Auteur |
Bericht |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Mrt 18, 2005 17:29 |
 |
Hoofdstuk 16. Het diner
Anne zat stilletjes in de hoek van haar afdelingskamer.
Draco was degene die als eerste de snaai had. Ze kon het nog steeds maar moeilijk geloven.
Een groot gedeelte van de afdelingskamer was aan het feesten vanwege het feit dat ze toch gewonnen hadden.
Anne probeerde er zover mogelijk uit de buurt te blijven. Ze wist dat Draco na de wedstrijd naar de ziekenzaal was vervoerd en hoewel ze natuurlijk hoopte dat het niets ernstigs was en dat hij er snel weer weg mocht, was er ook een klein gedeelte van haar dat hoopte dat hij er vanavond nog zou zijn zodat ze niet aan de Zwadderich tafel hoefde te zitten.
Ze werd uit haar gedachten gehaald toen Hermelien op haar kwam afgelopen.
“Anne kom je mee, wij gaan naar het diner.”
“Ik denk dat ik maar hier blijf, ik heb niet zoveel honger”, zei Anne.
“Onzin”, zei Hermelien. “Je hebt de hele dag al bijna niets gegeten. Weet je wel hoe belangrijk het is dat je goed eet. Ik las pas in het boek ‘Tovenaars en hun maaltijden’ hoe ziek je kunt worden als je niet goed eet.”
Anne zuchtte.
Ze had echt geen zin om nu een hele preek te krijgen van Hermelien over hoe belangrijk het was om goed te eten. De kans dat ze onder het diner uit zou komen was heel erg klein. Ze kon dus maar beter gewoon vrijwillig meegaan. Ze stond op.
“Oké, oké, ik ga al mee.”
Samen met Harry, Ron en Hermelien liep ze naar de grote zaal. Harry mocht al snel de ziekenzaal verlaten en de kans was groot dat ook Draco er niet te lang hoefde te blijven. Hoe dichter ze bij de grote zaal kwamen, hoe zenuwachtiger ze werd.
Misschien was hij hun weddenschap wel vergeten. Ze schudde haar hoofd. Hij moest wel heel hard gevallen zijn wilde hij dat vergeten zijn.
Langzaam liep ze de grote zaal binnen, maar ze zag nog geen spoor van Draco. Misschien kon ze gewoon snel iets aan de Griffoendor tafel eten en zorgen dat ze weer weg was voordat hij zou komen. Ze keek naar de Zwadderich tafel en zag tot haar geluk dat hij daar ook nog niet zat. Haar plan kon weleens goed werken.
Ze draaide zich om en liep naar de Griffoendor tafel. Ineens voelde ze een hand op haar schouder.
“Ben je soms verdwaald? De Zwadderich tafel is de andere kant op hoor.”
Ze draaide zich om en stond oog in oog met Draco.
“Ik.. uhm”, zei Anne.
“Je probeert er toch niet snel onderuit te komen hè?”
“Natuurlijk niet!”, zei Anne snel.
“Zullen we dan maar?”, zei Draco terwijl hij zijn hand uitstak.
Anne pakte zijn hand vast en samen liepen ze naar de Zwadderich tafel.
Harry, Ron en Hermelien keken vreemd op toen ze Anne ineens naar de Zwadderich tafel zagen lopen.
“Ik weet dat Anne en Malfidus weer bij elkaar zijn, maar moet zij nu ook al bij hem aan de tafel gaan eten?”, zei Ron met een verafschuwde blik.
De rest van de Griffoendor tafel die nog niet wist dat Anne en Draco weer bij elkaar waren keken ook vreemd op.
Aan de Zwadderich tafel ging het niet veel anders. Draco en Anne gingen naast elkaar zitten.
“Drakie wat doet zij hier?”, zei Patty terwijl ze naar Anne wees.
“Ze is zo blij dat Zwadderich het dit jaar voor elkaar heeft gekregen om als eerst de snaai te pakken dat ze het gezellig met ons komt vieren.”
Anne voelde zich niet op haar gemak. De hele tafel bleef haar vreemd aankijken en ze wenste dat ze gewoon aan de Griffoendor tafel zat in plaats van hier.
Draco merkte hoe iedereen Anne aanstaarde. Hij besloot om er nog maar niets van te zeggen en begon zijn bord vol te scheppen. Het viel hem op dat nog bijna niemand Anne beledigt had en hij vond het maar niets. Als ze iets zouden zeggen kon hij haar verdedigen en er iets tegen doen, maar die stilte die er nu was vertrouwde hij niet. Hij had het idee dat er ieder moment iets kon gaan gebeuren en hij had alleen geen idee wat. Hij zorgde ervoor dat hij zijn toverstok bij de hand had zodat hij kon ingrijpen als er iets gebeurde.
Hij keek zijn tafel nog eens goed rond. Niets wees erop dat er iets zou gebeuren. Langzaam begon hij te eten. Anne besloot ook maar wat op haar bord te scheppen.
“Anne, dit moet je ook echt eens proberen, het is heerlijk”, zei Patty op een suikerzoet toontje.
Anne keek op en zag dat Patty een schaaltje met saus vast had. Voorzichtig pakte ze het aan en deed een beetje van de saus op haar bord.
Draco zag het gebeuren en vertrouwde het maar niets. Patty was helemaal niet het type om zoiets te doen. Hij moest Anne waarschuwen.
Met wat lawaai gooide hij zijn lepel op de grond. Snel raapte hij het op en toen hij weer omhoogkwam zei hij zacht tegen Anne.
“Eet de saus niet, ik vertrouw het niet.”
Anne hoorde het en schrok. Zou Patty iets met de saus gedaan hebben?
Ze keek op naar Patty en die glimlachte terug. Ze besloot om maar naar Draco te luisteren en liet haar saus in het hoekje van haar bord liggen.
“Die Potter van jullie is toch niet zo geweldig hè? Hij kan nog niet eens de snaai pakken”, zei Patty.
Anne keek op en wilde Harry gaan verdedigen toen Draco wat zei.
“Maar dat is toch geen nieuws Patty, we wisten toch al dat Potter niets kon. Misschien moet hij eens aan een nieuwe bril denken, want volgens mij zag hij de snaai vandaag niet zo goed.”
Een groot gedeelte van de tafel begon te lachen.
“Waar hebben jullie het over, Harry is overal hartstikke goed in”, zei Anne boos.
“Ach, wat schattig. Het Griffoendoortje moet haar vriendjes weer verdedigen”, zei Patty.
Anne was erg boos, maar besloot om haar mond maar te houden. Ze kon dit gevecht aan de Zwadderich tafel toch niet winnen. Boos nam ze een grote hap eten van haar bord. Ze lette echter niet op wat ze opschepte en op haar vork zat ook een grote hoeveelheid saus. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Mrt 25, 2005 12:40 |
 |
Hoofdstuk 17. Girlpower
Draco zag nog net op tijd wat ze aan het doen was en stapte snel op haar voet. Als een reactie hierop liet Anne haar vork vallen vlak voordat het haar mond zou bereiken. Met een klap viel het terug op haar bord waardoor de etensresten in het rond vlogen en op haar kleding terecht kwamen.
Boos draaide ze zich naar Draco. Ze had wel een of andere streek verwacht, maar toch niet van hem. De hele tafel lachte omdat haar kleding nu zo onder het eten zat. Ze kon gewoon niet langer blijven zitten en boos en verdrietig liep ze de grote zaal uit.
Draco wilde opstaan om haar achterna te gaan tot hij werd teruggetrokken door een van de Zwadderaars.
“Waar ben je mee bezig? Een Griffoendor meenemen naar de Zwadderich tafel?”
“Dat gaat je niets aan”, snauwde Draco terug.
“Maar wat zouden je vader en de heer van het duister er wel niet van zeggen.”
Draco kreeg een gemene glimlach op zijn gezicht.
“Dat zal jij waarschijnlijk nooit weten, want vooralsnog ben ik de enige van onze afdeling die hem echt trouw is”, zei Draco terwijl hij over zijn arm wreef waar het duistere teken onder verborgen zat. “Dus als je me nu wilt laten gaan, ik heb wel wat belangrijkers te doen dan naar jullie loze bedreigingen te luisteren”, en met die woorden stond hij op en liep de grote zaal uit.
Hij moest en zou Anne vinden. Hij had ook al een aardig idee over waar ze zou zijn: de Griffoendor afdelingskamer. Hij zuchtte en begon toch maar naar het portret van de dikke dame te lopen, waar hij wist dat de Griffoendor afdelingskamer zich bevond.
Die stomme afdelingsgenoten van hem ook. Als ze hem gewoon met rust hadden gelaten had hij haar misschien nog in kunnen halen.
Hij besloot in de buurt van de afdelingskamer te wachten totdat er iemand langs zou komen die hem het wachtwoord kon geven. Het moet zijn geluksdag geweest zijn want al snel kwam er een kleine eerstejaars de afdelingskamer uitgelopen. Draco liep snel op hem af.
“Hé, jij daar!”
Langzaam draaide de eerstejaars zich om en schrok toen hij Draco zag staan.
“Ik wil graag het wachtwoord weten van jullie afdelingskamer”, zei Draco met een angstaanjagende lach.
Maar zoals het bij een echte Griffoendor hoorde was de jongen niet van plan om Draco het wachtwoord te geven, hoe angstaanjagend hij er ook uitzag.
“Jammer dan”, zei de jongen terwijl hij Draco aankeek.
Stomme Griffoendor dapperheid, dacht Draco terwijl hij zijn toverstok tevoorschijn haalde en hem op de jongen richtte.
“Ik geloof niet dat je me helemaal goed begrepen hebt. Ik wil het wachtwoord van jullie afdelingskamer.”
Draco keek de jongen afwachtend aan, maar die zei niets.
“Ik ken nogal wat duistere spreuken en ik doe ze liever niet op jou. Oh nee, ik vergis me. Ik zou ze maar wat graag op jou uitproberen”, zei Draco met een grijns.
“Wat ben je aan het doen Malfidus?”, zei Harry.
“Ach natuurlijk, Potter komt ook weer langs”, zei Draco zonder zich om te draaien. “Helaas ben ik nu even bezig, deze jongen wilde me net jullie wachtwoord vertellen”, zei Draco terwijl hij zijn toverstok op de jongen gericht hield.
