Geplaatst: za feb 26, 2011 17:41
Pfft. Sorry voor het lange wachten, lieve mensen. Maar school is werkelijk een hel. Ik heb nauwelijks tijd om de fanfics die hier online staan deftig te lezen, laat staan te schrijven. *fronst*
Maar het is me toch gelukt, dus post ik het even snel. Dank je trouwens allemaal voor de reviews van het kleine stukje dat ik hiervoor al gepost had! Het liedje dat ik hiervoor heb gebruikt is "Introducing Me" van Nick Jonas. Uit Camp Rock 2. Fout. Ik weet het. *zucht*
Geniet ervan, though!
Liefs,
Kell
1. Introducing me
De volgende ochtend sprong er een halvegare op het ongoddelijke uur van zeven op mijn bed. Ik reageerde op de gepaste manier en gromde dat die persoon moest maken dat hij of zij van mijn bed af was. Natuurlijk was het niet al te duidelijk geformuleerd, maar over het algemeen was ik vrij tevreden over het resultaat. Natuurlijk, totdat ik een kussen tegen mijn achterhoofd aangezwierd kreeg. "Laat me," mompelde ik, alhoewel het er eerder uitkwam als "la me". Ja, ik sta soms ook echt versteld van mijn grammaticale genialiteit zo vroeg in de ochtend. Op een ongoddelijk uur. Met een kussen dat hardnekkig tegen mijn achterhoofd bleef vliegen. Ik greep het vast en hield het tegen mijn hoofd gedrukt, zodat ik nog enkele seconden van de gelukzalige stilte kon genieten. Ik probeerde opnieuw de slaap te vatten, maar het mocht niet baten. "WAT?" schreeuwde ik dan ook op een gegeven moment, nadat ik het kussen van me af had gegooid, tegen het meest irritante dat ik die ochtend al had gezien. "Jezus, Arií«lla. Mensen proberen te slapen hier." Ze rolde met haar ogen en speelde ondeugend met een lok van haar haar. "Slapen moet je doen als het donker is." Ik trok een wenkbrauw op en staarde haar enkel aan. Ze wees naar het raam en keek me met een d'oh blik aan. Ik gromde wat en schudde met mijn hoofd, terwijl ik mezelf uit mijn bed hees.
Het is niet makkelijk om gillend doorheen heel Zweinstein te rennen. Laat staan krijsend dat je iemands wenkbrauwen af zijn gezicht zou rukken en diens geslachtsorganen onklaar zou maken... Maar dat was precies wat ik deed. Ik rende vloekend en tierend voorbij starende heksen en tovenaars, totdat ik de Dikke Dame had bereikt. "Ga open!" schreeuwde ik haar toe. "Tsk, tsk. Ik wist niet dat de Huffelpuffers tegenwoordig zo weinig fatsoen hadden." Ze bekeek mijn haar met een afkeurende blik, waardoor ik tandenknarste. "Je weet dat ik je niet kan binnenlaten," ging ze nadien verder. "Alleen Griffoendors." Ik schudde mijn hoofd en veegde het groene haar uit mijn ogen. "Lieve Dame," probeerde ik opnieuw, mijn woede nauwelijks onder controle houdend. Als ze niet zou opengaan, zou ik zo'n herrie maken dat heel Zweinstein aan zou komen hollen. "Wil u me alsjeblieft de tijdelijke toegang verschaffen tot uw goddelijke afdeling?" Het antwoord was kort en nogal bruusk. "Nee." "Maar-" "En zelfs al zou ik de toestemming mogen geven, zou ik hem nog niet aan jou geven, lieve kind. Hoe zie je er ook uit." Ze bekeek mijn uniform met duidelijke afkeuring op haar gezicht. "Maar," probeerde ik nog eens en werd opnieuw onderbroken. "Iedereen weet dat roze veters in groene schoenen niet gaan. Noch zijn oranje kousen met paarse bollen op school toegestaan. En dat haar. Als je al iets zoekt om je kleding op aan te passen, dan toch zeker niet je haar? Paars haar, nog nooit heb ik in mijn leven zoiets gezien." "Dame," siste ik met gebalde vuisten, maar ze ging onverbiddelijk verder. "En wat is er in godsnaam mis met je neus, lieverd? Misschien moet je toch maar eens een pincet aanschaffen? Dan kan je tevens ook je wenkbrauwen doen?" Ik was ontzettend trots dat ik mijn neiging tot grommen had onderdrukt. "Dikke Dame, laat me binnen." "Dat kan ik simpelweg niet maken. Waarom ga je niet naar je eigen Afdeling, vraag je een pincet aan één van je vriendinnen, als die al niet gillend wegrennen tenminste, en verkleed je je snel even?" "Dat gaat niet," gilde ik, toen het laatste beetje van mijn geduld opgebruikt was. "Al mijn kleren zien er zo uit! En ik krijg de spreuk niet ongedaan!" "Zou jij ook niet beter aan de pillen gaan?" wilde een stem van me weten, terwijl het portretgat openzwaaide. "We konden je zoetgevooisde stem tot in onze Slaapzalen horen." "Rot op," gromde ik, terwijl ik met grote passen op Sirius Zwarts afstapte. "Klinkt ze niet als een banshee, Gaffel?" Ik balde