak.
“Ja?!” zei Hermelien, hoewel ze al een donkerbruin vermoeden had van wat Ron van plan was om te gaan zeggen, beter gezegd vragen... Ron schraapte al zijn moed bij elkaar, en zei toen:
“Hermelien, wil je verkering met mij?”
“Ron... Het spijt me echt, maar...”
“Ik snap het al...” gromde hij, en hij draaide zich om.
“Ron...” begon Hermelien, maar toen barstte de hel los.
“IK ZEI TOCH DAT IK HET AL SNAPTE? DENK JE DAT IK DOM BEN OFZO? IK WIST HET WEL, JE BENT GEWOON VERLIEFD OP MALFIDUS! DAT WAS DUIDELIJK TE MERKEN DE LAATSTE DAGEN! VUILE VERRADER!” brulde hij, en hij beende nijdig weg.
“Ron! RON!” riep Hermelien nog, maar hij deed alsof hij haar niet hoorde en liep de hoek om.
Was het zo duidelijk geweest dan? Eigenlijk wist ze niet of zou nou werkelijk op Malfidus verliefd was. Ze voelde zich vreemd als ze hem zag, maar ze hield zichzelf wel steeds voor dat hij nog steeds dezelfde arrogante kwal als vroeger was...
Toen ze de Grote Zaal in kwam, zag ze Ron al nors bij Patty staan. Hij keek haar expres niet aan toen ze langsliep. Malfidus keek echter ongerust om zich heen, en leek zich af te vragen waar ze was. Hij had een prachtig zwart gewaad aan met zilveren accenten, net als haar jurk. Toen hij haar zag, werden zijn ogen groot en glimlachte hij naar haar. Hermelien keek even snel over haar schouder naar Ron, die haar vernietigend aankeek.
“Wat is er met hem aan de hand?” vroeg Malfidus wantrouwig, toen hij naar Hermelien toeliep.
“Geen idee.” loog ze, en ze meed zijn snijdende blik.
“Heb je hem soms afgewezen?” zei hij met een arrogante grijns op zijn gezicht.
“Hoe weet jij dat?” flapte Hermelien eruit.
“Kom op zeg, dat is toch duidelijk?” zei Malfidus, alsof hij aan haar uitlegde dat twee plus twee vier is. “Jij kijkt schuldbewust naar hem als ik naar je toeloop, en hij kijkt woedend terug. Je ziet er trouwens mooi uit!” zei hij, net hard genoeg zodat Ron het ook kon horen. Die keek op dat moment werkelijk moorddadig.
“Allemaal klaarstaan!” riep professor Anderling. Een warm gevoel verspreidde zich door Hermeliens lichaam toen Draco haar hand vastpakte. Ze zag hoe Ron jaloers naar Malfidus keek. Malfidus greep Hermelien nog wat steviger vast en keek toen uitdagend naar Ron.
“Alsjeblieft zeg, doe niet zo zielig!” siste Hermelien.
“Nou vooruit.” zei hij met tegenzin, en tot haar opluchting verslapte zijn greep. Plotseling liet hij haar een pirouette maken.
“Heel goed, meneer Malfidus en juffrouw Griffel.” zei Anderling, en ze stopte de muziek.
“Kijk eens even allemaal. Deze pirouette kunnen we misschien wel in de dans stoppen. Ja, laat nog maar even zien ja.” Hermelien voelde dat ze rood werd. Malfidus grijnsde en liet haar de pirouette opnieuw maken. Iedereen klapte, behalve Ron en Patty, bij wie het moeilijk te zien was wie er het chagrijnigste keek.
“Oke, we kunnen nog snel een keer de dans doen voor het einde van de les. Ik tel tot drie: een...twee...drie.” en Anderling startte de muziek weer. Hermelien zag, net op het moment dat ze de pirouette wou maken, dat Ron met een verwrongen gezicht op haar afstormde en hij trapte keihard tegen haar voet.
“AAAUW!!” Hermelien viel huilend op de grond, en hield haar enkel vast, die gebroken was.
“WEMEL!!!” brulde Malfidus. Hij greep Ron vast en smeet hem keihard op de grond. Hij trapte nog een keer keihard tegen Ron’s gezicht aan voordat hij zich tot Hermelien wendde. “Je moet naar de Ziekenzaal toe. Ik breng je wel.” en hij tilde Hermelien op. Anderling had al die tijd geschokt staan kijken, maar scheen nu weer bij haar positieven te komen.
“Niets daarvan, meneer Malfidus! U blijft hier en gaat niet weg voordat ik een hartig woordje met u en meneer Wemel heb gesproken!”
“Dat komt later wel. Wou u Hermelien hier dan maar op de grond laten liggen?” vroeg hij woedend. Hij pakte Hermelien nog wat steviger vast, en zonder op antwoord te wachten, liep hij de Grote Zaal uit, met Hermelien in zijn armen.
Ondanks de stekende pijn in haar enkel voelde Hermelien zich zielsgelukkig. Toen ze in de Ziekenzaal kwamen, legde Malfidus Hermelien op een van de bedden neer.
“Bedankt,” snikte ze, en ze hield haar enkel nog steeds vast.
“Ik ga Plijster wel even halen.” zei hij ernstig, en hij liep weg.
Toen hij uit het zicht verdween, speelde zich opnieuw een tweestrijd in haar hoofd af. Haar hart zei dat ze Malfidus leuk vond, maar haar altijd zo verstandige hoofd vertelde haar dat hij nog steeds dezelfde arrogante zak was als vroeger. Maar hoe kon ze hem nou een arrogante zak vinden na alles wat hij net heeft gedaan? Op dat moment kwam madame Plijster binnen.
“Waar doet het pijn, meisje?” vroeg ze.
“Ik denk dat mijn enkel gebroken is, maar... Waar is Draco?” voegde Hermelien eraan toe toen ze Draco nergens zag.
“Meneer Malfidus ging meteen weer weg nadat hij mij had geroepen.” zei ze, terwijl ze allerlei zalfjes op Hermeliens enkel smeerde.
“Hij mompelde iets over een woedende professor Anderling en een wezel... Snap jij dat nou?” Ze sprak nog een laatste toverspreuk uit over Hermeliens enkel en zei toen: “Ziezo, hij is weer genezen, maar ik zou de eerste paar dagen voorzichtig aan doen en hem niet te veel belasten. Als het goed is zou je er nu geen last meer van moeten hebben.”
Hermelien knikte: de pijn was weg. Ze bedankte madame Plijster en liep toen terug naar de Grote Zaal, want ze wilde horen of Draco niet in de problemen was gekomen, alleen omdat hij haar verdedigd had.
Toen ze bij de Grote Zaal aankwam, liep Draco net naar buiten.
“En?” vroeg ze. “Je hebt toch geen strafwerk gekregen hè?”
“Nee, alleen puntenaftrek.” zei hij.
“Het spijt me...” mompelde Hermelien.
“Och, ik vond het wel grappig om Wezelmans eens op zijn nummer te zetten. Nu had ik er tenminste wel een reden voor.”
Hij grinnikte even, maar Hermelien negeerde die laatste opmerking en zei: “Ik ga terug naar de leerlingenkamer.”
“Zal ik meelopen?” vroeg Draco, toen ook Ron de Grote Zaal uitkwam. “Ik vertrouw die gozer niet.”
“Ja, als je dat wil doen, graag.” zei Hermelien, met een achterdochtige blik op Ron. Ze voelde er niets voor om op dit moment samen met alleen Ron te lopen. Ze wilde niet voor de tweede keer naar de Ziekenzaal. Zwijgend liepen ze naar de leerlingenkamer van Griffoendor. Tot haar grote verbazing stond Harry buiten al te wachten.
“Waarom duurde het zo gruwelijk lang? En wat doet hij hier?” voegde hij eraan toe toen hij Draco zag.
“Voorkomen dat hij,” hij keek even naar Ron, “nog een keer zijn zelfbeheersing verliest en Griffel weer aanvalt.”
“Oh, dus nu noem je haar weer bij haar achternaam!” schamperde Ron. “Je vind haar gewoon leuk. Daarom had je al die hartjes bij je aantekeningen getekend!”
Nu was het Draco die zijn zelfbeheersing verloor, en hij hield zijn toverstok bij Rons keel.
“Ik zweer het je, Wezelmans! Nog een zo’n opmerking...”
“Kappen Malfidus!” zei Harry kordaat.
Draco liet zijn toverstok weer zakken, wierp nog een laatste woedende blik op Ron en liep toen nijdig weg.
“Fortuna Major” gromde Ron, en hij stampte de leerlingenkamer in, ging de trap op naar de jongensslaapzaal, en smeet de deur achter zich dicht. Ook Hermelien wilde naar de meisjesslaapzaal gaan, maar Harry hield haar tegen.
“Wat is hier in vredesnaam aan de hand?”
“Niet nu, Harry.” zuchtte Hermelien, die absoluut geen zin had om alles nog een keer te moeten uitleggen.
“Heb je liever dat ik het van Ron hoor dan?” vroeg Harry. Omdat Ron de boel waarschijnlijk toch zou verdraaien, begon Hermelien toch maar te vertellen. Toen ze klaar was keek Harry haar verbijsterd aan.
“Jemig, en ik dacht nog wel dat je Ron leuk vond. Blijkt maar weer hoe veel ik van meisjes afweet. Misschien moet ik Ginny eens om wat tips vragen.”
“Moet je zelf weten, maar ik ga nu naar bed.” zei Hermelien, en ze liep de trap op, die naar de meisjesslaapzaal leidde. Ze ging vermoeid op haar bed liggen en dacht na over alle gebeurtenissen van die avond. Ineens kwamen alle emoties naar boven en viel ze uiteindelijk huilend in slaap. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:13; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:05 |
|
Hoofdstuk 7
De dagen erna waren vreselijk: Ron praatte niet meer met haar en had aan iedereen die het maar wilde horen rare verhalen verteld over Hermelien. Zelfs Harry geloofde haar niet helemaal, ook al had ze honderden keren ontkend dat ze Malfidus leuk vond, en als klap op de vuurpijl deed Patty Park gemener tegen haar dan ooit. Na de zoveelste
rake imitatie van een Hermelien die te springen stond om een antwoord te geven op de vraag van een leraar, was Hermelien met tranen in haar ogen de klas uitgerend. Ron was erbij geweest, maar had geen enkele moeite gedaan om even voor haar op te komen.
“Hé, daar hebben we Griffeltje-Bevertand!” riep Patty Park, omringd door een groep Zwadderaars, waaronder Draco.
“Alsjeblieft zeg, Patty! Kun je er niet eens mee ophouden?” zuchtte hij. Patty keek hem met opgeheven wenkbrauwen aan.
“Ik begin de roddels steeds meer te geloven.” zei ze koeltjes, en ze keek hem minachtend aan.
“Roddels?” vroeg hij verbaasd. “Welke roddels?”
“Ze zeggen, dat jij dat modderbloedje leuk zou vinden...” zei Patty hatelijk, en ze keek minachtend naar Hermelien.
“Wat?” riep Draco verbijsterd uit. “Dat nooit!”
Dat was een steek recht in Hermeliens hart, en de tranen sprongen haar in haar ogen.
“Waarom zei je dan dat ik moest ophouden Griffel bevertand te noemen?”
“Het is gewoon niet grappig meer... Je grappen gaan de hele dag al over dat modderbloedje.” zei hij, en veel Zwadderaars knikten instemmend. Maar toen Draco het woord ‘modderbloedje’ zei, was Hermelien al verdrietig weggelopen. Hoe kon hij? Eindelijk, net toen ze begon te geloven dat ze verliefd op hem was, en hij op haar, moest dit weer gebeuren.
Ze beet op haar lip en wilde net de bibliotheek inlopen, toen ineens haar tas scheurde en al haar boeken op de grond vielen. Ze begon haar spullen op te rapen, en dat waren er helemaal niet zoveel, wat betekende dat die tas niet zomaar gescheurd kon zijn... Ze keek naar de naden van haar tas... Ja hoor, doorgesneden. Hermelien keek op of ze ergens een lachende Patty kon vinden, maar die zag ze niet. De enige mensen die ze zag, waren een paar tweedejaars uit Huffelpuf en... Draco Malfidus, die achter een boekenkast stond, en haar wenkte. Als ze met iemand geen zin had om te praten, dan was het hem wel. Ze wilde zich dan ook omdraaien, maar toen fluisterde Draco: “Hermelien, alsjeblieft, luister naar me. Ik moet met je praten!” Ze wilde eigenlijk helemaal niet, maar iets trok haar die kant op.