“Laat hem met rust Malfidus”, zei Harry.
“Maar Potter, wat schiet ik daar nu toch mee op?”
Harry knarste zijn tanden.
“Ik waarschuw je nog 1 keer Malfidus, ga bij die jongen vandaan.”
“Maar Potter, we hebben het net zo gezellig samen”, zei Draco.
Harry begon zijn zelfbeheersing zo langzamerhand te verliezen. Hij pakte zijn toverstok en richtte het op Draco’s rug.
“Dat zal ik maar niet doen als ik jou was Potter”, zei Draco rustig. “Je wilt toch niet dat deze onschuldige eerstejaars iets overkomt door jou toedoen?”
Harry luisterde niet naar de woorden van Draco en riep de eerste spreuk die in hem opkwam. Met een klap belande Draco tegen de muur. De eerstejaars maakte hier handig gebruik van door snel weg te rennen. Langzaam keek Draco weer op en greep naar zijn neus waar een beetje bloed uitliep.
“Dat had je beter niet kunnen doen Potter”, zei Draco terwijl hij zijn toverstok pakte.
Voordat hij echter een spreuk kon zeggen riep Harry de ontwapeningsspreuk waardoor zijn toverstok wegvloog.
“Nu je ongewapend bent heb je niet zo veel praatjes meer hè Malfidus?”
“Ach Potter, in een eerlijk gevecht had ik de vloer met je aangeveegd”, zei Draco.
Hierop begon Harry te lachen.
Hij merkte niet dat de afdelingskamer openging en Anne eruit kwam gelopen. Ze vroeg zich af waarom Harry, Ron en Hermelien zo lang wegbleven en besloot op zoek te gaan.
Toen ze Draco bebloed op de grond zag liggen wilde ze snel naar hem toe rennen. Ze werd boos toen ze zag dat Harry er gewoon bij stond te lachen. Boos liep ze op Harry af.
“Harry, heb jij dit gedaan?”, vroeg Anne.
Harry keek verwonderd op want hij had Anne niet horen aankomen.
“Eh ja, maar..”
Meer hoefde Anne niet te horen en ze sloeg hem hard in het gezicht. Toen Draco dit zag kon hij zichzelf niet helpen en begon te lachen. Anne liep op hem af.
“Dus je denkt dat dit grappig is?” zei Anne met opgetrokken wenkbrauw.
Draco had beter moeten weten na wat hij zonet gezien had, hij had moeten weten dat ze nog boos was. Maar al deze dingen kwamen op dat moment niet in hem op.
“Ja, het zag er erg leuk uit hoe jij Potter sloeg”, zei Draco met een grote lach.
“Eens kijken hoe leuk jij het dan vind”, zei Anne terwijl ze ook Draco een klap gaf. Boos en teleurgesteld liep ze weg. Ze wilde even alleen zijn om rustig na te denken. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Apr 01, 2005 11:21 |
 |
Hoofdstuk 18. De gevolgen
Draco zat nog even bij te komen van wat er zojuist gebeurt was. Dit was al de zoveelste keer dat hij geslagen was door een meisje. En ook dit keer was het weer een Griffoendor. Dit was allemaal niet goed voor zijn imago. Hij hoopte maar dat niemand het gezien had. Hij moet voortaan toch wat meer op zijn hoede zijn als hij bij meisjes van Griffoendor in de buurt komt.
Deze actie van hem was echt helemaal verkeerd uitgepakt. Niet alleen heeft hij nu nog steeds ruzie met Anne, hij had ook nog eens gevochten met Harry terwijl hij juist vrienden met hem moest worden. Hij zuchtte en stond op. Hij kon nu maar beter eerst Anne zoeken om het goed te maken met haar. Ze was nu in ieder geval niet in de afdelingskamer. Maar eerst moest hij een rustig plekje zoeken om de spreuk te zeggen die ervoor zorgde dat het duistere teken verborgen blijft. Hij had geen zin om straks voor onaangename verassingen komen te staan.
Anne liep ongemerkt naar het klaslokaal waar ze altijd met Draco afsprak. Nu ze alleen was drong het pas echt door wat ze zojuist gedaan had. Ze had niet alleen Harry geslagen, maar ook nog eens Draco. Hoe had deze dag zo fout kunnen gaan?
Ze liep het klaslokaal in en ging op de vensterbank zitten. Ze keek uit het raam en zag hoe rustig Zweinstein er ’s avonds uitzag. Ze zuchtte en ging alle gebeurtenissen van vandaag in haar hoofd nog eens na. Ineens hoorde ze langzaam de deur van het klaslokaal opengaan en verschrikt keek ze op. Ze schrok echter nog meer toen ze zag wie naar binnen kwam. Met grote stappen liep Harry op haar af. Bang keek ze hem aan. Ze hoopte maar dat hij niet al te boos was over de klap die ze hem gegeven had.
“Anne we moeten praten”, zei Harry op serieuze toon.
Dat was nu net iets waar Anne geen zin in had. Ze was juist hier heen gegaan zodat ze even alleen kon zijn.
“Jammer dan, want ik heb geen zin om te praten”, zei Anne terwijl ze snel naar de deur liep.
“Weglopen heeft geen zin Anne, ik heb de sluipwegwijzer weet je nog”, zei Harry.
Maar Anne luisterde niet en liep snel de deur uit. Ze lette niet op waar ze liep en botste hard tegen iemand aan. Toen ze zag tegen wie ze opgebotst was schrok ze.
“Juffrouw Mus, kunt u me vertellen waarom u zo laat nog door de gangen rondloopt?”, zei professor Sneep met een gemene lach.
Anne keek op naar professor Sneep, hier had ze nu echt geen zin in.
“Dan zegt u niets juffrouw Mus, ook goed”, zei professor Sneep.
Anne haalde even opgelucht adem.
“In dat geval 20 punten aftrek voor Griffoendor en morgenavond komt u in mijn lokaal wat ketels schoonmaken.”
“Wat?! Waarom?”, zei Anne.
“Ik dacht dat u wel klok kon kijken juffrouw Mus. U had 3 minuten geleden al in uw afdelingskamer moeten zijn.”
“Maar dat is niet eerlijk”, zei Anne gefrustreerd.
“Dat is hartstikke eerlijk. En als ik u was zal ik maar snel teruggaan naar uw afdelingskamer voordat ik besluit nog meer punten af te trekken.”
Zuchtend draaide Anne zich om en ging op weg naar de afdelingskamer. Nadat ze zowel Harry als Draco had geslagen, had ze gedacht dat deze dag niet nog erger kon worden, maar daar had ze zich dus duidelijk in vergist. Haar dag was echter nog niet voorbij. Toen ze de afdelingskamer inliep leek het erop dat het nieuws van haar klappen er al was geweest. De hele afdelingskamer wees naar haar terwijl ze in groepjes met elkaar stonden te praten. Anne wilde de afdelingskamer snel ontsnappen en ging op weg naar de slaapzaal. Ze werd echter gestopt door Ron en Hermelien.
“Anne, is het waar wat iedereen zegt?”, vroeg Hermelien.
“Hangt er vanaf wat ze zeggen”, zei Anne in gespeelde onwetendheid.
“Dat je gevochten hebt met Malfidus en Harry”, zei Ron.
“Tja, wat versta je onder vechten Ron?”, zei Anne die geen zin had om hun alles te vertellen.
“Je ontkent het dus niet?”, zei Hermelien terwijl ze Anne met grote ogen aankeek.
“Ik ontken en beken helemaal niets”, en met dat gezegd liep Anne snel langs hun heen naar de slaapzaal waar ze op haar bed neerplofte.
Draco’s avond verliep niet veel beter. Een groot gedeelte van de avond was hij op zoek geweest naar Anne, maar hij heeft haar niet kunnen vinden. Toen hij terugkwam in de afdelingskamer zag hij de familie uil op hem wachten. Snel las hij het stukje perkament. Het zag ernaar uit dat een van zijn zogenaamde vrienden met zijn vader geschreven had, want hij was van bijna alle gebeurtenissen van vandaag op de hoogte.
Draco,
Allereerst gefeliciteerd met het pakken van de snaai.
Iemand vertelde me ook over een spectaculaire redden van Potter die je had gedaan.
Goed gedaan jongen, dit maakt het vast makkelijker om vrienden met hem te worden.
Iemand heeft mij ook gezegd dat je een meisje uit Griffoendor mee had genomen naar de Zwadderich tafel. Kun je me de reden daarvan uitleggen?
Lucius
Snel schreef Draco een briefje waarin hij uitlegde aan zijn vader om via Anne dichterbij Potter te komen. Hierna ging hij naar bed, waar hij een wraakplan bedacht voor degene die het aangedurfd had om zijn vader te schrijven. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Apr 15, 2005 13:59 |
 |
Hoofdstuk 19. Goedmaken
De volgende dag zorgde Anne dat ze één van de eerste was die op stond. Snel ging ze ontbijten. Zoals ze al verwachtte, sliepen Harry, Ron en Hermelien nog zodat ze hun nu nog niet onder ogen hoefde te komen. Ze had echt nog geen idee hoe ze zich tegenover Harry zou gaan gedragen en ze besloot om hem daarom maar zo lang mogelijk te ontwijken.
Ze zat rustig te eten toen ze opeens Draco de ontbijtzaal in zag lopen. Ze had er niet op gerekend dat ook hij al zo vroeg zou gaan ontbijten. Toen hij haar zag zitten liep hij op haar af. Anne slikte. Ze had nog totaal geen zin om hem onder ogen te komen. Ze stond snel op en liep naar de uitgang. Hierbij moest ze helaas wel langs Draco die haar stevig bij de arm vastpakte.
“Je probeert mij toch niet te ontwijken?”, zei Draco.
“En als dat nu wel mijn bedoeling was?”
“Dan ben je daar niet erg goed in”, zei Draco gemeen lachend, terwijl hij haar de grote zaal uittrok. Hij hield haar stevig vast en trok haar de gang door.
“Waar neem je me mee naartoe?”
Draco antwoordde niet en bleef haar meetrekken.
“Hey Draco, heb je nog post gehad?”, hoorde hij ineens iemand achter hem zeggen. Hij liet Anne los en liep rustig op de persoon af die dat zei. Anne maakte gebruik van dit moment door snel weg te gaan.
Voor Draco stond Mike, een zwadderaar die een jaar jonger zat dan hem.
