Auteur |
Bericht |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Vr Jun 24, 2005 13:08 |
 |
Nu ga ik weer verder met Harry in de hoofdrol. Ik hoop nog steeds dat jullie dit verhaal leuk vinden. Reacties mogen altijd!!
Vivianne’s vreemde kanten
Toen Harry die ochtend wakker werd, moest hij even nadenken wat hij op Zweinstein deed, in zijn bed, en dat niet eens in zijn pyjama, maar gewoon in zijn schooluniform. Toen wist hij het allemaal weer, en hij was blij dat hij wakker was.
Het was nog maar 6 uur, maar Harry had, na drie dagen onder zeil te hebben gelegen, geen zin meer om nog te slapen. Het stapte zijn bed uit, kleedde zich aan en liep naar de leerlingenkamer.
Daar zat Vivianne. Ze zat te lezen. Harry ging naast haar zitten.
‘Hai,’ zei hij duf.
‘Hallo,’ zei Vivianne. Ze sloeg de pagina om en las verder. Het bleef even stil.
‘Wat lees je?’ vroeg Harry na een tijdje. Vivianne keek naar de kaft.
‘Het heet “een beknopte beschrijving van Zweinstein.” Ik ken het niet, maar het is best leuk. Ik ben er vanochtend in begonnen,’ zei ze vrolijk. Harry zag dat ze al op de helft van het boek was.
‘Dan lees je wel snel zeker?’
‘Nee hoor, ik ben al heel vroeg op,’ zei ze. ‘Ik zit hier sinds 4 uur, of zoiets. Weet ik niet zo precies meer.’
Harry gaapte haar aan. ‘Sinds 4 uur?’ vroeg hij stomverbaasd. Vivianne knikte met een glimlach om haar mond.
‘Ik heb niet zoveel slaap nodig,’ zei ze. ‘Maar ik heb nu wel honger. Weet jij een plek waar je kan eten?’
‘Ja, de grote zaal,’ zei Harry. ‘Maar…’
‘Wie zei hier iets over eten?’ hoorde ze een vermoeide stem zeggen. Harry en Vivianne keken naar de trap van de jongensslaapzaal. Dirk kwam geeuwend naar beneden. ‘Ik heb honger,’ zei hij kermend. ‘Ik heb voor mijn gevoel drie dagen lang niets gegeten!’
‘Je vermoeden is juist,’ zei Harry droog. ‘Volg mij maar.’
En hij liep met Vivianne en Dirk achter zich aan naar het portretgat toe.
Eenmaal in de grote zaal aangekomen zagen ze dat het ontbijt al opgediend was. Dirk grijnsde, stormde naar één van de tafels en ging zitten.
‘Dirk, hier zitten!’ brulde Harry. ‘Je zit aan de tafel van Zwadderich!’ Dirk ging dom kijkend aan de tafel van Griffoendor zitten en begon te eten.
‘Domme pummel,’ mompelde Harry. Dirk draaide zich met een flits om.
‘Wat hoorde ik daar,’ zei Dirk kwaad.
‘Ik zei dat je een domme pummel bent,’ zei Harry droogjes. Dirk legde in een woede uitbarsting zijn handen om Harry’s keel, en stond op het punt te gaan knijpen, toen Harry zijn toverstok in Dirk’s dikke buik prikte. Dirk slikte luid.
‘Vergeet niet dat ik hier wel mag toveren, domme pummel!’ zei hij grijnzend. Dirk hield zijn mond terwijl hij verder at.
Misschien lag het aan de nieuwe omgeving, of misschien aan het feit dat hij drie dagen onder invloed was geweest door een vreemd drankje, maar Dirk at, tot Harry’s stomme verbazing, niet veel. Na twee worstjes en drie gebakken eieren had hij genoeg. Ook Harry merkte aan zichzelf dat hij minder at. Na één worstje en twee gebakken tomaten had hij genoeg. Vivianne at nog minder. Eén worstje en zij zat ook voor de mast.
De grote zaal begon langzaam vol te stromen. Sommigen keken vreemd op Harry ineens te zien zitten met een vreemd meisje en een onbekende jongen, maar sommigen deden alsof Harry lucht was. En weer anderen begroetten hem als een oude vriend. Toen Hermelien en Ron de zaal binnenkwamen, pakten ze snel een plaatsje tegenover hen.
‘Daar ben je, Harry,’ zei Hermelien opgetogen. ‘We waren zo ongerust!’
‘Nou hè,’ zei Ron grijnzend. Hij wist niet goed wat hij moest zeggen. Harry keek hem grijnzend aan. Het zat al goed, volgens hem.
Harry merkte, terwijl Ron en Hermelien begonnen aan hun ontbijt, dat Dirk’s ogen op Ron gefixeerd waren. Dat vond Harry ook niet zo vreemd; hij had Ron immers eerder ontmoet. Iets van twee jaar geleden had hij, samen met zijn vader en zijn broers, de hele huiskamer van de Duffelingen in puin verandert. Ron zag het, en grijnsde.
‘Hai Dirk,’ zei hij doodleuk. Dirk trok een beetje wit weg onder zijn neus, waarschijnlijk omdat Ron zijn naam nog wist.
‘We hebben zo meteen eerst toverdranken,’ zei Hermelien, terwijl ze hem zijn lesrooster gaf. ‘Hier, kreeg ik gisteren van Anderling.’
‘Harry kreunde. Zijn eerste schooldag en gelijk toverdranken. Vivianne keek hem vreemd aan.
‘Wat is er zo erg aan toverdranken?’ vroeg ze verbaast. Harry keek haar geërgerd aan.
‘Dat merk je zo wel,’ zei hij, en hij gaf haar een klap op haar schouder, harder dan bedoelt, want Vivianne sloeg voorover en belandde met haar gezicht op de houten tafel. Ze kreunde en wreef over haar neus. Harry verontschuldigde zich.
‘Ik lees weer even verder,’ zei Vivianne, nog steeds met een rode neus. Ze boog zich onder de tafel en haalde “Een beknopte beschrijving van Zweinstein uit haar tas.
‘Hé, dat is mijn boek!’ zei Hermelien. Vivianne keek haar vreemd aan.
‘Nee, ik heb dat vanochtend gevonden,’ zei ze. ‘Op de tafel in de leerlingenkamer.’
‘Ja, omdat ik het daar heb achtergelaten!’
Vivianne keek voorin het boek, waar Hermeliens naam in geschreven was.
‘Hermelien Griffel?’ zei ze, met opgetrokken wenkbrauwen.
‘Dat ben ik,’ zuchtte Hermelien.
‘Oh.’
Het was even stil.
‘Mag ik het nog even lezen? Ik vind het een leuk boek,’ vroeg Vivianne toen. Hermelien knikte.
‘Oké, maar ik wil het wel weer terug hebben,’ zei ze. Vivianne knikte en sloeg het boek open.
Hermelien wendde zich tot Harry en Ron. ‘Zie je wel dat het een leuk boek is, zij vindt het ook leuk!’
‘Ja ja,’ mompelde Harry vermoeid.
‘Wie is dat eigenlijk?’ vroeg Ron zachtjes toen ze naar de kerkers liepen voor hun eerste les. Harry zuchtte, omdat Ron het zo laat vroeg.
‘Dat is nou Vivianne,’ zei Harry. ‘Ze is een heks, maar een hele speciale. Ze doet niets met een toverstok, alles met haar handen of gedachten.’
Ron keek naar Vivianne’s rug. Vivianne kletste gezellig met Hermelien en liep vrolijk voor hen uit.
‘Ze is best leuk, niet?’ vroeg Ron aan Harry.
‘Erg leuk,’ zei hij. ‘Zo leuk dat… hé, hallo!’
‘Wat is er?’ vroeg Ron en hij keek hem verbaast aan.
‘Je kwijlt!’
Ron schrok en veegde de slijmerige draad die aan zijn mond hing weg.
‘Goh, ik kwijlde,’ zei hij. ‘Ben ik hoteldebotel, ofzo?’
‘Misschien!’ zei Harry schouderophalend. ‘Kom, of we komen nog te laat!’
Harry en Ron haalden de meisjes in en liepen op een drafje naar de kerkers, waar net de hele klas naar binnen stroomde. Sneep hield de deur open en keek schamper naar het groepje dat zich haastig aansloot aan de rij leerlingen.
‘Wel wel wel,’ spotte hij. ‘Wie hebben we daar?’
‘We zijn nog niet te laat!’ hijgde Harry en schoot het lokaal in. Ron, Hermelien en Vivianne volgden hem. Ze gingen op dezelfde plaatsen zitten als vorig jaar(achterin het lokaal) en haalden hun boeken tevoorschijn.
‘Vandaag wil ik met jullie het aftreksel van elvenvleugels brouwen,’ zei Sneep, en hij keek Harry snel even aan. Harry voelde de verontwaardiging als een verlamming door zijn lichaam trekken.
Sneep begon hetzelfde te doen als 3 jaar geleden, toen hij met kleine aanwijzingen liet merken dat professor Lupos een weerwolf was. Hermelien had het het snelste door, zou het ook zo snel gaan met hem?
Hij wist echter niet dat Hermelien al veel over een aftreksel van Elvenvleugels had gelezen, en dat ze al snel door had dat het een prima drank was voor weervampieren. In haar hoofd koppelde ze dat gegeven zich direct aan de woorden in haar boek over Maanlingen. Ze keek behoedzaam naar Harry.
Harry keek Sneep vuil aan en balde zijn vuisten onder de tafel. Sneep lachte alleen schamper.
‘En wie mogen wij nieuw verwelkomen in onze klas,’ zei Sneep zacht. Hij liep op Vivianne af, die naast Harry zat. Sneep haalde een lijst met namen tevoorschijn en las de namen af, terwijl hij vlak voor haar neus stond.
‘Vivianne Aliano?’ vroeg hij. Vivianne knikte. ‘Dat ben ik,’ zei ze duidelijk verstaanbaar. Sneep hoorde het en boog zich voorover. Hij keek Vivianne recht in haar ogen.
‘Laat me de regels even duidelijk maken,’ siste hij. ‘In mijn lokaal behandel je de leraar met respect, en let je op, duidelijk?’
Vivianne keek hem alleen maar doordringend aan. Sneep bleef haar een paar seconden recht aankijken, toen gaf hij het op. Hij kuchte even en liep toen weer naar voren in de klas.
Harry keek Vivianne met open mond aan. Geen afblaffing? Geen strafwerk? Geen puntenaftrek? Met wat voor verrassingen zou Vivianne nog meer komen? |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Za Jun 25, 2005 15:44 |
 |
Het volgende mysterie
Na de lunch hadden de zesdejaars van Girffoendor opnieuw Verweer tegen de Zwarte Kunsten. Harry was best nieuwsgierig naar de nieuwe leraar, omdat ze van Hermelien gehoord had dat hij best aardig was en ook goed kon lesgeven
'Hij komt helemaal uit Italië!' had ze gejubeld. 'Is hij niet fantastisch?
'Vast,' had Ron gemompeld. 'Ik vind hem een mafkees.'
Hermelien had hem kwaad aangekeken en Ron had zijn mond weer gehouden.
'Ik ben benieuwd hoe hij is,' zei Harry tijdens de lunch. Hij zat tegenover Dirk, die zijn gevoel voor eten blijkbaar weer terug had gevonden, en zich verschranste aan alles wat voor zijn neus stond.
