Harry Potter Forum index
Dit forum is gesloten. Bezoek nu de vernieuwde versie van HPF!
 Harry Potter Forum gesloten  •   Inloggen

 Het geluk zou komen Volgende onderwerp
Vorige onderwerp

Sla dit onderwerp op als textbestand
Auteur Bericht
NicoleD
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 168 Sikkels
Woonplaats: Grimmauld Place 12

NicoleD is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Zo Jul 27, 2008 20:20 Terug naar boven Sla dit bericht op

Mijn eerste Fanfiction. Het gaat over de wederopbouw na de tweede tovernaarsoorlog en speelt zich meteen na het einde van de DH af. Het eerste stukje is een klein deel van het laatste hoofdstuk. Dit is Zwart gemaakt. Gevolgd door een klein stukje door mij geschreven dat jullie nieuwsgierig moet maken. Wink Morgen komt het eerste hoofdstuk getiteld; De tranen. Veel leesplezier!

Het geluk zou komen, dacht Harry, maar op dit moment werd het nog verdrongen door uitputting. Het verdriet om de dood van Fred en Lupos en Tops sneed om de paar passen als een fysieke pijn door hem heen, maar hij voelde vooral een onbeschrijfelijke opluchting en het verlangen om heel lang te slapen. Maar eerst was hij een verklaring schuldig aan Ron en Hermelien, die hem altijd door dik en dun gesteund hadden. Ze verdienden het om de waarheid te horen. Hij beschreef uitvoerig wat hij in de Hersenpan had gezien en wat er in het Verboden Bos was gebeurd, maar voor ze uiting hadden kunnen geven aan hun verbijstering en ontzetting, waren ze op hun plaats van bestemming gearriveerd.
Sinds Harry’s laatste bezoek was de waterspuwer die de trap naar de werkkamer van het schoolhoofd bewaakte opzijgesmeten. Hij leunde schuin tegen de muur en maakte een nogal aangeslagen indruk. Harry vroeg zich af of de spuwer nog wel in staat zou zijn om wachtwoorden te onderscheiden.
‘Mogen we naar boven?’
‘Ga je gang,’ kreunde de spuwer.
Ze klommen over hem heen naar de wenteltrap die langzaam omhoogbewoog als een stenen roltrap. Boven aan de trap duwde Harry de deur open.
Hij ving even een glimp op van de stenen Hersenpan, die nog steeds op het bureau stond, en toen klonk er zo’n oorverdovend lawaai dat hij het uitschreeuwde. Hij dacht aan vervloekingen en teruggekeerde Dooddoeners en de wedergeboorte van Voldemort –
Maar het was applaus. Alle geschilderde schoolhoofden van Zweinstein gaven hem een staande ovatie: ze zwaaiden met hun hoeden en soms zelfs met hun pruiken, ze staken hun armen van de ene lijst in de andere om elkaar een hand te geven en ze dansten op de stoelen waarin ze waren afgebeeld. Dina Deuvekater huilde schaamteloos, Diederik Fanielje zwaaide met zijn spreektrompet en Firminus Nigellus riep met zijn hoge, schrille stem: ‘En laat vermeld worden dat ook Zwadderich zich niet onbetuigd heeft gelaten. Onze bijdrage mag niet vergeten worden!’
Maar Harry had alleen maar oog voor de man in het grootste portret, recht achter de stoel van het schoolhoofd. De tranen gleden onder het halfronde brilletje vandaan en drupten in de lange, zilvergrijze baard en de trots en dankbaarheid die hij uitstraalde was een even grote balsem voor Harry’s ziel als het lied van de feniks.