“Wat zei je?”, zei Draco op kalme toon, terwijl hij van binnen woedend was.
“Ik vroeg of je nog post had gehad. Van je vader bijvoorbeeld?”
Dat was alle zekerheid die Draco hoefde te hebben. Dit was dus degene die de brief geschreven had. Snel haalde hij zijn toverstok tevoorschijn en richtte hem op Mike.
“Heb je nog enkele laatste woorden?”, zei Draco op gevaarlijke toon.
Mike keek geschrokken van de toverstok weer naar Draco.
“Wat heb ik misdaan?”, vroeg Mike met trillende stem.
“Misschien had je die brief niet naar mijn vader moeten sturen. Erg dom van je om er dan ook nog een tegenover mij over te beginnen.”
“Maar ik heb..”
Mike kon zijn zin niet afmaken, want Draco was al begonnen om verschillende spreuken op hem af te vuren. Ineens vloog echter zijn eigen toverstok weg en hij zag professor Sneep met grote stappen op hem afkomen.
“Wat heeft dit te betekenen?”, zei Sneep terwijl hij Draco boos aankeek. Hoewel anderen misschien geïntimideerd zouden zijn door de blik die Sneep hem gaf, had Draco nergens last van.
“Ik heb geen idee waar u het over heeft professor”, zei Draco op onschuldige toon.
“Als je één van de Griffoendors behekst vind ik het nog niet zo erg, maar iemand van je eigen afdeling gaat mij te ver. Vanavond om 7 uur kom je naar mijn lokaal voor je strafwerk En ga hier nu snel vandaan voordat één van de andere leraren je hier ziet en ik punten moet aftrekken.”
Draco knikte en liep weg. Hij had dan wel strafwerk, maar hij wist dat Sneep hem nooit veel zou laten doen. En hij had in ieder geval laten zien dat er met een Malfidus niet te spotten viel.
Hij zag echter niet hoe Patty verscholen in de schaduws toe had gekeken hoe Draco Mike had behekst. Ze glimlachte gemeen, hij zou haar nu nooit van het versturen van die brief verdenken en die paar chocoladekikkers die ze had gebruikt om Mike mee om te kopen zodat hij dit zou zeggen had ze er graag voor over.
Anne was langzaam op weg naar het lokaal waar haar eerste les van vandaag zou plaatsvinden. Het zou dan onmogelijk zijn voor haar om nog langer Harry te ontlopen. Ze wist niet hoe hij na gisterenavond op haar zou reageren. Misschien moest ze anders maar gewoon spijbelen. Ze schudde haar hoofd. Dat zou alleen maar uitstel zijn van het onvermijdelijke.
Ze opende de deur van het lokaal en zag dat Harry, Ron en Hermelien er al zaten. Langzaam liep Anne naar haar plaats en ging zitten. Harry wilde net wat zeggen toen de deur van het lokaal opnieuw openging en de leraar naar binnen liep. Deze les was ze dus gered, ze wist echter wel dat dit niet de hele dag zo door kon gaan.
Toen ze onderweg was naar de lunch werd ze tegengehouden door Harry, die verassend genoeg zonder Ron en Hermelien was.
“Anne wacht.”
Anne stopte en draaide zich om.
“Waarom heb je me gisteren geslagen?”
Anne haalde een wenkbrauw op toen hij dit zei.
“Misschien omdat je bezig was met Draco in elkaar te slaan?”, zei Anne.
“Ja, maar hij had het verdiend. Jij zag niet hoe hij onze afdelingskamer binnen probeerde te komen en hoe hij een eerstejaars bedreigde.”
“Tuurlijk en als iemand de afdelingskamer binnen probeert te komen dan sla je hem in elkaar”, zei Anne boos.
“Met jou valt toch niet te praten, jij kiest toch altijd de kant van je vriendje”, zei Harry.
Hier werd Anne alleen nog maar bozer om.
“Nou, zoals je je misschien nog wel kunt herinneren, heb ik hem ook geslagen. Maar geloof wat je geloven wilt.”
En met die woorden liep Anne richting de grote zaal.
De rest van de dag negeerden Harry en Anne elkaar. Hermelien en Ron merkten wel dat er wat aan de hand was, maar zowel Harry als Anne wilden niet zeggen wat er was, dus ze besloten zich er maar buiten te houden.
Die avond ging Anne naar het lokaal van Sneep voor haar strafwerk. Toen ze de deur opendeed zag ze echter dat Draco er ook zat. Ze kreeg een vreemd gevoel van déjà vu toen ze hem zag.
“Ah, juffrouw Mus, ik vroeg me al af waar u bleef. Ik wil graag dat u al deze tafeltjes schoonmaakt, zonder uw toverstok natuurlijk. Meneer Malfidus zal erop toekijken dat u het goed schoonmaakt. Ik moet nu naar een bespreking met professor Perkamentus, maar ik vertrouw erop dat alles schoon is als ik weer terugkom.”
Anne zuchtte en begon met het schrobben van de eerste tafel. Toen Sneep het lokaal uitging liep Draco op haar af. Anne was benieuwd wat hij over gisteravond zou zeggen.
“Je vergeet daar nog een stukje”, zei Draco terwijl hij naar het tafeltje wees.
Anne haalde het doekje over het stukje dat Draco aanwees.
Hij wilt het er dus niet over hebben, dacht Anne terwijl ze aan het volgende tafeltje begon.
Toen ze ook dat tafeltje had schoongemaakt en Draco helemaal niets meer had gezegd, begon ze de stilte zat te worden. Ze besloot het onderwerp daarom maar zelf op te brengen.
“Hoe gaat het met je wang?”
Draco haalde een wenkbrauw op. Hij had niet verwacht dat Anne nog over gisteravond zou willen praten.
“Prima hoor, en hoe is het met je kleding?”
Anne haalde haar schouders op.
“Ik heb het aan de huiselfen gegeven dus ik neem aan dat ze het wel schoongemaakt hebben.”
“Vrienden?”, vroeg Draco terwijl hij een hand naar haar uitstak. Hij hoopte maar dat ze niet meer boos was over de maaltijd van gisteravond.
Anne keek een beetje verafschuwd naar de hand die Draco uitstak en hij liet hem snel weer zakken.
“Ben je nog steeds boos op me?”, vroeg Anne.
Draco keek haar niet begrijpend aan. Hij had zojuist toch laten zien dat hij het goed wilde maken. Anne zag Draco’s verwarde gezicht en vervolgde.
“Alleen maar vrienden? Wil je mijn vriendje niet meer zijn.”
Draco glimlachte toen hij Anne hoorde en zette een stap naar haar toe.
“Laat ik het over doen dan. Vriendje en vriendinnetje?”
“Vriendje en vriendinnetje”, zei Anne terwijl ze Draco zoende. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Apr 22, 2005 16:30 |
 |
Hoofdstuk 20. Ontdekking
Anne zat verstopt achter de tribunes van het zwerkbalveld te kijken naar de zwerkbaltraining van Zwadderich. Ze had geen zin om de hele avond in de afdelingskamer te zijn waar Hermelien en Ron nog steeds probeerde om er achter te komen wat er gebeurt is tussen Harry en haar. Ze ging naar buiten en toen ze zag dat het team van Zwadderich aan het trainen was besloot ze te blijven kijken.
Om lastige vragen over waarom een Griffoendor naar de training van Zwadderich gaat kijken te voorkomen had ze zich verstopt. Om te zeggen dat ze echt naar de training van Zwadderich aan het kijken was, is misschien wat overdreven aangezien haar aandacht vooral naar 1 persoon uitging: Draco.
Ze had met hem afgesproken dat hij na de training naar het leegstaande lokaal zou komen waar ze al vaker hadden afgesproken. Anne kon niet wachten tot het zover was.
Ze schrok toen ze iets op de arm van Draco zag zitten. Haar eerste gedachte was dat hij gewond was, maar toen zij hem rustig door zag vliegen bedacht ze dat het iets anders moest zijn geweest. Ze lette de rest van de training goed op zijn arm, maar kon nog steeds niet goed zien wat het was. Nieuwsgierig als ze was, besloot ze om vanavond in het lokaal er achter te komen wat het is.
Ze zag de spelers van Zwadderich landen en besloot om alvast naar het lokaal te gaan voordat ze haar zouden ontdekken.
Ongeveer een half uurtje later kwam Draco het lokaal binnen.
“Zit je al lang op me te wachten?”
“Nog niet zo heel lang. Ik zag net dat je training afgelopen was en ben toen hierheen gegaan.”
Draco keek geschrokken.
“Heb je de hele training gezien?”
Hij had de spreuk om het duistere teken te laten verdwijnen niet uitgesproken, om de Zwadderaars te laten zien dat hij de enige was die echt met de heer van het duister contact had. Hij hoopte maar dat Anne het teken niet gezien had.
“Ik heb het grootste gedeelte van de training gezien, hoezo?”, vroeg Anne nieuwsgierig.
Draco zuchtte opgelucht. Als ze wat gezien had, had ze dat nu vast wel gezegd.
“Nou, het staat niet echt gepast natuurlijk als een Griffoendor de training van Zwadderich komt bekijken. Als ze je gezien hadden had je nu waarschijnlijk op de ziekenzaal gelegen.”
“Dan is het maar goed dat ze me niet gezien hebben hè?”, zie Anne. “Over zieken gesproken hoe gaat het met je arm?”
Draco schrok, had ze het dan toch gezien.
“Wat bedoel je? Er is niets mis met mijn arm.”
Anne keek niet overtuigd.
“Toen je aan het trainen was dacht ik dat ik iets op je arm zag.”
Draco stroopte de mouwen van zijn gewaad op. Hij was wel zo slim geweest om voor deze ontmoeting ‘het teken’ weer goed te verbergen.
Anne bekeek zijn armen goed maar zag er niets op.
Vreemd, ik weet toch bijna zeker dat ik net nog wat zag. Zou hij soms iets voor mij verbergen?
Draco deed zijn armen weer naar beneden.
“Geloof je me nu?”
Anne knikte. Ze wist dat hij waarschijnlijk toch niet zou zeggen wat het was en misschien had ze het toch niet goed gezien.
“Ik zal me wel vergist hebben. Je vloog ook zo hoog dat ik je maar moeilijk kon zien. Ik had mijn ogen de hele tijd gefocust op jou en ik denk dat mijn ogen op het einde vermoeid raakten doordat jij zo hoog vloog.”
