Harry Potter Forum index
Dit forum is gesloten. Bezoek nu de vernieuwde versie van HPF!
 Harry Potter Forum gesloten  •   Inloggen

 [AF] Zij en Haar samen altijd één wederhelft Volgende onderwerp
Vorige onderwerp

Sla dit onderwerp op als textbestand
Poll :: En?......

Slecht
11%
 11%  [ 2 ]
Redelijk
29%
 29%  [ 5 ]
Best wel goed
11%
 11%  [ 2 ]
Super
17%
 17%  [ 3 ]
Geweldig *start fanclub op*
29%
 29%  [ 5 ]
Totaal aantal stemmen : 17


Auteur Bericht
lotia scarlet
3e jaars
3e jaars


Verdiend: 203 Sikkels
Woonplaats: Onder de dekens.. Met Remus in de kast

lotia scarlet is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Wo Jul 16, 2008 19:38 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hoofdstuk 16



Samanta
Twee weken later

Ik kan niet ontkennen dat ik het hier goed heb. Het kon niet tegenvallen; de laatste jaren was mijn leven één grote hel. Van gevangenis naar gevangenis, altijd meer oorlog en vernedering. Jaren heb ik met hen meegereisd en altijd was ik bang hen uit het oog te verliezen. Deze dooddoeners leken veel zachter dan de anderen, maar ik kwam er snel achter dat wat ik in ze zag maar schijn was. Ik haatte hen voor het vermoorden van moeder. Ze hadden me gewekt en laten kijken hoe zij met haar handen tegen de ramen bonkte en uiteindelijk, na een eeuwigheid van vechten voor haar leven, stikte. Oh, moeder, die altijd zo goed voor ons was. Langzaam voel ik een traan over mijn wang glijden en zie ze nog net op de houten vloer uiteen spatten en opdrogen.
Hoe verder de dag vordert, hoe drukker het hier wordt. Lotia ligt in de zetel met haar Remus. Het is wel een lieve jongen eigenlijk, maar toch heb ik het idee dat er iets vreselijk mis is. Dat het hier niet veilig is en er iets is dat we allemaal over het hoofd gezien hebben. Lisella is niet meer bezorgd, omdat ze hier al zo lang is en omdat ze Antonin heeft.
Het is wel raar, twee grote zussen met een serieuze relatie, terwijl jij niet eens contact hebt met een jongen. Ze zijn zo verandert. Zelfs Arnold is meer volwassen geworden. Ik zie ze allemaal nog even graag als toen, maar ze lopen in een val, zonder het te weten. Ben ik dan de enige die merkt dat er iets staat te gebeuren? Mensen lopen hier maar binnen en buiten, ik vertrouw het niet. Ik heb het gevoel dat de beveiliging hier niet is wat ze zou moeten zijn om zo'n grote groep mensen te beschermen.

Langzaam kruipt de tijd vooruit en hoe hard ze het ook proberen, niets kan mijn wantrouwen wegnemen. Mijn ogen bestuderen de woonkamer en de mensen die er inzitten. Op dit moment zijn er tien mensen in de o=Orde: Lotia , Lise , Arnold, Ik, Remus, Antonin, de Protsers en nog een persoon die ik niet ken. Ook zou ik durven zweren dat ik Venora in de gang heb zien lopen.

Tegen twee uur is mijn rare gedrag niet meer te verbergen en moet ik gemene opmerkingen van Fabian slikken. Hij zit me uit te dagen. Plots klinkt er een luide knal aan de voordeur. Een hoge gil schalt door het huis, direct gevolgd door het knallen van spreuken. Snel vlucht ik naar boven, maar al te goed beseffend dat ik deze keer geen staf heb om me met te verdedigen.


Lisella

Venora gilde de longen uit haar lijf toen een harde knal het huis vulde. In paniek liep ik naar de keuken, omdat ik niet in staat was me te verdedigen ging ik een scherp mes zoeken.
Mijn bezwete handen hielden het mes stevig vast. Door een kier in de deur staarde ik naar de woonkamer.
Lotia rende, na Remus een korte kus gegeven te hebben, de trap op. Antonin en Remus hielden hun toverstaf in aanslag. De Protsers stonden al te duelleren. Ik was zo geconcentreerd op de twee mannen in de woonkamer, dat ik was vergeten dat er twee deuren in de keuken waren en dat één van hen uitkwam in de gang. Veel te laat hoorde ik de voetstappen achter me en voor ik het wist lag het mes enkele meters van me verwijderd. Ik keek met grote angstogen naar de dooddoener voor me. Een grijns verscheen op zijn gezicht. Ik taste naar achter, maar voelde alleen de muur. Voor ik me kon verzetten hing ik een stukje van de grond. Hij hief me met één hand rond mijn keel geklemd op. Ik spartelde, maar niets hielp. Antonin, waar ben je? Ik heb je nodig! Tranen liepen van mijn wangen. Ik ging sterven en niemand zou het merken…


Lotia

"Ik wil bij jou blijven anders, ben ik alleen!" paniekerig keek ik om me heen.
"Nee, Lotia, ga alsjeblieft, je moet je verstoppen."
Ik schudde mijn hoofd. Niet weer, niet nog eens. Remus drukte zijn lippen even op die van mij. Verward keek ik hem aan: Wat was dat nou weer? Hij gaf me een kort duwtje en ik rende naar boven. Ik kroop weg in een hoekje van mijn kamer en sloot mijn ogen. Een trucje dat ik de herten aan de rand van de vallei ook had zien toepassen. Niemand zag me nu…