“Wat?” zei ze agressief. “Wil je me soms weer uitschelden? Moest ik daarvoor hier komen?” Ze voelde tranen in haar ogen prikken.
“Nee, ik wilde zeggen dat... dat het me spijt. Maar je moet begrijpen dat ik het alleen zei om geloofwaardig over te komen.”
“Hoezo? Haat je me dan niet soms? Want als je me niet haat, heb je dat wel heel goed weten te verbergen.” zei ze, en er biggelde een traan over haar wang.
“Natuurlijk haat ik je niet!” zei hij.
“Waarom moest je me dan zo nodig uitschelden?!” vroeg ze woedend.
“Ik moest toch wel geloofwaardig overkomen, of niet soms? Ik kan ze toch moeilijk zeggen dat ze moeten ophouden omdat ik je aardig vind?” zei hij, en hij leunde arrogant tegen de boekenkast.
“Hoezo niet?” vroeg ze.
“Hoezo niet? Dan zou mijn reputatie aan flarden gaan natuurlijk!” zei hij luchtig.
“En dus moet het maar ten koste van mij gaan?” zei Hermelien, en nu liepen de tranen echt over haar wangen. “Dus je vindt het normaal anderen kapot te maken, alleen om je reputatie hoog te houden. Om wat voor reputatie gaat het dan?” snikte ze.
“Nee, nee dat bedoelde ik niet, maar...” en hij liep naar haar toe om haar te troosten, maar Hermelien deinsde terug.
“Is dit soms weer een van je grappen? Doen alsof je me aardig vindt en me dan keihard laten vallen? Nou, je kunt van een ding uitgaan: verwacht me morgen niet op dansles. Dat kun je wel vergeten!” en ze rende snikkend weg, en ze hoorde nog dat Draco vloekend tegen de boekenkast aanschopte.
Ze opende de eerste de beste deur die ze tegenkwam en liep snikkend naar binnen, niet wetend dat dat de wc van Jammerende Jenny was. Meteen kwam Jenny op haar af, maar stopte toen abrupt.
“Oh... Ik dacht even dat je iemand anders was...”
“Iemand anders? Wie?” vroeg Hermelien nieuwsgierig, en ze was gestopt met snikken.
“Oh, niemand...” zei Jenny, maar daar nam Hermelien geen genoegen mee.
“Wie, Jenny?” herhaalde ze.
“Je kent hem vast niet.” zei Jenny, die duidelijk geen zin had om te praten.
“Nou, daar komen we alleen achter als ik weet wie het is. Vertel eens, Jenny. Wat kwam die persoon hier doen?” vroeg Hermelien.
“Hij huilt meestal veel als hij hier komt. Hij is wanhopig, want hij staat onder grote druk en het wil maar niet werken en zijn vrienden vertrouwen hem ook al niet meer vanwege een meisje dat hij leuk vindt.”
Hermelien kreeg een hol gevoel in haar maag: die beschrijving sloot perfect aan op een bekende van haar...
“Jenny,” begon ze. “Hoe oud is die jongen ongeveer?”
“Geen idee, jouw leeftijd ongeveer, denk ik.” zei Jenny, en ze zweefde weer naar haar wc toe. “Jij kent Harry Potter toch? Zou je kunnen vragen of hij nog een keer langskomt?” zei ze giechelig.
“Hij heeft nu iets met Ginny Wemel.” zei Hermelien grimmig, waarna Jenny woedend de hele boel liet overstromen en Hermelien zich haastig uit de voeten maakte.
“Harry, zou ik de Sluipwegwijzer even mogen lenen?” vroeg Hermelien.
“Tuurlijk,” zei hij, “Maar waarvoor heb je die dan nodig, als ik vragen mag. Je gaat toch niet de regels overtreden?” zei hij met sarcastische ondertoon.
“Nee, ik moet even naar de bibliotheek, en ik heb geen zin om Patty Park tegen het lijf te lopen.” verzon ze snel. In werkelijkheid wilde ze weten of haar vermoedens juist waren, betreffende de persoon waar Jenny het over had gehad.
“Sinds wanneer trek jij je iets aan van dat mens?” maar toen hij haar waarschuwende blik zag, zei hij snel: “Maar ik snap het wel hoor.” Je moest eens weten, dacht Hermelien, en ze pakte de Sluipwegwijzer van Harry aan.
“Ik zweer plechtig dat ik snode plannen heb.” zei ze, en ze tikte op de kaart. Meteen verschenen er overal dunne lijntjes. Ze speurde de kaart af, op zoek naar de wc van Jammerende Jenny. Toen zag ze het: vlak naast het wolkje van Jammerende Jenny stond een wolkje, met daarin Draco Malfidus...
“Ik ben dus even weg!” riep ze naar Harry, en ze sprintte de leerlingenkamer uit.
Toen ze even later aan de deur luisterde, hoorde ze inderdaad Draco, en hij huilde.
“Ik heb het verprutst! Ik heb geen flauw idee wat ik moet doen.” snikte hij. “Ik kan het gewoon niet.” Hermelien hoorde plotseling dat zijn voetstappen steeds dichterbij kwamen en vluchtte snel het dichtstbijzijnde lokaal in. Ze zag nog hoe Draco de wc van Jammerende Jenny uitliep en zijn ogen afveegde, maar toen verdween hij uit het zicht. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:17; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:10 |
|
Hoofdstuk 8
Kerst naderde, en daarmee dus ook het bal. Het laatste uur voor de kerstvakantie zaten de Griffoendors dus opgescheept met Sneep, die nog steeds Verweer tegen de Zwarte Kunsten gaf. Hermelien legde haar boeken en perkament op tafel.
“Wie,” begon Sneep lijzig, “kan mij een gedetailleerde beschrijving geven van een necroot?”
Meteen schoot Hermeliens hand de lucht in. Natuurlijk wist ze dat, daar had ze zo veel over gelezen! Maar zoals gewoonlijk negeerde Sneep haar en liet ze teleurgesteld haar hand weer zakken.
“Niemand?” vroeg hij met een gemene glimlach. “Ik had ook niets anders verwacht van jullie. Het lijkt me dan ook wel gepast dat jullie een opstel over necroten maken. Omdat jullie daar de hele vakantie de tijd voor hebben, moet het opstel minstens vijf rollen perkament lang zijn. Het is overigens niet de bedoeling dat ik een opstel van twintig rollen perkament krijg, juffrouw Griffel.” en hij keek hatelijk naar Hermelien, die woedend terugkeek. “Jullie mogen er de rest van de les aan besteden.” zei hij lijzig, en de rest van de tijd patrouilleerde Sneep door het lokaal en kraakte enkele leerlingen af.
Na afloop van de les liepen Hermelien en Harry samen naar de leerlingenkamer. Ron vertikte het om mee te lopen: hij en Hermelien hadden nog steeds ruzie.
“Hermelien, kun je niet proberen het goed te maken...” begon Harry voorzichtig. “Je weet wel, de ware kerstgedachte enzo...”
“Dus jij vind dat ik het moet goedmaken met Ron omdat hij door het lint ging toen ik hem afwees?” vroeg Hermelien. “En er valt trouwens helemaal niet met hem te praten. Als hij me telkens ontwijkt kan ik het moeilijk goedmaken.”
“Ik zal wel vragen of hij weer normaal kan doen, maar dan moet jij me beloven dat jij ook je best doet.” zei Harry ernstig.
“Vooruit dan maar...” zuchtte Hermelien. Harry besloot om op een ander onderwerp over te stappen.
“En, al zin in het bal?” vroeg hij, terwijl ze de trap opliepen naar de zevende verdieping.
“Aan de ene kant wel, maar aan de andere kant... Ik zie er nou niet echt naar uit om de hele avond die kop van Malfidus aan te moeten zien.” mompelde Hermelien niet helemaal waarheidsgetrouw.
Harry grinnikte. “Ben ik blij dat ik gewoon met Ginny kan gaan.”
“Als dat hele gebeuren met ‘de harmonie tussen de afdelingen’ er nou niet was, dan was ik gewoon met Ron gegaan, en was dit helemaal niet gebeurd.” zei Hermelien somber.
Toen ze bij de leerlingenkamer aankwamen, zei Harry: “Zullen we alvast beginnen aan dat opstel voor Sneep?”
“Het is de bedoeling dat we dat alleen maken.” zei ze met opgetrokken wenkbrauw.
“Dan formuleer ik het wel iets anders.” grinnikte Harry, en ze liepen de leerlingenkamer in.
Even later kwam Ron binnen en toen hij Hermelien en Harry samen zag zitten, liep hij rood aan van woede.
“Zo, dus dit is je volgende vriendje?” zei hij met geforceerde kalmte. “Je hebt Harry er dus ook ingeluisd? Ik had jou wel slimmer ingeschat, Harry. Ze is gewoon een vuile-”
“Dat is onzin, Ron! Het slaat echt totaal nergens op!” riep Harry. Hermelien stond plotseling op en liep naar Ron toe, en toen ze vlak voor hem stond gaf ze hem een keiharde klap in zijn gezicht. Ze wendde zich tot Harry, en zei met tranen in haar ogen: “De ware kerstgedachte hè?” en ze stormde de trap op naar de meisjesslaapzaal.
Daar zag ze een grote kerkuil zitten op de vensterbank, met een klein pakketje aan haar poot. Hermelien liep naar de uil toe, die haar poot uitstak.
“Wat, is dat soms voor mij?” vroeg ze, en ze keek naar het pakje, waar inderdaad een briefje, met daarop Hermelien Griffel, Griffoendor aan zat. Ze haalde het pakje van de poot van de uil af, en vouwde het briefje open:
Hermelien,
Draag deze op het bal. Hij zal goed staan bij je jurk.
X
Verbaasd maakte Hermelien het pakje open. Er zat een haarspeld in met daarop een prachtige zilveren roos. “Wauw...” zei Hermelien, terwijl ze hem van alle kanten bekeek. Wie zou die gestuurd hebben? Harry? Nee, die zou Hedwig gebruikt hebben, en zijn handschrift was ook slordiger. Ze keek nog eens naar het briefje. het was een schuin en netjes handschrift dat ze niet herkende. Ron kon het ook niet zijn: ook zijn handschrift was slordiger, hij heeft er het geld niet voor en bovendien hadden ze knallende ruzie...
Ze besloot om maar naar de bibliotheek te gaan, om verder te werken aan het opstel voor Sneep. Toe ze de trap afliep, zag ze tot haar opluchting dat Harry en Ron verdwenen waren. Gelukkig maar, dacht ze. Ze had absoluut geen zin om te horen hoe Ron opnieuw tegen haar tekeer zou gaan. Ze stopte haar spullen in haar tas, die ze daarstraks op tafel had laten liggen en liep de leerlingenkamer uit.
Na een uurtje aan het opstel te hebben gewerkt, kwam het woord ‘necroot’ haar werkelijk haar neus uit. Ze besloot om er maar mee te stoppen en pakte haar spullen in. Ze liep de bibliotheek uit, liep door de gang, ging een hoek om en stond toen oog in oog met een furieuze Patty Park.
“Jij vuil modderbloedje! Draco maar een beetje van me afpakken! Hem besmetten met je smerige bloed! Maar hier kom je niet mee weg! Ik zal je!” schreeuwde ze, en ze leek werkelijk krankzinnig. Hermelien deed angstig een paar stappen achteruit, maar Patty schreeuwde al: “Impedimenta!” en Hermelien werd tegen de grond geslagen.
“Cru-” begon Patty, maar Ron was plotseling verschenen. Hij vloog op haar af en sloeg haar toverstok uit haar hand, zodat Hermelien de kans had om weer veilig overeind te krabbelen.
“En nu heel snel wegwezen!” schreeuwde Ron tegen Patty, en ze maakte dat ze wegkwam.
“Gaat het?” vroeg Ron, op een toon alsof ze een paar uur eerder geen ruzie hadden gehad. Zonder op een antwoord te wachten, vervolgde hij: “Het spijt me, Hermelien. Het spijt me echt. Ik was gewoon totaal over mijn toeren en we hadden ook al die zwerkbalwedstrijd verloren...” zei hij, en Hermelien zag dat hij het echt meende. “Wil je het me vergeven?” smeekte hij.
“Natuurlijk,” zei Hermelien meteen, want ze had het al die tijd vreselijk gevonden toen ze een van haar beste vrienden kwijt was.
“Gelukkig,” zuchtte Ron, en het was duidelijk te zien dat hij erg opgelucht was.