Draco lachte.
“Ik hoor het al weer. Ik hoef me geen zorgen te maken dat jij straks onze strategie doorvertelt aan Potter.”
“Tja, de aanvoerder van Zwadderich is nu eenmaal zo sexy dat ik gewoon geen oog meer voor de rest had”, zei Anne met een knipoog.
*****
Anne zorgde dat ze weer op tijd terug was in haar afdelingskamer en ging gelijk door naar haar bed. Op de een of andere manier kon ze de arm van Draco maar niet uit haar hoofd krijgen. Hoewel ze met eigen ogen geizen had dat er niets te zien was, kon ze het toch moeilijk geloven. Ze wist toch zeker dat ze tijdens de training iets op Draco’s arm had gezien. Piekerend lag ze in bed, te denken wat ze gezien kon hebben.
Haar ogen werden wijd toen het tot haar doordrong wat het was. Het moest het teken van een dooddoener geweest zijn. Hoewel ze zelf nog nooit had gezien hoe zoiets eruit zag was ze ervan overtuigd dat dat het moest zijn geweest.
Wat moest ze nu doen? Ze hield van Draco, maar ze kon toch moeilijk uitgaan met een dooddoener? Het was al erg genoeg dat hij een Zwadderaar was, maar ook nog eens een dooddoener. Maar ze wilde Draco toch ook niet kwijtraken. In dat geval kon ze maar één ding doen. Ze slikte. Ze zou gewoon moeten doen alsof er niets aan de hand was. Dat was de enige manier waardoor ze bij hem zou kunnen blijven. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Apr 29, 2005 12:10 |
 |
Hoofdstuk 21. Crucio
Draco liep naar het steegje waar hij met zijn vader had afgesproken. Het was dit weekend weer een Zweinsveld weekend en zijn vader had hem een brief geschreven waarin stond dat hij hem wilde spreken. Draco wist dat het waarschijnlijk over zijn werk voor de heer van het duister zou gaan. Hij kreeg een ongemakkelijk gevoel toen hij het steegje inliep, maar onderdrukte het snel. Hij moest geen angst tonen in het bijzijn van zijn vader.
“Ah Draco, daar ben je. Onze heer wil je spreken.”
Draco kon het niet helpen door wat verrast te kijken na deze opmerking. Was Voldemort dan in Zweinsveld? Lucius zag het gezicht van zijn zoon en vervolgde.
“Dit is een viavia die ons erheen zal brengen zodra ik hem activeer. Dus pak hem snel vast Draco. Het staat niet netjes om de heer van het duister te laten wachten.”
Draco deed wat hem gezegd was en met een plof belandde hij in de entree hal van Malfoy Mansion. Verbaasd keek Draco naar zijn vader. Verbleef Voldemort bij hen in huis? Hij zag zijn vader de kap van zijn mantel opzetten en volgde hem de vele gangen van Malfoy Mansion door.
Zijn vader stopte voor een van de vele deuren van de kerkers en opende de deur. Toen Draco zag wat daarbinnen was, slikte hij. In een halve cirkel stonden allemaal mannen en vrouwen met een zwarte mantel en kap op. Voor hen zat Voldemort op een soort troon.
Langzaam volgde Draco zijn vader de kamer in en knielde net als zijn vader voor Voldemort.
“Lucius, Draco”, zei Voldemort terwijl hij naar hen knikte.
Draco zag zijn vader opstaan en plaatsnemen in de halve cirkel. Hij had geen idee wat hij nu moest doen. Langzaam stond hij op. Hij voelde zich erg ongemakkelijk door al de mensen die naar hem aan het staren waren. De stilte werd verbroken door Voldemort.
“Draco ik moet zeggen dat ik erg teleurgesteld in je ben.”
Draco slikte. Als Voldemort teleurgesteld in hem was kon dat nooit veel goeds betekenen.
“Teleurgesteld meester?”, zei Draco.
“Ik had je via je vader opdracht gegeven om bevriend te raken met Potter. Toch bleek je niet in staat om zo een simpele taak uit te voeren. Hiervoor zal je gestraft moeten worden.”
Draco schrok. Gestraft worden door Voldemort hield vast niet in het schoonmaken van wat ketels.
“Lucius aan jou de eer”, zei Voldemort met een gemene glimlach.
Draco keek naar zijn vader en zag dat hij een stap naar voren deed uit de cirkel. Bang voor wat er komen zou keek hij hoe zijn vader zijn toverstok tevoorschijn haalde.
“Crucio!”
Voordat Draco doorhad welke spreuk zijn vader gebruikte lag hij al op de grond. De pijn die hij voelde was overweldigend. Hij had het gevoel dat zijn ingewanden van binnen kapot werden getrokken. De verschrikkelijke pijn leek wel een eeuwigheid te duren, hoewel het in werkelijkheid nog geen minuut was.
Toen de vloek gestopt was lag hij zwaar ademend op de grond terwijl tranen uit zijn ogen probeerde te komen. Hij knipperde om de tranen tegen te houden. Het zou niet goed staan als hij voor al deze dooddoeners en Voldemort zou gaan huilen. Langzaam probeerde hij weer overeind te komen terwijl bijna al zijn spieren in zijn lichaam protesteerden en liever hadden dat hij bleef liggen. Hij richtte zijn blik op Voldemort.
“Ik hoop, jonge Malfidus, dat je begrijpt dat falen hier niet tot de mogelijkheden behoort.”
Draco knikte. Pas toen hij zag dat Voldemort zijn toverstok tevoorschijn haalde wist hij wat voor fout hij gemaakt had, maar toen was het al te laat. Zijn vader had hem zo vaak gezegd dat hij altijd netjes met twee woorden moest spreken en juist nu voor de heer van het duister was hij het vergeten en knikte hij.
Voor de tweede keer in korte tijd voelde hij de verschrikkelijke pijn die de cruciatus vloek met zich meebracht. Dit keer leek de pijn nog erger dan eerst, maar of het door zijn al zere spieren of door de spreker van de vloek kwam wist hij niet.
Toen de vloek dit keer gestopt werd dacht Draco dat hij zich niet meer zou kunnen bewegen. Hoewel de vloek gestopt was deden nog steeds al zijn spieren pijn. Met veel moeite kwam hij ook dit keer weer overeind, want hij wist dat liggen blijven alleen maar meer moeilijkheden zou brengen.
“Ik hoop dat je je lesje nu geleerd hebt jonge Malfidus.”
“Ja meester”, antwoordde Draco.
“Mooi. Ik hoop dat mijn volgende opdracht beter zal worden uitgevoerd.”
“Ja meester.”
“Je vader heeft voor je een viavia die je weer terug naar Zweinsveld brengt. Jullie kunnen gaan”, en met een korte beweging van zijn hand opende Voldemort de deur van de kamer.
Draco kon zich niet herinneren dat hij ooit zo blij was om weer terug naar Zweinstein te gaan. Toen ze de kamer uitmochten had zijn vader hem een drankje gegeven dat ervoor zorgde dat de pijn wat minder werd. Hierna gaf hij hem de viavia die hem weer terugbracht naar Zweinsveld. Hoe hij vanuit Zweinsveld naar zijn bed in Zweinstein was gekomen wist hij nog niet. Hij was erg uitgeput door de verschillende vloeken die hij die middag te verwerken had gekregen, om over de pijn nog maar te zwijgen.
Toen hij eindelijk in bed lag kon hij het niet helpen om zichzelf verdrietig te voelen. Hij had eigenlijk wel verwacht dat hij ooit een keer de cruciatus vloek zou ontvangen en hoewel de pijn verschrikkelijk was, was dat niet wat hem zo verdrietig maakte. Het feit dat zijn vader hem onder de cruciatus vloek heeft gehouden zorgde voor dit gevoel. Hij had nooit verwacht dat zijn eigen vader hem dit zou aandoen. Zijn vader had niet eens geaarzeld toen Voldemort dit aan hem vroeg en het maakt hem ziek om te denken wat zijn vader hem nog meer zou hebben aangedaan als Voldemort het hem gevraagd zou hebben.
En dan nog de reden waarom hij deze straf had ontvangen. Ze hadden toch niet verwacht dat hij na jaren grote vijanden met Potter te zijn geweest ineens zijn grootste vriend zou worden. Hij begon nu serieus te twijfelen of hij wel de goede keuze had gemaakt door een dooddoener te worden. Hij wist zeker dat hij aan Potter’s kant nooit onder crucio zou zijn gehouden. Maar het was nu te laat. Hij had zijn keuze gemaakt en het was onmogelijk omdat nu nog te veranderen. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Vr Mei 13, 2005 18:13 |
 |
Hoofdstuk 22. Een onverwacht viavia
Anne vond het vreemd dat Draco gisteravond niet naar ‘hun’ lokaal was geweest. Ze had daar met hem afgesproken en was daar na lang wachten in slaap gevallen. Toen ze weer wakker werd was het alweer vroeg in de ochtend. Ze bedacht dat Draco haar misschien niet wakker had willen maken, maar dan had hij toch op zijn minst een briefje achter kunnen laten Nu ze aan de ontbijttafel zat had ze hem nog steeds niet gezien en ze begon zich zorgen te maken.
Ze werd uit haar gedachten gehaald toen de uilen met de post binnen kwamen vliegen. Onder de uilen was ook een soort adelaar met een grote zwarte envelop in zijn snavel. Nieuwsgierig keek Anne naar wie hij toevloog. Ze was niet zo heel verrast toen ze zag dat hij naar Harry vloog. Het gebeurde namelijk wel vaker dat hij vreemde post ontving. De zwarte envelop had echter haar aandacht getrokken en ze schoof wat dichter naar het bekende trio in de hoop op te vangen wat er in stond.
Harry keek verrast naar de adelaar en de zwarte envelop. Voorzichtig pakte hij de envelop van de adelaar en de adelaar vloog gelijk weer weg.
“Van wie denk je dat dat is Harry?”, vroeg Ron.
“Geen idee, maar er is maar één manier om daarachter te komen.”
Voorzichtig scheurde hij de envelop open.
“Harry, je kunt hem beter maar niet openen als je niet weet wat het is. Misschien zit er wel iets heel gevaarlijks in”, zei Hermelien.
