Harry Potter Forum index
Dit forum is gesloten. Bezoek nu de vernieuwde versie van HPF!
 Harry Potter Forum gesloten  •   Inloggen

 [AF] Hermelien Griffel: Grootste vijand Volgende onderwerp
Vorige onderwerp

Sla dit onderwerp op als textbestand
Poll :: Wat vinden jullie hier van?

Uitmuntend
68%
 68%  [ 39 ]
Boven verwachting
14%
 14%  [ 8 ]
Acceptabel
8%
 8%  [ 5 ]
Slecht
1%
 1%  [ 1 ]
Dieptreurig
0%
 0%  [ 0 ]
Zwakzinnig
7%
 7%  [ 4 ]
Totaal aantal stemmen : 57


Auteur Bericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Sep 22, 2007 9:28 Terug naar boven Sla dit bericht op

Ik heb weer zin om te schrijven Razz! Reacties zijn altijd welkom Wink.

‘SNEEP!’ schreeuwde hij.
Razendsnel krabbelde hij overeind en richtte zijn toverstok op Sneeps haatdragende, tanige gezicht. Sneep lachte schamper.
‘Draco, Draco, denk je daar nou echt veel mee uit te halen?’
‘NOEM ME NIET BIJ MIJN NAAM IDIOOT!’ snauwde Draco, en hij richtte zijn toverstok nog ietsje hoger. ‘WAAR IS HERMELIEN!’
‘Hermelien…’ mompelde Sneep, en hij deed alsof hij heel diep nadacht. ‘Ah, Griffel bedoel je…’
Plotseling verscheen er een krankzinnige grijns op Sneeps gezicht. Draco kon niks anders doen dan blijven staren, ook al vloog er wel een groene lichtstraal vlak langs hem heen dat een van de schilderijen achter hem vernietigde.
‘Hoe sloom kan je zijn! Zeg me waar Hermelien is!’ mopperde Draco met opeengeklemde kaken.
‘Even denken…’ zei Sneep, die er blijkbaar van genoot om Draco aan het lijntje te houden. ‘Ik denk dat de gang van de derde verdieping bekijken de moeite waard zal zijn.’
Dat liet Draco zich geen twee keer zeggen. Hij keerde Sneep de rug toe en probeerde zich een weg door de vechtende menigte te banen. Harry, die weer was opgekrabbeld, had het echter ook gehoord en probeerde al rennend naar de derde verdieping te gaan. Draco greep zijn toverstok.
Petrificus Totalus!’
Harry viel gelijk als een stijve plank neer op de grond, en zijn ogen bewogen angstig heen en weer, om te kijken wie de spreuk over hem had uitgesproken.
‘Geen reddingsacties voor jou dit keer, Potter!’ spotte Draco.
Hij gaf Harry een schop en wrong zich langs professor Anderling en de enorme blonde Dooddoener, op weg naar de derde verdieping. Een van de Dooddoeners probeerde tevergeefs een vloek op hem af te vuren, maar die miste. Draco rende verder, maar struikelde toen over iets enorms, iets massiefs. Hij viel languit op de grond, maar krabbelde snel overeind. Hij had nu absoluut geen tijd om te kijken wat het was. Hij stormde de marmeren trappen af en voordat hij het wist was hij op de gang van de derde verdieping. ‘Hier moet Hermelien ergens zijn…
Hij snelde de gang van de derde verdieping door. Daar aan het einde zat een grote deur…
Hij gooide de deur open, maar hij werd weer van zijn sokken geblazen door een ontwapeningsspreuk.
Expelliarmus!’
Pijnlijk kwam Draco met een doffe dreun op de grond terecht en alweer hoorde hij zijn ribben kraken. Hij probeerde te zien wie hem ontwapend had, maar hij zag alleen maar sterretjes voor zijn ogen. Iemand siste een spreuk en de deur vloog weer dicht.
‘Wel, wel,’ zei een lijzige stem. ‘Wat leuk dat je toch nog komt opdagen, Draco.’
Draco knipperde met zijn ogen. Hij herkende die stem uit duizenden.
‘Ik hoop dat je mijn verjaardagscadeau leuk vindt, Draco,’ zei de stem weer.
Draco ging iets meer overeind zitten en schrok zich wezenloos toen hij zijn vader zag – met Hermelien als gijzelaar. Zijn vader had een boosaardige grijns op zijn gezicht en hij porde krampachtig met zijn toverstok in Hermeliens keel. Hermelien keek doodsbang, maar Lucius hield haar in zo een stevige houtgreep dat er geen ontkomen aan was.
‘Ver – verjaardagscadeau?’ sputterde Draco. ‘Waar heb je het over! Laat haar gaan!’
‘Oh, ben je het vergeten?’ zei Lucius, wiens grijns nog breder werd. ‘Zoon, het is vandaag je verjaardag.’
Draco verstijfde. Inderdaad… het was vandaag zijn verjaardag. Het was 5 juni… Hij stond er echter niet lang bij stil: het enige wat hij wilde was dat zijn vader Hermelien liet gaan.
‘Nou, dat is dan het slechtste verjaardagscadeau dat je me ooit heb kunnen geven!’ snauwde Draco. ‘En nu laat je Hermelien gaan!’
Hermelien piepte en schudde met haar hoofd, en Lucius zei kalm: ‘Ik laat haar alleen maar gaan als jij in haar plaats komt staan.’
‘Pardon?’ zei Draco ongelovig.
‘Je hebt me gehoord.’
Draco wierp een blik op Hermelien: die schudde nog steeds verwoed met haar hoofd. Draco besloot door de vragen.
‘En wat als ik weiger?’
‘Dan gaat zij eraan,’ zei zijn vader, met een vervaarlijke schittering in zijn ogen. ‘Dat wil je toch niet op je geweten hebben?’
‘Nee,’ zei Draco resoluut.
‘Wel, als je dat wel gewild had kon ik je gewoon laten gaan. Dan is je liefje misschien wel dood, maar dan kon jij gewoon ongestoord verder leven…’
Draco keek zijn vader ongelovig aan. Waar sloeg dat nou weer op?
‘Alsof je mij rustig zou laten gaan nadat je Hermelien vermoord had!’ riep Draco schamper. ‘Je liegt dat je barst!’
‘Weet je hoe ik haar vermoord zou hebben?’ zei Lucius zacht, terwijl hij Hermelien nog sterker beet pakte. ‘Kijk maar eens daar achter me…’
Draco tuurde naar de ruimte achter Lucius en zag dat daar een groot luik zat, dat zijn vader kennelijk al open had gemaakt. Voor zover Draco kon beoordelen was het een hele diepe kuil…
‘Wat – dat luik?’ hakkelde Draco. Zijn vader knikte.
‘Volgens mij zit daar een onpeilbare diepte,’ zei zijn vader met een triomfantelijke blik op het luik. ‘Dat overleef je niet.’
Draco had er genoeg van. Hermelien moest vrij, het moest. De enige manier was om zichzelf met haar in te ruilen.
‘Laat Hermelien gaan,’ zei Draco weer. ‘Ik kom in haar plaats te staan.’
Hermelien schudde weer met haar hoofd, maar Draco negeerde haar. Lucius keek hem verbaasd maar geamuseerd aan.
‘Zo…’ mompelde Lucius. ‘Mijn zoon wordt eindelijk verstandig! Nou, daar kan ik geen nee tegen zeggen.’
‘Eerst,’ zei Draco met een trillende stem. ‘Laat je Hermelien los, pas daarna kom ik naar je toe.’
‘Nee, nee, dat is geen goed idee. Het lijkt me beter dat het tegelijkertijd gebeurd,’ zei Lucius ijzig. ‘Voor het geval je een of andere tevergeefse vluchtactie in gedachten hebt, zoon…’
‘Best!’ snauwde Draco. ‘Dan laat je haar nu los, en ik kom naar je toe!’
Zijn vader deed wat hij vroeg, langzaam liet hij Hermelien los en Draco liep in grote, kordate passen naar zijn vader. Zodra Hermelien los was sprintte ze naar de andere kant van de kamer, vlakbij de deur. Angstig keek ze naar Draco, die nu recht voor zijn vader stond.
‘Je laatste uur heeft geslagen, zoon,’ zei Lucius, genietend van die dreigende uitspraak. Draco vertoonde geen krimp.
‘Je hebt je familie diep teleurgesteld,’ ging Lucius ongestoord verder, terwijl hij zijn toverstok op Draco richtte. Nog steeds liet Draco zich daardoor niet bang maken. ‘Je bent een bloedverraaier en je zult dat altijd blijven, en nu –‘
‘JA!’ schreeuwde Draco. Hij gaf zijn vader een enorme duw, en die wankelde en viel achterover. Zijn vaders toverstok rolde over de grond, en Draco pakte die op en richtte hem als een geweer op Lucius.
‘Ga je nu mij vermoorden?’ zei zijn vader, in een poging schamper te klinken. ‘Kom op, je eigen vader…’
‘Ik haat je!’ zei Draco vastberaden. ‘Dat deed ik altijd al! Ik – Expelliarmus!’
Draco wist niet waarom hij nou eigenlijk de ontwapeningsspreuk over zijn vader had uitgesproken, het enige wat zijn zintuigen hem vertelde was dat zijn vader door de kracht van de spreuk door de lucht tuimelde en in het luik viel. Zijn vader was alleen nog niet weg… Lucius hield zich met twee handen vast aan het luik en zijn gezicht stond doodangsten uit.
‘Dit heb je verdiend!’ snauwde Draco, terwijl hij zijn vader woedend aankeek.
‘Vind je dat nou echt?’ siste zijn vader. ‘Terwijl ik al die jaren gespendeerd heb om van jou een acceptabele tovenaar te maken?’
‘Wat je acceptabel noemt!’ zei Draco. ‘Mensen vermoorden! Discrimineren! Ik heb er genoeg van!’
‘Haal me hier uit, Draco,’ zei Lucius kil. Draco zag dat zijn vader steeds meer moeite had om zich vast te houden aan de rand van het luik.
‘Nee!’ riep Draco. Agressief slingerde hij zijn vaders toverstok naar het andere eind van de kamer en pakte zijn eigen op van de grond.
‘Kom mee, Hermelien!’ zei hij, terwijl hij Hermelien bij haar pols vastpakte. ‘We moeten weg hier…’
Hij liep samen met Hermelien naar de deur, en zijn vader zei nog: ‘Ik zal het je beloven, Draco. Als ik hier uitkom word je erger gestraft dan ooit!’
‘Fijn!’ zei Draco sarcastisch, en hij gooide de deur open en stormde samen met Hermeliend de trappen op.
‘Hee – heeft hij je pijn gedaan?’ vroeg Draco hijgend, terwijl ze naar de gang renden waar de Dooddoeners hoogstwaarschijnlijk nog steeds aan het vechten waren met leden van de Orde.
‘Niet echt,’ zei Hermelien vertwijfeld. ‘Maar hij – oh jee, daar zijn ze!’
Draco keek op en zag dat ze weer in de gang beland waren van de strijd. Hij speurde even rond en zag toen dat Sneep pogingen deed de gang uit te glippen.
‘Sneep! Kijk daar!’ zei hij tegen Hermelien. Hermelien verbleekte.
‘Wat moeten we doen?’
‘Wacht maar! Ik krijg hem wel!’ zei Draco, terwijl hij met opgeheven toverstok richting Sneep rende.
Paralitis!’ schreeuwde hij, maar Sneep pareerde de spreuk en rende verder.
‘Kom hier!’ riep Draco woedend. ‘Vecht dan! Als je durft! Paralitis!’
Sneep pareerde de spreuk weer en keek Draco schamper aan.
‘Je zou iets meer moeten leren voordat je het tegen mij opneemt,’ zei Sneep ijzig, en hij draaide zich weer om.
Draco wilde weer een spreuk richtten op Sneep, maar voordat hij ook maar iets kon doen sprong Harry voor hem.
‘Rot op, Potter!’ zei hij gefrustreerd.
‘Mooi niet!’ blafte Harry.
Draco duwde Harry ruw opzij en rende achter Sneep aan, maar plotseling voelde hij een spreuk tegen zich aankaatsen en al de kracht verdween uit zijn benen. Hij zakte haast in slowmotion op de grond en probeerde zich overeind te houden met zijn handen, maar ook zijn armen waren energieloos geworden. En toen werd alles zwart voor zijn ogen, en hij viel in een eindeloze diepte…


Hoe zou dit nou allemaal aflopen?