“Vanavond geen dansles hè?” vroeg Hermelien, terwijl ze weer terug naar de leerlingenkamer liepen.
“Nee,” zei Ron. “Overmorgen is het bal al. Ze willen vanavond al beginnen met het versieren van de Grote Zaal, en aangezien het nogal onhandig is om tussen de kerstbomen en de dozen met versieringen door te dansen, zeker met zo’n lompe koe als Patty Park, hebben ze maar besloten om de serie lessen vervroegd te beëindigen.” en hij grijnsde.
“Caput Draconis” zei Hermelien toen ze bij het portret van de Dikke Dame aankwamen, en ze liepen de leerlingenkamer in. Hermelien zag dat Harry in een fauteuil bij de haard zat, een boek te lezen. Hij keek verbaasd op toen Ron en Hermelien samen de leerlingenkamer binnenkwamen. Voordat hij iets kon zeggen, nam Ron het woord al.
“Ik heb het goed gemaakt.” zei hij, en Harry glunderde.
“Mooi zo. Het was behoorlijk vervelend om beste vrienden te zijn met mensen die knallende ruzie met elkaar hebben.” Op dat moment kwam professor Anderling de leerlingenkamer binnen, en ze liep naar Ron en Hermelien.
“We vragen alle klassenoudsten om ons morgen te helpen bij de voorbereidingen van het bal. Zouden jullie dus kunnen helpen morgenochtend?”
“Ron en ik hebben morgenochtend van tien tot twaalf zwerkbaltraining, professor.” zei Harry.
“Maar dat kan niet.” zei Anderling. “Meneer Malfidus zei dat hij morgenochtend ook zwerkbaltraining heeft."
“Dat klopt, maar zij hebben het zwerkbalveld van acht tot tien gereserveerd. Als wij het veld opgaan, gaan zij net weg. Hij kan dus gewoon meehelpen.” zei Ron.
“Aha,” zei Anderling. “En u dan, juffrouw Griffel, u kunt neem ik aan wel komen?”
“Ja, professor.” antwoordde ze.
“Mooi zo,” zei Anderling. “Ik verwacht u morgen om tien uur in de Grote Zaal, juffrouw Griffel.” en ze liep de leerlingenkamer uit. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:21; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:14 |
|
Hoofdstuk 9
De volgende ochtend werd Hermelien vroeg wakker, en aangezien ze toch niet meer kon slapen besloot ze om zich maar alvast aan te kleden en te ontbijten. Omdat het niet mogelijk was om in de Grote Zaal te eten, liep Hermelien naar het Gedaanteverwisselingenlokaal, dat tot een alternatieve eetzaal was omgetoverd. Ze zag dat Draco samen met zijn zwerkbalteam het lokaal net uitliep, waarschijnlijk op weg naar het zwerkbalveld. Toen ze het lokaal binnenkwam, zag ze dat er twee lange tafels in waren gezet, waaraan enkele tweedejaars van Ravenklauw zaten.
Nadat ze haar uitgebreide ontbijt op had, liep ze weer terug naar de leerlingenkamer. Net toen ze bij het portret van de Dikke Dame aankwam, kwamen Harry en Ron naar buiten, met hun vuurrode zwerkbalgewaden al aan.
“We gaan na het eten meteen door naar het zwerkbalveld, dus we zullen je waarschijnlijk niet meer zien voor het middageten.” zei Harry.
“Oke, tot later dan maar.” zei Hermelien, en ze stapte de leerlingenkamer in.
Nog drie kwartier had ze over, en dan werd ze in de Grote Zaal verwacht. Ze besloot om nog een hoofdstukje voor haar opstel te schrijven, en toen ze daarmee klaar was, was het tijd om te gaan.
Toen ze de Grote Zaal inliep, waren de voorbereidingen al in volle gang: kerstbomen werden van hot naar her verplaatst, mensen renden heen en weer en engeltjes zweefden door de lucht.
“Ah, daar bent u, juffrouw Griffel.” Professor Anderling kwam haastig op haar aflopen. “U kunt alvast versieringen ophangen in de grote boom achter de oppertafel.” en ze wees naar een grote kerstboom achterin de zaal waar nog niets in hing. “Er staan al dozen met versieringen bij, het is misschien handig als je ze eerst sorteert.” zei Anderling, die zich haastte naar professor Banning, die bedolven werd onder een kerstboom die Patty Park zojuist omver had geduwd.
Hermelien liep naar de oppertafel en begon daar de versieringen uit de dozen te halen en te sorteren. Na tien minuten had ze eindelijk alles gesorteerd en kwam professor Anderling naar haar toe, met nog enkele takjes in haar haar.
“Oke, juffrouw Griffel. Ik denk dat we deze boom maar met goud en zilver versieren.” Ze zwaaide met haar toverstok, en alle klokjes, slingers en kerstballen werden goud en zilver van kleur. Meteen begon Hermelien met het ophangen van een grote zilveren slinger.
“Ah, daar bent u, meneer Malfidus.” hoorde ze Anderling zeggen.
“Ja, ik moest eerst nog douchen enzo, want ik had net zwerkbaltraining.”
“Ja, dat zie ik ja. Even kijken... U kunt juffrouw Griffel hier helpen met deze boom.” zei Anderling. Ze zag hoe Anderling Draco uitlegde wat er met de boom moest gebeuren, en Draco liep naar haar toe.
“Hoi,” zei hij opgewekt, en hij pakte nog een zilveren slinger van tafel en hing hem op.
“Waar ben jij zo vrolijk om?” vroeg Hermelien, en ze pakte een klokje en hing die in de boom.
“Morgen kerstbal. Heb jij daar geen zin in dan?” Hermelien pakte nog een slinger.
“Ja, dat wel, maar zo gigantisch vrolijk wordt ik daar ook weer niet van. Ik dacht eerst dat er iemand een Gniffelspreuk over je had uigesproken ofzo...” Ze keek even naar hem. Hij was druk bezig kerstballen in de boom te hangen. Zijn haar was nog nat van het douchen en zijn prachtige grijze ogen staarden naar de boom.
“Vind je ook niet dat er aan deze kant veel meer versieringen hangen dan aan die kant?” vroeg hij, maar op dat moment kwam Foppe de Grote Zaal binnen zweven.
Hij gooide een doos vol kerstballen kapot, bond een nietsvermoedende professor Banning aan een kerstboom en gooide een bak vol glitters over Draco’s hoofd heen. Draco probeerde de glitters uit zijn haar te schudden, maar omdat dat nog nat was, vlogen de druppels in het rond.
“Kappen, Malfidus! Je maakt me drijfnat!” riep Hermelien, terwijl ze haar armen voor haar gezicht hield.
“Wat?” zei Draco, maar toen hij Hermelien zag, grinnikte hij. “Oh, sorry.” en hij wees met zijn toverstok op Hermelien, waardoor ze weer droog werd. Ineens begon hij heel hard te lachen.
“Wat is er zo grappig?” vroeg Hermelien chagrijnig, omdat ze dacht dat het over haar ging.
“Moet je zien!” zei Draco, en hij draaide haar om, zodat ze het ook kon zien.
Professor Anderling was furieus. “FOPPE!” krijste ze, en ze probeerde Foppe de Grote Zaal uit te jagen, zwaaiend met haar toverstok. Ze zag er echt compleet gestoord uit, en toen ze Foppe eindelijk de Grote Zaal uit had gewerkt, besefte ze dat iedereen naar haar keek. “Moeten jullie niet aan het werk zijn?” brieste ze. Met een brede grijns op haar gezicht draaide Hermelien zich weer om en hing nog een klokje in de boom.
“En dat is dan jullie afdelingshoofd...” fluisterde Draco met een grijns op zijn gezicht.
“Zij wast tenminste haar haar!” siste Hermelien, en Draco hield gelijk op met lachen.
“Heb jij trouwens iets met Patty?” flapte ze er plotseling uit. Draco keek haar verbaasd aan.
“Nee, en ook nooit gehad. Hoezo?” Dat was een hele opluchting voor Hermelien. Ze begon hem te vertellen over hoe Patty haar had aangevallen.
“En toen zei ze dus dat ik jou van haar had afgepakt, en dacht ik dus dat jullie iets hadden.”
Draco schudde zijn hoofd. “Dom wijf...” mompelde hij. “Echt de hele tijd als een hondje achter me aan lopen. Gek word ik er van. Zit er trouwens nog van die troep in mijn haar?” voegde hij eraan toe terwijl hij met zijn hand door zijn haar streek.
“Nee, zei Hermelien. “Wel nog op je schouders.” zei ze, en ze veegde de glitters weg. Ze zag hoe Draco blozend de laatste kerstballen in de boom hing voordat hij naar Anderling liep.
“We zijn klaar, professor.” zei hij. “Jullie mogen wel gaan, de rest is ook bijna klaar.” zei Anderling.
“Bedankt voor jullie hulp. Jullie weten dat jullie allebei morgen een kwartier van te voren hier aanwezig moeten zijn?” Hermelien en Draco knikten. “Oke, ga dan maar.” zei Anderling, en samen liepen ze de Grote Zaal uit, nog druk napratend over Anderling die Foppe de Zaal uitjoeg.
“Ik ga naar de leerlingenkamer.” zei Hermelien. “Ik moet nog even een paar dingen aanpassen in dat opstel voor Sneep.”
“Het is vakantie hoor! Ga jij dat doen terwijl je net vakantie hebt?” vroeg Draco vol ongeloof. Hermelien haalde haar schouders op.
“Dan heb ik het alvast af.” zei ze luchtig. “Nou, ik zie je morgen wel...” mompelde Draco somber, en hij liep de trap af, naar de kerkers.
“Tot morgen!” zei Hermelien nog, maar hij deed net alsof hij haar niet hoorde en verdween uit het zicht. Waarom moest je nou zo nodig zeggen dat je naar de leerlingenkamer moest? Om huiswerk te maken notabene! Hermelien kon zichzelf wel voor haar kop slaan, en liep toen toch maar naar de leerlingenkamer.
Toen ze even later toch aan haar opstel zat te werken, zei ze tegen zichzelf: “Hij heeft gewoon gelijk. Ik heb net vakantie.” en ze ruimde haar spullen weer op.
“Wie heeft er gelijk?” zei een stem. Hermelien keek op.
“Ginny! Hoe was de training?”
“Ging wel goed.” zei ze, “Maar Katja kreeg een Beuker tegen haar hoofd aan, dus die is nog steeds op de Ziekenzaal. Waarschijnlijk een hersenschudding ofzo. Hoe was het trouwens in de Grote Zaal?” vroeg Ginny, en meteen barstte Hermelien in lachen uit en begon te vertellen over Anderling en Foppe. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:25; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:20 |
|
Hoofdstuk 10
Op de grote dag besteedde Hermelien het grootste gedeelte van de tijd aan het voorbereiden op het bal. Samen met Ginny bladerde ze in tijdschriften, op zoek naar een leuk kapsel, en probeerden dat dan ook uit. Meteen bleek dat Ginny heel handig was met make-up, waardoor Hermelien aan haar vroeg: “Waar heb je dat geleerd? Heb je zo’n cursus gevolgde ofzo?”
“Nee,” glimlachte Ginny. “Vroeger, toen ik een jaar of vier was, was ik op 1 april stiekem Rons kamer binnengeslopen en hem ik hem toen wat van ma’s lippenstift opgedaan terwijl hij sliep. Toen merkte ik dat ik het eigenlijk best leuk vond en had pa uiteindelijk zo’n dreuzelpop voor me gekocht waarop ik kon oefenen.” Hermelien grijnsde.
“Ron met lippenstift op...” en zij en Ginny barstten samen in lachen uit.
Na het avondeten gingen Hermelien en Ginny meteen aan de slag. Ginny was vrij snel klaar, en had dan ook alle tijd om Hermelien mooi op te maken en haar haar goed te doen.
“Waar heb je deze speld gekocht, Hermelien?” vroeg Ginny, terwijl ze Hermeliens haar vastzette met de zilveren haarspeld. “Kan ik Harry ook eens een hint geven.”
“Ik heb hem gekregen, dus ik weet niet waar je hem kunt kopen.” zei Hermelien.
“Oh, jammer... Even zien... Perfect!” zei Ginny, toen ze helemaal klaar was.
“Ik zou die arrogante kop van Malfidus wel eens willen zien.”