Antonin

Waar was Lise naartoe? Voor ik haar kon gaan zoeken, vielen al enkele dooddoeners de kamer binnen. Snel begon ik aan een duel met een blonde dooddoener, die de ene na de andere vloek op me afvuurde. Ik hoorde geluid in de keuken en probeerde zonder afgeleid te raken te ontdekken wat het was. Het klonk als licht stampen tegen de deur. Het zweet brak me uit. Lise, ze moest naar daar gelopen zijn! Maar de deur van de keuken gaat naar de hal, dan was ze ongewapend. Verschrikkelijk gedachten schoten door mijn hoofd en met vernieuwde krachten maakte ik het gevecht af en doodde de dooddoener. Hij viel met lege ogen op de grond.
Ik probeerde me heelhuids door het slagveld te loodsen. Het tikken tegen de deur stopte en mijn hart stond stil. Ik smeet de deur open en zag hoe een grote man Lise vasthield. Ze bengelde slap boven de grond. Nee, niet Lise.
Haar ogen waren al gesloten en ze spartelde niet meer tegen. De Dooddoener hield haar nog steeds stevig vast, om zeker te weten dat ze zou sterven. Met een woedende brul stortte ik me op de dooddoener. Ik pakte een mes dat iets verder op de grond lag en plantte het in de nek van de man. Hij liet een verbaasd geluid ontsnappen en viel op de grond. Snel gaf ik hem een fatale steek en rende naar Lise, die weerloos op de grond lag. Ik nam haar vast en wiegde haar heen en weer. Tranen dropen uit mijn ogen en rondom mij was alles stil.
"Niet sterven mijn liefste, ik heb je nodig!" Ik snikte. " Het spijt me, het spijt me zo."
Ik huilde en nam haar nog steviger vast.
“Liesje!” schreeuwde ik tegen haar. Voetstappen tikten op de keukenvloer. Een lange man met een zwarte mantel liep naar ons toe en bukte zich naast me. Hij had ondanks zijn zwarte mantel geen andere dooddoenerattributen. Hij wilde haar aanraken, maar ik trok haar bij hem vandaan en wiegde haar jammerend heen en weer….

Lotia

“Deurtje toe, deurtje sterk, deurtje toe…” Zacht neuriënd wieg ik heen en weer, het lawaai op de gang negerend. Luid werd er op de deur gebonkt, maar het hout week niet. Ik bleef verder neuriën, totdat het bonken overging in het brullen van spreuken om de deur open te krijgen. “Remus!” gilde ik. Ik bleef roepen en raakte in paniek omdat hij niet kwam. Ik gilde elke keer als de deur het leek te bewegen.
Lise’s vaas met bloemen ontplofte naast mijn hoofd. Snel dook ik weg voor de scherven die door de kamer vlogen. Snel na elkaar begonnen voorwerpen van de muren te vallen.
“Remus help me!” gilde ik wanhopig. Ik trok aan mijn haren en plots ging de deur open. Twee dooddoeners liepen naar binnen. Ze wezen met hun toverstaf in mijn richting.
“Ik wil niet,” jammerde ik. De lamp boven het hoofd van één van de dooddoeners sprong kapot. Hij deinsde achteruit.
“Remus!” Tranen dropen van mijn wangen. Een Luide knal klonk in de gang en één van de dooddoeners werd tegen de muur geslingerd. Remus kwam vanachter de hoek vandaan. Hij duelleerde tegen de overgebleven dooddoener. Ik rilde en kroop meer naar de hoek van de kamer. Ik schreeuwde woedend toen de dooddoener hem een schram op zijn gezicht bezorgde. Ik keek hem woedend aan en hij werd van de grond opgeheven, door onzichtbare handen. Remus keek verbaasd, terwijl het bloed over zijn gezicht stroomde. Ik hief mijn arm op en de dooddoener steeg tot bijna tegen het plafond. Met dezelfde snelle beweging die ik in het ziekenhuis had gemaakt smeet ik de man tegen de muur.





_________________
*rent naar Remus*
*ziet draco rent naar Draco*
*kan niet kiezen*
*sleurt beiden naar goed en kwaad lijn*
*knuffelt bijde elks de helft*
*is gelukkig*
Profiel bekijkenStuur privébericht
lotia scarlet
3e jaars
3e jaars


Verdiend: 203 Sikkels
Woonplaats: Onder de dekens.. Met Remus in de kast

lotia scarlet is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Do Jul 17, 2008 18:19 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hoofdstuk 17



Smekende stemmen werden steeds luider. Een man stond in een groot huis waar net een heuse strijd had plaatsgevonden. De dooddoeners hadden, zonder dat de bewoners het wisten, hun doel bereikt.
Een groep mensen stond over het lichaam van een jonge vrouw gebogen. Allemaal wisten ze dat dit niet de enige dode was, maar toch nam niemand de moeite te gaan kijken.
Allemaal stonden ze geluidloos te huilen, alleen de man niet, hij jammerde en smeekte de vrouw op te staan. Een blonde vrouw van rond de twintig hield zijn schouder vast en keek met grote ogen naar haar tweelingzus, die met gesloten ogen op de grond lag, naar haar vriend die haar door elkaar bleef schudden. Niemand van hen merkte de donkere gedaante op, die aan de andere kant stond te wachten tot het moment waarop hij zijn aanwezigheid zou laten opmerken.
Dat was natuurlijk buiten de opmerkzame broer van de dode vrouw gerekend.
Hij liep naar de man toe en keek hem vragend aan. “Wie ben jij?”
De man reageerde niet, maar deed ook geen poging van de jonge blonde man weg te lopen, al zag die er nu vrij angstaanjagend uit met het gestolde bloed dat aan zijn gezicht hing.
De jongen strekte zijn hand en reikte naar de kap van de vreemdeling.
“Arnold,” fluisterde die zacht.
De jongeman trok als verbrand zijn hand terug en keek de man met grote ogen aan.
De vreemdeling hief langzaam zijn kap van zijn hoofd en alle personen in de keuken hapten hoorbaar naar adem.
“Robert?” vroeg Arnold.
De man knikte en sloeg hij zijn grijze ogen neer en keek naar de grond.
Arnold vloog hem om de nek en begon hartverscheurend te snikken.
“Ze is er niet meer,” jammerde hij.
De man pakte zijn jongere broer vast en fluisterde zacht: “Zal ik er iets aan doen?”
Arnold keek zijn broer ongelovig aan. “Kun je dat?”
De man knikte aarzelend. “Als ik snel ben en iemand me de kracht ertoe geeft wel.”
“Wat heb je nodig?” vroeg één van zijn zussen, terwijl ze wanhopig door haar sluik hangende haar keek.
De man liep aarzelend naar voren en hurkte naast de dode vrouw neer.
“Lotia, ik hoorde dat jij sterk bent. Je kunt haar redden als je me kracht doorgeeft.”
De vrouw die Lotia genoemd werd keek hem twijfelend aan.
Uiteindelijk knikte ze met een vage glimlach. “Wat moet ik doen?”
“Nou, kracht stroomt door verschillende dingen. Vooral door emoties, maar het is moeilijk die op te roepen. Ik vermoed dat je me genoeg kracht kunt geven door al je kracht in je stem te leggen en voor me te zingen,” zei Robert.
Lotia keek naar haar zuster die op de grond lag en knikte toen met een vastberaden blik naar haar broer.
“Daar gaan we.” Robert legde zijn ene hand op haar arm en de andere hield hij net boven Lisella’s hoofd. “Zing.”
Lotia schraapte haar keel en langzaam maar zeker klonk haar heldere stem door de keuken. Luider en luider, tot je na een tijdje de spanning in de keuken niet alleen voelde, maar ook rode vonken zag overspringen van Roberts hand naar Lisella.