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Sep 22, 2007 12:22 Terug naar boven Sla dit bericht op

‘Er is verder volgens mij niks met hem aan de hand, toch?’
‘Nee… alleen die vervloeking van Harry heeft hem wel heel erg verzwakt.’
‘Ja, dat hoorde ik. Waarom deed Harry dat eigenlijk? Het was toch duidelijk dat hij aan onze kant stond? Hij had mij ook gered van die Dooddoener in de prijzenkamer!’
‘Ja, ik dacht ook dat het duidelijk was. Maar Harry vertrouwde hem kennelijk niet.’
Draco luisterde naar de stemmen die hij om zich heen hoorde. Harry had hem dus vervloekt… en daarom had hij nu dus slappe ledematen en ongelofelijke hoofdpijn. Terwijl hij zijn ogen nog steeds dicht hield, probeerde hij zonder dat Ron en Hermelien het merkte zijn arm een beetje te bewegen. Draco’s hart sprong op – het lukte! Gelukkig maar, hij had niet zo veel zin om de hele tijd als een slappe hoop op de ziekenzaal te blijven liggen. Het bleef echter niet onopgemerkt dat hij zich had bewogen.
‘Draco? Draco? Ben je wakker?’ vroeg de nerveuze stem van Hermelien.
Het had geen zin meer om te acteren. Draco opende zijn ogen en keek de schemerig verlichte ziekenzaal in. Hij zag in een oogopslag dat Ron en Hermelien niet de enige mensen daar waren, want hij zag ook bezorgde groepjes naast andere bedden staan, maar die kon hij niet onderscheiden. Plotseling voelde Draco zich klaarwakker.
‘Waar is Sneep!’ zei hij resoluut.
‘Sneep?’ zei Ron een beetje beduusd.
‘Ja Wemel! Onze leraar Verweer tegen de Zwarte Kunsten. Allemachtig…’ zei Draco geërgerd. Rons oren werden rood.
‘Dat weet ik best!’ zei hij beledigd.
‘Nou dan!’ snauwde Draco.
‘Jemig! Doe eens normaal!’ zei Hermelien gepikeerd. ‘De situatie is al erg genoeg zonder dat jullie nog eens aan het kibbelen zijn!’
Draco liet zich weer in zijn kussens zakken. Hermelien had gelijk.
‘Sorry,’ mompelde hij. ‘Wemel, jij kan er natuurlijk ook niks aan doen…’
Ron knikte eventjes naar hem en Hermelien gaf antwoord op zijn vraag: ‘Draco, professor Sneep is ontsnapt.’
Draco, die net een beetje kalm geworden was, voelde weer woede opborellen in zijn borst.
‘Ontsnapt! Ontsnapt?’ zei hij ongelovig. ‘Oh – geweldig! Maar niet heus! En dat allemaal te danken aan onze Sint Potter!’
‘Ja, het is heel vreemd wat Harry heeft gedaan…’ zei Hermelien toegevend. ‘Ik dacht dat we aan hem duidelijk hadden gemaakt dat jij aan de goede kant stond!’
‘Potter is gewoon zo dom als een schaap,’ brieste Draco.
‘Hij was waarschijnlijk gewoon in de war,’ opperde Ron. ‘Dat heb je nou eenmaal als mensen in paniek zijn…’
‘Hallo! Wemel!’ zei Draco ongeduldig. ‘Zelfs jij besefte dat ik juist tegen de Dooddoeners was! Hoe stom kon Potter zijn!’
‘Kalmeer!’ zei Hermelien, die Draco terug in zijn kussens duwde. Draco haalde diep adem. Als Potter er niet was geweest was dit alles niet zo rampzalig verlopen… Dat wist hij gewoon zeker.
‘Ik heb nog een appeltje met hem te schillen,’ zei Draco boos. ‘Hij heeft alles in duigen laten lopen!’
‘Kom op! Je kunt niet Harry van alles de schuld geven!’ zei Hermelien geschokt.
‘En volgens mij heb je hem al genoeg bezeerd,’ deed Ron er een schepje bovenop. ‘Tenminste, ik hoorde dat je hem in zijn edele delen hebt geschopt.’
Ron stootte een nogal gnuivende lach uit en kreeg een beschuldigende blik van Hermelien te verduren.
‘Dat is niet grappig, Ron!’ zei ze verwijtend.
‘Wat! Waarom moet alles zo serieus zijn bij jou!’ riep Ron uit.
Draco keek van Ron naar Hermelien.
‘Ik – eh… ik zie dat jullie het weer goed hebben gemaakt?’ zei Draco, in een poging om een beetje verveeld te klinken.
‘Nou…’ zei Ron, die een beetje vertwijfeld naar Hermelien keek.
‘Oke, goed dan!’ zei Hermelien. ‘Ja, we hebben het zo ongeveer goed gemaakt…’
‘Wanneer dan?’ vroeg Draco verbaasd.
‘Eh – net, als je het mij vraagt,’ zei Ron.
‘Toen we weer normaal met elkaar konden praten over deze gebeurtenissen,’ voegde Hermelien eraan toe.
‘Dus Wemel heeft geen problemen meer met mij en Hermelien?’ vroeg Draco.
‘Nou – nee,’ mompelde Ron, die duidelijk niet over dit onderwerp wou praten. ‘Goed, als jullie nou persee samen moeten – nou, dan kan het opzich wel ja.’
Hermelien lachte, maar precies op dat moment spookte er weer een andere vraag door Draco’s hoofd. Dit was niet het goede moment om over die vreemde driehoeksverhouding tussen hem, Hermelien en Ron te praten…
‘Zijn er doden?’ vroeg hij resoluut.
Hermelien keek hem aan en Ron werd plotseling ongelofelijk geboeid door zijn nagels.
‘Nou… ze hebben het lichaam van professor Slakhoorn gevonden…’ zei Hermelien aarzelend. Draco zag dat er tranen in haar ogen sprongen. Plotseling werd Draco getergerd door een verschrikkelijk afgrijzen: professor Slakhoorn was het massiefe ding geweest waar hij overheen gestruikeld was.
‘Rustig maar Hermelien,’ zei Ron een beetje ongemakkelijk tegen de snikkende Hermelien. ‘Slakhoorn was al erg oud… ik denk dat dit geen betere manier voor hem had kunnen zijn om te sterven. Het was een heldendood…’
‘Ik – ik – het was zo’n aardige leraar!’ zei Hermelien droevig.
‘Ik was nog over hem heen gestruikeld,’ mompelde Draco tegen Ron en Hermelien. ‘Hij was toen waarschijnlijk al dood.’
Hermelien snotterde eventjes, maar zei toen: ‘Gelukkig is er verder niemand van ons gewond geraakt…’
‘Hoe zit het dan met de Dooddoeners eigenlijk?’ vroeg Ron daarop. ‘Is er daar iemand gesneuveld?’
‘Twee – volgens mij, en ook een paar gewonden – die worden nu behandeld in het St. Holisto, maar die gaan natuurlijk Azkaban in…’ zei Hermelien. Het viel Draco plotseling op dat Hermelien hem nogal meelevend aankeek. Er begon hem iets te dagen… Er was iets gebeurd met zijn vader.
‘Zeg…’ begon hij. ‘Weet iemand van jullie misschien – wat er met mijn vader gebeurd is?’
Op dat moment keken Hermelien en Ron elkaar een beetje benauwd aan. Draco keek verbaasd op. Wat wisten Hermelien en Ron wat hij niet wist?
‘Zeg jij het hem?’ vroeg Ron zenuwachtig aan Hermelien.
‘Tenzij jij het wilt vertellen…’ zei Hermelien vertwijfeld.
‘Nee, dank je! Kan Perkamentus het niet beter doen?’ zei Ron paniekerig.
‘Perkamentus? Ik weet niet – ik – Draco?’ vroeg Hermelien bezorgd.
‘Ik ben er nog steeds bij, hoor,’ zei Draco afwezig.
‘Hij – hij is dood,’ zei Hermelien met bevende stem.
Het leek wel alsof zijn maag zich had gevuld met een brok ijs. Met een schorre stem vroeg hij: ‘Dood? Mijn vader?’
‘Ja – ja, je vader!’ zei Hermelien snel en hysterisch. ‘Oh – Draco! Hij is in het luik gevallen!’
Draco verstijfde. Zijn vader was dood… zijn vader was dood. Het duizelde hem. Dit kon toch niet echt waar zijn?
‘Is – is hij te pletter gevallen?’ vroeg Draco met een trillende stem.
‘Nee,’ zei Ron. ‘Hij is – Hermelien, zeg jij het maar.’
‘Da – daar onder dat luik, daar zat Duivelstrik…’
‘Duivelstrik, duivelstrik,’ mompelde Draco. ‘Wacht eens… Dat is toch die plant die…?’
‘Die wurgplant ja!’ zei Hermelien. ‘Draco, je vader is gewurgd door die plant!’
Draco sloot zijn ogen. Dat feit was te gruwelijk om over na te denken… Hij had het gevoel alsof zijn eigen gedachten ook door dat luik waren getuimeld, en nu verstrikt waren in duivelstrik. Het was zijn schuld geweest, zijn schuld…
Draco stond zo snel op dat Hermelien van schrik naar adem hapte. Waar hij die plotselinge kracht om te staan vandaan haalde wist Draco niet, het enige wat hij wist was dat hij alleen wou zijn.
‘Draco?’ vroeg Hermelien ongerust. ‘Waar ga je heen?’
Draco antwoordde niet, maar liep met grote passen de ziekenzaal uit.
‘MALFIDUS!’ riep Ron hem nog na, maar dat kon Draco niks schelen.
Als verblind liep Draco door de gangen, en bij elke stap leek het feit zich dieper in zijn hoofd te dreunen. ‘Je vader is dood, en dat is jouw schuld!’
Draco negeerde het stemmetje in zijn hoofd en liep verder. Zijn handen trilden krampachtig en het lopen door de school verzachtte de pijn een héél klein beetje. Onwillekeurig dacht Draco: ‘Voldemort, je hebt je doel bereikt: Ik ben een moordenaar.’