“Wauw, bedankt Ginny!” zei Hermelien terwijl ze in de spiegel keek en haar kapsel bewonderde. “Maar over Malfidus gesproken... Hij doet de laatste tijd helemaal niet zo arrogant meer hoor. Is dat jou niet opgevallen dan?” vroeg Hermelien zo nonchalant mogelijk.
“Jawel, maar het blijft leuk om op hem te vitten en hem uit te schelden.” grinnikte Ginny.
“Ik moet gaan, Ginny. Ron en ik moeten er een kwartier eerder zijn.” zei Hermelien, en ze holde de trap af.
“Klaar?” vroeg Ron, die met Harry bij de haard stond te praten.
“Waarom doen meisjes er altijd zo lang over?” vroeg Harry.
“In tegenstelling tot jongens doen die wel hun best om er toch enigszins goed uit te zien.” zei Ginny, die ook de trap af kwam.
“Nou, wij gaan.” zei Hermelien. “Tot straks!”
“Ik heb echt nog ergens zo tegen opgezien.” zei Ron. “Dansen met de trol.”
“Ach, het is maar voor even.” zei Hermelien, die er juist naar uit had gekeken, maar die dat voor de zekerheid niet aan Ron liet merken. Ze liepen ze Grote Zaal in, die nog mooier was geworden dan tijdens het bal van het Toverschool Toernooi. Hermelien keek ongerust om zich heen: Draco was er nog niet.
“Ah, meneer Wemel en juffrouw Griffel. Nu is het alleen nog wachten op meneer Malfidus en dan zal ik even een korte toelichting geven.” zei professor Anderling, die in een donkerblauw gewaad gekleed was. Nog geen minuut later verscheen ook Draco, en nam Anderling weer het woord.
“Als iedereen dus in de Grote Zaal is, komen jullie naar binnen lopen, en doen jullie de dans die we de afgelopen lessen geoefend hebben. Daarna mogen jullie zelf bepalen wat jullie doen, maar de openingsdans is verplicht.” en ze keek even streng naar Ron. “Ik breng jullie nu naar het lokaal hiernaast. Jullie wachten daar totdat ik jullie kom halen.” zei Anderling, en ze bracht hen naar het lokaal.
“Zenuwachtig?” vroeg Draco.
“Nee, waarvoor zou ik?” loog Hermelien, en ze bekeek zijn galagewaad en haar blik gleed over de zilveren knopen. Plotseling begon er iets bij haar te dagen.
“Wacht eens even... Die haarspeld, kwam die soms van jou?” fluisterde ze, en Draco grijnsde. Op dat moment kwam Anderling binnen.
“Het is tijd.” zei ze. “Pak elkaars hand vast en loop keurig in een rij achter me aan.”
Hermeliens maag maakte een salto toen Draco haar hand vastpakte en ze de Grote Zaal inliepen. Ze keek even naar hem. Het viel haar op, dat hij, ondanks dat ze op hakken stond, toch nog zo’n vijf cm langer was. Draco merkte dat ze naar hem keek, want hij keek terug en glimlachte geruststellend. Oke, nu begon het: hij legde zijn hand op haar middel, pakte haar andere hand vast en de muziek startte. Het ging veel beter dan tijdens de lessen, ondanks de zenuwen! Hermelien had het gevoel dat ze zweefde en straalde helemaal bij de pirouette.
Na de dans weergalmde er een daverend gejuich door de Grote Zaal. Opnieuw straalde ze, en zelfs Ron leek een soort trots uit te stralen. Hermelien speurde het publiek af. Harry floot op zijn vingers en Ginny glunderde. Ze zag dat Draco naar een groep Zwadderaars grijnsde en vervolgens glimlachte hij naar haar.
“Ik ga wat te drinken halen, wil je ook?” vroeg hij, toen ook andere leerlingen de dansvloer op kwamen.
“Nee, bedankt.” zei ze, en hij verdween uit het zicht. Hermelien zag twee hoofden met vuurrood haar oplichten, en liep er naartoe.
“Ik wist niet dat je zo goed kon dansen, Hermelien!” zei Harry vol bewondering. Hermelien glimlachte even en keek toen naar Perkamentus die danste met Anderling, en toen naar Sneep, die een uitnodiging van Zwamdrift afsloeg.
“Oh, dit is een leuk nummer!” zei Ginny, toen er een nieuw nummer begon, en ze sleurde Harry de dansvloer op.
“Kom je mee, Hermelien?” vroeg Ron.
“Nee, even uitrusten.” zei ze.
Ron haalde zijn schouders op en volgde Harry en Ginny. Plotseling dook Draco op uit de menigte, en hij ging naast haar zitten.
“En, beetje naar je zin?” vroeg hij, terwijl hij het laatste beetje boterbier uit het flesje dat hij in zijn hand had, opdronk.
“Ja, ik ben alleen een beetje moe...” zuchtte Hermelien.
“De avond is net begonnen joh! Ga je mee een stukje lopen?”
“Ja, is goed.” zei ze, en ze stond op.
“Zullen we naar buiten gaan?” vroeg Draco, en hij liep al naar de deuren toe, maar Hermelien zei: “Ik ga echt niet naar buiten hoor! Ik heb geen jas bij me!”
“Neem de mijne maar.” zei Draco, en hij gaf haar zijn colbert. Hermelien twijfelde, maar een stemmetje in haar hoofd zei haar dat ze naar buiten moest gaan, en dus deed ze het toch maar aan en liepen ze samen naar buiten.
Het was inmiddels gaan sneeuwen en dikke vlokken daalden op hen neer.
“Je ziet er echt mooi uit vanavond.” zei Draco.
“Dankje,” zei Hermelien, en ze voelde dat ze bloosde.
“Er zit sneeuw in je haar.” zei Draco. Hij boog zich naar haar toe en plotseling kuste hij haar. Na een tijd die wel een uur leek te duren lieten ze elkaar weer los en grijnsde hij.
“Dat was wel erg subtiel van je.” zei Hermelien. “Er zit sneeuw in je haar...” en ze grinnikte even. Ze kon nauwelijks geloven wat er net gebeurd was.
“Ja, ik moest toch iets verzinnen? Ik had gedacht dat je het wel had zien aankomen.” zei Draco, en ze liepen hand in hand terug naar het kasteel, terwijl er grote dikke sneeuwvlokken op hen neerdaalden.
Het leek hun het beste om niemand er iets vanaf te laten weten, dus eenmaal in het kasteel deden ze alsof er niets aan de hand was.
“Waar was jij net heen?” vroeg Ron wantrouwig.
“Gewoon even een eindje lopen. Het is wel erg warm hè? Ik ga even wat te drinken halen.” en ze liep snel naar de bar toe. Toen ze weer terugkwam met een flesje boterbier in haar hand, stond Ron met Harry en Ginny te praten. Toen Hermelien bij hen ging staan, ging Ron gelijk in de aanval: “Hoe kan het dat jij het vreselijk warm hebt terwijl je net buiten bent geweest?” Hermelien verslikte zich in haar boterbier.
“Ik eh... maar... Hoe weet jij dat? Ben je me wezen bespioneren ofzo?” vroeg ze geschokt.
“Waarom ga je in vredesnaam naar buiten als je zo bent gekleed? Het sneeuwt!” Hermelien wierp onwillekeurig een blik op Draco, die bij Korzel en Kwast stond en naar haar stond te kijken.
“Ik wist het wel, ik wist –” gromde Ron, maar Hermelien viel hem in de rede.
“Hier hebben we het al zo vaak over gehad! Hoe vaak moet ik het nog zeggen?” zei Hermelien, maar Ron was al woedend weggelopen. Hermelien keek naar Harry en Ginny, die haar ook al ongeloofwaardig aankeken.
“Alsjeblieft zeg! Jullie willen toch niet zeggen dat jullie me ook niet geloven hè?” zei Hermelien, en ze keek hen smekend aan.
“Ik weet niet meer wat ik moet geloven, Hermelien.” zei Harry ernstig, en samen met Ginny liep hij de menigte in. Hermelien liet zich neerzakken op een bank en barstte in snikken uit. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:30; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:26 |
|
Hoofdstuk 11
Waarom moest juist Ron haar nou weer zien binnenlopen? Waarom niet een of andere eerstejaars uit Huffelpuf die het toch niets geïnteresseerd had? Op dat moment knielde Draco voor haar neer.
“Hey, gaat het wel?” vroeg hij, en hij wilde zijn hand op haar schouder leggen, maar die sloeg Hermelien weg.
“Niet hier!” siste ze, en ze trok hem mee de Grote Zaal uit.
Toen ze in een uitgestorven gang uitkwamen stopte Hermelien. Ze liet zich neerzakken op een bankje en staarde doelloos voor zich uit. Draco ging naast haar zitten, en vroeg nogmaals: “Wat was er net gebeurd?” Op dat moment werd het Hermelien teveel: ze barstte in snikken uit en begon te huilen tegen Draco aan.
“Ron weet het en Harry en Ginny vertrouwen me ook al niet meer.” Draco wist duidelijk niet wat hij hiermee aanmoest en sloeg maar een arm om haar heen.
“Laat Potter en de Wezeltjes maar. Ze zijn het niet waard om je druk over te maken.”
“Natuurlijk wel! Het zijn mijn vrienden!” zei Hermelien verontwaardigd.
“Wat jij wilt.” zei Draco, en hij haalde zijn schouders op. “Wel ophouden met huilen hè? Want zo had ik me een relatie met jou nou niet bepaald voorgesteld.” grijnsde hij. Hij veegde de tranen van Hermeliens gezicht af en drukte een kus op haar voorhoofd.
Op dat moment kwam Ginny de gang inlopen, en ze verstijfde toen ze Draco en Hermelien zo samen zag. Hermelien maakte zich snel los uit Draco’s greep en rende achter Ginny aan, maar de vogel was al gevlogen.
“Geweldig...” mompelde ze.
Plotseling kwam er een nare gedachte bij haar op.
“Draco,” zei ze, “Hebben Korzel en Kwast al iets door?” vroeg ze angstig.
“Maak je daar maar niet druk om.” zei hij geruststellend. “Die zouden het misschien doorhebben als ik je zou zoenen vlak onder hun neuzen.” Maar Hermelien was nog niet helemaal gerustgesteld.
“En Patty dan? Die moet toch iets gemerkt hebben?” Draco grijnsde.
“Die wordt nu door veel mensen voor gek verklaard, waar ik zo’n beetje de oorzaak van ben. Niemand gelooft haar meer. Ik denk dat we ons meer zorgen moeten maken om die Wezelmuts...”
“Noem haar niet zo!” zei Hermelien fel.
“Ik wil wedden dat je morgen precies zo over haar denkt, als ze voldoende tijd heeft gehad om de halve school in te lichten.”
“Dat zou ze nooit doen!” zei Hermelien meteen, maar vanbinnen begon er toch iets aan haar te knagen. Wat als Ginny dat wel deed? Wat als morgen inderdaad de halve school er vanaf wist?
Datzelfde moment kwam Ron de hoek omlopen, op de voet gevolgd door Harry en Ginny. Ron vloog meteen op Draco af en probeerde hem overal te stompen, en ondertussen moest Harry zijn best doen om te voorkomen dat Hermelien Ginny niet te lijf ging.
“Hoe kon je Ginny, hoe kon je?!” riep Hermelien, die niets liever wilde dan Ginny vervloeken. Inmiddels had Draco Ron al van zich afgesmeten en sloeg hij Harry van Hermelien af. Toen richtte hij zich tot Ginny, die hem angstig aanstaarde.
“Smerige kleine bloedverraadster!" siste hij. "Ik heb het altijd al gezegd, dat jullie een schande zijn voor alle tovenaars.” en na Hermelien nadrukkelijk gezoend te hebben voor Rons neus, liep hij nijdig weg.
“Ik hoop dat je nu hebt wat je wilde.” zei Hermelien woedend tegen Ginny, en ze rende achter Draco aan.
“Echt, ik roei ze nog een keer uit, die Wezels! Stuk voor stuk!” brieste hij, maar plotseling verscheen er een grijns op zijn gezicht.
“Ik had wel gelijk hè? Dat die Wezelmuts alles gelijk zou doorvertellen?” Hermelien negeerde hem maar. Ineens begon ze enorm te twijfelen of ze hier wel goed aan deed. Draco’s gedrag van daarstraks deed haar wel erg denken aan de Draco van vroeger. De Draco die haar voor modderbloedje had uitgescholden...
“Zit je soms iets dwars?” vroeg Draco, die merkte dat Hermelien diep in haar gedachten verzonken was. Het leek haar maar het beste om hem de waarheid maar te vertellen.