Who’s the one that makes you happy?
Who’s the one that always makes you laugh?
Who’s the reason you are smiling?
And dragged you through these time, so rough.
……

Jou can sacrifice me


Lotia zong de longen uit haar lijf en de prachtige tonen vulden de keuken, de een nog zieliger klinkend als de ander. Af en toe brak haar stem, maar de verbinding verdween niet. Plots veranderde de stemming in de keuken. Met een angstaanjagend geluid hapte de vrouw weer naar lucht terwijl de stem van de ander wegstierf en ze door haar benen zakte.
De man hapte ook naar adem, maar verloor het bewustzijn niet. De jonge vrouw, die eerst dood op de grond had gelegen, ademde vermoeid.

Een dag later zat iedereen stil voor zich uit te kijken. De verhuizing naar een nieuw gebouw was onvermijdelijk.
Door de drukte en het verlies van vele ordeleden was het merkwaardige ritueel in de keuken nog niet besproken. Iedereen was Robert zo dankbaar voor het redden van Lisella, dat er weinig vragen waren gesteld.
De Prosters waren dood en Venora was sinds die dag niet meer gezien.
De orde was stil en de broers en zussen Le Sauvage genoten van hun hereniging.
Robert was opvallend stil en probeerde niet te veel op te vallen.
“Robert, ik zou graag weten wat er gisteren gebeurde in de keuken.”
De aanwezigen keken op, eerst naar Remus en van hem direct naar Robert, die opstond, de deur sloot en een spreuk mompelde.
De deur lichte even op en de sfeer in de kamer veranderde.
“Dit hoeft niet buiten deze muren te gaan,” zei Robert stil.
Hij begon zijn verhaal.

“Toen de dooddoeners me vonden, vertelden ze me dat jullie allemaal dood waren en ik wist niet waar naartoe. Ik liet me overhalen, ik werd één van hen. De Heer leerde me hoe ik mezelf onder controle kreeg en ik voelde hoe mijn krachten stegen door zijn lessen.
Later vertelde hij me dat wij niet zomaar tovenaars waren, dat we beter waren dan alle anderen, maar dat we een deel van ons verloren waren. Ik kwam te weten dat we over gaven beschikten en dat moest papa ook ontdekt hebben.
Ik denk dat de reden is waarom hij eruit wilde stappen, de reden waarom wij…. “
Het bleef even stil in de kamer, tot Robert terug naar adem hapte.

“De Heer hielp me met het ontdekken van mijn gave en al snel zag hij dat genezen mij talent was. Ik zag in zijn ogen dat hij gehoopt had op iets anders. Hij vertelde me dat hij had gehoopt dat ik sterker zou zijn, dat mijn kracht beperkingen had. Als ik genees kost het me de energie die ikzelf nodig zou hebben om te genezen. Een te zware spreuk zou me fataal worden en ik kan niemand tot leven wekken zonder hulp.
Ik had Lotia nodig omdat zij de enige is die misschien genoeg kracht bezit om meer dan de helft van de spreuk op zich te nemen. Je kunt alleen maar wekken vlak na het overlijden, anders kost het je teveel energie.”

Robert keek twijfelend naar de anderen.
“Het was dus een gok,” klonk een beschuldigende stem.
“Je zette Lotia’s leven op het spel, zonder zekerheid.”
Sam keek woedend. “Dat was het niet waard geweest.”
“Ik had mijn leven voor het jouwe gegeven, Lise,” Lotia keek Lisella indringend aan.
Remus nam Lotia iets steviger vast en drukte een kus op haar hoofd. Ze glimlachte en kuste hem vluchtig op de mond.
Lotia keek op. “Ik zou het zo weer doen, Zonder jou heeft het toch geen zin?”





_________________
*rent naar Remus*
*ziet draco rent naar Draco*
*kan niet kiezen*
*sleurt beiden naar goed en kwaad lijn*
*knuffelt bijde elks de helft*
*is gelukkig*
Profiel bekijkenStuur privébericht
lotia scarlet
3e jaars
3e jaars


Verdiend: 203 Sikkels
Woonplaats: Onder de dekens.. Met Remus in de kast

lotia scarlet is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Jul 19, 2008 11:46 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hoofdstuk 18

Robert


Urenlang pasten we dezelfde tactieken toe als De Heer toen had gedaan en zo kwamen we eindelijk achter ieders gave.

“Komaan Lise, concentreer je!”
Ik zag haar geërgerde blik. We probeerden nu al een half uur een steentje op te heffen, maar zonder succes. Ik begin langzamerhand zonder ideeën te raken.
“Je probeert niet hard genoeg,” zei ik, terwijl ik zuchtte.
Met een knal liet ze haar stoel neervallen en smeet haar handen woedend de lucht in.
Een zuigend geluid klonk van achter me en ik keek snel om. Verbaasd keek ik toe hoe de vlammen uit de nog net smeulende haard enorm waren en aan de bakstenen van de haard vraten.
Ik liep naar Lise toe en omhelsde haar. Dit was het. Ze beheerste vuur.
Nu we daar achter waren duurde het niet lang voor we wisten waar ze toe in staat was.
Manipuleren, maar niet scheppen.