Alleen Vivianne had blijkbaar niets over de nieuwe leraar te zeggen. Ze keek voor zich uit en at langzaam haar lunch op. Ze at opnieuw erg weinig. Na één boterham had ze genoeg en pakte ze haar boek weer.
'Ik heb het al bijna uit,' mompelde ze zacht, terwijl ze een bladzijde omsloeg. 'Morgen krijg je het weer terug.
'Wat is ze stil hé?' zei Ron terwijl ze naar het lokaal Verweer tegen de Zwarte Kunsten liepen. 'Bij het ontbijt was ze nog zo spraakzaam.
'Tsja, vrouwen,' zei Harry. Hij had gelijk spijt van die opmerking, want Hermelien en Vivianne, die iets voor hen liepen, draaiden zich kwaad om.
'Wat heb je trouwens met Dirk gedaan,' vroeg Ron, om op een ander onderwerp te gaan.
'Gedropt in de leerlingenkamer,' zei Harry nonchalant. 'Ik wil hem het liefst de hele dag niet zien. Ik ga hem alleen halen tijdens het eten, en voor de rest van de dag vermaakt 'ie zich maar.'
'Ben je dan niet al te eh... wreed?'
'Waarom zou dat wreed zijn, kijk wat hij in de zomer met mij doet, vind je dat niet wreed?'
'Nou...'
Ron zei niets meer, ze waren bij het lokaal aangekomen, en Harry dropte zijn tas op een lege tafel, naast die van Ron. Toen professor het lokaal binnenkwam, merkte hij hem direct op. Hij liep op Harry en Vivianne af.
'Nog meer nieuwe leerlingen,' zei hij, en hij bekeek de namenlijst. 'Als het goed is zijn jullie Vivianne Aliano en Harry Potter?'
Ze knikten onbeholpen. Professor Carpeggio glimlachte en liep voor naar zijn bureau.
'Vandaag gaan we verder met de Klodderpapplanten. Jullie krijgen ieder een plant en proberen die te verzorgen zonder hem kwaad te maken. Doe handschoenen aan voor het geval ze willen spugen!'
Harry keek Hermelien aan.
'Eh... Klodderpapplanten?'
'Ja die hebben we gisteren behandelt. Lees je boek op pagina 405 en je snapt het allemaal!'
Harry begon te lezen, net als Vivianne en ze gingen toen aan het werk. Het viel Harry op dat Vivianne drukker was dan normaal. Ze praatte erg hard, deed haar werk niet goed, vouwde vliegtuigjes en gooide met proppen perkament. Daarnaast negeerde ze de waarschuwingen van professor Carpeggio, zodat het onvermijdelijke gebeurde.
'Aliano, nablijven!' klonk het door het lokaal. Vivianne keek professor Carpeggio onverschillig in zijn ogen. Professor Carpeggio begon te zweten, al wist Harry niet waarom. Kwam het door Viviannes blik?
Toen de les was afgelopen en ze een uur uitval hadden, gingen ze even naar de grote zaal toe om hun opgekregen huizwerk van die dag te bekijken.
'Eerste les, en dan alweer een werkstuk!' kreunde Ron. 'Sneep moet het niet erger maken, hoor.'
Harry maakte zich meer druk om Vivianne dan om het werkstuk. Het tussenuur was al halverweg en ze was nog steeds niet terug.
'Zullen we even kijken waar ze blijft?' stelde hij voor, en Ron en Hermelien liepen met hem mee naar het lokaal van Verweer tegen de Zwarte Kunsten. Het lokaal was leeg, maar uit het kantoortje, achterin het lokaal, klonken stemmen op.
'Laten we even luisteren,' zei Harry, en hij wenkte Ron en Hermelien mee naar het kantoortje. Muisstil liepen ze er naar toe. Bij de deur luisterden ze aandachtig, en keken ze door de spleet van de openstaande deur.
Professor Carpeggio zat op zijn knieën op het tapijt, met zijn gezicht naar de grond, en Vivianne stond voor hem. Het vreemdste was dat ze elkaar toespraken in een vreemde taal.
'Kha larlio methoa,' zei Vivianne scherp. 'Merla ma buana!'
Ron knipperde met zijn ogen. 'Wat zegt ze?' fluisterde hij zacht. Harry antwoorde niet, maar luisterde koortachtig naar het gesprek.
'Imo belhia mionu,' mompelde professor Carpeggio onderdanig.
'SANTA!' brulde Vivianne. Professor Carpeggio schrok zichtbaar. 'El mia zjeprio. Duan mi kjamira!'
'Laten we gaan,' zei Hermelien, en ze trok aan Harry's mouw.
'Nee,' fluisterde Harry terug. 'Ik heb zo'n voorgevoel...'
Hij luisterde weer verder zonder zijn zin af te maken.
'Kjira eljira mjeso!' riep Vivianne. Ze schopte professor Carpeggio tegen zijn zij. 'Nasku cuptri jemel!'
'Alma,' mompelde professor Carpeggio kermend, en hij wreef over zijn zij.
'Dat help ik je hopen!' zei Vivianne, en ze schakelde over op Engels. 'Als je nog een keer zoiets flikt, Carpeggio! Ik weet je te vinden.'
Ze stond op het punt te vertrekken. Harry, Ron en Hermelien wisten niet hoe snel ze het lokaal uit moesten komen.
'Wat was dat in vredesnaam,' zei Ron, en hij plofte op één van de stoelen neer in de leerlingenkamer.
'Weet ik niet,' zei Hermelien, en ze ijsbeerde in het rond. 'Hier heb ik nog niets over gelezen.'
'Ik misschien wel...' zei Harry opeens. Ron en Hermelien staarden hem aan, en hij voelde dat hij rood werd.
'Ik denk dat...' zei hij. Hij haalde diep adem. 'Ik denk dat ik het verstaan heb.' Hermelien gaapte hem ongelovig aan, en Ron eveneens.
'Hoe kan dat dan?' vroeg hij. Harry schudde zijn hoofd.
'Weet ik niet, maar ze zeiden zoiets als... "Deze blunder is niet te herstellen, volgende keer als je zoiets doet, zal ik je onherstelbaar straffen."'
Hermelien staarde hem aan, en ze zei niets meer.
'Ik denk dat ik even naar de grote zaal ga,' zei Harry. Met zijn hoofd vol gedachten liep hij naar het portretgat...' |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Zo Jun 26, 2005 11:10 |
 |
Ik krijg nog steeds af en toe een errug leuke reactie, dus ik zal zeker verder schrijven. Ik hoop dat jullie het verhaal nog steeds leuk vinden!!!
Een nieuwe taak
Harry snapte 3 dagen later nog steeds niet waarom hij de vreemde taal had kunnen verstaan. Hij kon het niet laten terug te denken aan hun tweede schooljaar, toen hij had ontdekt dat hij de taal van de slangen sprak, maar toen hadden Ron en Hermelien geweten wat voor taal het was. Dit keer was anders, blijkbaar had zelfs Hermelien geen flauw idee wat voor taal het was die Vivianne had gesproken. Vivianne had niets gezegt over het voorval in het kantoortje van professor Carpeggio. Harry, Ron en Hermelien besloten er dan ook niets over te vragen, en het allemaal zelf uit te zoeken.
De ontdekking van de vreemde taal, had voor Hermelien de inmiddels normale uitwerking dat ze uren in de schoolbieb zat en er knorrig weer uitkwam, omdat ze weer eens niets had gevonden.
Toen het cruciale punt eraan zat te komen dat ze bijna door de boeken heen was, besloot ze ermee te stoppen.
'Waarom dan?' vroeg Harry verbaast.
'Ik heb laatst uitgerekend hoeveel kans ik heb in die laatste boeken nog wat te vinden. Bijna niets, dus ik stop ermee.'
Hermelien en Ron lieten het voorval rusten, maar Harry kon het niet uit zijn kop zetten.
Een week later kwam er echter een verrassing voor hem, die hem zijn zorgen in één klap liet vergeten. Professor Anderling vertelde hem dat hij aanvoerder van het zwerkbalteam van Griffoendor was geworden. Harry was opgetogen, en besloot het nieuws gelijk te verspreiden via het prikbord in de leerlingenkamer.
'Echt waar?' zei Ginny opgetogen. 'Mag ik er nog steeds inblijven, als jager dit keer?'
'Dat lijkt me vrij logisch,' zei Harry glimlachend. 'Ik prik een datum voor de eerste training en dan zien we wel of je goed jagerskwaliteiten hebt.'
Ook Vivianne leek erg opgetogen. Zodra ze het had gehoord, liep ze op Harry af en deed ze een voorstel om ook jager in het team te worden.
'We zien wel,' zei Harry. 'Zoals ik net tegen Ginny zei, ik vertel het je na de eerste training.'
Op de ochtend van de eerste training, op een zaterdag, was Harry al vroeg op het zwerkbalveld te vinden. Hij bekeek of de kleedkamers nog te pruimen waren, en of zijn eigen vuurflits de zomer had overleeft. Harry glimlachte. Zijn bezem vloog nog net zo goed als vorig jaar, ook al had hij hem nauwelijks gebruikt.
Na een tijdje kwam er een groepje mensen naar het veld toegelopen. Harry landde gracieus op het veld en begroette ze allemaal.
Hij zag dat de oude teamleden van vorig jaar(Ron, Ginny, André Kolk en Jaques Sippe) maar ook nieuwelingen, onder anderen Vivianne, maar ook een paar tweede of derdejaars die Harry niet goed kende.
'Ik wil jullie vandaag allemaal zien vliegen, en daarna zal ik beslissen of een paar van jullie in het team kunnen. De rest kan alvast invliegen.'
Harry ging het rijtje af, en zag iedereen even zijn kunsten vertonen. Er zaten natuurtalenten bij, maar ook mensen die blijkbaar voor het eerst op een bezem zaten. Eén jongen viel bij het opstijgen met een harde dreun van zijn bezem en moest naar de ziekenzaal met een gebroken duim.
Toen Vivianne aan de beurt was en ze op het doel afvloog met de slurk onder haar arm, merkte Harry gelijk dat ze erg ruw speelde. Ze gebruikte haar ellebogen om het doel te bereiken en sloeg Ron bijna van zijn bezem toen ze wilde scoren.
'Waar denk je dat je mee bezig bent!' schreeuwde Ron haar na, terwijl ze naar Harry vloog om zijn mening te horen.
'Dat was...' zei Harry hakkelend. 'Best... best wel goed.' Hij moest toegeven dat Vivianne vrij goed speelde, ook al gebruikte ze haar ellebogen voor alles wat los of vast zat. Aan het eind van de training meldde hij dat hij vanavond een lijst zou ophangen met de nieuwe samenstelling van het team en joeg iedereen weg. In de kleedkamers ging hij zitten puzzelen.
Die avond kwam de lijst op het prikbord te hangen. Hij zag er al volgt uit:
Aanvoerder: Harry Potter
Jager: Ginny Wemel
Jager: Katrien Hakbijl
Jager: Vivianne Aliano
Drijver: André Kolk
Drijver: Jaques Sippe
Wachter: Ron Wemel
Zoeker: Harry Potter
Harry was opzich best tevreden over het team. Als ze nog maar een beetje kunnen spelen vind ik het best, dacht hij tevreden. Terwijl hij toekeek hoe verschillende Griffoendors op de lijst keken en juichten als ze erop stonden, kwam Vivianne bij hem zitten.