“Nou, weet je... Ik vraag me af of we hier wel goed aan doen...” “Wat?” riep Draco verontwaardig uit.
“Hoef je me nu al niet meer?”
“Nee, dat bedoel ik niet.” zei Hermelien. “Maar die hele toestand met Ginny enzo...”
“Ik laat die Wezelmuts niet tussen ons in komen.” zei Draco beslist, en hij zoende Hermelien.
“Neemt dat je twijfel weg?” vroeg hij met een grijns. Hermelien besloot om haar mond er verder maar over te houden en stapte over op een ander onderwerp: “Hoe lang vond je me eigenlijk al leuk?” vroeg ze, iets waar ze de hele avond al nieuwsgierig naar was geweest. Ze zag hoe Draco diep nadacht.
“Ehm... Weet ik eigenlijk niet. Dat ik je echt leuk vond denk ik sinds die ene les Kruidenkunde, met die Duivelswingerd. Jij dan?”
“Vanaf die danslessen denk ik...” Draco sloeg een arm om haar heen en keek haar diep in haar ogen.
“Ik meende wat ik net zei. Ik laat niemand, maar dan ook echt niemand tussen ons inkomen. Begrepen?” Hermelien knikte.
“Ik ga maar naar de leerlingenkamer.” zei ze.
“Het is al laat.” Draco knikte, gaf haar nog snel een nachtzoen en liep terug richting de kerkers.
Eenmaal in de leerlingenkamer liep Hermelien vermoeid de trap op naar de meisjesslaapzaal. Ze hoopte dat Ginny nog ergens in de Grote Zaal zou zijn, zodat ze niet in de verleiding kwam haar nek om te draaien. Helaas was Ginny wel boven, en zat ze in kleermakerszit op haar bed. Op dat moment haatte Hermelien alles aan haar: van haar tweedehands gewaden tot haar vuurrode haar.
“Ik had gedacht dat je beneden zou zijn om over mij en Draco te roddelen, samen met de hele school.” zei ze kil.
“Hermelien, luister naar me, ik-”
“NEE!” gilde Hermelien. “Ik dacht dat ik je vriendin was en-”
“Dat ben je ook Hermelien, en daarom heb ik dit ook gedaan. Het is overduidelijk dat Malfidus je een liefdesdrankje heeft toegediend of een Waanzichtsspreuk over je heeft uitgesproken.”
Hermelien kreeg de aandrang om te lachen. Zoiets belachelijks had ze nog nooit gehoord. Toen Ginny Hermeliens gezicht zag, zei ze: “Maar dat is dus blijkbaar niet zo...” en ze keek naar de grond.
“Zelfs als dat idiote idee van je waar zou zijn, wat dacht je ermee op te schieten door het de hele school te vertellen?” vroeg Hermelien, terwijl ze Ginny woedend aankeek.
“Ten eerste,” zei Ginny, die inmiddels niet meer naar de grond keek, maar naar Belinda’s roze hutkoffer, “Weet niet de hele school ervan. Ik heb het alleen verteld aan Harry en Ron. Ten tweede dacht ik dat Ron de waarheid wel uit Malfidus zou kunnen slaan, maar Malfidus was ietsje sterker dan ik gedacht had...” zei ze, en ze keek Hermelien aan.
“Geloof me, het was niet mijn bedoeling dat het zo zou aflopen. Ik dacht juist dat ik je ermee zou helpen.” Eindelijk geloofde Hermelien haar en gaf ze een stijf knikje om aan te geven dat ze het Ginny vergeven had, bij wie de opluchting van het gezicht af te lezen was.
“Dus jij en Malfidus hebben wel echt iets?” vroeg ze voorzichtig. Hermelien kon het niet opbrengen dat te bevestigen en dus haalde ze haar pyjama maar uit haar hutkoffer.
“Nouja, kan Anderling in ieder geval blij zijn.” zei Ginny.
“Hoezo dat?” vroeg Hermelien terwijl ze haar pyjama aandeed en in haar hemelbed stapte. Ginny trok hetzelfde gezicht dat Anderling zo vaak trok en zei toen: “Is er toch enige vorm van harmonie ontstaan tussen de afdelingen.” Zelfs Hermelien kon een grijns niet onderdrukken en draaide zich om. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:34; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:33 |
|
Hoofdstuk 12
De volgende dag deed iedereen tot Hermeliens opluchting weer normaal tegen elkaar. Zelfs Ron liet niets blijken van wat er gisteren gebeurd was. Misschien omdat hij het gevecht met Draco verloren had, en niet gewonnen, dacht Hermelien. Ze at net haar laatste stukje toast op toen Draco langs de tafel van Griffoendor liep en onopvallend vroeg: “Ga je morgen met me mee naar Zweinsveld?”
“Is goed.” zei Hermelien, maar toen hij weer verder liep, zei Ginny: “Ik moet je wel waarschuwen Hermelien. Wees voorzichtig!”
“Ginny, ik weet hoe je over hem denkt, en ik had ook niet gedacht dat je je mening over hem zou veranderen, maar zou je erover kunnen ophouden? Mij beïnvloed je daarmee niet.”
“Daar gaat het niet om, of toch misschien wel...” Ginny fluisterde nu bijna. “Het is alleen... Harry heeft het vermoeden dat hij wel eens een Dooddoener kon zijn. Ik mocht het niet tegen je zeggen van hem, maar ik vond dat je het moest weten.” Hermelien was totaal van haar stuk gebracht.
“Wat? Dat is echt het domste dat ik ooit gehoord heb, en dan reken ik die onzin over de Kreukelhoornige Snottifant mee!” Ginny schudde haar hoofd.
“Het is geen onzin, Hermelien. Harry hield Malfidus al een tijdje in de gaten, en wat hij gezien heeft kun je niet zomaar negeren.”
“Ja hoor, hij heeft zeker het Duistere Teken op Draco's arm gezien terwijl hij een potje toverschaak speelde met Voldemort.” schamperde Hermelien, en Ginny kromp een beetje in elkaar toen ze die naam zei.
“Ik wil je alleen het volgende vragen.” Ginny slikte even. “Kun jij, onopvallend natuurlijk, kijken of Malfidus het Duistere Teken op zijn arm heeft. Het is misschien onze enige kans om erachter te komen.” maar Hermelien schudde verschrikt haar hoofd.
“Nee... Nee, vergeet het maar! Ik doe niet aan die onzin mee!” en ze rende de Grote Zaal uit. Draco een Dooddoener? Ze wist dat haar vrienden hem niet konden uitstaan, maar hem hiervan beschuldigen ging haar toch echt te ver.
Ze liep terug naar de leerlingenkamer en jatte de Sluipwegwijzer uit Harry’s hutkoffer. Ze moest met Harry praten en hem eens goed de waarheid vertellen.
“Ik zweer plechtig dat ik snode plannen heb.” Ze speurde de kaart af, maar voordat ze Harry kon vinden, zag ze Draco. En opnieuw in het gezelschap van Jammerende Jenny... Aangezien hij daar de vorige keer had gehuild, besloot ze dat Draco nu even belangrijker was. Snel liep ze naar de wc van Jammerende Jenny, maar toen ze daar aankwam, was hij er niet meer.
“Jenny! Waar is Draco heen?” vroeg ze meteen.
“Oh, dus je weet nu wel wie het is?” zei Jenny plagerig.
“Jenny, ik heb nu geen tijd voor spelletjes! Waar ging hij heen?”
“Geen idee... Het enige dat ik weet is dat hij iets mompelde over de zevende verdieping... Zeg eens, Harry vindt mij sowieso niet leuk, en Draco dan?”
“Hij is ook bezet.” zei Hermelien grimmig. Ze voelde dat ze rood werd en stormde naar de zevende verdieping, terwijl ze Jenny het nog hoorde uitkrijsen van woede.
Wat had Draco te zoeken op de zevende verdieping? De enige belangrijke ruimtes die daar waren, waren de leerlingenkamer van Griffoendor en de Kamer van Hoge Nood, die ze eerder gebruikt hadden voor de bijeenkomsten van de SVP. Waarschijnlijk was Draco gewoon richting de leerlingenkamer gelopen in de hoop haar tegen te komen.
Ze dwaalde rond op de zevende verdieping, maar kwam Draco tegen op slechts één gang verwijderd van de Kamer van Hoge Nood. Hermelien zag hoe hij op zijn hoede door de gangen liep, alsof hij bang was dat iemand hem zou zien.
“Wat doe jij hier?” vroeg ze wantrouwig.
“Ik eh, was van plan om je op te zoeken, ik dacht wel dat je ergens in de buurt van jullie leerlingenkamer zou zijn.” zei hij met een ondoorgrondelijk gezicht. Hermelien trok een wenkbrauw op.
“Onze leerlingenkamer is aan de andere kant van de verdieping.” Draco haalde zijn schouders op.
“Ik wist niet meer precies waar die was. Ik heb hem tenslotte pas een keer gezien, en dat terwijl ik Wezeltje in de gaten moest houden. Dan kun je moeilijk van me verwachten dat ik dat nog weet.”
“Waarom moest je me dan spreken?” vroeg Hermelien wantrouwig.
“Vragen of het goed is als ik je morgen om tien uur kom ophalen als we naar Zweinsveld gaan.” Meteen vergat Hermelien waarom ze eigenlijk naar hem op zoek was.
“Eh, ja, natuurlijk.” stamelde ze.
“Mooi, zorg dat je om tien uur voor de ingang van jullie leerlingenkamer staat.” en voordat ze het doorhad had Draco zich al omgedraaid en liep hij weg.
“Hé, wacht! Je zei net nog dat je niet wist waar-” maar hij verdween al uit het zicht.
De volgende morgen zorgde Hermelien ervoor dat ze om vijf voor tien voor het portret van de Dikke Dame stond. Ze stond nog geen halve minuut te wachten toen Draco aan kwam lopen.
“Dus je stond er al. Je kon zeker niet wachten om mij weer te zien.” zei hij met een grijns op zijn gezicht.
“Och, houd je mond!” zei Hermelien.
“Op één voorwaarde.” zei hij terwijl ze de hal inliepen waar iedereen zich verzamelde.
“Nou?” vroeg Hermelien.
“Dat je nog een keer met me uitgaat.”
“Misschien wil ik dat wel helemaal niet omdat je ego vandaag te groot is.” zei ze plagerig.
“Ah, dat is nou jammer... Ik was net van plan om op oudejaarsavond een gigantisch feest te geven in de Kamer van Hoge Nood, maar als je niet meer met me uit wilt...”
“Oh, dus dan gaan we nu chanteren?” zei Hermelien, en ze glimlachte. Draco haalde zijn schouders op en zei toen: “Tja, zo zou je het kunnen noemen. Nou, komt er nog een volgende keer of wil je oudejaarsavond alleen doorbrengen?” en hij grijnsde.
“Ja.” zei Hermelien.
“Ja, wat ja? Een vriendloze oudejaarsavond of-”
“Ja, ik ga nog een keer met je uit.” zei Hermelien en ze lachte even toen Draco een soort vreugdedansje deed. Ze stapten in een van de koetsen (Draco hield de deur voor haar open) en gingen zitten.
“Je kunt ook overdrijven hoor!” zei Hermelien, en op dat moment wilden er drie kleine derdejaars uit Ravenklauw de koets instappen, maar Draco dacht daar duidelijk anders over.
“Eruit, kleine snotapen! Ik ben klassenoudste! Neem de volgende koets maar!” snauwde hij.
“Ach, hij wil de koets voor zich alleen, zodat hij samen met zijn vriendinnetje kan zijn.” zei de kleinste en de brutaalste.
Draco kreeg een bleke blos op zijn wangen en schreeuwde: “Wegwezen, etterbak, voor ik je vervloek!” De drie maakten dat ze wegkwamen en Draco grijnsde zelfvoldaan.
“Je moet soms een beetje misbruik maken van je positie als klassenoudste.” Hermelien zuchtte en schudde haar hoofd.
“Zouden zij er van af weten?” vroeg ze, terwijl de koets begon te rijden.
“Maak je nou eens niet zoveel zorgen.” Hij sloeg een arm om haar heen en begon haar uitgebreid te zoenen. Hermelien rukte zich los en keek achterom. De derdejaars zaten inderdaad in de koets achter hun en waren druk in gesprek terwijl ze af en toe duistere blikken wierpen op Draco en Hermelien.
“Nu weten ze het in ieder geval wel...” mompelde Hermelien, en ze sloeg haar armen over elkaar.