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Sep 22, 2007 13:11 Terug naar boven Sla dit bericht op

Met bonkend hart liep hij over de draaiende wenteltrap die naar de kamer van Perkamentus leed. Hij moest en zou Perkamentus spreken over de gebeurtenissen van gisternacht. Hij gaf een ruk aan de klopper in de vorm van een Griffioen, en de kalme stem van Perkamentus zei: ‘Binnen.’
Draco vatte dat wel heel erg letterlijk op: hij liet de door zo hard openvliegen dat er een paar boeken uit de vele boekenkasten van Perkamentus vielen. Perkamentus, die aan zijn bureau zat, grinnikte alleen maar.
‘Ik zie dat je nog erg veel adrenaline in je bloed hebt zitten door al deze gebeurtenissen.’
Draco staarde Perkamentus alleen maar ongelovig aan. Hoe kon die man ondanks deze rampzalige situatie nog lachen en grapjes maken?
‘Ga zitten, Draco,’ zei professor Perkamentus uiteindelijk ernstig.
Draco liep naar Perkamentus zijn bureau en ging op het puntje van zijn stoel zitten.
‘Ik heb begrepen dat je met me wilt praten over de recente gebeurtenissen?’
‘Nee natuurlijk niet, professor! Ik ben hier alleen maar gekomen om een gezellig theekransje te houden en te brabbelen over het weer van overmorgen!’ zei Draco sarcastisch. Een paar portretten van oud-schoolhoofden maakten verontwaardigde geluiden, maar daar besteedde Draco geen aandacht aan. Hij was zo woedend op deze ouwe man, die nu voor hem zat en hem alleen maar vriendelijk glimlachend aankeek.
‘Ik begrijp wat je voelt, Draco.’
‘Nee, dat begrijpt u niet!’ snauwde hij. ‘Waar was u toen de school in gevaar zat! Was u weer onbelangrijke dingen aan het doen? Allemachtig, de school is al deze jaren alleen maar achteruit gegaan door uw onverschillige beleid!’
Firminus Nigellus zei: ‘De brutaliteit!’ Maar Perkamentus keek Draco nog steeds vriendelijk aan.
‘Misschien nodig om te melden dat waar ik mee bezig was niet heel erg onbelangrijk was, Draco.’
‘Nee, natuurlijk is een afspraak met de minister veel belangrijker dan het beschermen van de school tegen Dooddoeners,’ schamperde Draco. ‘Of was u ergens anders heen? Er is hier geen excuus voor!’
‘Het was niks dat te maken had met politiek, of Rufus Schobbejak. Ik hield me precies met hetzelfde bezig als wat jij deed, Draco. Ik kan verder geen details geven, maar ik hield me net zoveel bezig met het doel om Voldemort te dwarsbomen als jij deed.’
Draco had zijn tong verloren door die uitspraak, wat moest hij hier nou weer op zeggen? Koppig besloot hij zich bij zijn eigen standpunt te houden.
‘Maar u was niet hier op school!’
‘Het had wel hier mee te maken.,’ antwoordde Perkamentus daar kalm op.
Draco werd enigszins nieuwsgierig.
‘Kunt u me vertellen wat –?’
‘Nee,’ zei Perkamentus. ‘Want het is niet van belang.’
‘Maar u zei net –‘ protesteerde Draco.
‘Later wordt alles duidelijk,’ zei Perkamentus. Zijn stem had een definitieve ondertoon. ‘Maar laten we ons nu niet meer verhinderen door onze meningsverschillen, Draco. Ik weet dat je het niet altijd met me eens bent, maar toch ben je bereid om met me te praten en ik ben zoal bereid om naar jou te luisteren.’
Draco haalde diep adem.
‘De Dooddoeners,’ zei hij vertwijfeld. ‘Hoe zijn die hier binnengekomen?’
‘Ik heb veel ideeën,’ zei Perkamentus. ‘Maar de juiste theorie heb ik nog niet gevonden.’
Draco was niet tevreden met dit antwoord.
‘Merlijn! Er kunnen toch wel aanwijzingen gevonden worden?’
‘Nee,’ zei Perkamentus. ‘Luister naar me, Draco. Voldemort is een zeer getalenteerde tovenaar. Hij heeft zo zijn manieren om al zijn sporen uit te wissen. We kunnen absoluut niet natrekken hoe zijn handlangers hier zijn binnen gekomen.’
‘Dit antwoord is niet goed genoeg!’ blafte Draco, en hij sloeg met zijn vuist op tafel. Perkamentus keek hem waarschuwend aan.
‘Je bent van streek, vandaar je agressiviteit. Ik praat pas verder met je als je gekalmeerd bent en –‘
‘Ik ben niet van streek!’ zei Draco verhit. ‘U zou dat moeten zijn! Uw school is aangevallen! U moet –‘
‘Draco,’ zei Perkamentus zacht. Draco wist dat hij nu stil moest zijn. ‘Ik weet dat je hier bent om te praten over je vader, laten we daar niet omheen draaien.’
Draco keek hem verbaasd aan.
‘Hoe weet u –‘
‘Dat is toch duidelijk? Anders was je niet zo gekwetst en boos geweest.’
Draco liet zich teneergeslagen wat dieper in zijn stoel zakken. Perkamentus had gelijk. Ook al was zijn vader nog zo een schurk geweest, hij werd overspoeld door schuldgevoelens vanwege zijn vaders dood…
‘En nu moet je even heel goed naar mij luisteren,’ zei Perkamentus op dringende toon. ‘De dood van je vader Lucius is niet jouw schuld.’
Met betraande ogen keek Draco hem aan.
‘Dat is het wel!’ zei hij gepikeerd.
‘Je vader heeft een grote fout begaan, Draco,’ zei Perkamentus. ‘Hij had nooit moeten dreigen het meisje te vermoorden die jij juist zoveel liefhebt.’
‘Maar door mij is hij in dat luik gevallen!’ zei Draco met overslaande stem. ‘Ik heb hem daar in geduwd! Hij is dood door mij!’
‘Als je dat niet gedaan had, dan had je je vader aanleiding gegeven om twee moorden te plegen!’ riep Perkamentus uit. ‘Het is van belang dat je dit begrijpt! Je hebt juist iets goeds gedaan! Je hebt iemand gered uit de klauwen van een Dooddoener!’
‘Ik ben degene die dood hoort te zijn! Niet mijn vader, niet Hermelien, ik!’
‘Niemand hoort dood te zijn, Draco,’ zei Perkamentus rustig. ‘Je vader is dood gegaan door een samenloop van bepaalde omstandigheden. Als die omstandigheden anders waren geweest was de kans natuurlijk ook groot geweest dat iemand anders dood zou zijn, maar we kunnen niet ontkennen dat je vader dood is Draco! Het is gebeurd!’
‘Maar ik had het moeten zij –‘
‘Nee, Draco. Jij had het moeten zijn als het Lucius gelukt was om jou te pakken te krijgen. Maar dat is hem niet gelukt, en dat geeft de doorslag én de reden van zijn eigen dood.’
Draco keek Perkamentus aan.
‘U snapt er helemaal niks van,’ mompelde Draco. ‘Ik ben er verantwoordelijk voor, ik zorgde voor mijn vaders dood. Ik ben een moorde –‘
‘Je bent geen moordenaar, Draco,’ zei Perkamentus. Hij meende het. ‘Zoals ik al zei, je hebt iets goeds gedaan.’
‘Maar ik voel me zo schuldig…’ zei Draco gepikeerd, en hij beet op zijn lip. ‘En ik heb – al de hele dag – zo een raar gevoel. Alsof ik iets mis…’
‘Dat gevoel,’ zei Perkamentus. ‘Is het gevoel van de rouw, Draco. Dat is heel natuurlijk. Hoe slecht je relatie met je vader ook is geweest, het was per slot van rekening toch je vader. En dat zorgt toch voor een bepaalde binding, en als je die persoon verliest… dan ben je daar helemaal kapot van.’
‘Maar ik haatte hem!’
‘Ja, precies. Je haatte hem. Maar toch rouw je om hem. Je kunt haast zeggen: hoe slechter je relatie met een van je ouders is, hoe schuldiger je je voelt als die persoon er niet meer is.’
‘Maar dat klinkt zo onlogisch…’
‘Dat is het ook, maar zo zit het menselijk brein nou eenmaal in elkaar,’ zei Perkamentus, die naar Draco knipoogde.
‘Je hebt waarschijnlijk tijd nodig om je verdriet te verwerken,’ zei Perkamentus resoluut. ‘Maar daarom lijkt het me beter dat je niet meer naar school gaat Draco.’
Draco keek Perkamentus aan.
‘Waarom niet?’
‘Simpelweg omdat je vader hier op Zweinstein gestorven is. Je kan beter naar een nieuwe plek gaan, een nieuwe omgeving… zodat je wat minder aan je vader hoeft te denken.’
‘Naar – naar het grimboudplein?’ sputterde Draco. ‘Nu al? Maar professor – ik hoef nog maar een maand naar school! Volgende week beginnen de PUISTexamens! Moet ik die niet maken? Moet ik niet een opleiding gaan kiezen? Ik –‘
Perkamentus legde zijn vinger op zijn lippen.
‘Nee, dat lijkt me geen goed idee.’
‘Maar die examens zijn belangrijk!’
‘We hebben genoeg informatie over je om de examencijfers op een andere manier voor je vast te stellen. Ik vraag gewoon aan je leraren wat voor cijfers je gehaald hebt voor je vakken, en aan de hand van die informatie stellen we je gemiddelde cijfers op.’
‘Dus ik hoef geen PUISTexamen te doen?’ vroeg Draco verbouwereerd.
‘Nee.’
Er viel een verbijsterde stilte. Draco had nu eigenlijk niks meer dat hij nog aan Perkamentus wilde vragen. Een beetje beduusd stond hij op.
‘Oh ja!’ zei Perkamentus. ‘Voordat ik het vergeet…’
Perkamentus kwam achter zijn bureau vandaan en schudde Draco zijn hand.
‘Nog gefeliciteerd met je verjaardag.’
‘Eh… dank u!’ zei Draco een beetje verbaasd: dat Perkamentus nog aan zulke onbenullige dingen zoals verjaardagen dacht.
‘Je wordt niet elke dag achttien jaar, hoor,’ zei Perkamentus vriendelijk.
Een paar minuten later nam Draco afscheid van Perkamentus en besloot toen hij op de gangen liep dat hij net zo goed eventjes kon uitrusten bij het meer, omdat het een prachtige zomerse dag was.





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Sep 22, 2007 19:57 Terug naar boven Sla dit bericht op