“Echt Hermelien, je maakt je druk om niets, het is maar een brief.”
Harry haalde een zwart kaartje uit de envelop en las: Tot Zo!
“Vreemd, ik vraag me af wat ermee bedoeld wordt”, mompelde Harry.
Hij hoefde echter niet lang te wachten voordat hij daarachter kwam. Het kaartje werd als een viavia in werking gesteld en voordat hij het wist belandde hij met een klap op de grond. Nog voor hij kon kijken waar hij was beland of zijn toverstok kon pakken voelde hij dat hij vastgebonden werd aan de muur en zijn toverstok werd afgepakt.
“Wel wel Potter, het is toch niet zo veilig op Zweinstein als iedereen dacht hè?”
Harry hoefde niet op te kijken om te weten aan wie die vreselijke stem behoorde.
“Voldemort”, zei Harry woedend terwijl hij aan de kettingen waarmee hij vastgebonden zat trok. Voldemort lachte toen hij dat zag.
“Die kettingen zullen je echt niet loslaten. Maar vrees niet, ik zal je niet gelijk vermoorden.”
Dit trok Harry’s aandacht en hij keek weer op naar Voldemort.
“Wat bedoel je?”
“Ik wil dit keer geen risico nemen. Daarom zorg ik er eerst voor dat je je toverkracht kwijtraakt.”
Voldemort lachte om de geschrokken blik van Harry.
“Dit schooljaar heb je verschillende keren een drankje gedronken wat ervoor zorgt dat je krachten losser komen. Morgenavond tijdens de volle maan zal ik de spreuk uitspreken die ervoor zorgt dat al jouw magische krachten in mij terechtkomen. Daarna heb ik je natuurlijk niet meer nodig.”
“En dan vermoord je me dus”, zei Harry.
Opnieuw lachte Voldemort die hatelijk lach.
“Wat is daar nu leuk aan?”
Harry keek verward.
“Eerst zal ik je martelen totdat je wilde dat je dood was. Dan aan het einde, als je niets meer bent dan een zielig hoopje zal ik je vermoorden.”
Voldemort stond op en liep naar Harry.
“Zie het als een vriendendienst. Je zul dan eindelijk herenigt worden met die dreuzelliefhebbers van een ouders van je.”
Harry keek Voldemort woedend aan en spuugde hem in zijn gezicht.
“Ik wilde hier nog even mee wachten, maar ja als je zo gaat doen. Crucio!”
Ondertussen was er in de grote zaal grote onrust ontstaan. De Zwadderich tafel was misschien de enige tafel waar het nog enigszins rustig was. Ook Anne was geschrokken toen ze Harry ineens zag verdwijnen. Het gerucht ging gelijk dat Jeweetwel erachter zat. Dat maakte het misschien nog wel erger voor haar. Ze wist namelijk dat Draco er dan waarschijnlijk ook wel meer vanaf wist.
Hermelien en Ron leken ook in paniek. Anne zuchtte. Ze besloot hen maar te vertellen wat ze wist over Draco, ook al wist ze dat een relatie daarna met hem onmogelijk was.
“Hermelien, Ron, ik moet jullie iets vertellen.”
“Weet jij hier soms meer van?”, zei Ron boos.
“Niet echt, maar ik weet misschien wel iets dat kan helpen.”
Anne keek om zich heen en zag dat meerdere mensen aan het meeluisteren waren.
“Kom mee!”
Ze stond op en liep de grote zaal uit. Toen ze de grote zaal uit waren hoorde ze dat Perkamentus iets begon te zeggen, maar ze lette er niet op. Ze liepen naar de Griffoendor afdelingskamer en Anne begon met haar verhaal.
“Oké ik weet dat ik jullie dit misschien al veel eerder had moeten vertellen, maar je moet begrijpen dat het allemaal niet echt makkelijk voor mij was. Draco heeft het mij niet zelf gezegd, maar ik weet het vrij zeker.”
“Anne vertel gewoon wat er aan de hand is”, zei Ron die geïrriteerd begon te worden.
Anne zuchtte.
“Volgens mij is Draco een dooddoener.” |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Do Mei 19, 2005 15:32 |
 |
Hoofdstuk 23. Veranderen van kant
Hermelien keek naar Ron met een ik-zei-het-je-toch blik.
“Anne wat bedoelde je met dat je het niet zeker wist?”, vroeg Hermelien.
“Nou, toen hij aan het trainen was voor zwerkbal dacht ik dat ik iets op zijn arm zag zitten. Toen ik er later naar vroeg reageerde hij nogal vreemd. Er was toen niets meer op zijn arm te zien, maar ik had toch het idee dat hij iets verborg voor mij.”
“Denk je dat hij weet waar Harry is?”
Anne haalde haar schouders op.
“Ik weet het niet, maar het zou kunnen.”
“We moeten hem ondervragen”, zei Ron.
“En hoe wilde je dat gaan doen Ron? Ik zie je nog niet echt de Zwadderich Afdelingskamer binnenlopen en een gesprek met Malfidus beginnen”, zei Hermelien.
“Ik weet wel een manier om met hem te gaan praten”, zei Anne zacht.
Hermelien en Ron keken haar aan.
“Ik spreek iedere avond met hem af in een leegstaand lokaal. Al weet ik niet zeker of hij komt, want gisteren was hij er ook niet en vanmorgen zag ik hem ook al niet aan het ontbijt.”
“Hij is vast samen met de andere dooddoeners waar Harry nu ook is.”
“Dat denk ik niet Ron. zou het niet erg verdacht staan als er tegelijk met Harry nog een student zou verdwijnen? Ik vind dat we vanavond gewoon naar dat lokaal moeten gaan. Als Malfidus nog op Zweinstein is dan zal hij vast contact proberen te zoeken met Anne.”
Anne knikte.
“Maar jullie kunnen dan misschien beter eerst onder Harry’s onzichtbaarheidsmantel gaan. Want als hij jullie ziet zal hij waarschijnlijk gelijk weer weggaan.”
Die avond zat Anne ongeduldig op Draco te wachten. Hermelien en Ron zaten verstopt onder de onzichtbaarheidsmantel in een hoekje van het lokaal. Anne hoopte maar dat Draco zou komen. Na een tijdje gewacht te hebben ging de deur van het lokaal open en Draco liep naar binnen. Anne vond hem er moe uitzien.
“Gelukkig Anne je bent er. Ik was bang dat je na gisteravond niet meer zou komen”, zei Draco.
“Waarom was je er gisteravond niet? Ik heb echt de hele avond op je zitten wachten.”
“Ik voelde me niet zo lekker”, zei Draco, iets wat natuurlijk waar was na de cruciatus vloek.
“Oké”, zei Anne terwijl ze weer zenuwachtig naar de hoek keek waar Hermelien en Ron verborgen zaten.
“Weet jij waar Harry is?”, floepte Anne er ineens uit.
Draco keek haar vragend aan.
“Ik heb geen idee, waarom vraag je dat.”
“Wel ik… uh”, zei Anne.
“Ze weet dat je een dooddoener bent Malfidus, dus zeg op, waar is Harry”, zei Ron die onder de onzichtbaarheidsmantel vandaan kwam.
Draco keek geschrokken op van Anne naar Ron en Hermelien.
“Ik ben geen dooddoener.”
“Draco ontkennen helpt niet, ik weet dat je een dooddoener bent”, zei Anne.
“Nou, het was niet alsof ik een keuze had”, zei Draco.
“Ach kom Malfidus, iedereen heeft een keus”, zei Ron.
“Ja, jij hebt makkelijk praten Wezel. Jij bent niet je hele leven opgevoed om een dooddoener te worden”, zei Draco.
“Ach, alsjeblieft Malfidus. Alsof je het niet leuk vind om dooddoener te zijn.”
“Wezel je weet niet waar je het over hebt.”
“Het lijkt mij anders volkomen duidelijk.”
“Dat bedoel ik. Hoe denk je dat mijn vader gereageerd zou hebben als ik het duistere teken weigerde? Ik zal je zeggen, dan had ik hier niet meer gestaan. ‘
“Dat weet je niet Malfidus”, zei Hermelien.
“Oh nee? Weet ik dat niet?”, zei Draco boos. “Doordat ik geen vrienden met Potter kon worden en dus een opdracht van de heer van het duister faalde, heeft mijn vader me onder de cruciatus vloek gehouden. Mijn eigen vader. Dus geloof me, als ik het duistere teken niet had genomen was ik al lang dood geweest.”
“Het is nog niet te laat om ons te helpen, weet je”, zei Hermelien voorzichtig.
“Zodat ik vervolgens wegens verraad gedood kan worden door Jeweetwel”, zei Draco bitter.
“Malfidus, je hebt het duistere teken. Als wij dat tegen het ministerie zeggen zit je in Azkaban in no time.”, zei Hermelien. “Bekijk het dan van deze kant. Als je ons helpt zorgen wij ervoor dat Voldemort niet bij jou in de buurt komt. Het zijn veruit je beste overlevingskansen”, zei Hermelien.
Draco dacht erover na. Het was waar dat welke beslissing hij ook zou nemen, zijn leven in gevaar zou zijn. Hij keek op naar Anne die hem bijna smekend aankeek. Misschien moest hij Potter’s kant toch maar helpen. Hij begon nu zelf ook wel in te zien dat Voldemort eigenlijk een grote gek was die niet alleen de half- en modderbloedjes martelt en dood, maar ook zijn eigen volgers. Als Potter de enige was die hem kan tegenhouden, moet hij hem maar gaan helpen.
“Oké ik zal proberen te helpen. Wat weten jullie tot nu toe?”, zei Draco.
“We weten alleen dat Harry vanmorgen met de post een brief ontving en dat toen hij de brief aan het lezen was ineens verdween”, zei Ron.
“De brief zal waarschijnlijk een viavia zijn geweest”, zei Hermelien. “De vraag is waarheen.”
Draco dacht na.
“Als de viavia inderdaad naar Jeweetwel ging is de kans groot dat Potter nu bij mij thuis zit. Ik weet het natuurlijk niet zeker.”
“Dan moeten we daarheen”, zei Ron terwijl hij het lokaal uitliep.
“En hoe wilde je dat gaan doen Wezel?”, zei Draco.
Ron stopte en draaide zich om.
“Weet jij waar Malfoy Mansion staat? Weet je hoe je er binnenkomt? Weet je de weg? Heb je überhaupt een plan?”