'Bedankt dat ik erbij zit,' zei ze en haar ogen glommen twinkelend in haar kassen.
'Ik vond je gewoon vrij goed, alleen moeten we nog wel aan je stijl gaan werken,' zei Harry, en hij keek haar aan.
'Ik ben alsnog blij,' zei ze.
'Kan ik me vroostellen,' zei Harry. 'Ik denk dat ik wat ga eten.'
Harry liep snel naar het portretgat... |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Ma Jun 27, 2005 14:15 |
 |
Fay dark angel, bedankt voor j berichtjes. Ik hoop dat je dit weer een leuk stukje vind!
De vreemde droom
Toen Harry die avond in bed lag, lag hij nog een tijd wakker, ondanks dat hij vroeg naar bed was gegaan. Pas rond tien uur(hij was om acht uur naar bed gegaan) viel hij in slaap.
Hij droomde van Vivianne. Ze stond voor hem, in een lange, zilverwitte jurk. Ze keek hem aan met haar bodemloze ogen, waaruit een traan rolde.
‘Begrijp je niet Harry, dat Voldemort niet alleen jou wil. Hij wil ook mij,’ zei ze, en haar stem leek van ver weg te komen. ‘Hij wil mij vanwege de ijsvlam. Hij denkt dat ik hem heb, Harry. Maar ik heb hem niet. De ijsvlam rust bij iemand anders, maar ik weet nog niet wie…’
Toen verdween ze, ze loste op in een wolk van zilveren vlinders.
Toen hoorde hij een hoge, kakelende lach, de lach van Voldemort. Harry’s nekharen gingen overeind staan. Toen zag hij hem, hij verscheen in de mist. Zijn witte gezicht met de rode ogen fixeerde zich op Harry. Hij stak zijn magere, witte hand uit.
‘Geef me de ijsvlam, Potter!’ riep hij, en ook zijn stem kwam van verre. ‘Geef hem aan mij, of ik vermoord je vriendin!’
Toen zag Harry dat hij Vivianne gevangen had genomen. Ze hing vastgebonden aan een stenen muur. Haar ogen keken hem smekend aan.
Toen sneed er een stekende pijn door zijn litteken, zo erg dat hij neerviel op zijn knieën. Vivianne’s stem galmde in zijn hoofd.
‘Kja mé!’ krijste ze, en zijn hoofd begon te bonken. ‘Kja mé, Harry! Me huglo tzu sjealy ma!’
Harry wist wat ze had geroepen, hij had het opnieuw verstaan. ‘Red me, Harry!’ had ze geroepen. ‘Ik weet dat je me kunt verstaan!’
Toen schrok hij wakker met een luide gil. Toen hij merkte dat hij gewoon in zijn eigen bed lag, dat Vivianne ook sliep en dat de ijsvlam niet bestond, haalde hij rustig adem.
‘Tisser, Harry?’ vroeg Simon slaperig.
‘Nachtmerrie, ga maar weer slapen,’ mompelde Harry. Hij streek over zijn voorhoofd. Het prikte niet, dat was een goed teken in ieder geval.
Harry merkte dat hij geen slaap meer had. Klaarwakker trok hij zijn ochtendjas aan en ging naar beneden. Tot zijn stomme verbazing was hij blijkbaar niet de enige die niet kon slapen, Vivianne was er ook!
‘Hallo Harry,’ zei Vivianne vrolijk. Ze klopte op de plaats naast haar op de sofa. Harry ging naast haar zitten.
‘Wat ben je vroeg wakker,’ zei Harry verbaast. Vivianne keek hem glimlachend aan.
‘Mij verbaast het eerder jou hier zo vroeg te zien,’ zei ze. ‘Je bent toch nooit zo vroeg geweest. Het is 4 uur ’s ochtends!’
Harry mond viel een beetje open van verbazing. Hij klapte hem gauw weer dicht.
‘Hoe lang zit jij hier al?’ vroeg hij. Vivianne haalde haar schouders op.
‘Ik weet het niet zo precies. Ik denk al twee uur,’ zei ze, en Harry’s verbazing steeg met de minuut. ‘Zullen we even naar buiten gaan?’
‘Ben je gek?’ zei Harry fel. ‘We mogen niet uit de leerlingenkamer ’s nachts!’ Vivianne glimlachte opnieuw mysterieus.
‘We moeten gewoon stil zijn, kom mee!’ En ze liep voor hem uit de leerlingenkamer uit.
Harry wist niet hoe ze naar buiten wisten te glippen, maar ineens stonden ze daar, op het gazon van Zweinstein. Harry keek achterom. Het kasteel lag er vredig bij, iedereen sliep.
‘Kom,’ fluisterde Vivianne, en ze trok hem mee aan zijn arm, richting het meer.
Bij het meer plofte Vivianne op haar knieën neer aan de waterkant. Ze stak haar hand even in het water en rilde. Het water was koud, koud voor de tijd van het jaar. Er ontstonden ringen rond haar hand, die verder over het water rolden, tot ze in het midden van het meer waren.
Vivianne sloot haar ogen, en haalde haar hand weer uit het water. Haar nagels waren blauw gekleurd. Harry knielde naast haar.
Met haar natte hand raakte Vivianne zijn hand even aan. Harry schrok, het was ongelooflijk koud, maar toch warm tegelijk. Harry trok zijn hand terug en keek Vivianne waarschuwend aan. Vivianne glimlachte alleen maar met haar mysterieuze ogen, en ze stak haar hand opnieuw in het water. Er ontstonden opnieuw kringen.
‘Magisch, water,’ zei Vivianne zachtjes. ‘Het zit vol energie, maar het kan tegelijk zo vredig zijn.’ Ze keek Harry diep in zijn ogen. Harry had het gevoel te verdrinken in haar blik.
‘Voel, Harry. Voel de kracht van het water,’ fluisterde ze, en ze trok zijn hand het water in.
Harry snakte naar adem. Het water was vreselijk koud, en het schoeide zijn handen. Hij voelde niets van de energie die Vivianne bedoelde. Hij rukte zijn hand los en verwarmde hem in zijn ochtendjas. Toen keek hij naar de lucht in het oosten.
De lucht was rood en oranje gekleurd, en boven de bomen van het bos was een felle streep geel zichtbaar.
‘Kom,’ mompelde Harry. ‘Laten we gaan, voor ze ons snappen.’
‘Goed idee,’ zei Vivianne, en ze rende achter Harry aan naar het kasteel.
Eenmaal terug in de leerlingenkamer kleedde Harry zich in het tempo van een sneltrein aan. Toen hij klaar was, kwam Ron juist boven.
‘Waar ben jij geweest?’ vroeg hij verbaast, terwijl hij naar Harry’s smoezelige ochtendjas keek.
‘Buiten,’ antwoorde Harry. Hij moffelde zijn ochtendjas snel weg, terwijl Ron zijn wenkbrauw optrok.
‘Buiten, zo vroeg?’ zei hij verbaast. ‘Dat mag helemaal niet. Met wie?’
‘Vivianne trok me mee. We hebben bij het meer gezeten. Nooit geweten dat het meer zo koud is in deze tijd van het jaar.’
‘Is er nog iets… spannends gebeurt?’ vroeg Ron ondeugend. Harry keek verbaast op, maar toen hij Rons glimmende gezicht zag wist hij meteen wat hij bedoelde.
‘Nee,’ zei hij, misschien iets te ruw, maar het kon Ron geen haar schelen. Glimlachend verliet hij de slaapzaal. Harry liep hem achterna.
‘Echt niet,’ riep hij. ‘Echt niet! Kom op, Ron. Je weet toch dat…’
‘Ja?’
‘Laat maar…’
Hij had Ron en Hermelien nog niets over de droom verteld, en dat was hij ook niet van plan. Het was een gewone droom geweest, want Harry had niet het gevoel dat hij echt gebeurt was. Al met al was het een vreemde nacht geweest, maar Harry vergat het allemaal snel toen hij zijn zware onvoldoende voor toverdranken terugkreeg… |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Di Jun 28, 2005 20:00 |
 |
Het geheim verklapt
Harry staarde naar zijn werkstuk. Bovenaan stond een grote D.
‘Niet alweer,’ dacht Harry kwaad. Hij stopte het werkstuk snel in zijn tas en zweerde aan zichzelf dat hij het zou verbranden zodra hij terug was in de leerlingenkamer.
‘Vandaag gaan we verder met onze studie naar het aftreksel van Elvenvleugels,’ zei Sneep zacht. Zijn blik gleed naar Harry, en Harry keek Sneep kwaad aan.
‘Ik wil jullie eerst iets meer vertellen over dit aftreksel. Het aftreksel van Elvenvleugels is een uitstekend middel voor…’ Hij kon, tot Harry’s opluchting zijn zin niet afmaken, want op dat moment ging de deur open en kwam professor Anderling binnen.
‘Sorry, Severus, maar ik moet Potter even hebben,’ zei ze. ‘Potter, er loopt een moddervette jongen over de derde verdieping, en ik denk dat het je neef is. Kom even mee, wil je.’
Harry liep achter professor Anderling aan, de kerkers uit. Aan de ene kant was hij blij dat hij Sneeps les even kon verlaten, maar aan de andere kant voelde hij een beetje leedvermaak opkomen, vanwege Dirk, die verdwaalt was in het kasteel.
Op de derde verdieping liep inderdaad Dirk rond. Hij keek verdwaast om zich heen. Toen hij Harry aan zag komen, samen met professor Anderling, verscheen er een kleine glimlach op zijn varkensgezicht.
‘Ik ben verdwaald,’ was het eerste dat er uit kwam. Harry knikte vermoeid.
‘Ik breng je wel even terug naar de leerlingenkamer,’ zei hij. Hij pakte Dirk ruw bij zijn arm en probeerde hem mee te trekken. Geen groot succes, want Dirk rukte zich los.
‘Ik ben geen baby meer,’ gromde hij.
‘Goh,’ zei hij droog. ‘Je doet me zo aan een baby denken.’
Hij wenkte Dirk door de gangen van Zweinstein, langs diverse schilderijen en harnassen, langs Vilder die aan het boenen was en langs mevrouw Norks, die hen aankeek met haar felle ogen.
‘Ksst,’ siste Harry, en mevrouw Norks schoot weg.
Bij het portret van de dikke dame bleven ze staan.
‘Dreuzelvernuft,’ zei Harry tegen haar, het wachtwoord was vanochtend veranderd.
‘Je weet het nog!’ jubelde de dikke dame. Ze liet hen door.
‘En je blijft hier, hoor je?’ zei Harry fel.
‘Ja ja,’ zei Dirk verveelt, en hij plofte op de bank bij de open haard neer.
‘Ik kom je halen voor het eten.’
‘Best.’
‘En je slaat geen mensen in elkaar.’
‘Je doet maar.’
Harry verliet de leerlingenkamer weer en liep terug naar de kerkers. Plotseling moest hij lachen om de conversatie die hij net met Dirk had. Het was precies degene die hij vorig jaar met oom Herman had gehad toen ze op weg gingen voor de prijsuitreiking van de “het mooiste gazon van Engeland” verkiezing. Dirk moest zich ongeveer hetzelfde voelen, dacht hij.