Eigenlijk was Lise een van de moeilijkste. Samanta bleek na een tijdje enorm handig in het binnendringen van de geest.
Bij Arnold zat ik van de eerste keer goed. Beheersing van het weer.
Lotia was natuurlijk weer een ander geval. Om de haverklap moesten de trainingen stop gezet worden omdat haar heldere moment voorbij was. Daar kwam nog eens bij dat we zelfs na een paar dagen er nog niet achter waren wat haar kracht juist was.
Ze kon dingen laten zweven, ze weg smijten, ze kon dingen in brand zetten. Ze was het omgekeerde van Lise: scheppen, maar niet manipuleren.
Het enige waar ik achter kwam, was dat ze krachtig is. Je voelde die kracht als je met haar aan het werken was.
Als ze erin slaagde iets te laten zweven, leken haar ogen te branden.
Ik had duidelijk een goede keuze gemaakt om Lotia me samen met Lise te laten helpen.


Ze waren allemaal blij dat ik terug was. Zolang de Heer me geen opdracht gaf zat ik hier veilig. Ik moest me van hem laten opnemen in de orde en mijn opdracht zou later volgen.
Ik voelde me wel schuldig, omdat het aanvoelde alsof ik mijn familie verraadde, maar dit wilde vader toch? Dit was toch waarvoor we werden opgeleid? Om de Heer te dienen.
Jaren had ik de Heer nu gediend en hij was goed voor me geweest.
Ik was sterker dan ooit en daar mocht ik hem dankbaar voor zijn.
Ik was nooit zo moedig als de anderen geweest, maar ik dacht dat ik alleen was.
Het was een logische keuze me bij Hem aan te sluiten.
Ik zal, tot de dag van mijn opdracht, iedereen hier proberen te helpen met het ontwikkelen van hun krachten. Er zijn hier mensen die me niet liggen, zoals Peter en Lily, maar buiten die modderbloedjes zal ik het hier wel redden.
Lotia en Lise hebben twee prima partners. Ze zijn volbloed en daarmee is het duidelijk dat ze in orde zijn.
Ik hoop dat de Heer lang wacht met het geven van een opdracht. Ik wil nog even genieten van mijn familie. Ik weet niet wat er die bewuste nacht allemaal gebeurde, maar ik wil het weten. Waar was Samanta? Hoe overleefde Arnold het, in zijn eentje? Niemand is er ongeschonden uitgekomen, dat is me wel duidelijk.
Ik heb geluk gehad met De Heer. Waarom heeft hij ons zoiets aangedaan? We waren zijn eigen volk en we waren klaar om hem te volgen.


Lotia

Lachend gooide ik mijn hoofd naar achter. Eindelijk was ik weer vrij gedaan me het urenlange zoeken naar een gave om er dan toch geen te vinden.
Ik steek mijn kostbare momenten liever in andere dingen zoals Remus.
Hoe langer ik hier ben hoe meer ik ernaar verlang om normaal te zijn.
Het meest voor Remus want het is niet echt gemakkelijk leven met mij. Hij vertelde me hoe ik hem steeds afwees als hij in de buurt was. Ik wist gewoon niet meer dat ik hem graag zag.
Nu verteld Hij me wel alles wat ik doe maar toch heb ik niet het gevoel dat het verbeterd.

Vertederd kijk ik naar Remus, die zijn best doet om een liedje mee te zingen. Ik giechel om zijn gebrek aan zangtalent.
"Hold me when I'm here. Love me when I'm wrong." Zijn stem klink licht hees.
"Stop ik kan het niet meer aan," lach ik en ik ren met mijn handen op mijn oren door de kamer.
"Niet lief," zegt hij en trekt een pruillip.
Uitdagend kom ik voor zijn neus staan, met mijn handen op mijn heupen.
Plots neemt hij mijn hoofd voorzichtig vast met zijn twee handen, leunt zachtjes voorover en drukt zijn lippen op die van mij.
Snel sla ik mijn armen rond zijn nek en kus ik hem snel terug.
Als we elkaar, na iets wat een eeuwigheid leek, terug loslaten, blijven we nog een tijdje zo staan.
"Remus, ik glip weg. Ik hou van je. Laat Haar zien dat ik je graag zie. Ze leert er wel mee omgaan. Ze is sterk, Remus"
Ik sla mijn ogen neer, zet een stap terug en leg mijn handen op mijn hoofd.
Het laatste wat ik me van die avond herinner is Remus, die mijn hand vastpakt terwijl mijn zicht alsmaar waziger wordt.

Robert

Oh, ik hoop dat ik hier nog lang mag blijven. De warmte die deze mensen uitstralen is zo anders dan de kille sfeer die onder de dooddoeners hangt.
Ze zijn niet onvriendelijk, al is Bellatrix nogal bot omdat ik haar plaats als lieveling ingenomen heb.
Tja het is nu eenmaal zo.
Ik heb op een manier wel spijt dat ik Hem gaan dienen ben. Anders kon ik nu zonder schuldgevoelens bij mijn familie zitten. Zonder twijfels, zonder de angst dat hij me iets vraagt wat ik niet kan, of dat zij erachter komen waar mijn trouw echt ligt.
Hoe kan alles zo snel verandert zijn? Ik had niks van zorgen, buiten trainen voor Hem. Ik ben nog niet oud genoeg om met zulke dingen om te gaan.
De Heer is streng en ik weet dat ik geen fouten mag maken.
Maar wat als hij me vraag hen iets aan te doen?
Dat kan ik niet. Ze betekenen alles voor me.
Samanta's gave is dan ook zo lastig voor me. Ze is net een lopende leugendetector, alsof ze elk moment mijn bedrog zal doorzien.
Geen moment zal ik me op mijn gemak voelen. Het is verschrikkelijk, de plek waar een mens zich het meeste thuis moet voelen, daar heb ik het gevoel nooit te slapen, nooit te rusten en nooit mijn rug te kunnen draaien zonder dat ik betrapt zal worden.
Ik denk dat nooit iemand zich zo slecht heeft gevoeld bij zijn alles.
Zijn familie....