Ron schudde zijn hoofd.
“Dat dacht ik al. We kunnen beter eerst een plan maken en dan morgenavond er heen gaan”, zei Draco.
“Maar dan is hij misschien al lang dood”, zei Ron geschrokken.
“Ik denk niet dat ze hem gelijk zullen vermoorden, daarvoor vind Jeweetwel martelen veel te leuk”, zei Draco met een grimas.
“We moeten hem nu redden”, zei Ron vastberaden.
Draco schudde zijn hoofd.
“Dat is wel het domste wat we nu kunnen doen. We moeten eerst een plan maken anders lukt het ons nooit.”
“Ik ben het met Draco eens”, zei Anne.
“Ja, hè hè, jij bent zijn vriendin”, zei Ron boos.
“Ik vind ook dat Draco gelijk heeft”, zei Hermelien.
Ron keek geschrokken naar haar terwijl Draco een grote grijns op zijn gezicht had.
‘Goed, dan doen we het morgen, maar als het te laat is is het jullie schuld”, zei Ron. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Zo Mei 29, 2005 10:35 |
 |
Hoofdstuk 24. Malfoy Mansion
“Voor de laatste keer: ik wil niet dat je met ons meegaat en daarmee uit!”
Anne schudde vastberaden haar hoofd.
“Ik ga gewoon met jullie mee!”
Draco zuchtte. Hij probeerde nu al een half uur lang Anne ervan te overtuigen dat ze niet mee moest gaan met de reddingsactie van Potter. Het zag er echter niet naar uit dat hij haar kon overtuigen. Dan zat er dus nog maar 1 ding op.
“Anne het spijt me, maar dit is voor je eigen veiligheid.”
Anne keek Draco niet begrijpend aan, maar voordat ze kon vragen wat hij bedoelde had hij al een spreuk geroepen waardoor Anne als bevroren op de grond viel. Draco liep naar haar toe en knielde bij haar neer.
“Sorry Anne, maar dit was de enige manier om je hier te houden”, zei hij terwijl hij een pluk uit haar gezicht schoof.
“Ik wil niet dat je gevaar loopt dus dit is voor je eigen bestwil.”
Hij schoof een ring van zijn vinger en stopte hem in Anne’s hand.
“Ik hou van je.”
Met die woorden stond Draco op en liep naar de deur. Hij keek nog 1 keer achterom en deed toen de deur achter zich dicht. Snel zorgde hij ervoor dat met een spreuk de deur op slot zat en liep hij naar de grote zaal waar hij met Griffel en Wemel had afgesproken.
“Zijn jullie er klaar voor?”
“Ja, we hebben de onzichtbaarheidsmantel en bezem bij ons, maar waar is Anne?”
“Ze heeft besloten om niet mee te komen. Zullen we gaan?”
Hermelien en Ron keken elkaar vreemd aan toen Draco dit zei, maar besloten om niets te zeggen en gingen achter hem aan.
Ze liepen naar buiten en gingen naar een rustig gedeelte.
“Het is maar goed dat het zo vroeg donker word. Nu hoeven we ons in ieder geval geen zorgen te maken dat we gezien worden”, zei Hermelien. “Maar is er echt geen andere manier om in Malfoy Mansion te komen?”
“Tuurlijk”, zei Draco.
Hermelien keek opgelucht.
“Je kunt met brandstof naar Malfoy Mansion gaan, al betwijfel ik of mijn vader het zo leuk zal vinden om je te zien. Als je ongezien wil binnenkomen is dit de beste manier.”
“Maar ik kan niet vliegen”, zei Hermelien zacht.
Draco stopte met lopen en draaide zich verbaasd om.
“Je kunt niet vliegen?”
Er is dus toch iets wat de allesweter niet kan.
“Waarom zeg je dat nu pas?”
“Ik wilde niet dat het hele plan door mij niet door kon gaan.”
“Alsof we daar nu geen last van hebben”, zei Draco boos. Hij haalde een keer diep adem.
“Oké Wezel, jij moet haar dan maar meenemen op jou bezem.”
Ron keek vreemd op naar Draco.
“Ik weet niet hoe dat moet.”
“Kunnen jullie Griffoendors dan helemaal niets?”
Ron wilde er op ingaan maar na een strenge blik van Hermelien hielt hij zijn mond.
“Nou Griffel, vlieg dan maar met mij mee.”
Ik ga samen met een modderbloedje vliegen. Het kan niet veel erger worden.
Ze stegen op terwijl Hermelien achter Draco zat en hem stevig vasthield.
“Je moet me wat minder stevig vasthouden Griffel, want anders krijg ik geen lucht en storten we alsnog neer.”
Hermelien hield hem meteen een stuk minder stevig vast.
Tijdens het vliegen keek Ron verschillende keren jaloers naar Draco. Draco zag dit en kreeg een gemene glimlach op zijn gezicht. Hij maakte expres een scherpe bocht waardoor Hermelien hem nog stevigere vastpakte. Hij keek weer naar waar Ron vloog en de blik van Ron vertelde hem dat hij het gezien had.
Ze landde iets buiten Malfoy Mansion. Draco gebaarde dat ze stil moesten zijn en hem moesten volgen. Ze verstopten hun bezems in de bosjes en volgden Draco. Ze liepen stilletjes richting het hek.
“Wow, Malfoy’s huis is echt groot”, fluisterde Ron tegen Hermelien.
Draco had het echter gehoord en draaide zich om.
“Dit is slechts de schuur Wezel”, zei Draco met een opgetrokken wenkbrauw. “Als je het natuurlijk vergelijkt met die stal waar jullie in wonen is het natuurlijk heel wat.”
Ron begon rood te worden van woede en stond klaar om Draco aan te vallen. Hermelien sprong nog net op tijd tussenbeide.
“Houd op jullie! Hier hebben we geen tijd voor. Laten we verder gaan.”
Draco gaf Ron nog een gemene blik en draaide zich toen om en liep verder.
Toen ze dichterbij het hek kwamen zagen ze dat het bewaakt werd door dooddoeners.
“Hier was ik al bang voor”, fluisterde Draco en hij liep stilletjes terug terwijl Hermelien en Ron volgden.
“Wat nu?”, vroeg Hermelien.
“Er is nog een manier om binnen te komen, via een geheime gang. Ik had hem liever niet gebruikt, maar ja. Volg me.”
Ze volgden Draco naar een grote eik die stond in het bos rondom Malfoy Mansion. Draco voelde op de grond en opende een soort putdeksel. Hij had deze gang liever niet gebruikt omdat hij zeker wist dat hij straks helemaal onder de aarde zal zitten. Hij wees naar de opening in de grond en keek naar Hermelien en Ron.
“Dames eerst.”
Ron keek hem boos aan maar volgde toch Hermelien de put in. Hij wist dat als ze ongezien binnen wilde komen ze Draco’s hulp nodig hadden. Ze verlichtte hun toverstok met een simpel ‘lumos’en volgden de tunnel.
Op een gegeven moment konden ze niet meer verder en leek het erop dat de tunnel doodliep.
“Ow geweldig Malfidus”, zei Ron sarcastisch. “Je stuurt ons een doodlopende tunnel in, hoe moeten wij nu ooit binnen komen.”
Draco besloot de woorden van Ron te negeren en liep naar de muur toe. Hij leek voor iets te zoeken en legde zijn hand op de muur. Toen hij het gevonden had haalde hij zijn toverstok tevoorschijn en zei een spreuk. De muur zakte naar beneden en er kwam een nieuwe gang tevoorschijn die naar boven leek te lopen. Aan het einde van de gang gebaarde Draco dat ze stil moesten zijn. Hij keek door een klein gaatje in de muur en zag dat er niemand in de buurt was.
Hij deed de onzichtbaarheidsmantel over iedereen heen en opende de muur met een spreuk. Toen ze er doorheen stapten zagen ze dat ze in Malfoy Mansion waren en dat ze zojuist door de opening van een schilderij waren gestapt.
Draco deed het schilderij weer dicht en liep richting de kerkers. Hij liep naar de kamer waar hij de laatste keer met Voldemort had gesproken.
Voor de deur stonden twee dooddoeners die de ingang moesten bewaken. Draco deed zijn toverstok voorzichtig een stukje uit de onzichtbaarheidsmantel en riep een spreuk waardoor de bewaker als een soort zoutzak op de grond viel. Vervolgens deed hij hetzelfde met de andere dooddoener.
Hij keek in het rond maar zag verder niemand meer en ging onder de onzichtbaarheidsmantel vandaan. Hermelien en Ron wilden hetzelfde doen, maar hij schudde zijn hoofd.
“Bevrijden jullie Potter maar, dan houd ik Voldemort wel bezig. Het is beter als hij jullie niet ziet”, fluisterde hij.
Hij haalde diep adem en legde zijn hand op de deurknop, dit was het moment waarop het moest gebeuren. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Zo Jun 05, 2005 13:13 |
 |
Hoofdstuk 25. De redding
Langzaam duwde hij de deurknop naar beneden om de deur te openen en … er gebeurde niets. De deur bleef gewoon dicht. Hij moest bijna lachen om zijn eigen stomheid. Bijna was het juiste woord, want als ze niet ontdekt wilden worden moest hij toch stil blijven. Hij was al lang blij dat de Wezel het niet gezien had. Snel haalde hij zijn toverstok tevoorschijn en haalde opnieuw diep adem.
“Alohamora!”
De deur vloog open. Blijkbaar vond Voldemort met de twee dooddoeners voor de deur het niet nodig om een al te sterke lockingcharm te gebruiken.
“Ben je er klaar voor?”, vroeg Voldemort terwijl hij richting Harry liep.
Harry gaf hem een boze blik maar zei verder niets.
“Het maakt ook niet uit of je er klaar voor bent, want ik ben er wel klaar voor”, zei Voldemort met een gemene lach. “Over een paar minuten ben ik de machtigste man van de wereld en jij bent dan niets anders dan een vervelende dreuzel, net als de rest van die familie van je.”