De laatste dagen die Draco op zijn school spendeerde gingen naar zijn zin veel te snel voorbij. Ondanks het verlies van zijn vader was er in hem een soort euforie opgebloeid, een vrolijkheid die hij niet kon verklaren. De Zwadderaars keken welliswaar niet meer naar hem om, maar hij spendeerde veel tijd samen met Hermelien en (wonderbaarlijk genoeg) ook met Ron Wemel, die hem erg aardig vond sinds de avond dat de Dooddoeners Zweinstein waren binnengedrongen. Alleen Harry had zich de laatste dagen niet meer laten zien en bleef koppig uit Draco’s buurt.
Ondertussen gonsde het hele kasteel van de geruchten hoe de Dooddoeners binnen gekomen zouden zijn. Ook Sneep was een favoriet gespreksonderwerp bij de leerlingen. Iedereen vroeg zich af hoe en waarom Sneep de benen had genomen, want het was (tot Draco’s woede) niet openbaar gemaakt dat Sneep een Dooddoener was. De school stroomde de laatste tijd vol met paniekerige ouders die hun kinderen vroegtijdig kwamen ophalen en Zabini, die ooit nog Draco’s beste vriend was, werd een paar dagen geleden opgehaald door zijn bloedmooie moeder, die al meerdere malen getrouwd was geweest maar waarvan alle echtgenoten op een mysterieuze wijze om het leven kwamen. Ook was er een middag dat er verscheidende toespraken werden gehouden over professor Slakhoorn, waardoor er die hele dag een deprimerende sleur over de school had gehangen. Ondanks het feit dat Draco niet erg veel op had gehad met Slakhoorn was hij toch wel geschokt geweest dat Slakhoorn het leven had gelaten. Maar hij maakte zich veel erger druk om zijn vader. Overdag dacht hij er niet zoveel over na, maar ’s nachts werd hij geplaagd door dromen waarin zijn vader hem de hele tijd door bleef achtervolgen met een enorm mes.
Ondertussen had Perkamentus op het laatste moment nog een docent kunnen regelen die tijdelijk de taken Toverdranken en Verweer tegen de Zwarte Kunsten op zich nam. Meneer Kuipsma heette hij. Draco had verbaasd zijn wenkbrauwen gefronst toen Perkamentus die naam aankondigde en Hermelien had toen geopperd dat de leraar vast een dreuzelkind was, omdat die naam niet erg gebruikelijk was in de toverwereld. En inderdaad, Hermelien had gelijk gehad.
Toen ze voor de eerste keer les hadden van professor Kuipsma sjokte Draco samen met Hermelien naar het lokaal toe.
‘Dus Potter laat zijn kop definitief niet meer zien?’ mompelde hij tegen haar.
‘Nee – volgens mij zei hij dat hij een afspraak had met Perkamentus,’ zei Hermelien een beetje vertwijfeld. ‘Hoezo dat?’
‘Nou… ik vind nog steeds dat hij zijn excuses moet aanbieden voor dat achterlijke gedrag dat hij vertoonde tijdens die nacht,’ zei Draco gepikeerd.
‘Gunst, daar heb je gelijk in,’ zei Hermelien toegevend. ‘Maar ik denk dat Harry wat tijd nodig heeft om al deze gebeurtenissen te verwerken… Oh, volgens mij is hier het lokaal.’
‘Tijd om te verwerken? Maar hij moet voor het eind van deze week daar klaar mee zijn! Anders kan het niet meer!’
‘Waar heb je het over?’ vroeg Hermelien verbaasd. ‘Hoezo dan al…’
‘Eh… gewoon,’ zei Draco ontwijkend. Hij had Hermelien nog steeds niet verteld dat hij eerder van school zou gaan…
Ze sloten aan bij het nerveuze groepje zevendejaars dat al bij het lokaal stond. Ook Ron Wemel stond er al.
‘Héhé! Daar zijn jullie!’ zei Ron resoluut.
‘Zijn we zo laat dan?’ vroeg Hermelien afwezig
‘Ik stond hier al een kwartier,’ brieste Ron. Hermelien lachte en Draco keek hem met opgetrokken wenkbrauwen aan.
‘Waarom ben je – in Merlijns naam – hier zo vroeg!’
‘Nou om eerlijk te zijn,’ mompelde Ron, die om onverklaarbare reden onhandig met zijn arm zwaaide en daarbij Patty Park hard in haar gezicht raakte. ‘Oeps, sorry – eh, wat wilde ik ook alweer zeggen? Oh ja – ik wilde alvast een glimp opvangen van onze nieuwe professor. Sinds Slakhoorn en Sneep er niet meer zijn…’
‘Maar hoezo dat?’ vroeg Hermelien verbaasd. ‘Wat heeft het dan voor zin om een kwartier te vroeg voor het lokaal te staan?’
‘Nou gewoon!’ zei Ron. ‘Straks is het een of andere engerd… Een gast met een scheve neus ofzo, of iemand die zich altijd als een feeks verkleed of –‘
‘Iemand met een Harry Potter bril?’ opperde Draco.
Professor Kuipsma had zijn hoofd om de deur van het lokaal gestoken, en Draco’s eerste indruk was die van een nerveuze man met een ronde bril.
‘Oh jee!’ zei professor Kuipsma, terwijl hij zenuwachtig zijn blik liet glijden over de leerlingen die voor zijn deur wachtten. ‘Kom, gauw binnen! Gauw, gauw! Schiet op!’
Kuipsma deed de deur voor de leerlingen open en haalde gauw zijn hand door zijn krullerige, bruine haar. Kuipsma was niet erg groot: hij was een kop kleiner dan Draco.
‘Zitten! Zitten!’ commandeerde Kuipsma. ‘Zit iedereen? Oke, goed… Oeps!’
Hij liet een Duisterdetector op de grond vallen, die meteen een krijsend geluid maakte.
‘Oh jee! Niet weer!’ zei Kuipsma, die bukte en de Duisterdetector weer op zijn bureau zette. ‘Hou je kop! HOU JE KOP!’
Verbouwereerd keken de leerlingen toe hoe professor Kuipsma allemaal tegen-bezweringen uitsprak over de Duisterdetector, die nog steeds krijste.
‘Héhé,’ zei professor Kuipsma, die zijn bezwete voorhoofd afveegde, alsof hij zojuist een naar worstelpartijtje met Hagrid achter de rug had. Hij krabde aan zijn bruine krullen en keek toen de klas in.
‘Hallo!’ zei Kuipsma opgelaten. ‘Ik ben – eh – professor Kuipsma. En ik ben voorlopig heel eventjes jullie leraar – eh – Verweer tegen de Zwarte Kunsten en Toverdranken.’
Iedereen keek professor Kuipsma een beetje schattend aan. Moesten ze deze man nou serieus nemen of niet? Hij leek erg teer… alsof de hele klas hem binnen één minuut al weg kon pesten. Draco hoorde Ron mompelen: ‘Wat een zenuwpees is die vent zeg…’
‘Ja, nou – eh – ik zal iets over mezelf vertellen, ja…’ zei professor Kuipsma, nog even nerveus als aan het begin van de les. ‘Dus ik ben Kuipsma. Ik ben geboren in een – eh – dreuzelgezin, en mijn hobbies zijn – eh – schaken en dammen en –‘
‘Ligt het aan mij,’ fluisterde Draco zachtjes tegen Hermelien en Ron, met wie hij in een groepje was gaan zitten. ‘Of maakt die man er een sport van om zoveel mogelijk ‘eh’ te zeggen?’
‘Volgens mij ligt dat niet aan jou!’ zei Ron geamuseerd, die met een grijns naar de zenuwachtige professor Kuipsma keek. Hermelien keek hen verwijtend aan.
‘Het zou misschien handig als jullie luisterden naar wat hij te zeggen had!’
‘Dat kan toch onmogelijk iets belangrijks zijn!’ zei Ron geërgerd. ‘Je ziet toch meteen aan die vent dat hij niet serieus te nemen is!’
Draco grinnikte bij het zien van Hermeliens vernietigende blik op Ron. Kuipsma neuzelde ongestoord door.
‘Dus – eh – het leek me leuk om een dreuzel leermethode toe te passen. Want wat – eh – leerlingen op een dreuzelschool namelijk vaak doen is een documentaire bekijken op een televisie, en – eh – die twee heren en die dame achterin! Let alstublieft op!’
Draco, Hermelien en Ron keken verschrikt op. Niet omdat ze werden toegesproken, maar dan wel om het feit dat professor Kuipsma opeens zo streng en kordaat kon klinken. Ron was de schrik echter snel vergaan, want die stootte daarna een nogal honende lach uit.
‘Wat valt er te lachen?’ vroeg professor Kuipsma bits.
‘Niks – niks hoor,’ proestte Ron.
‘Nou houdt uw mond dan!’ beet Kuipsma hem toe. Het was hilarisch om te zien hoe professor Kuipsma daarna weer van een strenge, kordate man veranderde in een complete zenuwpees. Verstrooid duwde hij zijn ronde bril weer op zijn neus. ‘Eh – waar had ik het ook alweer over – o ja – eh – dus ik heb een – eh – videorecorder meegenomen – jeweetwel, die dingen die ze ook gebruiken in de Dreuzelwereld, en dat is een documentaire over Dreuzels die geloven in – eh – zwarte magie en daarom in hun wereld worden uitgemaakt voor – eh – gestoord.’
Sommige leerlingen keken elkaar niet-begrijpend aan, en Parvati Patil stak haar vinger op.
‘Meneer, kunt u iets beter uitleggen hoe die Dreuzelvoorwerpen werken?’
Professor Kuipsma besteedde daarna zijn tijd met het beantwoorden van belangstellende vragen van de leerlingen, en ondertussen voerde Draco een gesprek met Hermelien en Ron.
‘Waarom laat die gast ons daar in godsnaam naar kijken!’ zei Draco geïriteerd. ‘Beseft hij dan niet dat we nu in ons PUISTjaar zitten?’
‘Ik heb geen idee,’ zei Hermelien, die blijkbaar diep nadacht. ‘Maar het lijkt me wel interessant om te zien hoe Dreuzels over magie denken…’
Ron geeuwde lang en uitgebreid.
‘Eerlijk gezegd kan het mij allemaal niks schelen,’ mompelde hij. ‘Ik wil hier gewoon weg. Die gast is paranoïa…’
‘Nee, hij lijkt wat uiterlijk betreft gewoon op Potter,’ zei Draco haatdragend.
‘Kom op! Dat zeg je toch niet Draco!’ zei Hermelien streng.
‘Waarom niet?’ zei Draco quasi-nonchalant.
‘Kijk, nu lijk jij ook op Harry,’ zei Ron grijnzend, en hij doopte zijn ganzenveer in zijn pot inkt.
‘Wat? Hé! Kijk uit waar je dat ding op richt – nee – godsamme! Wemel!’ zei Draco gepikeerd, en hij wreef over zijn voorhoofd.
Ron schudde van het lachen, en Hermelien zei zuur: ‘Allemachtig, wat een humor Ron! Ik lig echt helemaal stuk!’
‘Ik wil helemaal niet zo’n smerig litteken op mijn voorhoofd!’ zei Draco, terwijl hij met zijn mouw over zijn voorhoofd wreef, proberend om het weg te halen.
‘Ik dacht dat het wel grappig zou zijn,’ zei Ron gnuivend.
‘Dat is het niet,’ zei Draco, die dat met een uitgestreken gezicht probeerde te zeggen maar een kleine grijns niet kon onderdrukken.
Draco stond op en liep in grote, vastberaden passen naar professor Kuipsma.
‘Professor?’
Kuipsma’s ogen werden groot van verbazing toen hij Draco zag: blijkbaar was hij niet gewend geweest dat een leerling zomaar midden in de les op hem afstapte.
‘Ja, meneer – eh ?’
‘Malfidus,’ zei Draco kortaf. ‘Ik wilde vragen of ik even naar de WC mocht gaan. Want Wemel daar heeft het litteken van Potter op mijn voorhoofd getekend.’
De rest van de klas lag in een deuk en professor Kuipsma fronste zijn voorhoofd.
‘Ik wilde eigenlijk – eh – net een documentaire gaan kijken.’
‘Ja dat weet ik ook wel! Maar mag ik nou naar de WC om dit ding eraf te wassen?’ vroeg Draco, die geërgerd naar het litteken op zijn voorhoofd wees.
‘Nou, meneer Malfidus,’ brieste professor Kuipsma. ‘Laat ik even vermelden dat ik net met jullie naar een documentaire wou kijken, en niet naar uw voorhoofd! Ga nu zitten!’
De andere leerlingen lachtten weer en Draco liep met een nogal chagerijnig gezicht terug naar zijn tafel. Ron lag ondertussen helemaal in een deuk.
‘Ik ben blij dat we deze idioot maar tijdelijk hebben,’ bromde Draco, en Hermelien giechelde.
De rest van de les keken ze naar een oersaai Dreuzel programma, waarin mensen beweerden dat ze ‘magische voortekenen’ konden aflezen aan de sterren. Ron had ongeveer tienduizend keer gegaapt en Draco had de rest van de les bijgehouden op een papiertje hoevaak meneer Kuipsma ‘eh’ zei, als hij de film weer eens stopzette om een uitleg te geven over wat ze zojuist gezien hadden. Na lange leste ging de schoolbel, en Draco was blij dat hij weer naar buiten kon. Hij pakte Hermeliens hand vast en trok haar mee door de menigte. Hij moest haar namelijk nog wat zeggen… ondertussen keek Hermelien hem vragend aan.
‘Draco?’ vroeg ze. ‘Is er wat?’
‘Ja,’ zei Draco. ‘Kom, laten we hier even zitten.’
Ze waren nu op de binnenplaats beland, en Draco wees op het dichtstbijzijnde bankje.
‘Hermelien. Er is iets wat ik je moet vertellen.’
Draco wachtte totdat Hermelien iets zou zeggen, maar toen dat niet kwam vervolgde Draco: ‘Ik ga dit weekend van Zweinstein af. Ik ga naar het Grimboudplein.’
‘Naar het Grimboudplein?’ vroeg Hermelien beduusd. ‘Maar daar zou je toch pas naar toegaan als dit schooljaar afgelopen was?’
‘Ja, oorspronkelijk wel,’ zei Draco toegevend. ‘Maar het leek Perkamentus veel beter om me er nu naartoe te laten gaan…’
‘Waarom dat?’ vroeg Hermelien. Het was duidelijk dat ze Perkamentus’ bedoelingen niet echt snapte.
‘Perkamentus dacht dat Zweinstein me teveel aan mijn vader liet herinneren…’ mompelde Draco.
Hermelien keek hem meelevend aan. Draco wist wel hoe dat kwam, dit was de eerste keer dat hij weer over zijn vader sprak in haar bijzijn.
‘Maar zo voel ik het helemaal niet!’ zei Draco snel.
‘Maar waarom blijf je dan niet gewoon hier? We hoeven nog maar een paar weken naar school… dan kan je toch beter je opleiding afmaken?’ zei Hermelien.
‘Ik – ik weet niet,’ zei Draco ontwijkend. ‘Ik denk dat ik maar gewoon doe wat Perkamentus zegt…’
Hij keek Hermelien aan: ze zag er nogal verdrietig uit.
‘Kop op,’ zei Draco opbeurend, en hij sloeg zijn arm om haar schouder. ‘Ik ben maar drie weken weg. Daarna ben jij ook van school af en mag je zovaak komen als je wilt.’
‘Ja… maar toch,’ zei Hermelien gesmoord. Draco drukte haar nog steviger tegen zich aan.
‘Ik ga jou die paar weken ook heel erg missen,’ zei hij, en hij gaf haar een kus op haar wang. ‘Maar het duurt echt niet zo lang als je denkt… Volgende week heb je je examens, en de weken daarna zijn zo voorbij.’
Hermelien keek hem aan en tot zijn opluchting glimlachte ze.
‘Ik hou van je,’ zei ze zacht.
‘Ik hou ook van jou,’ zei Draco.
Hij streek haar haren uit haar gezicht en zoende haar vervolgens vol op de mond.