‘Daar zullen we meneer Potter weer hebben,’ zei Sneep schamper toen hij weer binnenkwam. ‘Je hebt de les bijna helemaal gemist, Potter. Ik wil dat je hem binnenkort komt inhalen.’
Op dat moment ging de bel. Harry pakte boos zijn spullen in en verliet het lokaal.
‘Aanstaande maandag, Potter, om 8 uur in dit lokaal.’
‘Aargh,’ riep Harry gekweld. ‘Ik had toestemming van Anderling om de les te verlaten. Vreselijk gemeen om me die les te laten inhalen.
‘Ron klopte hem op zijn schouder. ‘Ik weet het, jongen. Vreselijk oneerlijk.’
‘Wat was er aan de hand?’ vroeg Vivianne, die aan Harry’s andere kant ging lopen.
‘Dirk was verdwaald,’ zei Harry onverschillig. ‘Ik had die stommeling nog zo gezegd dat hij de leerlingenkamer niet uitmocht, maar hij doet het toch!’
‘Harry, je moet het een en ander gaan uitleggen,’ zei Hermelien ineens boos. Ze kwam naast Ron lopen. ‘Waarom is Dirk hier überhaupt? En waarom heb jij de eerste twee dagen van dit schooljaar liggen maffen in plaats van de lessen te volgen?’ Ron knikte.
‘Dat vroeg ik mij ook af, maar ik heb het niet gevraagd!’ zei hij. Harry nam hem niet serieus meer. Hij kende Ron lang genoeg om te weten dat hij liever lui dan moe was.
Hij keek Vivianne zenuwachtig aan. Ze keek terug met haar bodemloze ogen, en ze knikte. De boodschap was duidelijk; ze zouden het moeten vertellen.
Die avond vertelde Harry, samen met Vivianne en Dirk het hele verhaal. Hoe ongelovig het ook klonk, het gaf antwoord op alle mysteries. Rons mond viel open van verbazing en Hermelien beet op haar lip.
‘Eh, tevreden?’ vroeg Harry zwakjes glimlachend.
‘Ik wist dat er een link was!’ zei Hermelien plotseling luid. Harry keek haar verbaast en licht geschrokken aan.
‘Wat voor link?’ vroeg hij. Hermelien rende naar de meisjesslaapzalen en kwam terug met haar boek. Ze sloeg het open voor Harry’s neus, op de pagina waar Harry op het grimboudplein had zitten lezen. Hij grijnsde.
‘Ja, dat heb ik gelezen,’ zei Harry nuchter. ‘En dan?’
Hermelien gebaarde naar Harry’s woorden, en Harry’s gezicht vertrok.
‘Eh, ik hoopte dat je het zou begrijpen,’ zei Harry schuldig.
‘En dat heb ik gedaan,’ zei Hermelien glimlachend. ‘En ik heb Sneep nu ook door.’
‘Goh,’ begon Ron verbaast. ‘Nooit geweten dat ik ooit een vampier als beste vriend zou krijgen. Laat me je tanden eens zien?’
Harry lachte.
‘Ron, doe eens niet zo gek,’ zei hij luid, maar hij deed toch zijn mond open.
‘Niks te zien,’ zei Ron tevreden. ‘Nu ben ik gerust.’
‘Een aftreksel van Elvenvleugels,’ zei Vivianne opeens peinzend. Iedereen keek haar aan.
‘Wat?’ zei Harry verbaast.
‘Nee… ik zat te denken,’ zei ze raadselachtig. ‘Ik vind het zo’n lange naam voor zo’n simpel drankje.’
‘Hoe wou je het dan noemen?’ vroeg Ron grijnzend. ‘Elvenvleugelbouillon?’
Harry en Hermelien schaterden het uit, en ook op Vivianne’s gezicht verscheen een glimlach. Alleen Dirk zei niets, alleen: ‘Ik snap hem niet. Kan iemand hem even uitleggen?’
‘Oh, Dirk, je bent hopeloos,’ zei Vivianne vriendelijk. ‘Probeer hem niet te snappen, je zou het toch niet voor elkaar krijgen.’
Dat was weer een leuk stukje, vond ik. Ik probeer nog zoveel mogelijk te posten voor ik op vakantie ga(aanstaande zondag). |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Do Jun 30, 2005 9:08 |
 |
Malfidus’ vermoeden
Hermelien boog zich over haar boek terwijl ze naar professor Kist luisterde. Het perkament voor haar stond al vol met aantekeningen. Ze keek op haar horloge; het was bijna tijd. Ze keek opzij naar Harry, Ron en Vivianne. Het stoorde haar, zoals gewoonlijk dat Harry en Ron niet zaten op te letten. Ze zaten met hun handen onder hun kin en hadden hun ogen dicht. Hermelien meende zelfs dat ze Ron zachtjes hoorde snurken. Vivianne zat naast Harry, en keek geïnteresseerd naar professor Kist. Ze leek het vreselijk saai te vinden wat hij vertelde, maar blijkbaar had ze nog nooit een geest voor de klas gezien. Hermelien glimlachte.
Toen de bel ging, pakte Hermelien haar spullen in en verliet het lokaal. Ze bleef buiten even wachten op Harry, Ron en Vivianne, en toen die eindelijk naar buiten kwamen, was de volgende les al haast begonnen. Harry en Ron kwamen duf glimlachend uit het lokaal en Vivianne leek echt vrolijk.
‘Een geest voor de klas, echt ongelooflijk,’ zei ze glimlachend. Hermelien lachte in zichzelf. Ze zou er nooit aan kunnen wennen hoe vreemd Vivianne nou eigenlijk was.
‘Schiet nou op, we zijn al bijna te laat voor kruidenkunde,’ zei ze boos tegen de anderen. Blijkbaar werd Ron toen pas echt wakker, want hij begon plotseling erg snel te lopen.
‘Hé zeg,’ zei Hermelien lachend. ‘Rustig aan jij, we komen nog wel op tijd.’
‘Maar jij zei…’
‘Ja, ik weet wat ik zei, kom nou maar.’
Al tijdens kruidenkunde merkte Hermelien dat Harry vreemd deed. Het was niet echt vreemd, maar hij deed anders dan normaal. Net als Vivianne, merkte Hermelien met een schok op. Ze deed niet zo mysterieus als altijd, maar ze deed vrolijk en deed met alles goed mee. Harry was zo onverschillig. Hij wilde helemaal niets en als hij iets deed wilde hij het niet serieus doen. Ook nu zat hij met zijn Pofroos te rommelen terwijl hij onverschillig uit het raam van de kas staarde.
‘Harry, let eens op, wil je?’ siste Hermelien. Harry keek haar recht aan met zijn groene ogen.
‘Nee,’ geen zin in,’ zei hij knorrig. Hermelien keek hem boos aan. Ze wou net iets terugzeggen, toen de deur van de kas openging.
Het was professor Anderling. Alle leerlingen keken haar aan, terwijl ze streng terugstaarde.
‘Mag ik Potter en Aliano even meenemen?’ Hermelien keek haar verbaast aan. Waarom nu weer, dacht ze.
Harry en Vivianne stonden op zonder vragen te stellen en volgden professor Anderling naar buiten. Hermelien en Ron keken elkaar vragend aan, net als de andere kinderen in de kas. Alleen professor Stronk ging onverstoorbaar verder met haar les. Hermelien haalde haar schouders op en ging verder met haar Pofroos.
‘Maar waarom nou,’ riep Ron. Hij probeerde zich los te rukken uit Hermeliens stevige greep, terwijl ze hem meesleurde door de gangen.
Het was pauze. Terwijl iedereen in de grote zaal zat te lunchen, trok Hermelien Ron naar boven. Hermelien had een vermoeden waar Harry en Vivianne heen waren toen ze in de ochtendprofeet had gekeken.
‘Dreuzelvernuft,’ zei Hermelien bij de dikke dame. De dikke dame glimlachte en klapte open. Hermelien sleurde Ron naar binnen, de wenteltrap op naar de jongensslaapzalen. Daar duwde ze de deur van Rons slaapzaal open.
‘Ik had gelijk, niet?’ zei ze wijsneuzerig terwijl ze op Harry’s bed wees. Rons ogen vielen open.
Harry lag opnieuw vast te slapen, zonder beweging. In het bed naast hem lag Dirk. Zijn postuur leek op een klein bergje. Zonder te protesteren kwam Ron weer met Hermelien naar beneden…
Onderweg naar de grote zaal werd hun weg afgesneden door Malfidus, Korzel en Kwast.
‘Waar is Potter?’ vroeg Malfidus minachtend. ‘Ik heb hem niet gezien bij het eten. Ik wil hem een paar vraagjes stellen, bijvoorbeeld waarom die vetzak de hele tijd om hem heen kringelt bij het eten.’
‘Hij is, eh…’ begon Ron.
‘In de bieb!’ zei Hermelien plotseling. Ze stootte Ron aan vanachter zijn rug. ‘Hij had erg veel huiswerk en hij wil niet gestoord worden, dus…’
‘Larie!’ riep Malfidus. ‘Jullie hebben iets te verbergen. Ik kom er wel achter. Wacht maar af. Ik ga naar professor Sneep, en dan zullen jullie ervan lusten!’
Hij stampte weg, met Korzel en Kwast achter zich aan. Hermelien keek Ron aan.
‘Waar zou hij ons op moeten pakken dan?’ vroeg ze flauwtjes. Ron lachte en liep achter haar aan naar de grote zaal.
De volgende ochtend, tijdens het ontbijt, kwam Egidius aanvliegen. Met een doffe dreun belandde hij op de tafel van Griffoendor, midden in de cornflakes. Hermelien wist een lag te onderdrukken en keek naar Ron, die de brief openscheurde en hem las.
‘Hij is van ma!’ zei hij opgetogen. ‘Wacht, ik lees hem voor.’
Lieve Ron.
Misschien zijn jullie het vergeten en ik wilde jullie eraan herinneren dat jullie een brief zouden sturen zodra jullie wisten wat er met Harry was. Ik heb nog geen brief gekregen, dus hierbij, schrijf eventjes wat er aan de hand is. Gebruik liever niet Egidius, want hij is al verkouden en ik wil niet dat hij ook nog eens reuma krijgt! Ik wacht dus op een brief met antwoord over waarom Harry eerder naar school moest.
Kus, mama
‘Nou, wat gaan we schrijven?’ zei Hermelien peinzend en ze keek Ron aan. ‘We hebben beloofd niets te vertellen over je-weet-wel-wat-ik-bedoel.’
‘Simpel,’ zei Ron. ‘We schrijven een beleeft briefje terug dat wij dat liever niet vertellen en dat Harry het liever zelf verteld.’
Hermelien keek Ron licht bewonderend aan.
‘Daar was ik zelf niet opgekomen,’ zei ze vrolijk.
Die middag nog vertrok de brief naar het nest, aan de poot van een kerkuil. Egidius zat op een stok in de uilenvleugel te slapen.
‘Nou, daar gaat ‘ie dan,’ zei Hermelien. Ze keek Ron aan en greep naar zijn hand.
‘Hé?’ zei Ron lachend. Voordat hij het doorhad kreeg hij een zoen op zijn wang. Hij begon te gloeien… |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Vr Jul 01, 2005 10:18 |
 |
De date
Die ochtend werd Harry wakker met vlinders in zijn maag, en hij wist waarom. Hij had de hele volle maan periode van Vivianne gedroomd. Harry grijnsde onbewust en keek op zijn horloge. Het was 7 uur, en Ron werd ook wakker.