Harry probeerde opnieuw los te komen van de kettingen die hem vasthielden, al wist hij uit eerdere pogingen dat het niets uithaalde. Voldemort stond nu recht voor hem en richtte zijn toverstok op hem. Voldemort begon met het zeggen van de spreuk en Harry voelde gewoon zijn toverkracht zijn lichaam verlaten. Het was alsof een deel van hem stierf. Hij voelde zich verslagen en stopte met het vechten tegen de kettingen. De toverkracht verliet zijn lichaam en Harry kon niets anders doen dat toekijken hoe een soort zilvere bol voor hem verscheen. De bol werd steeds groter en Harry voelde zichzelf steeds slapper worden. De bol bewoog zich richting Voldemort en loste als het ware op in hem .Dit alles gebeurde slechts in een paar minuten, maar voor Harry waren het de ergste minuten van zijn leven. Het gevoel dat de toverkracht zijn lichaam verliet was echt vreselijk.
Toen het eindelijk stopte voelde hij zich moe en ziek. Hij hing aan de kettingen met zijn hoofd naar beneden. Hij wilde niet de triomfantelijke lach van Voldemort zien, die hij ongetwijfeld had.
“Kijk me aan.”
Harry reageerde niet en bleef gewoon naar de grond kijken.
“Ik zei kijk me aan’, zei Voldemort terwijl hij met zijn hand Harry’s kin omhoog deed. Harry keek recht in het gezicht van Voldemort. De man die net zijn toverkracht gestolen had.
“Denk je nu nog steeds dat je me kunt verslaan? Al die keren dat je met veel geluk ontsnapte aan mij. Het ziet er naar uit dat het geluk niet meer aan jouw kant staat, want ik zie niemand jou hier nog uitredden. Hoog tijd om dat te vieren, denk je niet?”
Voldemort pakte een glas champagne van de tafel die midden in de kerker stond.
“Proost”, zei Voldemort terwijl hij een grote slok champagne nam. Hij zette het glas weer terug en liep weer naar Harry toe. Dan is het nu tijd voor mijn vermaak.
“Crucio!”
Harry probeerde zijn schreeuwen nog binnen te houden, maar dat lukte niet. Hij was nog teveel verzwakt van net en de pijn was gewoon te erg.
Ineens hoorden ze de deur opengaan. Voldemort stopte de vloek en draaide zich boos om naar degene die het had aangedurfd om hem te storen. Hij was verbaasd toen hij de jongste Malfidus in de deuropening zag staan. Draco keek boos naar de man die hem een paar dagen geleden nog zo gemarteld had. Zijn taak was om Voldemort bezig te houden zodat Wemel en Griffel ondertussen Potter konden bevrijden.
“Jonge Malfidus, heb je nog niet genoeg geleerd van je straf een paar dagen geleden? Hoe heb je het eigenlijk voor elkaar gekregen om hier binnen te komen, ik had deze kamer laten bewaken.”
“Oh, was dat wat ze moesten doen”, zei Draco op onschuldige toon.
“Wat kom je hier eigenlijk doen?”, zei Voldemort terwijl hij nu zijn volledige aandacht op Draco had gericht. Hij zag daardoor niet dat een paar onzichtbare handen Harry aan het bevrijden waren.
“De betere vraag is misschien wat u hier doet. Dit is mijn huis namelijk”, zei Draco terug.
Hij had zijn toverstuk stevig beet en hield zijn ogen gericht op de toverstok van Voldemort.
“Hoe durf je me met zo een toon aan te spreken”, zei Voldemort boos en hij richtte zijn toverstop op Draco. “Expelleriamus!”
Draco ontweek de spreuk behendig en probeerde te kijken of Griffel en Wemel een beetje opschoten met het bevrijden van Potter, want hij kon dit nooit lang volhouden. Dit was echter een fout die hij beter niet had kunnen maken. Doordat hij naar Potter keek lette hij niet op Voldemort en Voldemort maakte daar handig gebruik van.
“Crucio!”
Draco kon de spreuk niet ontwijken en het raakte hem vol in de borst. Met veel pijn zakte hij inelkaar.
“Dat krijg je ervan als je spot met me jongen!”, zei Voldemort lachend.
Plotseling hoorde hij geluid achter zich. Hij stopte de vloek en draaide zich snel om. Daar zag hij Harry staan met een zwaard in zijn hand.
“Hoe ben jij vrijgekomen?”, vroeg Voldemort boos. Hij zag het zwaard en riep snel de ontwapeningsspreuk. Het zwaard vloog uit Harry’s handen.
“Dom van je om te proberen te ontsnappen. Nu loop je je eigen dood nog eerder tegemoet. Hij richtte zijn toverstok weer op Harry klaar om Avada Kedavra te roepen toen…
“Stupefy!”
Draco had zichzelf weer omhooggetrokken aan de tafel en stuurde de verlammingsvloek op Voldemort af. Hij was echter nog wat wankel en de vloek ging vlak langs Voldemort heen.
“Dat had je niet moeten doen”, zei Voldemort boos. “Avada Kedavra!”
De groene gloed van de doodsspreuk vloog uit Voldemort’s toverstok. Het ging vlak over de tafel door het glas champagne en raakte Draco in zijn buik. Met een klap viel Draco op de grond.
Doordat Voldemort hierdoor afgeleid was kon Harry snel het zwaard weer pakken en zonder erbij na te denken stak hij het hard in Voldemort’s rug. Hij trok het zwaard er weer uit en Voldemort viel voorover op de grond. Hermelien en Ron kwamen onder de onzichtbaarheidsmantel vandaan en liepen naar Harry toe.
“Denk je dat hij dood is?”, vroeg Harry terwijl hij naar Voldemort wees.
“Ik denk het wel, maar..”
“Harry kijk uit!”, riep Hermelien en ze duwde Harry nog net op tijd opzij. Voldemort was dan misschien wel gewond maar nog niet dood en vuurde en spreuk op hem af.
“Dat beantwoord je vraag denk ik wel Harry”, zei Ron.
Harry luisterde echter al niet meer en begon met zijn zwaard in Voldemort te steken.
“Harry hij is nu dood, je kunt stoppen. Harry!”, Hermelien en Ron moesten Harry met z’n tweeën bij Voldemort vandaan slepen want hij bleef maar in Voldemort’s lichaam steken.
Tja hoe zou het nu met Draco afgelopen zijn |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Zo Jun 12, 2005 11:46 |
 |
Hoofdstuk 26. Weer op Zweinstein
Pas toen ze Harry bij Voldemort weg hadden gehaald zag Hermelien Draco’s lichaam weer liggen en ze knielde naast hem neer.
“Is hij dood?”, vroeg Ron met een beetje gemixte gevoelens. Aan de ene kant zou hij het niet zo erg vinden als Malfidus dood zou zijn want hij was natuurlijk een rotzak. Maar aan de andere kant had hij hun nu wel geholpen.
“Hij ademt nog”, zei Hermelien terwijl ze verward keek.
Langer om daar nog over na te denken had ze niet want de deur vloog open en verschillende schouwers kwamen naar binnen. Na één blik op de op de grond liggende Voldemort en Harry met het zwaard in zijn hand keken ze heel opgelucht.
Anne kon niet geloven dat Draco haar dit had aangedaan. Dat hij haar had opgesloten terwijl ze ook mee wilde vechten. Gelukkig had hij geen silencing charm op het lokaal gedaan en na een tijdje roepen liep er eindelijk iemand langs die haar bevrijde.
Draco, Hermelien en Ron waren toen echter al weg. Ze vond dat ze toch iets moest doen om hen te helpen en ging naar Perkamentus aan wie ze vertelde waar Draco, Hermelien en Ron heen waren. Hij nam gelijk contact op met wat leden van de orde en wat schouwers en vertelde Anne dat ze nu alleen maar kon wachten.
Dus daar stond ze dan nu. Op het bordes van Zweinstein te wachten tot ze terug zouden komen, als ze al terug zouden komen. Ze begon heen en weer te lopen. Wat als hun plan was mislukt en zijn nu ook gevangen zouden worden gehouden. Of erger nog, wat als ze zwaargewond of misschien wel dood zouden zijn.
Na een tijdje zag ze een groep mensen op Zweinstein afkomen en ze liep snel naar hen toe. Als snel zag ze Harry, Ron en Hermelien, maar Draco zag ze nog nergens. Ze begon in paniek te raken.
“Waar is Draco!”, riep ze terwijl ze de groep doorkeek. Nergens zag ze een pluk van zijn blonde haar.
“Anne, er is iets gebeurd”, zei Hermelien terwijl ze Anne met een serieuze blik aankeek.
Anne keek Hermelien ongeduldig aan. Waarom kon ze niet gewoon zeggen waar Draco was.
“Draco is geraakt met de Avada Kedavra vloek.”
Zodra Anne de woorden hoorde dacht ze dat haar wereld was ingestort. Dit kon gewoon niet waar zijn. Hij zou nu gewoon ieder moment uit de groep tevoorschijn springen en lachen om haar geschrokken gezicht. Er gebeurde echter niets.
“Is hij”, zei Anne terwijl er tranen in haar ogen kwamen. Ze durfde de zin niet af te maken, bang dat het dan definitief zou zijn.
Hermelien schudde haar hoofd.
“Hij.. de vloek ging door een glas voordat het hem raakte. Hij ademde nog wel, maar..”
Hermelien stopte met praten en besloot haar eigen bedenkingen voor zichzelf te houden.
“We moeten afwachten wat mevrouw Pleister ervan zegt.”
Maar Anne luisterde al niet meer en liep naar Draco die door twee mannen op een getransfigureerde brancard gedragen werd.
“Hoe kun je me dit aandoen”, zei ze tegen zijn stilliggende lichaam. Ze snikte.
Voorzichtig werd Anne aan de kant geduwd en snel werd Draco naar de ziekenzaal gebracht.
Anne liep achter hen aan, maar voordat ze de ziekenzaal in kon gaan werd ze tegengehouden door een hand op haar schouder.
“Juffrouw Mus, u mag nu niet naar binnen. Mevrouw Pleister zal hem zo goed mogelijk verzorgen.’
Anne draaide zich om en keek Perkamentus aan.
“Maar ik moet naar hem toe professor”, zie Anne.
“Zodra mevrouw Pleister klaar is met hem mag u bij hem.”
Anne zuchtte en ging verslagen op de grond zitten. Ze kon nu alleen maar hopen dat het weer goed zou komen met Draco.