“Who cares?” zei Draco verveeld, en hij ging iets meer onderuit zitten.
Terwijl de koets Zweinsveld binnenreed begon het te sneeuwen.
“Ik moet in ieder geval nog wat vuurwerk inslaan, dus laten we eerst naar Zonko gaan.” zei Draco terwijl ze door het winkelstraatje liepen.
“Dan kun je veel beter naar Tovertweelings Topfopshop gaan! Daar kun je veel beter en mooier spul vinden!” zei Hermelien, maar Draco was minder enthousiast.
“Dat is toch die zaak van de Wemels?” vroeg hij nors.
“Ja, nou en?” zei Hermelien. “Het gaat toch om vuurwerk zelf en niet of je het daar nou wel of niet hebt gekocht.”
“Nou, vooruit dan maar.” zei Draco, en met tegenzin volgde hij Hermelien naar de winkel.
In de winkel was het zoals gewoonlijk erg druk. Plotseling zag Hermelien Fred staan.
“Hey Fred!” riep ze. “Waar heb je het vuurwerk staan?”
“Rechtsachterin ergens. Ga maar alvast kijken, ik kom er zo aan!” Hermelien sleurde Draco mee naar de dozen met vuurwerk, en toen hij dat zag klaarde zijn gezicht weer een beetje op.
“Je had gelijk, dit is echt gaaf spul.” zei hij, terwijl hij een van de pakketten grondig bekeek.
“Dat is een groot compliment Malfidus, zeker uit jouw mond.” Fred was inmiddels bij hen komen staan en er verscheen een frons op zijn gezicht. “Dus het is waar wat ze zeggen...”
“Hoezo ze?” vroeg Hermelien.
“Heel veel mensen hoor ik erover. Jullie zijn het gesprek van de dag. Net hadden drie derdejaars uit Ravenklauw het er ook nog over.” Hermelien voelde dat ze rood werd en staarde naar de grond. “Hermelien, als hij je wat aandoet... We zoeken altijd nog een paar onvrijwillige proefpersonen waar we onze nieuwste uitvindingen op kunnen testen...” en Fred wierp een duistere blik op Draco, die zich zo te zien erg in moest houden hem geen mep te verkopen.
“Weet je Fred,” zei Hermelien woedend, “We zoeken het zelf wel uit. Daar hebben we jou niet voor nodig.” Fred wierp nog een wantrouwige blik op Draco en liep toen weg.
“Hoezo klantvriendelijk?” siste Draco nijdig. Ze zochten het vuurwerk uit, rekenden het af en liepen zo snel mogelijk de winkel uit.
“Zullen we hier even op het bankje gaan zitten?” vroeg Hermelien.
“Is goed.” zei Draco, en ze liepen naar het bankje toe en gingen zitten. Plotseling kreeg Hermelien een idee: ze raapte een hand sneeuw van de grond op en gooide dat midden in Draco’s gezicht. Hij had het totaal niet aan zien komen en veegde de sneeuw uit zijn toch al bleke gezicht.
“Waarom heb je dat niet gedaan bij die kleine etterbak uit Ravenklauw?” vroeg hij. Hij boog zich naar haar toe om haar een zoen te geven, maar toen zijn lippen de hare raakten, voelde Hermelien hoe hij sneeuw in haar capuchon stopte en die over haar hoofd trok. Ze sprong van het bankje en gilde het uit.
“Jij smerige!” en ze zag hoe Draco over de grond rolde van het lachen. “Ik zal je eens leren...” zei Hermelien met een duivelse glimlach, en ze maakte een gigantische sneeuwbal en gooide die tegen hem aan.
“Jammer dat ik die truc niet bij Korzel of Kwast kan uithalen.” grinnikte hij en hij trok een vies gezicht. Het duurde even voor Hermelien hem doorhad en toen grijnsde ze ook.
Ze besloten om maar weer verder te lopen en even later kwamen ze Harry, Ginny en Ron tegen. Ron keek norser dan ooit toen hij Draco en Hermelien samen zag lopen. Draco keek echter zelfvoldaan en sloeg een arm om Hermelien heen. Harry keek expres de andere kant op en Ginny waarschuwde haar: “Denk aan wat ik gezegd heb Hermelien.” |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:46; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:37 |
|
Hoofdstuk 13
“Juist,” zei Draco toen ze weer verder liepen. “Wat was dat nou weer voor iets cryptisch? Denk aan wat ik gezegd heb.”
“Niets.” zei Hermelien.
“Kom op, mij kun je het toch wel vertellen? Of gaat het soms over mij?” vroeg hij met een frons op zijn gezicht. Hermelien zuchtte. Ze kon hem toch moeilijk zeggen dat haar beste vrienden hem ervan verdachten dat hij een Dooddoener was?
“Laten we het er maar op houden dat ze je nog steeds niet vertrouwen.” Draco zuchtte.
“Losers.” mompelde hij.
“Ze draaien ooit nog wel bij.” zei Hermelien, hoewel ze daar niet zo zeker van was. Ze stapten weer in de koets, die hen terug zou brengen naar Zweinstein. “Niet dat ik zonodig aardig gevonden wil worden door Potter en de Wezels. Het is alleen...” en hij staarde naar beneden. Hermelien legde haar hoofd op zijn schouder.
“Ik weet het. Ik probeer wel met ze te praten.” zuchtte ze.
“Neem ze desnoods mee naar het oudejaarsfeest. Anders zou je je toch maar vervelen...” zei Draco somber.
“Hoezo, jij bent er toch?” zei Hermelien. “Waarom zou ik me vervelen als jij erbij bent?”
“Je liegt muts!” zei Draco plotseling, en hij keek haar woedend aan. Hij leek zichzelf niet te zijn en Hermelien schoof angstig tien cm van hem vandaan. Draco merkte dat niet en ging onverstoorbaar verder.
“Wees maar eerlijk, Griffel! Je moet me helemaal niet! Wat moet je nou met iemand zoals ik? Ik ben niet gek hoor! Je houdt helemaal niet van me!” Hermelien kon haar oren niet geloven.
“Natuurlijk wel! Waar heb je het in vredesnaam over?” zei ze, en ze voelde de tranen opwellen in haar ogen.
“Dus je houdt wel van me?” schamperde hij.
“Ja.” zei Hermelien, en een traan liep over haar wang.
“Je houdt alleen jezelf voor de gek.” zei hij op minachtende toon, en hij sprong de koets uit.
“Draco, kom terug! Draco!” riep ze, maar het enige dat hij terugriep was: “Flikker toch op modderbloedje!” Hermelien sprong ook uit de koets en rende achter hem aan, maar hij was al te ver weg.
“KOM TERUG!” gilde ze nog een laatste keer, maar hij negeerde haar. “Verdomme.” mompelde ze, en ze veegde de tranen uit haar ogen.
“Harry, waar is de Sluipwegwijzer?”
“Hermelien, heb je... gehuild?”
“Waar is verdomme die Sluipwegwijzer?” vroeg Hermelien woedend.
“Wow, relax!”
“Harry, het is belangrijk, alsjeblieft.” zei Hermelien een stuk kalmer. Harry fronste zijn wenkbrauwen.
“Hebben jullie ruzie gehad ofzo?” vroeg hij, terwijl hij de Sluipwegwijzer aan Hermelien gaf.
“Nee!” snauwde Hermelien. Ze keek op de kaart en zag dat Draco weer in de wc van Jammerende Jenny was en haastte zich ernaartoe.
Hermelien hoorde hem al snikken toen ze aankwam. Ze deed de deur langzaam open, en zag hem zitten, op de grond met zijn gezicht begraven in zijn handen.
“Draco...” zei Hermelien terwijl ze rustig naar hem toe liep. Ze ging naast hem zitten en sloeg een arm om hem heen en hij begon nog harder te snikken.
“Het spijt me, het spijt me, ik was mezelf niet en-” nog meer tranen stroomden over zijn bleke wangen.
“Jenny heeft me ooit verteld dat je hier vaker was, en dat je toen ook had gehuild. Waarom heb je het me nooit verteld? Als er een probleem is, kan ik je misschien helpen en-”
“Niemand kan me helpen.” snikte hij.
“Hoezo?” vroeg Hermelien. Draco greep haar arm vast. Hij keek haar aan en Hermelien zag dat zijn gezicht vertrokken was van verdriet. Toen schraapte hij al zijn moed bij elkaar, kneep zijn ogen stijf dicht en stroopte zijn linkermouw op. Hermelien gilde.
Een grote zwarte tatoeage van een schedel met een slang uit zijn mond ontsierde Draco’s onderarm: het Duistere Teken.
“Hermelien, ik-”
“Blijf uit mijn buurt, Dooddoener!” gilde ze. “Telkens heb ik je verdedigd tegenover mijn vrienden.” snikte ze. “Iedere keer als ze me waarschuwden voor jou nam ik het juist voor je op. Ook die keer dat ze je hiervan verdachten geloofde ik ze niet.” Tranen stroomden over haar gezicht, terwijl Draco machteloos toekeek. “Maar ze hadden gelijk. En ik was te naïef om ze te geloven.” En na die woorden te hebben gezegd stormde ze weg.
Al urenlang had Hermelien liggen huilen op haar bed toen Ginny de slaapzaal binnenkwam.
“Hermelien... Wat is er gebeurd?” vroeg ze geschokt toen ze zag hoe erg Hermelien van streek was. Ze ging naast Hermelien op bad zitten en sloeg haar armen om haar heen.
“Heeft die loser je aangevallen?” Hermelien schudde haar hoofd.
“Erger, D-d-draco is, is...” Hermelien kon niet uit haar woorden komen.
“Stil maar...” zei Ginny sussend, maar de tranen bleven over Hermeliens wangen lopen.
“Ik heb h-het gezien...” snikte ze. “Hij is een D-d...” Ze kon het woord niet uitspreken en begroef haar gezicht in haar handen.
“Dus toch?!” riep Ginny uit.
“Ik ben zo stom en blind geweest en wilde jullie maar niet geloven en-”
“Hermelien, niemand had hier iets aan kunnen doen. Geef jezelf niet de schuld, maar hem!”
Toen Hermelien eindelijk een beetje gekalmeerd was, vroeg Ginny: “Hoe ben je erachter gekomen?” En dus begon Hermelien het hele verhaal te vertellen, vanaf de ruzie in de koets tot aan het moment dat Draco zijn mouw omhoog had gedaan. Daarna lukte het haar niet meer om verder te gaan en staarde ze naar de grond.
“Ik vind dat Perkamentus dit moet weten.” zei Ginny plotseling.
“Wat? Ik heb nu absoluut geen zin om dit nog eens-”
“Er loopt hier een Dooddoener rond Hermelien! Natuurlijk moet Perkamentus dit weten, en wel zo snel mogelijk ook!”
Hoewel Hermelien totaal geen behoefte had om alles nog een keer te moeten vertellen, wist ze dat Ginny gelijk had.
Samen liepen ze naar de kamer van Perkamentus, maar toen ze voor de stenen waterspuwer stonden die naar Perkamentus’ kamer leidde, was er een probleem: “gedoe!” riep Ginny uit, “Ik weet het wachtwoord niet!”
“Hè, wat jammer nou.” zei Hermelien sarcastisch. “Dan kunnen we dus maar beter teruggaan hè?” en ze wilde weglopen, maar verstijfde toen iemand een hand op haar schouder legde. Een hand die ze maar al te goed herkende...
“Laat haar met rust, smerige Dooddoener!” Ginny richtte haar toverstok op Draco, maar die was daar totaal niet onder de indruk van.
“Wat wou je gaan doen?” schamperde hij. “Me vervloeken, de Orde of de Schouwers halen?”
“Ik zou het zo doen weet je, maar tegen de tijd dat ze hier zijn heb ik je allang aan gort vervloekt!” Draco lachte, en zijn lach had iets engs.
“Ik laat me niet tegenhouden door zo’n smerige kleine bloedverraadster!”
“Bek houden Malfidus!” Het was de eerste keer dat Hermelien weer iets zei in zijn bijzijn.
“Dus we spreken elkaar nu weer aan met onze achternamen, Griffel.” Hermeliens maag maakte een salto toen hij haar aansprak, maar tegelijkertijd zweefde het beeld van het Duistere Teken op zijn arm voor haar ogen.
“Ik had al gedacht dat je hier zou zijn Griffel. Echt iets voor jou om je vriend zo te verklikken.”
“Je bent mijn vriend niet meer! En ik heb er spijt van dat ik iets met je gehad heb.”