Oeps... Ik ben vergeten hem dat litteken van zijn hoofd te laten halen Mad Razz





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Sep 23, 2007 12:39 Terug naar boven Sla dit bericht op

‘Hierheen,’ zei Harry kortaf tegen Draco.
Draco zuchtte: hij was nu al een uur bezig met zijn hutkoffer door heel London te slepen. Waarom moest Perkamentus uitgerekend Harry sturen om hem te leiden naar zijn nieuwe huis? Draco had zich een stuk gemakkelijker gevoeld als Perkamentus hem gewoon naar het Grimboudplein had gebracht, of het liefst: Hermelien. Maar het mocht weer eens niet zo zijn. Draco was zo in gedachten verzonken geweest dat hij, kennelijk tot Harry’s ergernis, het metro-station voorbij was gelopen.
‘Hé, Malfidus! Idioot!’ blafte Harry. ‘Je moet hierheen!’
‘Potter,’ zei Draco minachtend. ‘Laat ik even vermelden dat jij hier de enige idioot bent.’
Harry keek hem vernietigend aan, maar baande zich daarna een weg door de enorme Dreuzelmenigte. Verveeld sleepte Draco zijn koffer mee en liep achter Harry aan. Sommige mensen keken uiterst afkeurend naar hem, wat ook wel niet zo vreemd was, want Draco had zijn uil Boudrich meegenomen. Zijn uil krastte vrolijk in zijn kooi, en sommige mensen waren dingen aan het mompelen over ‘illegale dierenhandel…’.
‘Pak aan,’ zei Harry, die Draco zijn kaartje voor de metro gaf.
Ongelovig keek Draco naar de handeling die Harry uitvoerde. Er was daar een of ander apparaat – Draco wist niet hoe dat ding heette – en Harry stak daar zijn kaartje in. En tot Draco’s afgrijzen verdween dat kaartje gewoon! Verbouwereerd keek hij naar het apparaat. Slikte dat ding gewoon je kaartje in? Hij vond het maar raar… Kennelijk hielp het wel, want vervolgens liep Harry door de draaihekken naar de andere kant van het station. Draco besloot precies hetzelfde als Harry te doen. Voorzichtig stak hij zijn kaartje in de opening en hij slaakte een kreetje van verbazing toen het apparaat het kaartje weer inslikte. Vervolgens liep Draco door de draaihekken en het viel hem op dat het kaartje er aan de andere kant weer uit was gekomen.
‘Waanzinnig,’ mompelde hij, terwijl hij zijn kaartje weer vast nam.
‘Kom je nog?’ vroeg Harry ongeduldig.
‘Jaja!’ zei Draco gepikeerd, terwijl hij zijn hutkoffer met zich mee trok.
Ze liepen het metro platform op een Draco keek nogal nerveus om zich heen. Die Dreuzels vonden het kennelijk de normaalste zaak van de wereld dat er enorme langwerpige dingen genaamd ‘metro’s’ langsreden, maar Draco vond het alleen maar angstaanjagend. Onwillekeurig vroeg Draco zich af hoe Hermelien was opgegroeid in de Dreuzel wereld en het schoot hem toen te binnen dat hij daar nooit eens naar gevraagd had.
‘Deze moeten we hebben,’ zei Harry, die op een net gearriveerde metro wees. Achteloos stapte Harry in, terwijl een koele vrouwenstem door een speaker zei: ‘Please, mind the gab.’
Voorzichtig stapte Draco de metro binnen (hij lette zorgvuldig op de opening die zat tussen het platform en de ingang van de metro) en keek om zich heen. Het had eigenlijk wel een klein beetje weg van de trein die naar Zweinstein reed. Er waren ongelofelijk veel zitplaatsen die ingenomen werden door Dreuzels die glazig voor zich uitstaarden of een krantje opengeslagen hadden. Harry porde hem in zijn rug.
‘Kom op! Zitten!’ zei hij geagiteerd.
Draco baande zich een weg naar een coupé achterin. Sommige mensen maakten verontwaardigde geluidjes toen hij langskwam met zijn hutkoffer en bijna over hun tenen reed. Uiteindelijk vond hij een plaats achterin en nam hij tegenover Harry plaats. Harry keek hardnekkig de andere kant op en Draco deed precies hetzelfde. In plaats van naar Harry te kijken bestudeerde hij de Dreuzels die de andere zitplaatsen in beslag namen. Hij zag een meisje die wel een hele vreemde outfit aan had: Ze had een heel kort rokje, sokken tot aan haar knieën en haar haren waren knalgroen. Ook had ze een ringetje in haar neus en in haar oren zaten een soort van oordopjes waar kennelijk muziek uit kwam. Draco huiverde. Hij vroeg zich heel even af of elk Dreuzelmeisje er zo uit zou zien, maar bedacht zich toen dat Hermelien er dodelijk normaal uitzag.
‘This is Westminster. Please, mind the gab,’ zei de koele vrouwenstem weer, terwijl ze aankwamen bij een ander station. Het viel Draco op dat bij dit station heel veel toeristen uitstapten.
‘Het station hierna moeten wij eruit,’ mompelde Harry tegen Draco.
Draco gaf een knikje naar hem en keek zenuwachtig hoe andere mensen de metro weer instapten.
‘This is Waterloo. Please, mind the gab.’
Meteen pakte Draco zijn hutkoffer vast en ging zo snel mogelijk de metro uit. Hij sprong behendig over de opening en ging samen met Harry de roltrap op.
‘Deze dingen vind ik ook al zo vreemd,’ zei Draco, die gebiologeerd naar de trap keek, die hem automatisch naar boven bracht.
‘Ja, alles leuk en aardig,’ zei Harry afwezig. ‘Maar kan je lezen? Je moet aan de rechterkant gaan staan!’
‘Waarom?’ vroeg Draco verbluft.
‘Omdat mensen die haast hebben dan langs je kunnen lopen,’ zei Harry gedecideerd, alsof hij uitlegte dat een plus een twee was.
Ze liepen het metro station uit en meteen werden ze meegevoerd door de gebruikelijke drukke menigte in London.
‘Nog een paar straten verder,’ zei Harry verveeld. ‘Het is hier ergens in een achterwijk.’
Ze sloegen een troosteloze wijk in en Draco keek walgend om zich heen. Moest hij hier nu gaan wonen? Overal op de straat lag rommel en aan de hoeken van verschillende straten stonden jongeren van een jaar of vijftien in groepjes te roken. Draco wierp een achterdochtige blik op een jongen, die haast liefdevol een sigaret gaf aan het meisje dat naast hem stond. Harry besteedde er echter geen aandacht aan en liep in ferme passen door. Ze sloegen een straat in en op een groezelig straatnaam bordje stond ‘Grimboudplein’.
‘Dus hier is het?’ vroeg Draco, die nogal schattend om zich heen keek.
Plotseling viel het hem op dat huis 11 en 13 er wel waren, maar 12 niet…
‘Maar waar is –‘
‘Kop dicht!’ zei Harry. ‘Denk aan nummer 12! Dan komt het wel.’
Denk aan nummer 12? Waar sloeg dat nou weer op? Onbewust dacht hij ook aan nummer 12, en hij zag toen tot zijn afgrijzen dat er plotseling iets rommelde tussen de huizen 11 en 13. Muren, ongelofelijk veel muren vormden zich tussen de twee huizen. Alsof er een opblaashuis werd neergezet. Een beetje nerveus keek Draco om zich heen. Had niemand het dan gemerkt? Harry’s gezicht vertrok echter geen een keer toen er zo plots een huis verscheen, alsof het de normaalste zaak was dat verborgen huizen wel weer eens opdoken. Met een uitgestreken gezicht deed hij de deur open, waarvan de klopper de vorm had van een slang, en liep naar binnen. Behoedzaam volgde Draco hem.
Hij werd al meteen teleurgesteld door wat hij zag: het was een sobere, naargeestige gang en er waren om onverklaarbare redenen gordijnen gedrapeerd over de muren. Stilletjes, alsof hij in een huis was gekomen waar iemand op sterven lag, liep Draco naar binnen. Hij zag de deur aan het einde van de gang op een kier staan en dacht dat Harry daar waarschijnlijk te vinden was. Hij liep naar binnen en was in een nogal groezelige keuken terecht gekomen, dat net zo naargeestig aanvoelde als de smalle hal. Een beetje opgelaten zette hij zijn hutkoffer en de kooi van Boudrich neer.
‘Dus hier – eh – woonde je peetvader? De neef van mijn moeder?’ zei Draco een beetje zenuwachtig, terwijl hij zijn blik door de keuken liet gaan.
‘Nee, hier woonde Mister Bean,’ zei Harry sarcastisch, terwijl hij met zijn ogen rolde.
Draco beet op zijn lip en besloot er niet op in te gaan. Hij wist geen eens wie Mister Bean was, maar verontstelde dat het vast een of ander belachelijk persoon was.
‘Nou – eh,’ hakkelde hij. ‘Dan breng ik mijn spullen wel naar boven.’
‘Veel plezier,’ zei Harry droog.
Draco zeulde zijn hutkoffer mee naar boven en kwam op een troosteloze overloop terecht. Tot zijn afschuw zag hij een plateau met allemaal afgehakte elfenkoppen erop.
‘Hoe walgelijk!’ zei Draco tegen zichzelf.
Hij liep de dichtstbijzijnde slaapkamer in en gooide daar zijn hutkoffer neer. Hij keek om zich heen. Opzich geen eens een verschrikkelijke kamer, alleen een beetje kaal. Hij kon er beter wat ophangen. Wel, dat kon hij een andere keer wel doen. Hij ging naar beneden en zag dat Harry daar aan het rommelen was in de keuken.
‘Eindelijk,’ zei Harry, toen hij Draco zag. ‘Luister, er zijn nog wat dingen die ik moet doen en –‘
‘Ga je weg?’ vroeg Draco hoopvol.
‘Nu wel,’ bromde Harry. ‘Maar dat betekend niet dat ik ook nooit meer kom kijken hier.’
‘Maar ik wil je hier niet hebben, Potter!’ snauwde Draco.
‘Toevallig staat dit huis nog steeds onder mijn naam,’ zei Harry koeltjes.
Draco balde zijn vuisten. Hier kon hij natuurlijk weer niks tegen inbrengen.
‘Ik ga nu,’ zei Harry, terwijl hij zijn jas weer aantrok. ‘Ik hoop dat je veel plezier hebt.’
‘Ik heb in ieder geval een stuk meer plezier als jij weg bent!’ mopperde Draco. ‘Opgerot nu!’
Hij ging Harry voor naar de voordeur en sloeg het met een klap achter Harry dicht. Zo, was die gek ook weer opgerot…
Na een paar minuten merkte hij echter dat hij zich zo troosteloos en ellendig voelde in dit huis dat hij zelfs het gezelschap van Harry gewaardeerd had. In sommige kamers had hij zelfs het gevoel dat zijn vader door de kieren van het huis naar hem gluurde… Labiel natuurlijk. Maar toch, Draco voelde zich er niet prettig. Het zou een stuk leuker geweest zijn als Hermelien hier was. Maar hij moest hier blijven, want anders liep hij gevaar om ontdekt te worden door de Dooddoeners. Het was noodzakelijk.