Na een tijdje stak Harry zijn handen op en zwegen de portretten eerbiedig. Ze droogden breed glimlachend hun ogen en wachtten gretig tot Harry iets zou zeggen. Harry richtte zijn woorden tot Perkamentus en koos ze buitengewoon zorgvuldig uit. Hij was uitgeput en zag scheel van de slaap, maar moest toch nog een laatste inspanning doen, een laatste keer om raad vragen.
‘Het voorwerp dat verborgen was in de Snaai heb ik in het Verboden Bos laten vallen,’ zei hij. ‘Ik weet niet precies waar, maar ik ben niet van plan om het te gaan zoeken. Bent u het daarmee eens?’
‘Helemaal, beste jongen,’ zei Perkamentus terwijl de overige portretten verbaasd en nieuwsgierig toekeken. ‘Een wijs en moedig besluit, maar ik had ook niet anders van je verwacht. Weet verder nog iemand waar je het hebt laten vallen?’
‘Nee, niemand,’ zei Harry en Perkamentus knikte tevreden.
‘Het erfstuk van Ignotus hou ik wel,’ zei Harry en Perkamentus glimlachte.
‘Natuurlijk, Harry. Dat is voor jou, tot jij het op jouw beurt weer doorgeeft!’
‘En dan hebben we dit nog.’
Harry hield de Zegevlier omhoog. Ron en Hermelien keken er zo eerbiedig naar dat het Harry zelfs in zijn versufte en uitgeputte staat opviel en een beetje schokte.
‘Ik wil hem niet,’ zei Harry
‘Wat?’ zei Ron. ‘Voel je je wel goed?’
‘Ik weet dat het een machtige stok is,’ zei Harry vermoeid. ‘Maar eigenlijk was ik gelukkiger met mijn oude stok, dus…’
Hij rommelde in het buideltje om zijn nek en haalde twee helften van de stok van hulst te voorschijn, die nog met een flinterdun stukje feniksveer aan elkaar vastzaten. Hermelien had gezegd dat hij te zwaar beschadigd was en niet meer gerepareerd kon worden. Harry wist alleen dat als dit niet zo werken, het inderdaad hopeloos was.
Hij legde de gebroken stok op het bureau van het schoolhoofd, tikte erop met de Zegevlier en zei: ‘Reparo.’
De twee helften versmolten weer met elkaar en rode vonken spoten uit de punt. Harry wist dat de reparatie geslaagd was. Hij pakte de stok van hulst en feniksveer en voelde een plotselinge warmte in zijn vingers, alsof zowel de stok als zijn hand blij waren dat ze met elkaar herenigd waren.
‘Ik leg de Zegevlier terug op de plaats waar hij vandaan kwam,’ zei Harry tegen Perkamentus, die hem met enorm veel genegenheid en bewondering aankeek. ‘Daar mag hij van mij blijven. Als ik een natuurlijke dood sterf, net als Ignotus, wordt de macht van de stok verbroken, nietwaar? Dan is de laatste eigenaar nooit overwonnen en is dat het einde van de Zegevlier.’
Perkamentus knikte en ze keken elkaar glimlachend aan.
‘Weet je het zeker?’ vroeg Ron met iets van verlangen in zijn stem en een blik op de Zegevlier.
‘Volgens mij heeft Harry gelijk,’ zei Hermelien zacht.
‘Die stok zorgt alleen maar voor ellende,’ zei Harry. ‘En eerlijk gezegd-‘ hij keerde de portretten de rug toe en dacht alleen nog maar aan het hemelbed dat op hem wachtte in de toren van Griffoendor. Hij vroeg zich af of Knijster hem daar een paar broodjes zou kunnen brengen. ‘-eerlijk gezegd heb ik voor de rest van mijn leven wel voldoende ellende meegemaakt.’