“Kom op Griffel, we weten allebei dat je dat niet meent.”
“Wedden van wel...” zei ze zacht. “We hebben zo een leuk gesprekje met Perkamentus. Wil je erbij zijn als hij je van school trapt en een uil stuurt naar het ministerie om je op te laten pakken, of wil je per uil horen dat je bij de Dementors op bezoek gaat?” Draco keek angstig naar Hermelien, die onverstoorbaar verderging.
“Bespeur ik iets van angst in je ogen, Draco?” Op dat moment kwam professor Sneep aanlopen.
“Professor! We moeten professor Perkamentus spreken! Kunt u ons het wachtwoord geven?” vroeg Ginny meteen.
“Nee!” riep Draco. Het viel Hermelien op dat hij en Sneep veelbetekenende blikken uitwisselden. Toen staarde Sneep geschrokken naar Ginny en Hermelien.
“Het wachtwoord is... boterbabbelaars.” Samen met Ginny liep Hermelien de wenteltrap op. Ze keek nog even achterom en zag hoe Draco haar angstig nastaarde. |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:52; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 8:43 |
|
Hoofdstuk 14
Bovenaan de wenteltrap klopte Ginny op de deur.
“Binnen,” hoorde Hermelien Perkamentus zeggen, en zij en Ginny liepen de kamer in. De muur was bedekt met portretten van voormalige schoolhoofden, en Hermelien herkende Firminus Nigellus, van wie er ook nog een portret hing in het Hoofdkwartier van de Orde.
“Dames, ga zitten. Wat brengt jullie hierheen?” vroeg Perkamentus, die achter zijn bureau zat.
“Kun je het zelf vertellen?” vroeg Ginny. Hermelien knikte.
“Professor, het gaat over Draco, Draco Malfidus.” Ze zweeg even en keek naar Ginny.
“Ja, gaat u verder, juffrouw Griffel.” zei Perkamentus kalm.
“Ik ben er net achtergekomen dat hij een... Hij is een Dooddoener.” zei ze, en ze keek naar Perkamentus.
“Dat is wel een ernstige beschuldiging, juffrouw Griffel. Ik neem aan dat u daar wel voldoende bewijs voor heeft?” zei Perkamentus kalm.
“Professor, u weet dat Draco en ik...” Hermelien voelde zich een beetje ongemakkelijk door met Perkamentus over haar relatie met Draco te praten.
“Dat jullie iets hadden?” vroeg hij vriendelijk. “Dat weet ik inderdaad ja.”
“Nou, ineens begon hij best raar te doen en kregen we ruzie...” Opnieuw vertelde Hermelien het hele verhaal en toen ze klaar was, keek ze naar Perkamentus, die zich tot haar stomme verbazing helemaal geen zorgen leek te maken.
“Professor, begrijpt u me wel? Er loopt hier een Dooddoener rond! En dat lijkt me wel iets om u zorgen over te maken.” zei ze.
“Ik heb u wel goed begrepen juffrouw Griffel, in tegendeel, maar toch zou ik me niet te veel zorgen maken als ik u was.” Hermelien deed haar mond open om er wat tegenin te brengen, maar Perkamentus stak zijn hand op om haar het zwijgen op te leggen.
“Bedankt dat u me dit heeft verteld, juffrouw Griffel. Het lijkt me echter verstandiger dat u en juffrouw Wemel teruggaan naar jullie leerlingenkamer dan dat we hier nog verder op ingaan.”
Hermelien kon haar oren niet geloven. Ze keek naar Ginny, die duidelijk ook verbijsterd was door de reactie van Perkamentus. Perkamentus maakte een gebaar om aan te geven dat ze konden gaan en met tegenzin verliet Hermelien de kamer.
Toen ze onderaan de wenteltrap stonden, zei Ginny plotseling: “Ik herinner me net dat ik nog even naar de bieb moet. Even kijken of er nog boeken zijn die ik kan gebruiken voor het werkstuk van Gedaanteverwisselingen. Ga je mee?” Normaal gesproken had Hermelien dolgraag meegewild, maar op dat moment wilde ze alleen maar zo snel mogelijk terug naar de leerlingenkamer en dus zei ze: “Nee, sorry, heb even geen zin.”
“Is goed, zie ik je wel in de leerlingenkamer!”
Somber liep Hermelien in haar eentje door de gangen. Waarom was Perkamentus zo kalm gebleven? Geloofde hij haar soms niet, of was er iets anders aan de hand? Ook was ze de geschrokken blik van Sneep nog niet vergeten. Wat nou als hij ook een Dooddoener was? Zouden hij en Draco samenwerken? Maar waarom had hij hun dan geholpen? Vele vragen spookten door Hermeliens hoofd toen ze plotseling een leeg lokaal werd ingetrokken.
“Laat los! Wie denk je wel niet dat je bent?” riep ze uit terwijl ze zich los probeerde te rukken. “Ben jij het weer? Kom je me weer lastigvallen?” zei ze woedend toen ze zag dat het Draco was.
“En, zijn de Dementors al onderweg?” schamperde hij. Hermelien keek hem woedend aan. “Dat dacht ik al... Wie gelooft er nou ook een bloedverraadster en een Modderbloedje?” zei hij hatelijk.
“Ik laat echt niemand tussen ons in komen. Was dat voor- of nadat je dat ding op je arm liet zetten?” schamperde Hermelien met een duistere blik op Draco’s onderarm. Hij trok woedend zijn toverstok, maar Hermelien was hem voor: “Expelliarmus!” zei ze. Ze ving zijn toverstok op, smeet hem weg en richtte toen haar toverstok op Draco.
“Toe dan hè, vervloek me dan!” zei hij. Hermelien wilde het wel, maar om de een of andere reden kon ze het gewoon niet. Ze wilde zich omdraaien, maar toen zei Draco: “Net zoals ik al dacht. Dom van me dat ik dat niet eerder doorhad. Je bent gewoon een zwak scharminkel.” en hij grijnsde zelfvoldaan. Die laatste opmerking maakte Hermelien woedend.
“Dat had je niet moeten zeggen.” zei ze met geforceerde kalmte.
“Levicorpus!” zei ze, en ze liep naar de deur toe.
“Kom terug Griffel! Zet me neer!” schreeuwde Draco. Hermelien negeerde hem, deed de deur dicht en deed hem op slot. Zo, zie daar maar eens uit te komen, dacht ze. Was die spreuk uit dat achterlijke toverboek van Harry toch nog ergens goed voor geweest...
Toen ze terugkwam in de leerlingenkamer, zag ze dat Ginny er al was.
“Waar ben jij heen geweest?” vroeg ze wantrouwig aan Hermelien.
“Nergens, gewoon hierheen gelopen. Hoezo?” zei ze.
“Ik ben ook nog naar de bieb gegaan en ik ben nog sneller terug dan jij.” zei Ginny.
“Ik... Ik nam een omweg...” begon Hermelien, maar Ginny trok sarcastisch een wenkbrauw om hoog en zei: “Hoe zou het nou toch komen dat ik je niet geloof?” Hermelien zuchtte, zo’n slechte smoes had ze nog nooit bedacht.
“Ik kwam Draco weer tegen.” Ginny snakte naar adem.
“Hij heeft je toch niet aangevallen hè?” vroeg ze ongerust.
“Nee, rustig maar, daar heeft hij de kans niet eens voor gehad. Ik heb hem opgesloten in het Bezweringenlokaal. Als niemand hem nog gevonden heeft, hangt hij daar nog steeds ondersteboven met de deur op slot. Ik heb zijn toverstok afgepakt en weggesmeten, dus die kan hij ook niet gebruiken.” zei Hermelien, en ze grijnsde. Ginny moest lachen toen Hermelien gedetailleerd beschreef wat ze gedaan had.
“Daar had ik bij willen zijn!” zei ze.
Op dat moment kwamen Harry en Ron lachend de leerlingenkamer binnen.
“Malfidus hangt hulpeloos ondersteboven in het Bezweringenlokaal.” proestte Harry.
"We wilden professor Banning even spreken, en bedachten dat hij wel eens in zijn lokaal kon rondhangen. De deur zat op slot, wat we erg verdacht vonden, en dus besloten we een kijkje te gaan nemen.”
“Toen zagen we Malfidus, en hij weigerde te zeggen wie dat gedaan had. Hebben jullie een idee? Dan kunnen we diegene een bloemetje sturen.” zei Ron, maar besefte ineens dat Hermelien erbij was en voegde eraan toe: “Oeps, sorry Hermelien.”
“Geeft niets Ron.” zei ze, “Maar een bloemetje is welkom hoor!” En viel een ongemakkelijke stilte. Het was Harry die hem als eerste verbrak: “Maar bedoel je daarmee...”
“Ja, ik ben bang dat ik het ben geweest die hem daar heeft opgesloten.” zei Hermelien, die moest lachen toen ze de verbaasde gezichten van Harry en Ron zag.
“Ik heb het uitgemaakt.”
"Wat?!” zei Ron, op wiens gezicht meteen een grijns verscheen.
“Je hoeft daar niet zo blij om te zijn hoor. Ik ben nog steeds verliefd op hem.” zei Hermelien grimmig.
“Waarom heb je het dan in vredesnaam uitgemaakt?” vroeg Harry, die zo te zien ook erg blij was dat zijn een van zijn beste vrienden het had uitgemaakt met zijn aartsrivaal. Hermelien slikte even. Ze wist dat die vraag een keer zou komen...
“Hij is een Dooddoener. Ik heb het Teken zelf gezien...”
“Wow, heftig!” zei Ron net iets te enthousiast, waardoor Hermelien hem woedend aankeek.
“Hoe heb je het dan gezien?” vroeg Harry, die Ron negeerde. “Ik bedoel, hij kan moeilijk gezegd hebben: ‘Hey Hermelien, kom eens kijken! Ik heb het Duistere Teken op mijn arm!’ Over zoiets zou het niet slim zijn om op te scheppen. Dat weet zelfs Malfidus.” zei hij sarcastisch.
“Oh, wat zijn we weer grappig.” zei Hermelien. “Maar hij liet het me wel zelf zien.” Toen Harry en Ron haar ongeloofwaardig aankeken, vertelde Hermelien het hele verhaal voor de derde keer die dag.
“Sodeknetter...” zei Ron.
“Smerige loser...” mompelde Harry.
“Maar wat mij het meest verbaast, is de reactie van Perkamentus." zei Ginny. "Hij leek zich totaal geen zorgen te maken.”
“Wat mij het meest interesseert is Sneep.” zei Harry terwijl hij diep nadacht. “Uit zijn gedrag kun je toch gewoon afleiden dat hij de Duistere Zijde nooit verlaten heeft?”
“Je vergeet één ding, Harry. Waarom hielp Sneep ons als hij met Draco onder een hoedje zou spelen?” merkte Hermelien op.
“Omdat hij wist dat jullie ervan op de hoogte waren dat Malfidus een Dooddoener is.” zei Harry. “Hij zou zichzelf wel erg verdacht maken als hij op bevel van Malfidus jullie zou dwarsbomen.” Hermelien dacht na. Het was eigenlijk best logisch als je erover nadacht. Dat zou het vreemde gedrag van Sneep ook verklaren.
“Mmm, zou kunnen...” zei ze.
“Bovendien,” ging Harry verder, “Wat zou Malfidus hier in z’n eentje kunnen betekenen voor Voldemort? In z’n eentje kan hij weinig doen op een school met zoveel leden van de Orde. Ik denk dat ik hem de komende tijd maar eens in de gaten ga houden met de Sluipwegwijzer. Malfidus is dan wel niet een van ’s werelds grootste denkers, maar ik durf te wedden dat hij iets in zijn schild voert, en ik wil weten wat.”
Plotseling leek er een idee in hem op te komen, en hij keek ernstig naar Hermelien, Ginny en Ron.
“Ik heb een idee. Het is nogal riskant, als Malfidus erachter komt...”
“Ja, dus? Vertel op man!” zei Ron, die duidelijk alles wilde riskeren om Malfidus een hak te zetten. Harry keek plotseling naar Hermelien.
“Hermelien, ik kan me eigenlijk niet voorstellen dat Malfidus niets meer met je te maken wil hebben. Als je nou eens zou doen alsof het je speet, en je hem weer terug zou willen... Misschien kun je hem iets ontfrutselen.” zei Harry voorzichtig, maar Hermelien schudde meteen haar hoofd.
“Echt niet!” zei ze. “Je had hem toen net moeten zien. Hij had me kunnen vervloeken!”