Oké, even een persoonlijk vraagje aan de lezers. Ik wil gewoon weten of jullie dit weten, hahah Razz. Ik heb namelijk Latijn op school, en ik ben vast niet de enige, dus... weet iemand van jullie wat 'Allius' betekend? Lijkt me wel grappig als het andere mensen ook is opgevallen.





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Vr Sep 28, 2007 19:24 Terug naar boven Sla dit bericht op

Goed... leuk weetje. Hoe kwam ik op de naam Devon Allius? Allius betekend in het Latijn 'anders', en Devon heb ik eigenlijk een beetje afgeleid van Devil, duivel dus. Het leek me wel een duistere naam, en het paste ook best wel bij het karakter. Hahah, maar genoeg over dit.
Nog bedankt voor al jullie berichtjes! Het zorgt er echt voor dat ik doorschrijf aan dit verhaal. Ik zal alvast iets zeggen over wat er op dit moment in mijn hoofd speelt... Het verhaal zal over een paar stukjes voor nu klaar zijn, maar, ik heb al een vervolg in mijn gedachte! Alleen, ik heb het vervolg echter zo uitgedacht dat ik het ook in een nieuw topic kan zetten, zodat mensen die dit verhaal niet hebben gelezen het ook kunnen lezen. Want het vervolg zal heel anders zijn en dus niet afhankelijk van de dingen die in dit deel van het verhaal zijn gebeurd.
Maar nu het stukje!


Hermelien,

Ik ben gister geweest naar de begrafenis van mijn vader. De orde heeft weten te voorkomen dat zijn lichaam in de handen is gekomen van de Dooddoeners, dus kon mijn moeder een normale begrafenis voor onze familie regelen. Mijn moeder was helemaal in tranen, maar ze had ook tegen me gezegd dat dit eigenlijk de start is van iets goeds, geen onderdrukking meer. Ik vond de begrafenis niet echt leuk. Dat vind ik van het Grimboudplein trouwens ook niet. De naam zegt het al: het is daar grimmig en naargeestig. Ik voel me niet prettig in dat huis. Potter was trouwens ongelofelijk irritant. Maar hoe gaat het met jou? En hoe is het met je examens gegaan? Schrijf me snel terug. Ik hoop dat ik je gauw weer zie.

Liefs,
Draco


Ondanks het feit dat de brief van een duidelijk ongelukkige Draco kwam glimlachte Hermelien. Kennelijk dacht hij veel aan haar. Ze gaf de uil van Draco een hapje van haar cornflakes en liet de brief lezen door Ron.
‘Ik kan me voorstellen dat hij zich rot voelt in dat huis!’ zei Ron, en er ging een rilling over hem heen. ‘Als er veel mensen zijn is het zo erg nog niet… maar we weten allemaal dat Sirius daar ook haast wegkwijnde.’
‘Ach, hij zal snel gezelschap hebben,’ zei Hermelien verstrooid, terwijl ze wegdroomde bij de gedachte dat ze Draco binnenkort weer zou zien.
Plotseling klonk er aan de andere kant van de Zaal een luid geroezemoes. Geërgerd keek Hermelien op: elke keer als Harry de Grote Zaal binnenkwam konden mensen het niet laten om luidkeels over hem te praten. Snel en schichtig kwam Harry hun kant op gelopen, maar hij ging niet naast ze zitten. Hermelien zuchtte.
‘Sinds we hem duidelijk hebben gemaakt dat hij die avond behoorlijk verkeerd gehandeld heeft vertikt hij het om nog met ons te praten.’
Wij hebben duidelijk gemaakt?’ vroeg Ron ongelovig. ‘Jij zul je bedoelen! Ik sta er buiten!’
‘Maar hij negeert jou anders wel,’ zei Hermelien zuur. Plotseling viel het haar op dat Ron heel erg schuldbewust keek.
‘Ja – eh. Nou goed dan, ik heb dat onderwerp ook – eh – wel eens laten vallen.’
‘Dacht ik het niet!’ zei Hermelien geamuseerd.
‘Ik deed dat echt niet omdat ik het leuk vond hoor!’ zei Ron snel, maar zijn oren werden rood.
Plotseling werd het doodstil in de Zaal. Even keek Hermelien verbaasd om zich heen, maar toen besefte ze dat Perkamentus was opgestaan om wat te zeggen.
‘Alweer een jaar voorbij,’ zei Perkamentus formeel, met een stem die door de Zaal galmde.
Sommige mensen keken blij door dit nieuws, maar anderen keken elkaar juist treurig aan. Perkamentus glimlachte en spreidde zijn armen, alsof hij iedereen in de Zaal wou omhelzen.
‘Ik zou nog graag een paar laatste woorden willen zeggen, voordat jullie de trein terug naar huis nemen.’
Iedereen hield zijn adem in.
‘Wat heel belangrijk is om te onthouden, is dat Voldemort nu al weer een paar jaar actief is. Daarom blijf ik het herhalen: bundel jullie krachten! Alleen als we veel vriendschap en liefde blijven tonen zijn we Voldemort te slim af. Zijn talent om onenigheid te veroorzaken is groot. En daarom waarschuw ik jullie allemaal: wees eensgezind.’
Iedereen keek elkaar een beetje teleurgesteld aan. Zo eindigde het haast ieder jaar. Elke keer weer een preek over Voldemort. Ze wisten nu ook wel dat ze eensgezind moesten zijn.
‘Maar nu,’ zei professor Perkamentus, die weer formeel en zakelijk klonk. ‘Is het tijd om naar de trein te gaan en te genieten van een welverdiende zomervakantie.’
Er klonk een hoop gerommel in de Zaal, omdat iedereen op het punt stond die te verlaten. Veel mensen die Hermelien passeerden zeiden nog: ‘Tot ziens, Hermelien!’ ‘Fijne vakantie, misschien zien we elkaar nog eens! Ook al zitten we niet meer bij elkaar op school…’
Hermelien dacht er echter niet lang over na. Het feit dat ze Zweinstein nu nooit meer terug zou zien drong niet tot haar door. Het enige wat ze wilde was dat Draco niet meer alleen was.
Samen met Ron wrong ze zich door de menigte op het perron en ging gauw de trein in om een goede coupé te vinden. Al gauw kregen ze gezelschap van Loena Leeflang, Marcel Lubbermans en Ginny Wemel, en er werd veel gelachen onderweg naar London. Alleen Harry kwam nog steeds niet opdagen.
Eenmaal aangekomen in London haalde Hermelien haar hutkoffer uit de rekken en liep opgelaten de trein uit. Haar ouders stonden (zoals ze al verwacht had) niet te wachten op haar, want ze had hen een uil gestuurd dat ze later op de dag op eigen houtje naar ze toe zou komen. Glimlachend keek ze Ron aan, die naast haar was gaan staan op het perron.
‘Nou,’ begon Ron.
‘Ja,’ zei Hermelien. ‘We zien elkaar gauw weer, Ron. Beloofd.’
‘Mooi zo,’ zei Ron grijnzend.
Hermelien omhelsde Ron vriendschappelijk, en plotseling viel haar oog op meneer en mevrouw Wemel, die op het perron op hun jongste zoon en dochter wachtten.
‘Wacht,’ zei Hermelien resoluut. ‘Even nog je ouders gedag zeggen.’
Ze groette Rons ouders, en bleef nog heel even staan om een praatje te maken, maar daarna ging ze gauw op weg naar het Grimboudplein. Sommige mensen waren een klein beetje verontwaardigd dat Hermelien al zo snel vertrokken was, maar Hermelien vond dat er geen enkele reden was om nog langer op het perron te blijven. Ze besloot de metro te nemen en ze werd verscheidende keren nagestaard door mensen vanwege het feit dat ze zo een grote hutkoffer met zich meedroeg. Hermelien besteedde er nagenoeg geen aandacht aan en dacht aan het heugelijke moment dat ze Draco weer kon zien. Nog geen kwartier later liep ze door de grauwe straat waar zijn huis gevestigd was. Haar wangen waren haast rood van blijdschap toen ze met de klopper in de vorm van een slang op de deur klopte. Er klonken haastige voetstappen achter de deur, die twee seconden later openvloog. Hermeliens grijns verdween echter als stinksap van haar gezicht toen ze zag wie er open had gedaan.