Ze liepen zwijgend naar de toren van Griffoendor. Overal in het kasteel was het een puinhoop. Maar verder liep er niemand door de gangen, iedereen was in de Grote zaal, in beslag genomen door hun verdriet. Het beklemmende gevoel in Harry’s maag door al dat verlies werd niet minder, maar juist groter bij iedere stap die hij nam. Eenmaal bij de Dikke Dame aangekomen, hoefde ze niet eens een wachtwoord te geven. De Dikke Dame was er niet eens en het portret stond open. Ze liepen zwijgend naar de slaapzalen, namen wat van de broodjes van Knijster en vielen als een blok in slaap.





_________________
'We kunnen hem nog redden -' Harry stribbelde uit alle macht tegen, maar Lupos liet niet los.
'Je kunt niets meer doen, Harry... niets... hij is weg.'
Profiel bekijkenStuur privébericht
NicoleD
Beginnend Tovenaar
Beginnend Tovenaar


Verdiend: 168 Sikkels
Woonplaats: Grimmauld Place 12

NicoleD is offline.  Afdelingslogo
BerichtGeplaatst: Ma Jul 28, 2008 7:11 Terug naar boven Sla dit bericht op

Hoofdstuk 1: De tranen

Enkele uren later werd Harry wakker, hij was niet echt uitgerust maar toch stapte hij uit bed. Ron lag ook al niet meer in zijn bed. Toen Harry de leerlingenkamer binnen liep zaten Ron en Hermelien tegen elkaar aan op de grond. Zo te zien hadden ze beide gehuild.
‘Zullen we naar de Grote zaal gaan?’ vroeg Harry ‘Je weet wel, iedereen helpen’
Ze knikten en liepen naar buiten. In het trappenhuis was het al weer een beetje opgeruimd. Iemand, Harry vermoede de Huiselfen, waren begonnen met de wederopbouw. Eenmaal aangekomen in de Grote Zaal zag Harry iets wat hij nog nooit gezien had; alle omgekomen mensen lagen in witte tombes, en ze leken allemaal een bepaald licht uit te stralen. De hele linkerkant van de Grote Zaal stond vol met prachtige witte tombes. Harry keek ernaar, maar voelde zich ongelofelijk ellendig. Hij wilde ze nog één keer zien, de mensen waarvan hij zo gehouden had. Hij liep naar de tombe waar Mevrouw Wemel zat, helemaal uitgeput. Fred lag er prachtig bij, het leek net of hij sliep. Het enige verschil was dat hij nooit meer wakker zou worden. Hij gaf een knuffel aan Mevrouw Wemel en liep naar twee tombes die iets verder op stonden. Er zat ook iemand naast, Andromeda Tops, met haar hoofd begraven in haar handen, en een kleine baby met turquoise blauw haar die zwijgend naar de tombes keek, naar zijn ouders keek.
‘Het spijt me,’ fluisterde Harry ‘het spijt me van Dora en Remus’
Ze tilde haar hoofd op en keek naar Harry. Hij schrok van haar gezicht, ze leek 20 jaar ouder dan de laatste keer dat Harry haar zag.
‘Het geeft niet kind, zo had Dora willen sterven, en ik heb de kleine Teddy nog’ Ze lachte flauwtjes, terwijl ze het kleine ventje aan keek.
‘Ze had helemaal niet willen sterven!’ flapte Harry eruit. ‘Niet net nadat ze Teddy had gekregen, niet nu ze samen was met Remus!’
‘Je hebt gelijk,’ zei Andromeda droevig. ‘Maar ze is nu weer samen met haar vader en met Remus’
Er viel een stilte, terwijl de tranen over het zoveel oudere gezicht van Andromeda Tops gleden. Ze keek nu naar Remus, waarvan haar dochter zoveel had gehouden. Harry keek ook naar hem. De beste vriend van zijn ouders, van Sirius. Met een schok besefte Harry dat alle Marauders waren gestorven. Alle vrienden van zijn ouders waren er ook niet meer. Harry voelde tranen in zijn ogen prikken, maar probeerde ze te verbergen voor Andromeda, hij wilde niet aan Andromeda laten merken dat hij ook op instorten stond, na al dat verlies.
‘Verberg je tranen niet Harry,’ fluisterde Andromeda plotseling en Harry keek haar weer aan. Ze had gelijk, het was niet goed om te doen alsof het je niks deed. Hij draaide zich om en zag dat Ron en Hermelien er ook bij waren komen staan.
‘Ga je mee naar buiten, we moeten een plek zoeken waar we iedereen een laatste rustplaats kunnen geven,’ zei Ron ‘en iedereen vind dat jij dat moet doen’
‘Waarom-?’ vroeg Harry maar hij kreeg al antwoord. Iedereen die in de grote zaal stond, keek hem aan en hij begreep waarom. Hij had er voor gezorgd dat het stopte, dat Voldemort was overleden. En toch had hij ook een schuldgevoel…
Ze liepen naar de eiken voordeuren. Maar Harry wist al een plek.
‘Naast de Tombe van Perkamentus,’ zei Harry en Ron en Hermelien keken hem aan.
‘Het kan wel,’ Piepte Hermelien ‘maar het is ook gewoon school en we kunnen toch moeilijk een heleboel tombes neer zetten’
‘Ik ben het met Harry eens,’ zei Ron ‘Ik bedoel, we zetten er wel een hek omheen ofzo, en ik weet zeker dat een heleboel op Zweinstein zouden willen rusten’
Eenmaal bij de Tombe van Perkamentus bedacht hij nog iets. Hij pakte de Zegevlier uit zijn broekzak en legde die weer bij Perkamentus. Het leek wel alsof hij lach te glimlachen, en Harry moest ook onwillekeurig glimlachen als hij naar het vredige gezicht keek van Albus Perkamentus keek.
‘Nou,’ zei Harry ‘Zullen we het dan maar morgen doen, je weet wel, de ceremonie’





_________________
'We kunnen hem nog redden -' Harry stribbelde uit alle macht tegen, maar Lupos liet niet los.
'Je kunt niets meer doen, Harry... niets... hij is weg.'
Profiel bekijkenStuur privébericht
Berichten van afgelopen:      


 Ga naar:   


Sla dit onderwerp op als textbestand

Volgende onderwerp
Vorige onderwerp
Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen in dit subforum
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Je mag je berichten niet bewerken in dit subforum
Je mag je berichten niet verwijderen in dit subforum
Je mag niet stemmen in polls in dit subforum



Powered by phpBB © 2001/3 phpBB Group :: FI Theme :: Tijden zijn in GMT + 1 uur :: Disclaimer