_________________
*rent naar Remus*
*ziet draco rent naar Draco*
*kan niet kiezen*
*sleurt beiden naar goed en kwaad lijn*
*knuffelt bijde elks de helft*
*is gelukkig*
Profiel bekijkenStuur privébericht
lotia scarlet
3e jaars
3e jaars


Verdiend: 203 Sikkels
Woonplaats: Onder de dekens.. Met Remus in de kast

lotia scarlet is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Jul 20, 2008 14:21 Terug naar boven Sla dit bericht op

Deel 19

3jaar later


Een kale gang die normaal verlaten was zat nu volgepropt met een tiental mensen. Sommigen keken vriendelijk en andere doodserieus.
In het midden van de gang stond een eikenhouten deur waar iedereen naar keek.
Voor de deur ijsbeerde een jonge man met warrig zwart haar dat naar alle kanten opstond.
Zijn hazelnootbruine ogen staalden één en al nerveusheid uit, al leek er af en toe een flikkering van opwinding in te zien zijn.
Een paar meters verder stond een knappe man tegen de muur geleund.
Doordat hij in de hoek van de kamer stond viel een schaduw over zijn gezicht, wat hem nog veel knapper deed lijken. Hij zou nu elk moment peetvader worden. Hij keek gefascineerd naar drie vrouwen die in de oude fauteuil zaten. Alle drie vertoonden de duidelijke gelijkenissen.
De eerste een statige jonge vrouw met een fijn gezicht en lange blonde haren die elegant over haar schouders vielen staarde recht voor zich uit naar een man die nerveus aan zijn zilveren oorring prutste.
De vrouw die het meest op haar leek en op het eerste zicht rond dezelfde leeftijd hing speelde afwezig met de vingers van een man met muisbruin haar.
Op haar lippen lag een flauwe grijns en haar wazige ogen blonken terwijl ze naar de ijsberende man voor haar keek.
Haar haren hadden dezelfde blonde kleur als de eerste vrouw, maar waren kort afgeknipt en het enige van haar vroeger lange lokken was een fijne vlecht tot iets onder haar heup.
De laatste vrouw was een stuk jonger dan de andere twee, ze had dan ook bruingroene ogen in plaats van blauwe. Haar steile blonde lokken hingen over haar schouders heen en ze keek verveeld.

De laatste personen in de kamer waren twee jonge mannen die aan de deur naar buiten stonden. Dit waren de twee broers van de drie vrouwen. De ene had korte haren tot net aan zijn ogen. De andere lange haren die in een vlecht waren samengebonden. De man met de vlecht die een jaar of negentien was leek het omgekeerde van de andere man. Waar zijn ogen schitterden en vrolijk leken, keken die van zijn broer nors voor zich uit.
De oudste man was gespierd en zijn gelaatstrekken waren eerder grof. Weer had zijn broer fijne gelaatstrekken die men zou kunnen vergelijken met die van een elf.

Plots klonk er een luide schreeuw vanachter de deur gevolgd door het gekrijs van een baby.
Iedereen keek op toen een heler naar buiten kwam en met een glimlach de kamer binnenstapte.
“Het is een jongen, proficiat James.”
De man die voor de deur ijsbeerde stapte met opgeheven hoofd de kamer binnen en deed teken naar de man in de hoek van de kamer dat hij moest volgen.

Een tijdje later mocht iedereen de baby gaan bewonderen. Als één van de laatste stapte de man met de vlecht de kamer binnen. Even keek hij nors voor zich uit.
Hij was toch helemaal niet geïnteresseerd in de baby van dat modderbloedje.
Tot hij de baby zag die op de borst van zijn moeder lag en met zijn minuscule handjes de stof van haar kleed vasthield.

“Hij is prachtig Lily.”
De moeder keek hem aan met tranen in haar ogen. Drie jaar lang had ze geprobeerd de tiener haar te laten toelaten en altijd had hij enige vorm van contact geweigerd. Altijd had hij haar met haar achternaam aangesproken en dan nog enkel als het nodig was.
Nu zei hij haar voornaam en gaf hij een compliment.
Hij liep naar de baby en gaf hem een zachte kus op het voorhoofd.
Waarna hij een zegen mompelde in een onverstaanbare raspende taal. Die alleen de man met het muisbruine haar verstond.

“Laat de uitverkorene machtiger zijn en ons verlossing brengen. Jij hebt mijn zegen mijn jonge meester.”

De man draaide zich om en knikte nog even naar de vader voor hij de kamer verliet.
Met grote afgewogen passen en met een natuurlijke elegantie die alleen een volbloed kon bezitten liep hij rustig de gang door. Plots stopte hij toen hij zijn oudste zus zag staan.
Die met een glazige blik naar de kinderen in de couveuses keek.
Haar blik strak gericht op een babymeisje dat vanachter het glas met haar grote blauwe ogen naar haar terugkeek.

“Dag Arnold” zei ze zacht toen hij dichterbij kwam.
“Dag Lotia. Ben je oké?”

Plots rolden de tranen van haar wagen en begon ze te snikken. Ik omhelsde haar en veegde het haar uit haar gezicht.
“Wat is er Lotia?”
Ze keek met haar betraande ogen op.
“Ik ben een freak. Ik ga het nooit kunnen. Oh hoe konden we zo dom zijn. Hoe kan ik ooit iets van mijn leven maken. Ik kan het nooit. “
Ze neem met vast aan mijn trui en begon nog harder te snikken.
“Wat kan je niet Lotia?”
“Een baby opvoeden. Een normaal gezin hebben.”
Ik kijk haar met ogen die medelijden uitstralen aan.
“Je hebt nog tijd Lotia.”
Ze snikt en schud van nee.
“Arnold, ik ben zwanger.”
Geschrokken laat ik haar los. Voor ik haar loslaat en haar omhels.
“Dat is geweldig Lotia. Remus zal zo blij zijn.”
Lotia huilde nog steeds zacht.
“Ga je het hem niet vertellen?” Ik kijk haar verward aan.
Ze schud haar hoofd van nee en jammert.
“Ik durf het niet. Denk een na Arnold, ik kan toch geen kind opvoeden ik kan nog niet eens voor mezelf zorgen. Zij maakt alles kapot. Wat als ze het kind iets aandoet. Dat vergeef ik mezelf nooit.”

Samen lopen we weg van de rare bijna valse geur van het ziekenhuis. Als Remus komt aangelopen veegt ze snel haar tranen af en doet ze alsof er niet gebeurt is.
Hij kijkt even raar.
“Ik vond je nergens.”
Hij geeft haar een vluchtige zoen op haar wangen.
Ik volgde hun diep in gedachten. Nadenkend over wat er net gebeurde.