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Vr Sep 28, 2007 21:58 Terug naar boven Sla dit bericht op

‘Harry?’
De teleurstelling droop van Hermeliens stem.
‘Wat doe jij hier?’ vroeg Harry verbouwereerd.
‘Wat doe jij hier?’ vroeg Hermelien net zo verbouwereerd terug.
‘Ik?’ zei Harry achteloos. ‘Ik ben hier om het huis te ontruimen.’
Plotseling duizelde het Hermelien. Het huis ontruimen? Waar sloeg dat nou weer op?
‘Wat?’ zei Hermelien verward. ‘Hoezo dat? Waarom moet het ontruimd worden?’
‘Je kwam voor Draco toch?’ zei Harry resoluut.
Hermelien vond dat maar een overbodige vraag. Ze ging heus niet naar het Grimboudplein om Harry op te zoeken, terwijl hij haar de laatste weken helemaal niet meer had gesproken. En wat had Harry hier nou eigenlijk te zoeken? Draco dook hier toch onder?
‘Ja, wie anders?’ zei Hermelien bits.
‘Nou…’ begon Harry een beetje opgelaten. ‘Hermelien, Draco is naar een andere plek gegaan.’
Ongelovig staarde ze Harry aan. Maakte hij een grapje?
‘Naar een andere – klets niet uit je nek!’ zei Hermelien gepikeerd.
‘Ik spreek de waarheid!’ riep Harry uit.
‘Ga opzij!’ snauwde Hermelien. ‘Ik wil Draco nu zien!’
‘Dat kan niet,’ zei Harry koppig.
‘Waarom in Merlijns naam niet!’
‘Omdat hij weg is.’
Hermelien begon nu echt kwaad te worden. Harry nam haar gewoon in de maling, dat was duidelijk. Maar inplaats van te gaan schreeuwen probeerde ze rustig te blijven.
‘Harry, ik zeg het nu één keer: het is over met deze grap goed? Zeg me waar hij is.’
‘Goed! Ik zal het je zeggen!’ zei Harry, duidelijk boos omdat Hermelien hem niet geloofde. ‘Perkamentus heeft hem vanochtend opdracht gegeven om naar een Dreuzelhuis te verkassen en onder een schuilnaam te gaan leven!’
‘Wat? Is hij naar een ander huis? Waar! Ik ga er meteen heen!’ zei Hermelien opgewonden.
‘Dat – is niet de bedoeling,’ zei Harry ontwijkend.
‘Harry, dit wordt nu echt vervelend!’ zei Hermelien geërgerd.
‘Perkamentus heeft gezegd dat wij niet mochten weten waar hij heen ging! Voor zijn veiligheid, en voor onze veiligheid!’ zei Harry.
‘Dat slaat nergens op! Denkt Perkamentus nou echt dat contact tussen mij en Draco ons in gevaar kan brengen?’ riep Hermelien uit.
‘Blijkbaar wel,’ zei Harry verhit.
Verbijsterd staarde Hermelien hem aan. Was dit nou haar vriend? In het begin stemde hij de relatie juist toe, en nu…
‘Hermelien,’ zei Harry voorzichtig. ‘Kunnen we gewoon weer vrienden zijn?’
‘Nee!’ zei Hermelien zo hard dat Harry er van schrok. ‘Eerst wil ik weten waarom Draco of Perkamentus of jij dat niet aan mij verteld heeft!’
‘Draco hoorde het vanochtend pas, Perkamentus had het te druk en ik heb je de laatste tijd helemaal niet gezien of gesproken,’ somde Harry op.
‘Maar dat komt omdat jij niet meer met mij wilde praten,’ zei Hermelien verveeld.
‘Dat is niet waar!’ protesteerde Harry, maar Hermelien schudde haar hoofd.
‘Laat me alleen, Harry,’ zei Hermelien, en ze keerde hem de rug toe.
Als verblind liep ze het Grimboudplein uit, en liet een gekwetste Harry achter. Ze stak zonder aandacht te schenken aan de auto’s een drukke weg over, en een automobilist toeterde nog boos omdat ze helemaal niet had opgelet. Langzaam drong het tot haar door: als het aan Perkamentus lag, zou ze Draco nooit meer zien.





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Sep 29, 2007 11:10 Terug naar boven Sla dit bericht op

‘Hermelien? Meid, waar kom jij vandaan!’
Een verbaasde mevrouw Wemel had open gedaan toen Hermelien had aangeklopt. Hermelien beet op haar lip om te voorkomen dat ze abrupt in tranen uit zou barsten. Met haar hoofd gebogen zodat mevrouw Wemel haar gezicht niet kon zien liep ze naar binnen.
‘Hermelien?’ vroeg Mevrouw Wemel ongerust. ‘Is alles wel goed met je?’
‘Ja,’ zei Hermelien gedempt. ‘Ja – het – het gaat geweldig met me, dank u.’
Als verblind liep ze de rommelige, maar sfeervolle eetkamer in en reageerde nauwelijks op de begroetingen van de Wemels.
‘Ha, die Hermelien!’ zei Bill, een van de oudere broers van Ron. ‘Hoe is het ermee?’
‘Wel goed,’ zei Hermelien toonloos, en op dat moment kwamen Fred en George ook op haar afgelopen.
‘Hermelien!’ zei Fred joviaal.
‘Werkelijk mieters!’ voegde George eraan toe.
Onwillekeurig glimlachte Hermelien. Ze had Fred en George al heel lang niet gezien, maar desondanks bleef de tweeling altijd amusant.
‘Moet je kijken,’ zei Fred, en hij haalde een zilverachtige stof uit een doos die op de grond slingerde. ‘We hebben het geheim van de onzichtbaarheidsmantels gevonden!’
‘Ja,’ zei George. ‘En nu kun je die mantels gewoon in onze Fopshop kopen.’
‘Maar zijn die mantels niet heel erg duur?’ vroeg Hermelien onzeker.
‘Nu niet meer,’ zei Fred, en hij knipoogde. ‘Het werd altijd geheim gehouden door de maker hou onzichtbaarheidsmantels geproduceerd moesten worden –‘
‘– maar we hebben het ‘recept’ gevonden, oftewel, dat betekend dus dat ze nu hartstikke goedkoop worden!’
Hermelien wierp nog een bewonderende blik op de onzichtbaarheidsmantels, maar op dat moment kwam mevrouw Wemel binnen en er viel plots een akelige stilte.
‘Hermelien,’ zei mevrouw Wemel ernstig. ‘Ik wil dat je zegt wat er aan de hand is.’
Fred en George keken met open mond van Hermelien naar mevrouw Wemel, en Hermelien had het gevoel dat ze gek werd. Natuurlijk zouden de Wemels merken dat ze niet zomaar bij hen was komen aankloppen, maar om haar probleem nou achteloos op tafel te smijten tegenover hen…
Plotseling klonken er voetstappen op de trap en een behoorlijk vermoeide Ron Wemel kwam de eetkamer binnen gelopen. Hij verstijfde echter zijn pas toen hij Hermelien zag.
‘Hermelien!’ zei hij opgetogen. ‘Ben je toch gekomen!’
Hij keek eerst blij en opgelaten, maar toen hij Hermeliens gezicht zag keek hij toch een beetje argwanend.
‘Wat – wat is er?’ vroeg hij schaapachtig.
Hermelien kon zichzelf niet meer inhouden. Teneergeslagen plofte ze op een stoel en barstte in huilen uit. Mevrouw Wemel kwam meteen op haar afgelopen en sloeg een arm om haar heen.
‘Lieverd… Hermelien. Wat is er nou meid?’
‘Hij – hij is weg!’ snikte Hermelien.
‘Wie?’ zei Ron, die doodsbleek was. ‘Malfidus?’
De monden van Fred en George vielen open en Bill keek nogal bedenkelijk.
‘Malfidus?’ zei George verbouwereerd. ‘De zoon van die overleden Dooddoener? Die bij pa op het ministerie werkte?’
‘Jemig, je hebt toch niet met hem aangepapt?’ zei Fred walgend tegen Hermelien.
Mevrouw Wemel keek hen zuur aan.
‘Nog een opmerking en jullie gaan gelijk naar boven!’
‘We zijn meerderjarig!’ protesteerde George.
‘Ja! We beslissen zelf wel wat we doen!’ voegde Fred eraan toe.
Hermelien besefte zelf helemaal niks van de onenigheid in de eetkamer. Ze bleef maar aan Harry denken, die zei dat Draco vanochtend vertrokken was naar een plaats die zij niet mocht weten…
‘Draco is – hij is naar een ander verblijf gegaan!’ zei Hermelien, terwijl ze haar betraande ogen op Ron richtte.
‘Waarom?’ vroeg Ron verbluft.
‘Omdat Perkamentus zei dat dat voor zijn eigen veiligheid was!’ zei Hermelien hysterisch. ‘Maar nu mag ik hem helemaal niet meer zien!’
Ze sloeg haar handen voor haar gezicht, om haar behuilde wangen te verbergen en Ron keek een beetje merkwaardig: alsof hij stiekem een beetje blij was.
‘Maak je niet ongerust…’ suste mevrouw Wemel. ‘Het komt vast allemaal wel weer goed.’
Plotseling klonk echter de stem van Bill door de keuken.
‘Dat denk ik niet mam,’ zei hij op een neerslachtige toon. ‘Als Perkamentus niet wil dat Malfidus met nog iemand van de toverwereld contact houdt dan zal dat wel een hele serieuse reden hebben. Pas als Perkamentus bijdraait bestaat er een kans… ik wed dat alleen zijn moeder hem nog mag zien.’
Hermelien keek Bill vertwijfeld aan. Ze wist dat hij gelijk had, maar toch wilde ze het niet geloven. Ron wiegde zenuwachtig op en neer.
‘Als we nou gewoon – eh – iets gezelligs gaan doen,’ begon Ron schuchter.
‘Ja, dat is een goed idee,’ zei mevrouw Wemel resoluut, en ze liet Hermelien los. ‘Ik zal wat thee zetten en – Bill, wil jij de koektrommel pakken?’
Bill knikte en stond op, terwijl Ron naast Hermelien ging zitten.
‘Van wie heb je eigenlijk gehoord dat Malfidus is weggegaan?’ vroeg hij quasi-nonchalant.
‘Van Harry,’ zei Hermelien eerlijk.
Ron verbleekte, en vervolgens vertelde Hermelien aan hem dat ze naar het Grimboudplein was gegaan, en dat Harry had opengedaan in plaats van Draco.
‘Maar wat deed hij daar in dat huis!’ zei Ron verontwaardigd.
‘Ik weet niet – o ja, hij zei dat hij hielp met ontruimen ofzo,’ zei Hermelien afwezig. ‘Toen besefte ik al dat er iets niet in de haak was.’
Mevrouw Wemel kwam aangelopen met een pot thee.
‘Hadden jullie het over Harry?’ vroeg ze nieuwsgierig. ‘Ron, wanneer komt die lieve schat hier eigenlijk weer logeren? Gut, ik heb hem al zo lang niet meer gezien…’
‘Eh… ik zie wel,’ zei Ron ontwijkend, en hij pakte snel een koekje.
‘Denk je dat Harry nu alles gaat doen om v – Voldemort te verslaan?’ hakkelde Hermelien.
‘Ja, ik denk van wel,’ mompelde Ron. ‘Maar ik ga hem niet helpen als hij zo blijft doen!’
‘Hij vroeg aan mij of we gewoon weer samen konden optrekken,’ zei Hermelien. ‘Maar ik was eigenlijk te veel van slag om daar op te reageren…’
Ron snoof, en Hermelien voelde zich plotseling schuldig dat ze zo kortaf tegen Harry was geweest. Maar aan de andere kant, het was Harry’s eigen keuze om haar al die tijd zo te negeren, en daar wilde zij ook excuses voor hebben. Ze hield zichzelf koppig voor dat het Harry’s schuld was, en dat voelde goed: nu had ze tenminste iemand om de blaam op af te schuiven.
‘Ze zoeken nog steeds naar Sneep,’ zei Bill, die de Profeet opengeslagen had. ‘Ze denken dat hij ergens in London uithangt.’
Hermeliens hart ging sneller kloppen.
‘In London?’ zei ze ongerust. ‘Maar daar is Draco ook! We moeten hem helpen! Hij kan daar niet blijven! Hij is –‘
‘Hermelien,’ zei Ron streng. ‘Perkamentus wil niet dat jullie nog wat met elkaar te maken hebben. En als hij onder Perkamentus hoede staat, weet ik haast zeker dat hij veilig is.’
Er viel een gespannen stilte in de keuken. Mevrouw Wemel, die net nog haar tanden in een koekje had willen zetten, legde het koekje weer bedachtzaam neer.
‘Ik bedoel – als je eeuwig om hem blijft wenen komt er ook niks van, toch?’ zei Ron een beetje onzeker.
‘Je – je hebt gelijk,’ zei Hermelien. ‘Ik moet hem van me afzetten… hij is verleden tijd.’
Het deed haar pijn om die woorden te zeggen, alsof ze zojuist vergif in had genomen.
‘Precies,’ zei Ron laatdunkend. ‘Dus laten we het over iets anders hebben. Bill, zijn er nog andere nieuwtjes?’
Bill begon een lang verhaal over een ambtenaar van het ministerie die vermist zou zijn, maar Hermelien luisterde nauwelijks. Ze had zojuist aan Ron beloofd Draco van zich af te zetten. Maar hoe kon dat zonder erover te praten? Ze moest haar verdriet toch juist verwerken? En ze was bang dat ze nog eeuwen aan hem zou denken… Alsof hij haar brein beheerste.
De dagen daarna gingen tot haar opluchting echter al een stuk beter. Ze had veel lol met de Wemels, en ze dacht overdag nauwelijks nog aan Draco. De ergste momenten waren eigenlijk ’s avonds laat, als ze in bed lag. Het was dan zo stil dat ze haar gedachten niet kon dwingen om zich op iets anders te concentreren dan Draco. Voortdurend zag ze dat gezicht maar voor zich in haar dromen. In het begin leek haar droombeeld veel op de Draco die ze de laatste maanden gekend had, maar naarmate de week verstreek begon dat beeld veel meer op de Draco te lijken die haar de voorgaande jaren zo gepest had. Een schamper lachende Draco achtervolgde haar elke nacht, riep dingen vol haat en rancune en vuurde vijandelijke spreuken op haar af. In de laatste droom had hij zelfs een Dooddoenersmasker op.
‘Hier heb ik je Griffel!’ zei hij op een ijzige toon.
‘Kun – kunnen we er niet over praten?’ vroeg Hermelien angstig. Ze stond in de hoek van een koude, zwarte muur aangedrukt. Er was geen uitweg meer.
De grijze ogen die door de spleetjes van het masker naar haar staarden versmalden zich.
‘Ik praat niet met een modderbloedje. Kniel voor de dood, Griffel.’
De grote gedaante kwam op haar afgelopen en Hermelien keek doodsbang toe. Maar toen het moment daar eenmaal was schrok Hermelien zo abrupt wakker dat het leek alsof ze van een enorme hoogte was gevallen. Rillend trok ze haar deken op tot haar kin. Eerst wilde ze weer gaan slapen, maar toen bedacht ze zich dat ze dan zo weer terug zou kunnen vallen in haar droom.
Achteraf gezien had Ron gelijk gehad: ze moest Draco zien te vergeten.