Harry en Ron kleedden zich snel aan en liepen naar beneden, waar Hermelien en Vivianne al in de leerlingenkamer zaten.
‘Zijn jullie daar eindelijk?’ zei Hermelien grijnzend. ‘Ik was al vroeg op. Het is vandaag het eerste weekend dat we naar Zweinsveld mogen, hoor.’
‘Joepie,’ zei Ron blij, maar Harry zei niets. Hij keek naar Vivianne, hoe ze erbij zat in haar normale kleren, hoe ze glimlachte, hoe haar haar straalde.
Plotseling keek ze hem recht aan. Toen ze hem zag kijken leek ze plotseling vreselijk zenuwachtig te worden. Met een verlegen glimlach streek ze door haar haar. Harry voelde opnieuw vlinders opkomen.
‘Harry, joehoe. HARRY!’ klonk het ineens in zijn oor.
‘Eh, ja Ron?’ vroeg Harry, die ontwaakte uit zijn roes en Ron aankeek.
‘Jeetje, sta jij nog te slapen, of zo? Kom, we gaan ontbijten,’ zei Ron.
Harry liep achter Ron en Hermelien aan naar het portretgat. Dirk, die ook beneden was gekomen, en Vivianne liepen achter hen aan. Harry draaide zijn hoofd om en keek Vivianne aan. Pas toen hij zijn hoofd stootte aan het portretgat omdat hij niet goed uitkeek, wist hij zijn gevoelens een naam te geven. Hij was verliefd op Vivianne.
Harry liep door de gangen van Zweinstein, zachtjes zonder geluid te maken. Zo’n 10 meter voor hem liep Vivianne. Harry had haar al sinds het ontbijt gevolgd, vanwege een plannetje dat in zijn hoofd was geschoten tijdens het ontbijt. Hij wou Vivianne mee uitvragen naar Zweinsveld, net zoals hij met Cho had gedaan vorig jaar.
Ja, maar toen was het Valentijnsdag, dacht hij bij zichzelf. Was het dan nog wel gepast.
Tuurlijk, dacht hij vrolijk, en hij wuifde de gedachte weg.
Vivianne liep de meisjes wc in.
In de val, dacht Harry meteen. Hij leunde nonchalant tegen de muur aan en wachtte tot Vivianne naar buiten zou komen. Na ongeveer 5 minuten ging de deur open en kwam ze naar buiten. Harry besloot direct tot actie over te gaan.
‘Vivianne,’ zei hij. ‘Kan ik, eh…’
‘Ja?’ vroeg ze vriendelijk, en ze keek hem recht.
‘Kan ik je even alleen spreken?’ vroeg Harry hakkelend.
‘We zijn nu toch alleen?’ vroeg Vivianne.
‘Niet voor lang,’ zei Harry, die over haar schouder keek en een grote kudde zwadderaars zag aankomen. ‘Kom hierheen.’ En hij trok haar de dichtstbijzijnde deur door.
Het was een bezemkast. Harry zette een bezem voor de deur zodat niemand erin kon en draaide zich toen om naar Vivianne.
‘Zou je…zou je…’ begon hij. Wat was er aan de hand met hem. Zojuist had het een fluitje van een cent geleken. Hij haalde diep adem en probeerde het opnieuw.
‘Zou je… zou je met me uit willen vandaag?’ Hij gooide het er in één keer uit, zodat hij er maar vanaf was.
Vivianne glimlachte, wat Harry erg opluchtte. Ze knikte.
‘Ja,’ zei ze, voor alle duidelijkheid. Harry`s binnenste leek het uit te schreeuwen van vreugde.
‘Eh, mooi,’ zei hij. ‘Zullen we dan vanmiddag afspreken?’
‘Ja,’ zei Vivianne, en ze knikte.
Die middag was Harry al een uur van tevoren helemaal klaar. Om de paar minuten keek hij op zijn horloge en trok hij aan zijn T-shirt. Toen, ten langen leste ging de bel en snelde Harry naar beneden. Hij was daar blijkbaar op hetzelfde moment als Vivianne, want zij kwam ook net uit de meisjesslaapzalen gerend. Ze grijnsde zenuwachtig en streek haar broek glad.
‘Eh, hallo,’ zei ze, en ze lachte. Er stegen opnieuw vlinders op in zijn maag.
‘Zullen we?’ stelde hij voor.
‘Goed idee,’ zei Vivianne, en ze liepen naar het portretgat.
In de hal stond Vilder met een lijst te controleren of iedereen langs was geweest. Harry en Vivianne sloten achteraan.
Eenmaal buiten scheen de zon in zijn ogen. Hij knipperde. Hij was even vergeten hoe fel de zon ook alweer was, na drie dagen te hebben geslapen. Eenmaal in Zweinsveld keek vooral Vivianne geïnteresseerd rond naar de vele winkeltjes.
‘Zullen we ergens iets gaan drinken?’ stelde ze voor. Harry knikte en ze keken rond naar een leuk zaakje.
“De Drie Bezemstelen” was te druk, en bij madame Kruimelaar ging hij voor geen goud meer naar binnen, omdat zijn date met Cho daar op een fiasco uit was gelopen. Uiteindelijk vonden ze een klein, rustig zaakje in één van de zijstraatjes.
Binnen was het klein en bedompt, maar Harry en Vivianne gingen aan een tafeltje zitten en wachtte tot er iemand naar hun toe kwam. Na een paar minuten kwam er een mollige vrouw met rode krullen op hun aflopen. Ze glimlachte vriendelijk, en Harry en Vivianne gaven hun bestellingen op.
‘Twee koppen thee, graag,’ zei Harry, en Vivianne glimlachte. Zonder een woord te zeggen ging de vrouw weer weg.
‘Ik, eh,’ begon Harry. Hij wist niet wat hij moest zeggen.
‘Ik ken dit,’ zei Vivianne. ‘Je weet wel, een jongen en een meisje tegenover elkaar en de één weet niets te zeggen, dus blijft het stil. Vreselijk, vind ik dat.’ Ze sprak op haar mysterieuze manier van doen. Zonder enige waarschuwing pakte ze Harry`s hand. Harry schrok.
‘Het is een rotdate als zoiets gebeurt. Echt, ik heb er ervaring mee. Maar op een dag heb ik gezegd, voor mij geen ongemakkelijke stiltes meer. Ik begin elk gesprek wel met een leuk onderwerp.’ Vivianne schudde fel met haar hoofd terwijl ze dat zei. Haar prachtige bruine haar viel woest voor haar ogen. ‘Dus,’ zei ze. ‘Waarneer gaan we weer trainen?’
‘Morgen, denk ik,’ zei Harry, blij dat hij iets had om over te praten. ‘Ik wil morgen iedereen gaan inwerken.’
‘Leuk,’ zei Vivianne enthousiast. Ze keek Harry recht aan. Ze had zijn hand nog steeds vast. Op dat moment klapperde het deurtje van de keuken en kwam de mollige vrouw naar buiten. Snel liet Vivianne zijn hand los.
‘Twee thee, dat wordt dan 3 sikkels,’ zei de vrouw. Harry betaalde, en de vrouw verdween weer in de keuken. Harry pakte zijn kopje en slurpte eraan. De thee was vies, en Harry vond de 3 sikkels verspilde moeite.
‘Bah,’ zei hij zacht, en kneep zijn ogen dicht.
‘Wacht,’ zei Vivianne. Ze stak het topje van haar wijsvinger in het kopje en roerde. Terwijl ze roerde veranderde de thee in iets anders. Harry proefde. Het was boterbier!
Even later liepen ze over straat, gezellig met elkaar te kletsen, over van alles en nog wat. Over huiswerk, de examens, wat ze later wilden gaan doen.
‘Ik wil graag iets belangrijks gaan doen,’ zei Vivianne glimlachend en ze keek voor zich uit. ‘Je weet wel, iets waar veel mensen baat bij hebben.’
‘En wat had je dan in gedachten?’ zei Harry geamuseerd. Vivianne keek hem recht aan, en er stegen opnieuw vlinders op.
‘Ik weet niet, misschien ga ik onderzoek doen naar speciale planten of zo, maar ik wil in de geschiedenisboeken staan. En jij?’
‘Oh, misschien schouwer, als het kan,’ zei Harry flauwtjes glimlachend. ‘Ik heb er de juiste resultaten voor, dus ik kan het altijd proberen.’
‘Leuk,’ zei Vivianne. Ze liep wat voor hem uit, en ging de hoek om. Toen sperde ze haar ogen open, greep Harry bij zijn kraag en sleurde hem weer terug de steeg in.
‘Wat?’ zei Harry verontwaardigt.
‘Niet kijken,’ zei Vivianne. ‘Daar zijn Ron en Hermelien, en ze hebben een eh… onderonsje.’
Harry begon plotseling te grijnzen en probeerde zich los te maken uit Vivianne`s greep om even te kijken. Hij gluurde om de hoek.
In de schaduw van een groot huis stonden Ron en Hermelien, met hun armen om elkaar heen geslagen en hun gezichten verdacht dicht bij elkaar. Harry giechelde binnensmonds. Toen voelde hij een ruk aan zijn arm en werd hij weer de hoek om getrokken.
‘Ben je gek of zoiets?’ zei Vivianne boos. ‘Je mag mensen niet begluren, dat is onbeleefd!’
‘Ik mag toch wel even kijken,’ zei Harry op gemaakt zeurende toon. ‘Het zijn Ron en Hermelien maar.’
‘Ja, en die hebben ook recht op privacy!’
Harry zuchtte. ‘Al goed, al goed,’ zei hij verveeld. ‘Maarre…’
‘Wat?’ vroeg Vivianne, maar toen ze de blik in Harry`s ogen zag begon ze te giechelen. ‘Oh, ik snap het al,’ zei ze lachend. ‘Jij wil ze na gaan doen, hé?’
‘Nou, niet precies na doen,’ mompelde Harry terwijl hij rood werd. Vivianne legde haar handen op zijn schouders en leunde naar voren.
Nou ja, dacht Harry nonchalant. Hij boog zich naar voren. Toen zijn lippen bijna op die van Vivianne lagen, hoorde hij een harde stem.
‘Potter, hé POTTER!’ Het was Malfidus. Harry draaide zijn hoofd woest om. Hij voelde hoe Vivianne`s lippen langs zijn wang streken en hoe haar handen van zijn schouders gleden.
‘Wat!’ riep hij kwaad. Zijn stem klonk rauw, maar daar maakte hij zich niet druk om.
‘Dat wil je toch niet menen Potter. Jij, met háár?’ Hij lachte luid, wat Harry alleen maar razender maakte. Hij hief zijn hand op om Malfidus een dreun van jewelste te geven, maar zijn hand werd van achteren vast gegrepen.
‘NEE!’ riep Vivianne, en ze trok zijn vuist met onmenselijke kracht naar beneden. Waar haalt ze die kracht vandaan, flitste het door Harry`s hoofd, maar die gedachte was snel verdwenen. Zijn bloed begon te koken, en hij hief zijn andere vuist op. Malfidus trok wit weg.
‘Eh, ik stap maar weer eens op,’ zei hij, en hij liep fluitend weg.