Het zou lastig gaan worden. Een over emotionele Lotia die dan nog om de vijf minuten vergeet wat ze aan het doen is.
Die arme Remus die nog van niets weet. Ik denk dat hij het super zal vinden dat hij vader wordt. Vooral na de geboorte van Harry daarnet.
Ik denk niet dat ik ooit een gezin zal beginnen.
Ik weet nu zeker dat ik er alles aan ga doen om de wereld voor de baby van mijn zus veilig te maken. Ik zal er zijn voor het kind. Al moet ik mijn leven geven.
Ik zal de baby laten dragen door de wind. Het zal moeilijk zijn ,maar ik zal Remus en Lotia helpen waar ik kan. Als zij het niet kunnen zorg ik wel voor de baby.
Ik zal er zijn, voor altijd.





_________________
*rent naar Remus*
*ziet draco rent naar Draco*
*kan niet kiezen*
*sleurt beiden naar goed en kwaad lijn*
*knuffelt bijde elks de helft*
*is gelukkig*
Profiel bekijkenStuur privébericht
lotia scarlet
3e jaars
3e jaars


Verdiend: 203 Sikkels
Woonplaats: Onder de dekens.. Met Remus in de kast

lotia scarlet is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Di Aug 12, 2008 13:08 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hoofdstuk 20

Lotia

“Remus, we moeten praten.”

Remus legt zijn boek weg en kijkt me aandachtig aan.
Ik kijk zenuwachtig rond want ik weet dat ik niet veel tijd heb. Zij zal niet lang wegblijven en dan zal ze dit moment verpesten.

“Remus, ik weet niet goed hoe ik het je moet zeggen. “

Remus kijkt geschrokken. Hij neemt me bij mijn schouders en kijkt me liefdevol aan.

“Je kunt me alles zeggen, ik zal altijd van je houden,” fluistert hij hees.

“Ik ben zwanger.” Ik kijk onmiddellijk weg.

Remus kijkt eventjes verward en staart me met open mond aan; plots beginnen zijn ogen echter te schitteren. Hij omhelst me en kust mijn lichtjes opgezwollen buik.
Zijn handen die bedekt zijn met blinkende littekens fladderen als vlinders rond mijn navel. Hij brengt zijn mond opnieuw bij mijn buik en fluistert: “Mijn liefste kindje. Ik hou nu al van je.”
Hij drukt een zoen op mijn voorhoofd en ik glimlach vertederd. Ik kijk naar hem en zie hoe gelukkig dit hem maakt; na James zal ook hij papa worden.

Remus

Ik weet niet wat het moeilijkst was. Een zwangere Lotia of haar tweede kant doen begrijpen dat er een kindje in haar buik zat.
Lise maakt een giechelbeweging.

“Lotia, luister naar me.” Remus knipte met zijn vingers voor haar ogen.

“De baby zit in de buik. Daarom is je buik rond.”

Lotia loopt nog steeds rond in het huis en onbegrip trekt over haar woedende gezicht.

“Ik ben dik!” gilt ze. Een vaas valt in het voorbijgaan op de grond.

Remus slaakt een zucht en duwt haar zachtjes op de zetel.

“De buik gaat weg als de baby eruit is. Nog eventjes geduld.“

Eventjes is het stil. Iedereen in de kamer kijkt verwonderd—heeft dit gewerkt?

“Is eventjes dan nu voorbij?” vraagt Lotia met een hoog stemmetje.

Antonin lacht hardop en luid, maar hij stopt meteen als Remus kwaad zijn richting uitkijkt.

Uren verstrijken en Lotia begrijpt nog steeds niet wat er met haar lichaam aan de hand is.
“Ik geef het op,” zucht Remus.

Plotseling klinkt een hoog gilletje in de kamer. “Oh!”

Lotia’s ogen staan verbaast. Ze legt geschrokken haar handen op haar buik.

“Er zit een kindje in mijn buik. De baby schopte net als bij Molly.”



De komende weken moesten we ons voorbereiden voor de bevalling.
Molly die intussen weer zwanger was beleefde dolle pret met Lotia.
Lotia leerde Pampers omdoen en papflessen geven; ze huppelde gelukkig door het huis en liet trots haar buik zien aan Perkamentus die het hoofdkwartier binnenkwam.
Perkamentus knipoogde naar Remus.
“Hoe lang nog, Lotia?”
Lotia die blij was dat er nog iemand wou luisteren naar haar babyverhalen draaide zich meteen om naar Perkamentus.
Ze stak haar vingers in de lucht.
“Nog drie dagen.”

Molly liep ondertussen al rond met haar jongste spruit. Ginny was haar eerste meisje en een ongeloofelijk lieve baby.
Jammer genoeg kon niet iedereen meegenieten van de zachte babygeur die al in het huis hing.
James en Lily hadden het hoofdkwartier moeten verlaten. De Heer van het Duister was op zoek naar hen, Harry die nu bijna één was hadden ze al een hele tijd niet meer gezien.

Lotia

Lotia lag in de zetel. Haar handen zochten haar buik af. Ze voelde hoe haar navel uitpuilde en als ze even wachtte voelde ze de baby schoppen. Ze sloot haar ogen en genoot. Remus kwam met een brede glimlach de kamer binnen.
Ze wist wat hij dacht. Het was bijna zo ver. De baby was klaar.
De baby, die zwaar op haar blaas drukte, moest er nu toch echt wel uit. De zwangerschap had lang genoeg geduurd.
Plotseling schoot een hevige pijnscheut door mijn buik. Ik sloot mijn ogen en probeerde de pijn te verdringen.
Ik opende mijn ogen in een flits. “Het is zover,” glimlachte ik naar Remus .

Voor ik het wist lag ik in dezelfde kamer waar Lily een jaar geleden ook lag. Tussen de weeën door zag ik dat er een groot raam was dat uitkeek op een rivier die langs het ziekenhuis gleed. Ik keek naar de prachtige natuur om me af te leiden.
Enkele minuten later was ze er. Ik zal nooit vergeten hoe de heelster mijn baby in mijn armen legde. De warme die van het minuscule lijfje afkwam leek ik tot in mijn kleine teen te voelen.
De baby keek me aan met haar grote ogen. Haar wazig grijze ogen ketenden me vast. Ik wreef zachtjes over haar korte witblonde haartjes.
Ik was betoverd. Remus was de eerste die binnenkwam. Hij huilde toen hij de baby aankeek.
Hij raakte haar onderlip aan en kuste haar op het hoofd.