Ginny was het er duidelijk ook niet mee eens: “Je wou Hermelien toch niet op een Dooddoener afsturen? Ben je helemaal gek? Laat de Orde dit maar oplossen! Ik ben het er mee eens dat Malfidus gestopt moet worden, maar niet op deze manier.” Harry gaf echter niet meteen op, en zocht steun bij Ron.
“Wat vind jij ervan, Ron?” vroeg hij. Ron keek een beetje ongemakkelijk naar Hermelien en zei tenslotte: “Nou, eigenlijk vind ik dat we wel elke kans moeten aangrijpen om hem te betrappen...”
Harry keek zelfvoldaan naar Hermelien, die meteen uit haar slof schoot.
“Dat vind je alleen maar omdat je dan geen concurrentie meer hebt!” Toch begon ze te twijfelen. Ze was erg kwaad op Draco, en hiermee kon ze laten zien dat ze niet over haar heen liet lopen, zoals hij eerst fijntjes benadrukt had.
“Oke, ik doe het.” zei ze plotseling.
“Mooi zo.” zei Harry meteen, maar Ginny keek haar ongelovig aan. “Wat?” riep ze uit.
“Ben je gek geworden ofzo? Hij zal je vervloeken, hij zal je doorhebben! Laat het de Orde gewoon uitzoeken!”
“Ginny, je hebt de reactie van Perkamentus zelf gezien! Hij is het hoofd van de Orde, dus ik denk niet dat we op hun hoeven te rekenen.” zei Hermelien, en ze richtte zich tot Harry.
“Ik probeer er eerst achter te komen of hij nog wat voor me voelt. Als dat wel zo is, gaan we door met het plan. Als dat niet zo is, doe ik het niet en probeer me dan ook niet om te praten.” Harry knikte, maar Ginny was er nog steeds niet blij mee.
“Natuurlijk vindt hij je nog leuk, anders had hij het wel uitgemaakt. Dat weet je zelf ook!” Hermelien negeerde haar en vroeg zich af hoe ze het aan zou moeten pakken.
“Ik denk dat ik in ieder geval tot morgen zal moeten wachten om hem aan te spreken. Anders is het wel heel erg verdacht: het uitmaken en hem terugwillen op dezelfde dag.” zei ze.
“Klopt.” zei Harry. “Als je te overhaast doet, zal hij je misschien door hebben en wie weet wat er dan gebeurt...” Boos nam Ginny het woord.
“Dan vind ik wel dat er in ieder geval iemand mee moet om haar te schaduwen. Straks valt hij haar aan!”
“Goed idee!” zei Ron. “Dat doe ik wel!” zei hij vrolijk. Hermelien lachte hem uit.
“En als hij me gelooft en me een zoen geeft woedend aan komen stormen? Dacht het niet. Het is wel de bedoeling dat je me beschermt.”
“Ik doe het wel.” zuchtte Harry. Ron gromde iets onverstaanbaars en beende nijdig weg.
“Ik ga maar aan dat huiswerk voor Gedaanteverwisselingen werken.” zei Ginny, en ook zij verdween.
“Als je het niet wil moet je het zeggen hè. Of als je het niet goed lijkt te gaan.” zei Harry ernstig.
“Ik weet het zeker.” zei Hermelien. “Hij krijgt er spijt van dat hij het Teken heeft laten zien.” |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 9:57; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
Linda Slytherin
5e jaars
Verdiend:
15 Sikkels
Woonplaats: With the Malfoys
|
Geplaatst:
Zo Mrt 23, 2008 16:09 |
|
Hoofdstuk 15
De dag daarna had Hermelien de hele tijd aan het plan gedacht, maar ze had Draco nog niet gezien. Ze besloot om naar de bibliotheek te gaan om daar nog een paar boeken op te zoeken die van pas zouden kunnen komen bij het volgende hoofdstuk van Gedaanteverwisselingen, waarmee ze na de vakantie zouden beginnen.
Hoe zou ze erachter kunnen komen of Draco nog daadwerkelijk geïnteresseerd in haar was? Op dat moment struikelde ze en viel ze languit op de grond. Ze hoorde iemand heel hard lachen en keek om zich heen. Bingo! Het was Draco, en snel bedacht ze een plan.
“Aauw!” schreeuwde ze, en ze greep haar knie beet. “Aauw! M’n knie!” Draco liep naar haar toe.
“Net goed, kleine klikspaan!” zei hij, en hij schopte tegen haar tas aan. Hermelien deed haar best om te huilen, en tot haar stomme verbazing lukte dat ook nog. Toen Draco haar tranen zag, werd zijn toon meteen een stuk minder kil.
“Kom op Griffel! Zo hard viel je toch ook weer niet?” vroeg hij, en hij twijfelde duidelijk of hij haar nou moest helpen of niet.
“Wat denk je, dat ik doe alsof?” snikte ze, en ze moest haar best doen om geloofwaardig over te komen.
“Ehm, nee, eigenlijk niet...” mompelde hij, en hij keek naar zijn voeten.
“Wat sta je daar nou?” snauwde Hermelien. “Waarom vervloek je me niet ofzo? Daar zou je anders geen problemen mee hebben!”
Draco zei niets. Blijkbaar wist hij het antwoord zelf ook niet. Hermelien kwam overeind, en ze deed alsof haar knie het begaf. Ze viel precies in de richting van Draco, die niet wegstapte zodat ze op de grond zou vallen, maar haar juist opving. Bingo! Duidelijk genoeg, dacht Hermelien terwijl Draco haar voorzichtig naar een stoel begeleidde. Ze bedankte hem met een glimlachje, en ze merkte dat hij een kleine blos op zijn wangen kreeg.
“Ik moet gaan.” zei hij plotseling, en hij ging ervandoor. Toen Hermelien zeker wist dat hij weg was, stond ze op, hing haar tas over haar schouder en liep tevreden terug naar de leerlingenkamer.
“Oke, dus die smeerlap vindt je nog steeds leuk.” zei Ron walgend terwijl hij ijsbeerde door de leerlingenkamer.
“Noem hem niet zo.” mompelde Hermelien, en toen Ron en Harry haar fronsend aankeken, sloeg ze haar ogen neer.
“Hermelien, we hebben er niets aan als je halverwege besluit terug te krabbelen omdat je het hem niets aan kunt doen.” zei Harry, en hij sprak dat laatste deel van de zin met een sarcastische ondertoon uit.
“Ja, ja. Ik snap het. Het is alleen zo vreemd allemaal... Gisterochtend was er gewoon nog niets aan de hand. Soms denk ik wel eens dat het beter was geweest als ik gewoon van niets had geweten. Dan was alles gewoon gebleven zoals het was en deden we nu niet alle mogelijke moeite om Draco in Azkaban te krijgen...”
“Hermelien, als je dit niet had geweten zou je nu nog daten met een Dooddoener!” zei Ron verontwaardigd.
“Als je ermee wilt stoppen, wil ik dat wel weten. Het heeft geen zin om alle hoop op jou te vestigen als je het toch niet kunt.” zei Harry iets groffer dan hij bedoeld had. Hermelien zuchtte.
“Ik heb denk ik alleen even wat tijd nodig.” zei ze.
Enkele dagen daarna had Hermelien de knoop definitief doorgehakt: ze zou ervoor zorgen dat Malfidus gestraft zou worden. Ze besloot om gewoon normaal tegen hem te doen en hem soms een glimlach te schenken en dan zijn reactie af te wachten.
Op een dag deed zich het perfecte scenario voor om een stapje verder te gaan: tijdens de wedstrijd Zwadderich-Ravenklauw had Malfidus een Beuker tegen zijn hoofd aan gekregen en moest hij enkele dagen op de Ziekenzaal blijven. Hoewel ze had afgesproken dat ze het eerst aan Harry of Ron zou melden als ze naar Malfidus ging, besloot ze om op eigen houtje naar hem toe te gaan. Wat zou er nou verkeerd kunnen gaan? Hij vond haar nog steeds leuk, dus wat zou er nou kunnen gebeuren?
Behalve een kleine bewusteloze eerstejaars die onder de groene zweren zat en Malfidus was er niemand te bekennen op de Ziekenzaal. Hij lag op een van de achterste bedden en toen Hermelien naar hem toe liep, zag ze dat hij sliep. Hij zag er eigenlijk best lief uit zo, dacht ze, maar toen zei een stemmetje in haar hoofd: Blijf er wel bij, Hermelien. Vergeet niet met wie je hier te maken hebt! Ze wierp een ongeruste blik op zijn linker onderarm. Op dat moment werd Malfidus wakker.
“Hey, wat doe jij hier?” mompelde hij slaperig, en hij wreef in zijn ogen.
“Kijken hoe het met je gaat.” zei Hermelien, en ze zette haar tas op de grond neer, pakte een stoel en ging bij hem zitten. Malfidus wreef over zijn achterhoofd.
“Dat deed echt zeer man.” Hij keek om zich heen. “Hoe lang lig ik hier al?”
“Sinds gistermiddag.” zei Hermelien. Malfidus ging rechtop zitten en wilde uit zijn bed stappen, maar op dat moment kwam madame Plijster uit haar kantoortje rennen.
“Nee, nee! Blijven liggen meneer Malfidus, u bent net wakker!” en ze duwde Malfidus ruw achterover. Die staakte zijn vergeefse pogingen zich los te rukken en zei spottend: “Hoe lang moet ik dan nog in deze circustent blijven?” Hermelien kon een giechel niet onderdrukken, waardoor madame Plijster haar verwijtend aankeek.
“Zo lang als nodig is, meneer Malfidus.” zei ze, en ze beende met grote passen weg.
“Volgens mij heb je haar en haar geliefde ziekenzaal net diep beledigd.” zei Hermelien terwijl ze keek hoe madame Plijster terug naar haar kantoortje liep.
“Ach, wat boeit mij dat.” grijnsde Draco en hij haalde zijn schouders op. Na een korte stilte vervolgde hij: “Zeg eens, wat is er eigenlijk met de wedstrijd gebeurd? Ik geloof dat we met negentig-twintig voorstonden totdat ik van mijn bezem geramd werd.” Op zich was Hermelien wel verbaasd dat hij zo normaal tegen haar deed. Misschien had hij door die klap last van tijdelijk geheugenverlies ofzo...
“Volgens mij hadden jullie hem uiteindelijk verloren met honderdtwintig tegen honderdtachtig.” Malfidus kreunde.
“En dat tegen Ravenklauw...” mompelde hij.
“Maar goed, wat ik eigenlijk even kwam vragen: hoe voel je je nu?” vroeg Hermelien.
“Eens kijken...” Malfidus deed alsof hij nadacht. “Afgezien van het feit dat ik een Beuker tegen mijn harses heb gehad en ik nu knallende koppijn heb gaat het geweldig, dank je.” zei hij sarcastisch.
“Oke.” zei Hermelien. “Nou, dan ga ik nu maar.” zei ze. De lessen waren immers weer begonnen en over tien minuten moest ze bij Voorspellend Rekenen zijn.
Ze pakte haar tas en zonder erbij na te denken gaf ze hem een kus op zijn voorhoofd en liep ze weg, maar Malfidus riep haar terug: “Hé, wacht eens even! Ik begin me net iets te herinneren.” zei hij, en hij keek haar achterdochtig aan. Hermelien maag voelde aan alsof die van ijs was: waarom had ze dat in vredesnaam gedaan?
“Jij weet het van...” en Malfidus gebaarde naar zijn onderarm. “Je bent het zelfs wezen verklikken bij Perkie! Toen sloot je me op in het Bezweringenlokaal! Waarom zoende je me dan in vredesnaam?” vroeg hij, maar zo te zien had hij dat helemaal niet erg gevonden. Oh nee, dacht Hermelien. Het laatste waar ze behoefte aan had was Malfidus die zijn geheugen terugkreeg en zich afvroeg waarom ze zich zo vreemd gedroeg. Toen Hermelien geen antwoord gaf, zei hij: “Ik heb het gevoel dat je iets voor me achterhoudt, Griffel...” Hermelien keek hem koortsachtig aan en ze zag dat hij triomfantelijk naar haar keek, alsof hij wist dat hij gelijk had.
“Ehm, ik moet nu echt gaan. Geen flauw idee waar je het over hebt.” zei ze, en ze liep zo snel mogelijk de Ziekenzaal uit, terwijl Malfidus haar nog nariep: “Ik kom er nog wel achter, Griffel!” |
Laatst aangepast door Linda Slytherin op Ma Mrt 24, 2008 10:00; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
|
|