‘Rustig Harry,’ probeerde Vivianne hem te sussen. Ze klopte op zijn hand. Harry`s hart klopte als een drumstel en zijn ademhaling leek wel een wervelstorm.
‘Rotvent,’ vloekt hij, en Vivianne liet hem van schrik los. ‘Kom, we gaan weer naar Zweinstein voor ik hem echt in elkaar sla.’ |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Vr Jul 01, 2005 18:39 |
 |
Ontmoeting in de nacht
Tijdens het avondeten was Harry nog steeds laaiend. Hij wist niet precies waarom. Malfidus had hem niet uitgescholden of zo. Harry kon niet goed nadenken. Zijn bloed kookte maar door en gedachten maalden door zijn hoofd, hoezeer Vivianne hem ook probeerde te kalmeren. Ze klopte hem steeds op zijn arm en fluisterde lieve woordjes in zijn oor. Het deed Harry`s woede iets bekoelen, maar helemaal doven deed het niet. Toen hij genoeg gegeten had, vertrok hij naar de leerlingenkamer.
‘Vergeet je niet dat je nog huiswerk hebt?’ riep Hermelien hem na.
Eenmaal in de leerlingenkamer plofte hij op de bank neer en zette hij zijn nagels in de leuning. Zwaar ademend liet hij zijn hoofd naar achteren zakken. Toen keek hij om zich heen.
Er was niemand in de leerlingenkamer. Iedereen zat nog in de grote zaal. Er verscheen een kleine glimlach op Harry`s mond. Hij was blij dat hij alleen was. Als niemand hem nu kwam storen zou zijn avond bijna volmaakt zijn. Bijna, want als Malfidus nu plotseling zou overlijden door een acute hartstilstand zou hij al helemaal een gat in de lucht springen
Op dat moment ging het portretgat open. Harry gromde binnensmonds en bleef stil op zijn stoel zitten, in de hoop dat niemand hem zou zien.
‘Hallo Harry,’ hoorde hij een bekende stem zeggen. Het was Ron. Dat vrolijkte Harry nou niet bepaald op.
‘Hai,’ bromde hij boos. Ron hield zijn mond en ging tegenover hem bij de haard zitten.
‘Waarom deed je nou zo pissig tijdens het eten,’ vroeg Ron. Hij probeerde Harry doordringend aan te kijken, en die actie slaagde blijkbaar niet al te best, want even later richtte hij zijn blik even op iets anders. Harry haalde nors zijn schouders op.
‘Hoor ‘es,’ zei Ron, en zijn stem ging de pittige kant op. ‘We weten allemaal dat je op het moment niet echt lekker in je vel zit, maar dan hoef je dat niet op ons af te reageren.’
Harry schrok licht van Rons uitbarsting. Hij stond op.
‘Ik wil alleen zijn,’ zei hij boos. Hij stormde naar de jongensslaapzaal en viste zijn onzichtbaarheidsmantel uit zijn hutkoffer. Snel sloeg hij hem om zich heen en liep weer naar beneden. Eenmaal beneden glipte hij naar buiten, en liep onzichtbaar dor het kasteel, totdat hij buiten was.
Eenmaal buiten liet hij de onzichtbaarheidsmantel van zich afzakken. Het was waar wat hij Ron had verteld; hij wilde gewoon even alleen zijn, gewoon alleen om over alles na te denken, de geur van de nazomer op te snuiven en de sfeer te proeven. Hij liep het bordes af, vouwde de mantel op en stak hem in zijn zak.
Harry liep over het donkere gazon naar het meer en plofte daar op het gras neer. Hij keek naar de lucht. De hemel was gevuld met sterren en een afnemende maan blonk als een nachtlampje. Harry voelde alle spanning van de eerste schoolweken van zich afglijden, als een laag modder die losliet door een aangename, warme luchtstroom.
Voldemort had zich al heel lang koest gehouden. Te lang, vond Harry. Er hadden sinds zijn confrontatie met Voldemort in het ministerie van Toverkunst, vorig schooljaar, geen verdwijningen meer plaatsgevonden. Er hing niet verdachts in de lucht. Alles was kalm en ontspannen. Maar Harry voelde dat Voldemort iets aan het uitbroeden was. Het was in feite de stilte voor de storm…
Op dat moment hoorde Harry een takje achter zich kraken. Hij draaide zich met een ruk om en trok zijn toverstok uit zijn zak, die hij op de gedaante achter zich richtte. De gedaante hief zijn handen op en liet de kap zakken die zijn gezicht verborg.
Het was Vivianne. Ze keek hem waarschuwend aan, maar glimlachte toen op haar mysterieuze manier. Harry liet zijn toverstok zakken en draaide zich weer om. Vivianne liep op hem af en ging naast hem zitten. Harry zag dat ze op blote voeten liep.
‘Waarom zit je hier?’ vroeg ze. Ze keek hem vaag glimlachend aan. In het donker schitterden haar ogen als diamanten. Harry gaf geen antwoord op haar vraag. Hij staarde over het water. Vivianne bleef hem aankijken, maar toen ze besefte dat ze geen antwoord hoefde te verwachten, keek ze ook voor zich uit.
Als Harry alleen wilde zijn, dan wilde hij ook alleen zijn. Hij had veel zin om op te staan en ergens anders weer neer te ploffen, maar hij wist dat Vivianne hem achterna zou komen. Toch voelde hij dat ze voor hem gekomen was, alleen voor hem. Ze was niet gestuurd door Ron of Hermelien, maar ze was uit zichzelf op pad gegaan om hem te zoeken.
Harry keek vanuit zijn ooghoeken naar Vivianne. Ze had zich voorover gebogen en was planten en bloemen aan het plukken die aan de rand van het meer groeiden. Harry bekeek haar terwijl ze de bloemen in haar schoot legde en er een bloemenkrans van vlocht. Door haar aanraking kregen de bloemen een roodzilveren glans in het maanlicht. Vivianne`s ogen draaiden zijn kant op en hun blikken ontmoetten elkaar. Ze lachte terwijl ze haar handen ophief en de bloemenkrans op zijn haar legde. Harry bleef haar aankijken terwijl hij de krans weer optilde en hem op Vivianne`s hoofd legde.
‘Hij staat jou beter,’ zei hij zacht. Ze lachte, terwijl ze haar hand naar de zijne bewoog en haar ranke vingers met de zijne liet verstrengelen. Hun blikken versmolten.
Toen vond Harry het genoeg. Hij stond half op. ‘Ik moet weer gaan,’ zei hij.
Plotseling werd Vivianne`s verstrengeling een ijzersterke greep. Ze trok Harry met een ruk weer naar beneden en drukte een innige kus op zijn mond.
Het was één van de mooiste ervaringen uit Harry`s leven. De kus was zoeter dan honing, en liefdevoller dan hij ooit van zijn leven had ervaren. Vivianne sloeg haar armen om hem heen en betoverde hem met haar aanraking, zodat Harry het contact tussen hun lippen niet kon verbreken. Hun gevoelens voor elkaar versmolten tot een mengeling van liefde en verbondenheid, want hoe je het ook wendde of keerde, Harry en Vivianne waren aan hetzelfde lot verbonden, het lot van een weervampier.
Toen verbrak Vivianne de kus. Ze keek Harry recht aan en Harry zag tranen opwellen in haar prachtige ogen.
‘S…sorry,’ zei ze trillend. ‘I…ik kon niet…’ Maar Harry legde een vinger op haar lippen.
‘Ik weet genoeg,’ zei hij zacht. Hij trok haar overeind. Vivianne keek hem glimlachend aan en omhelsde hem. Stiekem gaf ze hem een zoen op zijn wang… |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Za Jul 02, 2005 17:56 |
 |
Het spijt me om dit te vertellen, maar alle mensen die mijn verhaal trouw lezen zullen het een tijdje moeten missen. Ik ga namelijk op vakantie!!! Waarschijnlijk voor 2 à 3 weken. Als ik terug ben zal ik zo snel mogelijk weer een stuk posten, en ik ga ook veel aan mijn verhaal doen op vakantie. Ik hoop dat jullie het verhaal leuk genoeg vinden om te blijven wachten tot het volgende stuk. Ik hoop dat iedereen net zo'n leuke vakantie krijgt als ik, en vergeet niet dat jullie best reacties op mijn verhaal mogen insturen, ookal zal het een tijdje duren voor ik ze lees. Nou, prettige vakantie allemaal!!!
O ja, ik ben bezig met het bedenken van een vervolg op dit verhaal. Vinden jullie dat ik daarmee door moet gaan? Laat het me snel weten! |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Za Jul 23, 2005 18:22 |
 |
Dit is weer een flink lang stuk, maar dat mocht ook wel. Dan hebben jullie weer iets, en ik denk dat het wel waard was om erop te wachten. Veel leesplezier!!
Voldemorts waarschuwing
Ben je Cho nu alweer vergeten? Vroeg Ron toen Harry de leerlingenkamer inkwam, met Vivianne achter zich aan. Er lag een eigenwijze grijns op zijn gezicht en Harry voelde dat hij knalrood werd.
‘Waar heb je het over?’ vroeg hij zo nuchter mogelijk, maar zijn wangen, die inmiddels zo rood waren als paprika’s, spraken boekdelen.
‘We hebben jullie gevolgd vanuit het raam,’ zei Ron grijnzend, en hij wees naar het raam. Op dat moment verscheen Hermelien naast Ron. Ze glimlachte.
‘Je hoeft je niet te schamen,’ zei ze, doelend op Harry’s rode wangen. ‘Ik denk dat wij de enige zijn die het gezien hebben.’
Harry lachte zenuwachtig. Plotseling greep Hermelien Rons arm beet en legde ze haar hoofd op haar schouder.
‘Als wij jullie geheim bewaren, bewaren jullie dat van ons, akkoord?’
Harry keek Vivianne in haar ogen.
‘Akkoord?’ vroeg hij.
Vivianne legde een arm om zijn schouders. ‘Helemaal,’ zei ze glimlachend. Op dat moment begon Ron te geeuwen.
‘Ik ga naar bed,’ zei hij. Hij liet zijn arm uit die van Hermelien glijden, bukte zich om een zoen op haar wang te geven en liep naar de trap van de jongensslaapzalen, zonder een woord te zeggen.
Hermelien streek met een dromerig gezicht over haar wang, waar Ron zonet een zoen op had gegeven, en liep stilletjes naar de meisjesslaapzalen.
Harry schudde zijn hoofd en glimlachte.
‘Die heeft het zwaar te pakken,’ zei hij.
Vivianne zuchtte. ‘Ik ook,’ zei ze met dromerige stem.
‘Zeg nog één keer op wie,’ zei Harry op ondeugende toon. Vivianne glimlachte en gaf een zoen, ten teken van een antwoord.
‘Wie anders gekkie?’ zei ze.
‘Ik moest het toch controleren?’ zei Harry grijnzend. Vivianne lachte, greep een kussen van de sofa en smeet het naar zijn hoofd. Harry ontweek het vormeloze, paarse ding behendig en smeet een rood exemplaar naar Vivianne, wat haar op een haar na miste.
‘Jij rotzak!’ zei ze giechelend. Ze rende naar hem toe en sprong op zijn rug. Door dat plotselinge extra gewicht verloor Harry zijn evenwicht en viel achterover, bovenop Vivianne.