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
miss louise
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 178 Sikkels
Woonplaats: Almere

miss louise is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Za Sep 29, 2007 19:24 Terug naar boven Sla dit bericht op

Laatste stukje mensen... Sad Maar treur niet, het heeft een open einde. And god will know what happends next...


‘Ron, ik heb er gewoon geen zin meer in!’
Hermelien en Ron zaten op de kamer van Fred en George. Ron, die net nog verdiept was geweest in een boek over Zwerkbal, keek vertwijfeld op.
‘Waar heb je geen zin meer in?’ vroeg hij niet-begrijpend.
‘Nou gewoon…’ mompelde Hermelien. ‘Ik heb geen zin meer in al dat gezeur, in alle mensen om me heen, in het leven!’
‘Kom op!’ lachte Ron. ‘Zo erg is het toch niet?’
‘Jawel,’ zei Hermelien zacht, terwijl ze op haar lip beet.
Plotseling voelde Hermelien tranen opkomen, en ze probeerde verwoed die weg te knipperen. Ron keek haar onderzoekend aan.
‘Zit je nu nog steeds met Malfidus?’
‘Malfidus?’ zei Hermelien resoluut. ‘Nee – nee, natuurlijk niet! Hij heeft er niks mee te maken! Ik meen het!’ voegde ze eraan toe toen ze Ron met opgetrokken wenkbrauwen zag kijken.
Hermelien wist zelf wel beter: ze had zojuist gelogen. Maar wat had het voor zin om te vertellen dat ze zich rot voelde over Draco? Juist, helemaal niks. En toch…
‘Goed dan, het heeft met Draco te maken,’ zuchtte Hermelien.
Ze wachtte op antwoord van Ron, maar dat kwam niet. Het was alsof Ron wilde wachten tot het moment dat Hermelien weer iets zou zeggen. Hermelien zag door haar ooghoeken dat Ron haar verwachtingsvol aanstaarde.
‘Maar soms heb ik gewoon het gevoel…’ begon Hermelien. Ron keek nu nog verwachtingsvoller. Plotseling wenste Hermelien vurig dat ze er niet over begonnen was, maar toch besloot ze maar door te praten, voor het geval dat Ron diep teleurgesteld zou zijn. ‘Ik heb gewoon het gevoel dat de toverwereld er voor zorgt dat ik me zo rot voel over Draco.’
‘Wat bedoel je daar nou weer mee?’ vroeg Ron verward.
Alles wat met toverkunst te maken heeft doet me aan hem denken!’ schoot Hermelien uit haar slof. ‘Alles!’
‘Maar toverkunst opzich heeft toch helemaal niks met Malfidus te maken?’ zei Ron bedachtzaam. ‘Ik snap echt niet wat je bedoe –‘
‘Laat maar,’ zei Hermelien snel. ‘Het was niet slim om dit aan je te vertellen. Ik – ik stel me aan. Ik haal me dingen in mijn hoofd, ik –‘
‘Nee,’ zei Ron zo prompt dat Hermelien gelijk stopte met praten. ‘Je haalt je geen dingen in je hoofd. Zeg gewoon wat je dwars zit, dat lucht op.’
Hermelien keek hem verbouwereerd aan. Dit soort dingen zou de Ron van vroeger toch nooit gezegd hebben. Maarja, Ron is natuurlijk ook net zoals iedereen volwassen geworden… Hermelien haalde even diep adem.
‘Soms heb ik echt het idee dat als ik de toverwereld uitban, dat ik me dan beter voel,’ zei ze vastberaden.
‘Maar waarom dan?’ vroeg Ron.
‘Dat is het probleem juist! Ik weet het niet!’ zei Hermelien gefrustreerd. ‘Ik voel alleen gewoon zo’n verlangen… gewoon om niks meer met deze wereld te maken te hebben! Een nieuw begin!’
‘Dus je wilt een Dreuzel worden?’ vroeg Ron verontwaardigd. ‘Hermelien – zie je dan niet in dat de toverwereld een veel betere plek is om te leven?’
‘Dat denk je alleen maar omdat je niks over de Dreuzelwereld weet!’ beet Hermelien hem toe. ‘Ik ben toevallig opgegroeid daar!’
Ron mompelde dat hij Dreuzels maar rare gozers vond.
‘Onzin!’ zei Hermelien. Haar handen trilden. Nu wist ze het zeker: ze wilde weg van de toverwereld. Ze zou naar haar ouders gaan, ze zou een Dreuzelstudie volgen, en niemand van de toverwereld zou ooit nog iets van haar horen… Dat leek een peilloos, maar opwindend idee. Ze had het gevoel dat ze dan alles achter zich kon laten…
‘Dus je wil echt stoppen met magie?’ zei Ron schuchter. Hij klonk behoorlijk ongerust en teleurgesteld. ‘Ik had nooit gedacht dat jij je zou bekeren, Hermelien…’
‘Mijn besluit staat vast,’ zei Hermelien kort maar krachtig.
‘Kan je er niet even over nadenken? Gewoon nog een paar dagen? Om te wennen aan het idee?’ probeerde Ron hoopvol.
‘Ik heb er al lang genoeg over nagedacht!’ zei Hermelien. ‘Ik heb dagen zitten piekeren! Ik wil gewoon niet meer, Ron! Snap dat dan!’
Er viel even een gespannen stilte.
‘Dat snap ik,’ zei Ron uiteindelijk. Hij keek Hermelien aan: zijn hoofd stond bloedserieus.
‘Je – dat snap je?’ vroeg Hermelien onzeker.
‘Ja.’
‘Dus… moet ik het doen?’
‘Je besluit stond toch vast?’ zei Ron terechtwijzend. ‘Waarom vraag je dan nu aan mij of je het moet doen of niet?’
‘Nee – ja – natuurlijk stond mijn besluit vast!’ zei Hermelien, die zich lichtelijk aangevallen voelde. ‘Maar gewoon – je bent mijn beste vriend – het is niet vreemd dat ik je om je mening vraag, toch?’
‘Nee, natuurlijk is dat niet vreemd,’ zei Ron, terwijl hij zwakjes naar Hermelien glimlachte.
‘Maar je gaat dus niet proberen om me tegen te houden?’ vroeg Hermelien, terwijl ze Ron schattend aankeek.
‘Nee,’ zei Ron. ‘Maar als jij gaat, dan ga ik ook.’
Wat?!’
Verbouwereerd staarde ze Ron aan. Wat zei hij nou weer?
‘Als jij naar de Dreuzelwereld gaat, dan ga ik met je mee,’ herhaalde Ron.
‘Echt?’ zei Hermelien, die ongemerkt heel erg vrolijk had geklonken. ‘Oh – Ron!’
Ze omhelsde hem, en Ron keek nogal ongemakkelijk.
‘Ja – nou – eh,’ hakkelde hij, terwijl hij Hermelien onhandig op haar rug klopte. ‘Je denkt toch niet dat ik je daar alleen laat? Ofzo?’
‘Ja, maar toch…’ mompelde Hermelien, die een grijns van hier tot ginder had. ‘Dus… je gaat definitief met mee?’
‘Definitief.’
‘En ik kan je niet op een andere gedachte brengen?’
‘Nee. Wil je dat dan?’
‘Nee, natuurlijk niet!’ zei Hermelien blij. Onwillekeurig vond ze het zo fijn dat Ron haar zou helpen. Iets in haar hoofd zei dat ze er dan toch niet alleen voor zou staan…
‘We vertrekken zo snel mogelijk,’ zei Ron zelfverzekerd. ‘Als jij je niet goed voelt in de toverwereld, kunnen we daar net zo goed zo snel mogelijk een einde aan maken.’
Hermelien lachte, en gaf Ron weer een dikke knuffel.
Ze ging weg… Ze zou definitief weggaan. Ze zou de toverwereld nooit meer terugzien, en ze zou nooit meer aan Draco hoeven denken. Hermelien was blij, maar wat ze niet besefte was dat een eerlijk stemmetje in haar hoofd aan haar vroeg: ‘Is dit wel de juiste keuze?’
Maar Hermelien merkte dat niet, ze had het veel te druk met fantaseren over de toekomst. Ze zou weggaan met Ron, en daar zou een nieuwe wereld voor haar open gaan…



En een nieuw verhaal.
Einde





_________________
Honden hebben een baas, katten hebben personeel
Profiel bekijkenStuur privébericht
Berichten van afgelopen:      


 Ga naar:   


Sla dit onderwerp op als textbestand

Volgende onderwerp
Vorige onderwerp
Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen in dit subforum
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Je mag je berichten niet bewerken in dit subforum
Je mag je berichten niet verwijderen in dit subforum
Je mag niet stemmen in polls in dit subforum



Powered by phpBB © 2001/3 phpBB Group :: FI Theme :: Tijden zijn in GMT + 1 uur :: Disclaimer