Na bijna een half uur mocht ze eindelijk naar hem toe. Er werd haar verteld dat hij in een soort coma was geraakt, maar door de vreemde manier waarop hij daar was ingekomen hadden ze geen idee hoe ze hem konden helpen. Ze konden nu alleen nog maar hopen dat hij weer bij zou komen. Ze lieten haar even alleen en ze liep naar het bed van Draco. Zoals hij er daar bijlag zou je denken dat hij gewoon in een diepe slaap was in plaats van in een coma.
Ze ging in de stoel naast het bed zitten en keek naar Draco’s slapende vorm. Ze voelde de tranen in haar opkomen.
“Hoe kun je me dit aan doen?”, zei ze terwijl de tranen nu over haar wangen stroomden. Ze begon boos te worden. Boos omdat hij niet reageerde en omdat ze zich zo machteloos voelde.
Terwijl de tranen nog steeds over haar gezicht stroomden liep ze naar Draco’s bed toe.
“Heb je nou je zin, hè?”, zei ze terwijl ze de tranen begon weg te vegen.
“Je had me gewoon mee moeten laten gaan dan had ik je kunnen helpen. Maar nee, jij moest en er voor zorgen dat ik hier bleef zodat ik geen gevaar liep en kon blijven leven. Maar hoe kan ik nu leven als jij er niet meer bent? Leg me dat maar eens uit!”,schreeuwde Anne. “Zeg dan wat!”
Draco bleef stil en Anne’s woede werd te groot. Ze begon Draco te slaan op zijn borst.
“Zeg dan wat!”
Anne begon opnieuw te huilen en stopte met het slaan van Draco. Ze schoof de stoel dichterbij het bed en ging erin zitten terwijl ze met haar hoofd op het bed lag. Uitgeput viel ze in slaap. |
|
|
  |
 |
dracogirly
6e jaars


Verdiend:
57 Sikkels
Woonplaats: Malfoy Mansion :)
|
Geplaatst:
Ma Jun 20, 2005 19:33 |
 |
Hoofdstuk 27. Happy Ending?
Er gingen drie weken voorbij en er was nog steeds geen verandering in Draco’s situatie. De lessen op school gingen gewoon weer verder, maar het was niet meer zoals vroeger. Voldemort had het voor elkaar gekregen om Harry’s magie af te pakken. De prijs die hij moest betalen om Voldemort te verslaan. Hij liep een beetje verslagen door de school. Hij had dan wel gewonnen van Voldemort, maar doordat hij nu geen toverkracht meer had, voelde het toch als en verlies. Iedereen deed zijn best om hem zoveel mogelijk op te vrolijken, maar dat lukte niet echt. Hij volgde nog wel de lessen, maar veel van de opdrachten kon hij nu niet meer uitvoeren. De beste helers en toverdrankprofessoren deden hun best om iets te vinden om hem zijn toverkracht weer terug te geven, maar tot nu toe hadden ze nog niets gevonden.
Ook Anne liep verslagen door de school. Als ze geen lessen hoefde te volgen zat ze wel bij Draco. En zelfs als ze wel lessen volgde zat ze met haar gedachten nog vaak bij hem. Ze konden alleen maar hopen dat het weer goed zou komen met hem.
Ook deze avond was Anne weer onderweg naar de ziekenzaal, toen ze ineens stemmen hoorde die het over Draco hadden. Ze besloot nog even te wachten met naar binnengaan om te horen wat ze te zeggen hadden.
“We kunnen de heer Malfidus niet langer hier houden. Ik vind het heel erg om te zeggen, maar hij ligt nu al drie weken in coma en de kans dat daar binnenkort verandering in komt is veel te klein.”
“Ik ben het wel met je eens, maar moeten we hem dan gewoon dood laten gaan?”
Anne schrok. Dat konden ze toch niet doen. Zonder nog langer naar het gesprek te luisteren stormde ze de ziekenzaal naar binnen en rende ze gelijk naar Draco’s bed. Al was het alleen maar om er zeker van te zijn dat hij er nog steeds lag en ze hem nog niets aangedaan hadden. Toen ze bij zijn bed aankwam lag hij er nog steeds in. Ze nam zijn hand in haar handen.
“Waarom liet je me niet gewoon meegaan?”
Ze dacht weer terug aan hoe ze in haar eentje wakker werd in het lokaal. Draco was verdwenen en het enige wat er op wees dat hij er was geweest was de ring die ze in haar hand vond. Sindsdien droeg ze de ring aan een ketting om haar nek. Ze haalde haar ketting onder haar shirtje vandaan en haalde de ring eraf. Misschien zou hij wakker worden als ze de ring weer bij hem omdeed. Langzaam schoof ze de ring weer om zijn vinger, terwijl ze goed oplette of hij misschien wakker werd. Maar er gebeurde niets.
Ze zuchtte. Ze had kunnen weten dat het niets zou uitmaken. Ze ging weer zitten in de stoel naarst zijn bed en maakte zich klaar om weer een avond lang tegen hem te praten, zonder dat ze een antwoord kreeg. Ze begon te vertellen wat ze die dag allemaal gedaan had en wat ze zojuist gehoord had. Tussendoor keek ze of hij misschien wakker was geworden, maar hij lag er nog steeds bij zoals drie weken geleden. Ze besloot die avond bij hem te blijven om er zeker van te zijn dat ze hem niet ineens snel zouden weghalen. Uitgeput viel ze uiteindelijk in de stoel naast zijn bed in slaap.
Ze werd wakker doordat iemand haar wakker schudde. Slaperig deed ze haar ogen open en zag dat Draco haar aan lag te kijken vanuit het bed. Hij lag niet meer, maar zat rechtop aan haar arm te schudden.
Oh geweldig, nu droom ik zelfs dat hij weer wakker wordt, dacht Anne.
”Ga maar weer liggen, ik weet dat je niet echt bent”, zei Anne een beetje bozig.
Draco keek haar verast aan. Dat was niet de reactie die hij verwacht had.
“Maar ik ben wel echt.”
“Tuurlijk voor nu even dan. Maar straks word ik weer wakker en dat lig je nog steeds in coma.”
“Maar je bent nu wakker”, zei Draco.
“Dat is wat ik nu denk, maar als ik echt wakker was geweest dan was jij nu niet wakker. In feite, ik denk dat ik je niet eens aan kan raken.”
Draco moest een beetje lachen dat Anne zo eigenwijs deed.
“Nou ik lig hier, waar wacht je nog op?”
Anne keek Draco niet begrijpend aan.
“Raak me maar aan”, zei Draco.
Langzaam stond Anne op en ging op de rand van het bed zitten. Ze pakte zijn arm vast met de verwachting dat zodra ze hem aan zou raken ze wel weer wakker zou worden. Dat gebeurde echter niet. Hij voelde zelfs heel echt aan. Hij rook zelfs heel echt. Anne fronste. In haar dromen kon ze hem nooit aanraken en die typische geur die altijd om hem heen hing was er ook nooit. Was het dan misschien geen droom?
Draco lachte en trok haar naar zich toe zodat ze nu samen lagen in het ziekenhuisbed.
“Nu je er achter bent dat je niet droomt, zou je me misschien kunnen vertellen hoe ik hier terecht gekomen ben?”
“Je bent weer wakker”, zei Anne terwijl ze hem niet gelovend aankeek.
“Ik dacht dat we er zojuist wel achter waren gekomen dat geen van ons droomde.”
Anne lachte.
“Oké, ik ben blij dat je het zo leuk vind dat ik wakker ben, maar kun je me misschien vertellen hoe ik hier terecht gekomen ben? Het laatste wat ik me herinner is dat Voldemort de Avada Kedavra vloek op me afstuurde en voor zover ik weet heeft alleen Potter die vloek ooit overleefd.”
Anne vertelde hem wat ze van Hermelien gehoord had.
“Dus ik heb mijn leven te danken aan een glas?”,vroeg Draco verbaasd.
“Dat is wat ze me vertelden ja”, antwoordde Anne.
“En”, Draco slikte, “Wat is er gebeurd met de andere dooddoeners?”
Anne trok een bedroefd gezicht.
“Iedereen die in het huis aanwezig was en het duistere teken droeg heeft de dementorskus gekregen.”
Draco sloot zijn ogen. Hier was hij al bang voor.
“En mijn vader?”
“Je vader ook”, zei Anne.
Draco slikte een aantal keer en knipperde met zijn ogen. Ondanks alles wat de man hem had aangedaan, was het nog wel altijd zijn vader.
“Het spijt me voor je Draco “, zei Anne.
“Kun je.. Kun je me even alleen laten?”
Anne knikte en stond op. Ze besloot mevrouw Pleister over Draco’s bijkomen te vertellen.
Een week later zaten Draco en Anne naast elkaar in ‘hun’lokaal. Door de verklaringen van Ron en Hermelien dat Draco hun geholpen had met het vinden en bevrijden van Harry ging Draco vrijuit ondanks zijn duistere teken. Er was echter nog steeds geen medicijn gevonden voor Harry.
“Ik had nooit gedacht dat alles zo zou aflopen”, zei Draco.
“Wat bedoel je?”, zei Anne die hem niet begrijpend aankeek.
“Nou, alles”, zie Draco terwijl hij een gebaar met zijn handen maakte. “Dat ik hier nog zit, dat Potter gewonnen heeft, dat ik Potter geholpen heb.”
Draco draaide zich naar Anne.
“Dat wij weer bij elkaar zijn. Als iemand me dat aan het begin van het jaar had verteld had ik hem voor gek versleten.”
“Je bedoelt tijdens je innige relatie met de chocoladekikker?”, zei Anne terwijl ze een wenkbrauw ophaalde.
Draco grijnsde.
“Ja, toen ja. Maar maak je geen zorgen, het had waarschijnlijk toch nooit wat tussen hem en mij geworden. Hij was mij iets te springerig.”
“Gelukkig maar”, zei Anne. “Ik had namelijk niet zoveel zin om jou met een chocoladekikker te delen.”
En met die woorden stond Anne op en zoende Draco.
The End.
En dat was alweer het einde. Ik hoop dat jullie het een leuk verhaal vonden. Ik wilde graag vragen of jullie me misschien zouden willen laten weten wat jullie het leukste en wat het minst leuke aan dit verhaal vonden. Stuur me aub ff een pb'tje!
Ik ben ook alweer bezig met een nieuw verhaal. Ik denk dat ik dat zo rond volgende week ga posten.  |
|
|
  |
 |
|
|