‘Au,’ kermde ze. Harry rolde naar links, van haar af. Hij plofte op zijn buik op de houten vloer en keek opzij. Vivianne staarde glimlachend naar het plafond en wreef over haar achterhoofd.
‘Bedtijd,’ zei Harry grijnzend. Hij stond op.
‘Nu al?’ vroeg Vivianne gemaakt zielig.
‘Ja, nu al!’ zei Harry, en hij hees haar overeind.
‘Krijg ik nog een nachtzoen?’ vroeg Vivianne en ze zette grote bambi-ogen op
‘Moet dat?’
‘Ja!’
‘Goed dan…’
Harry gaf Vivianne een kus op haar wang. Vivianne giechelde.
‘Welterusten,’ zei Harry. Hij keek Vivianne na terwijl ze glimlachend naar de meisjesslaapzalen liep. Harry had veel zin haar achterna te lopen, maar hij wist dat jongens niet in de meisjesslaapzalen mochten komen. Met zijn hoofd in de zevende hemel liep hij de trap op naar de jongensslaapzalen. Vivianne was perfect, dacht hij dromerig. Hoe haar ogen glansden, en hoe haar glimlach hem betoverde. Het ontging hem dat ze veel te sterk was voor een normaal meisje van haar leeftijd.
Hij ging de laatste trap omhoog, opende glimlachend de deur waar “zesdejaars” opstond en ging naar binnen…
‘HARRY!’
Harry werd ruw uit zijn mijmeringen opgeschrokken toen een luide gil van Ron in zijn brein weerkaatste. Hij hief zijn hoofd met een ruk op en dook in een reflex weg voor een lamstraal die naar hem werd afgevuurd. De lamstraal ketste weg door het raam, en Harry hief voorzichtig zijn hoofd op.
Ron, Marcel en Dan lagen her en der verspreid door de kamer, en in het midden stond Simon. Zijn ogen vlamden en hij had zijn toverstok op Harry gericht.
‘Simon, wat…’ begon Harry, maar Ron was hem voor.
‘Hij is bezeten, Harry! Luister niet naar hem, wat hij ook zegt!’
Harry keek Simon recht aan. Simons gezicht was rood en bezweet, maar in zijn blik glansde een bekend iets. Met een schok besefte Harry dat het Voldemorts blik was, die hij in Simons ogen herkende. Hij trok zijn toverstok uit zijn zak.
‘Harry, wat ben je van plan?’ vroeg Marcel. Hij zat verscholen achter Rons bed. Het zweet drupte van zijn voorhoofd.
Simon zei nog steeds niets, hij staarde Harry aan met zijn blauwe ogen, waar een rode glans op lag. De stilte maakte Harry zenuwachtig. Hoe lang zou het duren voordat hij een vloek uit zou spreken. Had hij tijd om zich te verdedigen, of kon hij zich wel verdedigen. Als jij de Avada Kedavra op hem af zou sturen was er geen verdediging mogelijk.
‘Harry Potter,’ zei Simon zachtjes. Harry hoorde zijn stem, maar de kille, sissende stem van Voldemort schemerde er duidelijk doorheen.. Harry’s nekharen stonden overeind. ‘Wat een verrassing.’
Harry zei niets. Simons ogen schitterden duivels. Hij liet zijn toverstok zakken en keek Harry recht aan. Er speelde een mysterieuze glimlach rond zijn mond.
‘Ik ben gekomen om je een boodschap te geven,’ zei Simon op sissende toon. ‘Zeg tegen die modderbloedjes vriend Perkamentus dat ik nog met hem afreken. Hij heeft me beroofd van de meest recente kans om je voorgoed stil te krijgen.’ Hij begon te ijsberen. ‘Echt, als je eraan terugdenkt. De vloek was onderweg!’ Zijn stem barstte van de frustratie. ‘Nog maar zo’n stuk en hij had je geraakt.’ Hij mat ongeveer een halve meter met zijn handen. ‘En dat moet hij zonodig een standbeeld betoveren om de klap op te vangen!’ Hij gaf een brul van woede. Harry’s gedachten draaiden razendsnel.
‘Wat weerhoud je ervan me nu te vermoorden?’ flapte hij er uit. Het zat hem zó dwars. Rons hoofd kwam met een ruk boven Daans bed uit piepen. Hij keek Harry met grote ogen aan. Simon lachte hoog en kil.
‘Niets,’ zei hij grijnzend. ‘Behalve dat die modderbloedjes vriend er niet bij is. Ik wil je onder zijn seniele ouwe neus van kant maken. Dat doet meer pijn dan dat ik het hier doe.’ Hij grinnikte. ‘Daar streef ik naar,’ zei hij. ‘Ik wil zijn tranen zien voor ik hem ook afmaak.’
Harry gromde binnensmonds, maar zei niets.
‘Wat kijk je moeilijk, Harry Potter?’ zei Simon lachend. ‘Wou je me straffen? Wou je me billenkoek geven? Geloof me, als je me wilt verlammen of zoiets, dan ben je dood voor je de eerste lettergreep van die spreuk kan uitspreken.’
Harry liet de gedachte om Simon, alias Voldemort, ter plekke iets aan te doen en hield zijn mond. Simon keek hem grijnzend aan.
‘Schokkend, niet?’ zei hij sinister. ‘Ik denk dat nu alles wel gezegd is. O ja, ook nog dit.’
Hij hief zijn toverstok op.
‘PARALITIS!’ brulde hij. Er schoten vier lamstralen uit zijn toverstok, die alle kanten op gingen. Harry bukte zich voor een exemplaar dat recht zijn kant opkwam. De lamstraal ketste weg via de houten muur en raakte Daan, die met een dreun op de vloer viel. De andere drie raakten Marcel op verschillende plaatsen. Hij zakte in elkaar.
‘Oh, je bent onwijs irritant!’ gromde Voldemort. ‘Alles wat ik probeer om je neer te leggen lukt niet. Wanneer geef je het toch op!’
Harry luisterde maar half. Hij lette op Ron, ie niet was geraakt door één van de lamstralen en Simon nu van achteren besloop.
‘Nooit, als het kan,’ zei Harry glimlachend. Op dat moment greep Ron Simon beet om zijn middel.
‘Hebbes!’ riep hij. Simon gaf een hoge, kille schreeuw en probeerde zich los te maken. Ron had hem echter zo stevig beet dat dat niet lukte. Na een kleine minuut gaf hij het op.
‘Tot ziens, Harry Potter,’ zei hij. Hij sperde zijn mond wijd open.
Na een tijdje begon hij te kokhalzen, n dreef er een zwarte wolk uit zijn mond, die kakelend wegvloog uit het raam.
Simon kreunde en zakte in elkaar. Zijn gezicht was nat van het zweet en zijn ogen rolden achter zijn gesloten oogleden. Ron liet hem los.
‘gedoe,’ zei Ron zachtjes. Hij ging op zijn hurken zitten en bekeek Simon, die vreselijk bleek werd en begon te trillen als een rietje. Ron keek op naar Harry, die nog geen vin verroerd had.
‘Gaat het?’ vroeg Ron. Harry knikte.
‘Ik maar me eerder zogen om hem,’ zei hij, en hij knikte naar Simon. Hij liep naar hem toe en hurkte bij hem neer. ‘Hij gloeit.’
Plotseling keek Ron hem kwaad aan.
‘Waar sloeg dat op!’ riep hij. ‘”Wat weerhoud je ervan me nu te vermoorden?” Jemig, ik schrok me een ongeluk!’
Harry haalde zijn schouders op. ‘Met zoiets in het vooruitzicht,’ mompelde hij. Ron pakte hem bij zijn schouders en schudde hem door elkaar.
‘En ik dan?’ vroeg hij. ‘En Hermelien, Vivianne, Hagrid? Weet je wel wie en wat je achterlaat?’
Harry, die ook woedend werd, rukte Rons armen van zijn schouders en keek hem met vlammende ogen aan.
‘Weet je wel wie ik er dan voor ik de plaats krijg? Pap, mam, Sirius!’ Hij wendde zijn hoofd af. ‘Misschien is het daar wel beter dan hier…’
Harry zag vanuit zijn ooghoek dat Ron hem aankeek. Plotseling stortte Ron zich naar voren en sloeg zijn armen om Harry’s nek. Harry sloeg zijn armen om Rons middel.
‘Het spijt me,’ fluisterde Ron.
‘Nee, het spijt míj,’ zei Harry. Hij voelde zich opeens ontspannen. Hij voelde hoe er een traan van Ron gezicht in zijn nek drupte. Het maakte iets in hem los, waardoor hij Ron alleen maar steviger beetpakte.
Op dat moment ging de deur van de slaapzaal open en kwam professor Anderling binnen. Ze keek Harry en Ron priemend aan.
‘Ik kreeg klachten over lawaai. Zaten jullie te keten?’
Toen ze geen antwoord kreeg knielde ze bij Harry en Ron neer en tikte ze op Harry’s schouder. Harry reageerde niet.
Toen deed Ron één oog open en keek hij professor Anderling recht aan.
‘Zou u ons even alleen willen laten, alstublieft?’
Professor Anderling keek de kamer rond, naar Daan en Marcel, die beiden verlamt waren, naar Simon, die op de grond lag, met een krijtwit gezicht, en naar Harry en Ron, die op de grond zaten met de armen om elkaar heen. Ze slikte moeizaam, maar knikte bijna onopmerkzaam.
‘Goed, Wemel,’ zei ze zacht, en ze liep de kamer weer uit. Toen de deur in het slot viel, liet Ron los. Harry liet met lichte tegenzin zijn armen van Rons middel glijden.
‘Je moet me één ding beloven,’ zei Ron terwijl hij Harry glimlachend aankeek.
‘Wat dan?’ vroeg Harry.
‘Dat je nooit, maar dan ook nooit zelfmoord gaat plegen.’
Harry lachte. ‘Wat dacht jij dan?’ zei hij glimlachend. ‘Ik heb er nooit sirieus over nagedacht, hoor.’
Ron zuchtte opgelucht. ‘Das oké.’
‘Zullen we Anderling dan maar even roepen?’
‘Goed idee.’ |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Ma Jul 25, 2005 14:18 |
 |
Dit is weer een stukje. Het stroomd mijn hoofd binnen op het moment(of juist niet, ligt eraan hoe je het bekijkt). Bedenk dat een reactie altijd mag!Zwamdrift
‘Harry.’
Harry keek omhoog naar het bladerdak van de eik waar hij tegenaan zat. Bovenin zweefde Vivianne’s gezicht. Ze keek hem bezorgt aan.
‘Hallo,’ zei Harry. Hij had niet veel zin om te praten, na wat er die avond daarvoor was gebeurt. Professor Anderling had Daan en Marcel weer bijgebracht en Simon naar de ziekenzaal gebracht. Vervolgens had Ron aan Hermelien en Vivianne verteld dat ze goed op Harry moesten letten. Harry was het gestaar zo zat geworden dat hij naar buiten was gelopen en tegen een eik was gaan zitten, maar zo te zien had hij daar ook geen rust.
Vivianne zwaaide haar benen over de tak waar ze op zat en plofte naar beneden. Vervolgens ging ze naast Harry zitten.
‘Ron heeft me alles verteld,’ zei ze.
‘Weet ik,’ bromde Harry. Hij staarde naar de voordeuren van het kasteel. Vivianne pakte zijn hand.
‘Waarom was je het van plan?’