mijn vuisten opnieuw, klaar om hem in zijn gezicht te slaan als dat moest. James Potter, de knappere van de twee als je het mij vroeg, gaf me een knipoog die me enkel kwader maakte. "Inderdaad, Sluipvoet. Zo klinkt ze." Kon hij nog een groter schoothondje zijn? Mijn vuist schoot uit, maar die verrekte Zwarts wist nog net op tijd weg te springen. "Oh en misschien moeten we je ook ineens op zelfbeheersinglessen sturen." Zwarts' stem klonk arrogant en zo tevreden met zichzelf dat ik plotseling meer wilde doen dan zijn geslachtsdelen onklaar maken. "Laat haar toch met rust, Sirius," verzuchtte een vermoeide stem, waarop een jongensachtige giechel volgde. "Ik vind het anders wel grappig, Remus." "Daar twijfel ik niet aan, Peter. Maar je helpt de zaak hier nou niet bepaald vooruit, of wel?" Peter, een gezet jongentje met lichtbruin haar, een grote neus en een vettige huid, haalde zijn schouders op. "Ik denk dat ze het wel onder controle hebben." Hij leek zo onder de indruk dat ik me een kwispelend staartje aan zijn kont inbeeldde. Remus rolde met zijn ogen en gaf Peter een vermoeide blik, voordat hij zowel Potter als Zwarts aan hun T-shirts naar hem toetrok. Zwarts leek iets te willen zeggen, maar de blik die Remus hem gaf, legde hem meteen het zwijgen op. Ik voelde hoe een grijns op mijn gezicht kroop en wilde doodgraag iets treiterend zeggen, maar deed dat niet. Ik staarde daarentegen gebiologeerd naar Remus Lupos met zijn bruine haren, die ongetwijfeld als satijn zouden voelen, en zachte bruine ogen. Hij was breed gebouwd, maar niet gespierd zoals Potter en Zwarts. Ik was er honderd procent zeker van dat als hij je in zijn armen sloot je je warm en beschermd zou voelen. Terwijl ik bij Zwarts of Potter enkel op hun tenen zou willen gaan staan. Remus liet zijn achterlijke vrienden weer los en keek me met een glimlach aan en ik merkte hoe mijn hart een slag miste. "Sorry, Angéline." De haartjes op mijn armen stonden overeind toen mijn naam over zijn tong rolde. "Ze vielen meermaals op hun hoofd als baby." Hij hief zijn toverstok en voordat ik het wist, jeukte mijn neus. Mijn handen schoten lichtjes in paniek naar mijn gezicht, maar toen ik merkte dat mijn neus weer normaal was en mijn kleren weer hun juiste kleur kregen, kon ik een glimlach niet onderdrukken. "Dank je, Remus," knikte ik hem toe en wendde snel mijn blik af voordat ik opnieuw zou gaan stotteren. De laatste keer dat ik aan het stotteren sloeg, was een ervaring die niet voor herhaling vatbaar was. Daarom richtte ik me tot veiligere doelwitten. Zoals Zwarts. Die me met alwetende ogen opnam. Ik kreeg het plotseling benauwd. "Wat?" Zijn rechtermondhoek bewoog opwaarts. "Niets," deelde hij mee en wachtte totdat zijn vrienden al gepasseerd waren, voordat hij hen volgde en langs me streek. "Die spreuk diende om je innerlijke schoonheid te tonen, trouwens. Vandaar die grote, harige neus van je. Paste perfect." Ik balde mijn vuisten en draaide me om, zodat ik hem met een rood, woedend hoofd kon nastaren. "Dit is oorlog, Zwarts!" Hij wierp me een knipoog over zijn schouder toe. "Je komt maar af, wanneer je klaar bent, schat." Ik staarde hem, dankzij die knipoog, in horror na. Had hij nou echt naar me geknipoogd? Het lef van sommige mensen, dacht ik pissig. "Lieverd, als je klaar bent met je drama," begon de Dikke Dame op de liefste toon die haar irritante stem haar toestond, "gelieve dan elders te staan fronsen. Ik zou niet willen dat mijn vrienden me niet meer komen bezoeken omdat je hen angst aanjaagt. En nog een kleine tip, liefje, als je niet wil dat een man doorheeft dat je wil dat hij je het hof maakt, moet je hem misschien niet zo aanstaren." Ik gaf haar een vuile blik en draaide me om, richting de Grote Zaal. De reden waarom mensen de Dikke Dame niet bezochten, had geheel niets met mij te maken, dacht ik geí¯rriteerd. Maar met haar ongevraagd advies. Ik aarzelde even voordat ik de Grote Zaal betrad. Zodra ik naar binnen ging, zou ik mijn zorgen en verliefdheid tijdelijk buiten laten, zodat ik op zijn minst onbezorgd kon eten en ze later weer kon oppikken als ik daar zin in had. Met een knik naar mezelf besloot ik dat te doen en liep ik door de deuren heen. Als het allemaal maar zo simpel was geweest.
_________________
"Oh, look at that, he's heard of me. My fame grows." -Puck
Ex hox momento pended aeternitas. Aan dit ogenblik hangt de eeuwigheid.
|