“Loena,” mompelde hij tegen haar. “Mijn kleine baby Loena.”

Ik was me er slechts vaag van bewust dat ook de andere leden de baby kwamen bewonderen. Alleen Arnold zijn reactie drong door.
Hij lachte vertedert toen het kleine meisje in zijn vinger kneep.
Zijn lieve petekind.
Hij gaf de baby een kus op het hoofd en sprak ook nu een zegen uit.

“Laat deze baby de Uitverkorene bijstaan. Laat haar naar het leven kijken als geen ander. Leef, mijn lieveling.”

Remus bedankte hem, want alleen hij verstond de taal der weerwolven die Arnold goed beheerste.

De volgende dagen in het ziekenhuis waren rustig. Toch was er één iemand niet zo op zijn gemak. Robert voelde zijn arm branden. De Heer had een plan.
Robert rende in alle commotie het gebouw uit, Verdwijnselde en Verschijnselde onmiddellijk. Hij boog direct voor zijn Heer.
“Ja, Heer” zei hij onderdanig.

De Heer bekeek hem zorgvuldig. Iets in zijn blik was veranderd. “Ik heb Antonin Dolochov nodig. Hij hoort bij ons. Ik ga hem halen en ik wil dat jij me helpt.”
Robert knikte. Hij wist dat dit moment ging komen. Hij zou zijn zus moeten verraden.
Plots schoot hem te binnen waar Antonin de laatste dagen zijn tijd doorbracht.
Onmiddellijk was de twijfel af lezen in zijn ogen.
“Maar Heer, Antonin slaap nu in het…”

De heer stak zijn hand op. “Het ziekenhuis, dat weet ik.”
Robert keek hem verward aan. Wat als er iets gebeurde met de baby. Zijn ogen flitsen even paniekerig rond.
Veel tijd om na te denken over zijn probleem had hij niet. De Heer smeet hem met één beweging van zijn staf achteruit.
Robert hapte naar adem.
“Ik zie je twijfel. Je wou mij verraden, is het niet.” De stem van de Heer klonk woedend.
Voor Robert zijn toverstaf wou trekken voelde hij de scherpe punt van één van de wandzwaarden te zijn keel…
Hij keek de Heer recht in de ogen.





_________________
*rent naar Remus*
*ziet draco rent naar Draco*
*kan niet kiezen*
*sleurt beiden naar goed en kwaad lijn*
*knuffelt bijde elks de helft*
*is gelukkig*
Profiel bekijkenStuur privébericht
lotia scarlet
3e jaars
3e jaars


Verdiend: 203 Sikkels
Woonplaats: Onder de dekens.. Met Remus in de kast

lotia scarlet is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Ma Aug 25, 2008 16:19 Terug naar boven Sla dit bericht op

Met veel liefde voor mijn personages presenteer ik mijn laatste hoofdstuk....
Reacties zouden geweldig zijn....

Dank aan: Aya voor het betaen van de twee laatste hoofdstukken
Denise voor het verbeteren van de hoofdstukken daarvoor
Hetzer voor de trouwe reacties op mijn verhaal
Mijn familie voor het inspiratie geven voor de karaktervorming



Hoofdstuk 20

“Ik doe het als je me belooft dat de baby niks overkomt.”

De Heer lachte kil. Zijn gelach weerklonk door de kamer.

“Die baby hoort bij ons. Dat kind wordt mijn rechterhand. Ik leer het wel hoe het haar gaven moet beheersen. Het zal mij onsterfelijk maken. “

Hij fluisterde luid in mijn oor en ik besefte dat de baby gered moest worden.
Arrogant keek ik in zijn ogen.

“Ze geeft de baby nooit af. Je weet niet waar ze tot in staat is.”

“Ze is onsterfelijk. Je krijgt het kind nooit.” Ik wist dat het een gevaarlijk leugen was, maar hoopte hem zo af te schrikken.

“Laten we dat dan eens testen.” Hij grijnsde.

Een verschrikkelijk geluid deed het groepje Dooddoeners achter hem naar adem happen. Robert Le Sauvage lag dood op de grond.
Het bebloede zwaard iets verder.
Een gesluierde dooddoener huilde onder haar masker. Lucius Malfidus kneep even in haar hand, keek dan rond of niemand had gezien dat hij haar troostte. Venora stopte met huilen en liep de kamer uit. Ze moest de anderen waarschuwen. Net voor ze de kamer uitliep, riep de Heer. “Naar het ziekenhuis! Laat niemand in leven, maar breng me de baby in perfecte staat.”





Samanta

Snel keek ze op toen ze iemand hoorde Verschijnselen. Robert was het eerste wat door haar hoofd schoot.
Voor ze goed en wel besefte wat er gebeurde, smeet een Dooddoener het levenloze lichaam van haar broer de kamer binnen.
Ze gilde en de andere leden van de Orde keken op. Een ware oorlog brak uit in de gang voor de verloskamer.
Achterin de groep stond de Heer. Hij keek haar aan.

Zij zette één moedige stap naar voren en onbewust werden de gevechten gestaakt toen ze haar spreuk afvuurde naar de Heer.
Iedereen keek verbaasd en alle aandacht werd op hun gevestigd. Zij keek hem recht in de ogen.
“Ik haat je!” brulde ze. “ Jij zal nooit heersen zolang een afstammeling van de Le Sauvages leeft!”
Voldemort hief hatelijk zijn toverstok op. Zij gilde van de pijn.
De Dooddoeners lachten. Voldemort hief zijn staf opnieuw. Hij ging voor haar staan en richtte de stok recht tussen haar ogen. Zij spuugde op zijn gewaad.
Voldemort keek woedend en meteen vulde een groene flits de kamer.
Samanta lag dood neer. Opeens begon iedereen weer te vechten. Sommige Ordeleden huilden, anderen vochten moedig door. Ze wisten dat ze niet hadden kunnen ingrijpen, toch voelden ze zich allen meer dan schuldig.

Lisella

Voldemort stapte door en ging de verloskamer binnen. Intussen had het gevecht zich verspreid over het ziekenhuis.
Mensen gilden. De meest gruwelijke moorden werden gepleegd die dag. De patiënten zochten wanhopig naar een middel om zich te verdedigen.
Voldemort stapte voorbij een vrouw die doodsbang aan de kant zat. Hij had maar één doel vandaag.
Hij vloekte toen hij zag dat de verloskamer leeg was.
Het raam stond half open.
Hij kroop door het raam en volgde zijn prooi naar buiten.


Lisella vluchtte met Lotia de tuin door. Ze gaf haar oudere zus een duw en deed teken dat ze zich uit de voeten moest maken.
Zij bleef moedig staan.
Lotia twijfelde. Lise kuste de pasgeboren baby die in het ziekenhuismandje lag op het hoofd en deed alsof ze boos was.
Lotia vluchtte bang weg, het mandje stevig tegen zich aangedrukt.

Voldemort stond nu oog in oog met Lisella. Hij keek haar aan en grijsde.
“Zal ik je verlossen van mijn vloek?”
Lisella keek niet begrijpend.
Hij mompelde iets en een witte straal zweefde naar haar toe. Met een hap naar adem drong hij in haar lichaam.
“Je had me vervloekt.” Ze schrok van haar eigen stem die ze al zo lang niet meer gehoord had.
Woedend keek ze hem aan.

“Wil je echt sterven? Ik wil alleen het kind.”

“In dat geval wil ik sterven.”

“Jouw keuze.”

Hij richtte zijn toverstok. Een straal vloog op haar af maar mistte. Een pluk gras vatte vuur en Lise reageerde meteen door een vuurzee terug te sturen. Uitgeput bleef ze staan. Voldemort stapte uit de vlammenzee.
Zijn gezicht stond hard.
Zij keek hem vastberaden aan. Hij vermoorde haar even gemakkelijk als haar zus en broer.
Nog twee te gaan.

Lotia

Puffend streek ze neer bij de vijver. Lise’s gil was duidelijk te horen. Lotia wist dat ze nu ook haar zus verloren had. Haar wederhelft was dood. Ook zij voelde haar krachten afnemen. De bevalling en plotse verplaatsing hadden haar veel gekost. Ze keek haar dochter aan. Haar grijze ogen keken bang en ze huilde hartverscheurend. Het gehuil hield op toen Lotia zachtjes zong.

My good and tender child
Don't be frightened and don't be scared

My son, I have nothing I can give
But this chance that you may live
I pray we'll meet again
If He will deliver us
Hush now, my baby
Be still, love, don't cry
Sleep as you're rocked by the stream
Sleep and remember my last lullaby
So I'll be with you when you dream

River, o river
Flow gently for me
Such precious cargo you bear
Do you know somewhere
he can live free?
River, deliver him there…



Bang maar vastberaden duwde ze het slapende meisje de woelige rivier op. Een traan droop langs haar wangen. Ze zakte door haar knieën. Ze keek hoe het wiegje uit het zicht verdween en glimlachte. Ze lag op de grond, haar blauwe ogen gesloten.
Terwijl ze langzaam afscheid nam van het leven hier hoorde ze hoe de heer naderde.
“Waar is de baby?!”
Hij schudde haar door elkaar. Zij glimlachte hem toe.
“De baby zoekt haar eigen weg, mijn Heer.”
De heer keek naar de rivier en schreeuwde. Zijn woedende schreeuw was over het hele ziekenhuis domein te horen.
Hij was de baby kwijt. Toen hij zijn aandacht op de moeder wou vestigen was het al te laat. Haar ogen staarden wezenloos voor zich uit. Haar huid zag wit, maar op haar lippen ruste een glimlach.
Hij Verschijnselde.


Arnold

Ik zag hoe de anderen aansnelden. Hoe Antonin huilend naast Lise knielde. Hoe het akelig stil was op het domein. Hoe Remus wanhopig naar zijn kersverse dochter zocht. Ik keek naar het kind dat ik in mijn handen hield.
Ze sliep vredig in mijn armen. Ik huilde om het verlies van mijn familie maar wist dat ik door moest en haar een toekomst moest geven.
Ik wist ook dat die niet bij mij zou zijn.
Remus knielde neer en de tranen dropen op de grond. Zijn gesmeek was zo ontroerend dat niemand Venora zag, die zich bij het gezelschap had gevoegd. Toen ze opkeek zag ik hoe haar ogen die van mij vonden. Ze daalden af naar het bundeltje in mijn armen.
Ze keek enigszins opgelucht. Ik bracht mijn vinger naar mijn lippen.
Ze knikte. Dit was ons geheim. Niemand mocht weten dat ik nog leefde. Iedereen moest denken dat Loena dood was. Anders zou hij haar grijpen.

Ik keek nog een laatste keer om en Verschijnselde bij een alleenstaand huis. Ik nam een veer en schreef snel neer.

Aan dit lieve gezin,
Ik heb gehoord hoe hard jullie naar een eigen kind verlangen. Ik zal jullie wens vervullen.
Dit kind zal dat van jullie zijn. Haar blonde haren zullen sprekend op die van jou lijken, dame Leeflang. Haar grijze ogen konden die van mijnheer zijn. Niemand mag weten dat ze niet van jullie is.
De heer wilt haar. Hij jaagt op haar, maar zolang jullie haar geheim bewaren zal ze veilig zijn.
Haar moeder stierf terwijl ze haar kind uitzijn klauwen probeerde te letten.
Ik, haar peetvader en enige familie zal voor eeuwig achtervolgt worden door volgelingen van de heer. Ik wens jullie succes met jullie dochter.
Ze heet Loena. Kind van de oudste van vijf. Dochter van een gebroken man. Een man zonder toekomst.
Zij zal jullie leven laten bruisen.
Zorg goed voor haar.
A. S.[i]



[i]The End





_________________
*rent naar Remus*
*ziet draco rent naar Draco*
*kan niet kiezen*
*sleurt beiden naar goed en kwaad lijn*
*knuffelt bijde elks de helft*
*is gelukkig*
Profiel bekijkenStuur privébericht
Berichten van afgelopen:      


 Ga naar:   


Sla dit onderwerp op als textbestand

Volgende onderwerp
Vorige onderwerp
Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen in dit subforum
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Je mag je berichten niet bewerken in dit subforum
Je mag je berichten niet verwijderen in dit subforum
Je mag niet stemmen in polls in dit subforum



Powered by phpBB © 2001/3 phpBB Group :: FI Theme :: Tijden zijn in GMT + 1 uur :: Disclaimer