‘Ik ben het nooit van plan geweest.’ Harry bleef voor zich uit te staren, maar zijn bloed begon lichtjes te koken.
Vivianne keek hem aan. Toen wendde ze haar blik af.
‘Ik ga wel weg als je geen zin hebt om te praten,’ zei ze.
‘Doe dat,’ zei Harry bot. Hij had er direct spijt van. Vivianne stond op en rende weg.
Eindelijk rust, dacht hij. Het zat hem dwars dat hij Vivianne zo behandelt had, maar in tegendeel was hij nu eindelijk alleen, zoals hij wilde.
Het was warm, en veel leerlingen zaten bij het meer met hun huiswerk. Harry veegde het zweet van zijn voorhoofd. Hoewel hij in de schaduw zat, was het toch veel te warm om in een zwart schoolgewaad rond te lopen. Ze hadden ons gele gewaden moeten voorschrijven, dacht Harry puffend. Hij stond op en wou aanstalten maken om naar het kasteel te lopen om de koelte van de gangen op te zoeken. Op dat moment werd zijn aandacht getrokken door Malfidus die met Korzel en Kwast bij het meer stond. Ze praatten met een klein ventje dat hoogstens in het eerste jaar moest zitten. Harry probeerde ongemerkt wat dichterbij te komen om te luisteren wat ze zeggen.
‘Dus ik heb van pappie gehoord dat de heer van het duister een geschikte schuilplaats heeft gevonden. Ik weet alleen niet precies waar,’ hoorde Harry het kleine ventje zeggen. Hij praatte zachtjes om de leerlingen niet argwanend te maken.
‘Prima,’ zei Malfidus. ‘Je moet vooral doorgaan met informatie afluisteren. Vleeschouwer weet vast nog veel meer dan alleen dat. Je houdt ons op de hoogte, begrepen?’
‘Begrepen,’ zei het ventje onderdanig. ‘Ik ga pappie gelijk een brief sturen. Doei!’
Het ventje rende naar het kasteel. Malfidus draaide zich naar Korzel en Kwast en wreef in zijn handen.
‘Geweldig, klassenoudste zijn. Je kan die eerstejaars zo manipuleren dat ze alles voor je doen. Die Alfred Vleeschouwer kan vast nog veel meer voor ons doen. Kom, we gaan.’
Malfidus liep weg, met Korzel en Kwast in zijn kielzog.
Harry kwam uit zijn schuilplaats. Dus dat ventje was het zoontje van Vleeschouwer. Als dat echt zo was, dacht hij, dan moesten ze voor hem oppassen. Via hem kon Vleeschouwer aan allerlei informatie komen. Harry keek op zijn horloge en schrok. Het blokuur waarzeggerij begon zo. Hij greep zijn tas bij de eik vandaan en snelde naar het kasteel.
‘Ik had al voorspeld dat je te laat zou komen, meneer Potter. Ga snel zitten en sla pagina 145 open.’
Zwamdrift was even dromerig als altijd toen Harry het lokaal binnenkwam. Hij liep naar zijn plaats en sloeg zijn boek open.
‘Vandaag gaan we verder met het lezen van foto’s. Ik heb voor een aantal foto’s gezorgd. Het is jullie taak uit te zoeken wie het is, hoe oud hij is en wat voor werk hij doet.’
Ze ging het lokaal rond en deelde de foto’s uit. Harry en Ron kregen ieder een foto van een vrouw. Ron had een mollige, zwartharige vrouw met een bril en een aktetas, en Harry een slanke vrouw met een gestreept badpak aan.
‘Makkie,’ zei hij. ‘Haar beroep is fotomodel, nu de rest nog.’
‘En die van mij iets met kantoor, maar dat moet nog worden uitgewerkt. Ik denk dat ze in een kantoor werkt waar ze gratis donuts hebben.’
Harry lachte en keek opnieuw naar zijn foto en probeerde zich te concentreren.
‘Dit is gekkenwerk,’ zei hij. ‘Ik kom ik er nou ooit achter wie dit is?’
‘Laat mij eens kijken?’ zei Ron, en hij trok Harry’s foto naar zich toe. ‘Kijk, dit is een Haute Contourne badpak, dus ik denk dat dit Britney Spears is, en hoe oud is Britney Spears?’
Harry grijnsde. ‘Geen idee,’ zei hij.
‘Wat? Weet je niet eens hoe oud Britney Spears is?’ zei Ron stomverbaasd.
‘Hoe moet ik dat nou weten? Ze wordt elke seconde weer ouder,’ zei Harry bijdehand. Ron liet zijn kin in zijn hand vallen en zuchtte.
‘Je hebt een punt,’ zei hij. ‘Nu ik nog.’ Hij keek naar zijn foto en wees met een groot HA op het naamplaatje van het uniform van de vrouw.
‘Verrekijker, please,’ zei hij. Harry boog zich over de foto en floot.
‘Dat wordt eerder een microscoop,’ zei hij.
‘Potter, Wemel, willen jullie je concentreren?’ vroeg professor Zwamdrift dromerig. Ze zat aan haar bureau en keek naar het plafond. Parvati en Belinda gniffelden.
‘Doos,’ zei Ron, en hij trok een gezicht. Harry viel van zijn stoel van het lachen.
Plotseling begon Parvati te gillen.
‘Professor!’ riep ze. ‘Professor, wat is er aan de hand?’
Harry richtte zijn hoofd met een ruk op en hees zichzelf weer op zijn stoel. Vervolgens keek hij naar het bureau van professor Zwamdrift.
Professor Zwamdrift was opgestaan en leunde zwaar ademend op haar bureau. Toen keek ze de klas in. Haar ogen draaiden in hun kassen en er droop een sliertje kwijl uit haar mond.
‘De toverwereld is in gevaar!’ zei ze met een zware, grommende stem. ‘De toverwereld is in gevaar. Het gevaar komt van twee kanten naar Zweinstein toe. De heer van het duister zal toeslaan. Er is echter maar één persoon die hem tegen kan houden…’
Ze plofte met een hese ademhaling terug op haar stoel. Haar hoofd plofte met een dreun op de houten tafel. Toen ze haar hoofd weer oprichtte, had ze haar normale, dromerige uitdrukking weer terug.
‘Sorry, waar was ik?’ zei ze verbaast. De hele klas keek haar met angstige ogen aan.
‘Wat was dat?’ vroeg Ron. Hij staarde met open mond naar Zwamdrift. Harry stootte hem aan met zijn elleboog.
‘Dat is ook in ons derde jaar gebeurt, weet je nog?’ zei hij. ‘Dat was een echte voorspelling, we moeten nou alleen uitzoeken wat het betekend.’ |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Za Jul 30, 2005 15:49 |
 |
Hee, hier is weer een nieuw stuk voor de fans. Ik hoop dat jullie het weer leuk vinden!
Nieuw verlangen
2 maanden later
Harry stond die ochtend op met een vreemde kriebel in zijn maag. Geen hongergevoel of zoiets, maar iets dat hij nog nooit eerder had gevoeld. Hij stapte uit zijn bed, kleedde zich aan en ging voor de spiegel staan. Hij schrok.
Zijn spiegelbeeld was bleek en zijn wangen waren licht ingevallen. Met grote ogen van verbazing haalde hij zijn handen over zijn gezicht. Hoe kon dit zo opeens? Hij had toch niets verkeerds gegeten gisteravond?
Hij liep de trap af naar beneden. Het was zaterdag, en er hing een briefje op het prikbord dat ze dit weekend weer naar Zweinsveld mochten. Harry besteedde er niet veel aandacht aan. Hij liep naar het portretgat en klom er door heen.
‘Goedemorgen,’ geeuwde de dikke dame. ‘Wat doe jij zo vroeg op?’
‘Vroeg?’ zei Harry verbaast. Hij keek op zijn horloge. Het was pas half 7, en er zou waarschijnlijk nog niets te eten zijn in de grote zaal. Harry zuchtte en draaide zich om.
‘Misschien moet jij wat crème op je gezicht smeren,’ zei de dikke dame. ‘Je hebt duidelijk een erg droge huid.’
Harry stak zijn tong uit en klom de leerlingenkamer weer in. Het was nog doodstil. Harry ging op de fauteuil bij de haard zitten en droomde weg.
Na een paar minuten hoorde hij gestommel in de richting van de meisjesslaapzalen. Voetstappen op de houten vloer en toen twee armen die om zijn nek werden geslagen.
‘Hoi Daan,’ hoorde hij Ginny zeggen.
‘Sorry?’ zei Harry droog en hij draaide zich om. Ginny werd knalrood. Ze liet Harry los met trillende handen.
‘Vergissing,’ zei ze, maar Harry glimlachte.
‘Is niet erg,’ zei hij. ‘Kom erbij zitten.’ Hij klopte op de fauteuil naast hem. Met een glimlach ging Ginny zitten en keek hem aan.
‘Je bent een beetje vroeg,’ zei ze, en ze lachte.
‘Jij niet dan?’ zei Harry grijnzend. ‘Het is pas half 7.’
Ginny grinnikte. ‘En dat voor een zaterdag,’ lachte ze.
Harry knikte en keek Ginny aan. Ginny was speciaal voor hem. Ze was er altijd voor hem, en hij kon zo goed met haar praten. Ook nu zei ze niets van zijn bleke gezicht, of zijn ingevallen wangen. Ze keek naar hem in zijn geheel, en lette niet op details.
Ze bleven een tijdje kletsen, over school, zwerkbal en de S.L.IJ.M.B.A.Llen, waar Ginny dit jaar voor op zou gaan.
Het was inmiddels al half 8 toen Ron, Hermelien, Dirk en Vivianne ook beneden kwamen. Met zijn zessen gingen ze naar de grote zaal. De geur van gebakken spek drong hun neuzen binnen.
Ze gingen zitten en schepten op.
´Vandaag weer naar Zweinsveld,´ zei Ron genietend. Hij sloot zijn ogen en kauwde op zijn eieren met spek. ´Daar was ik echt aan toe.´
´Zeg dat,´ zuchtte Hermelien. ´Het was leuk de vorige keer, niet dan Ron?’ Ze knipoogde naar Ron, wiens oren rood kleurden. Ginny giechelde.
Rond 10 uur deed Harry zijn jas aan en liep naar de poort, samen met Ron, Hermelien en Vivianne. Met zijn vieren liepen ze naar Zweinsveld, aansluitend op de grote groep leerlingen.
‘Hee, moet je zien!’ riep Ron. Hij wees naar Zacherinus en trok de rest naar binnen. ‘Die staan er nu nog steeds.’
Hij pakte de pot met kakkerlakchruncies van de plank. Hij leek niet leger te zijn geworden, eerder gevuld.
‘Oh, jakkes, die wou jij toen voor Harry meenemen, weet je nog?’ zei Hermelien. Ze trok een vies gezicht.
‘Oh, en eerst dacht ik nog aan deze,’ zei Ron grijnzend. Hij prikte tegen een plastic doos met de lollies met bloedsmaak.
Harry`s blik bleef op de lollies hangen, en zijn maag maakte een vreemde slinger.
‘Harry?’ hoorde hij Ron zeggen. Hij luisterde niet. Zijn blik bleef hangen op de bloedsmaaklollies.
‘Harry, kom op,’ zei Hermelien. ‘We gaan weg.’
‘Ze reageren niet,’ zei Ron. Hij sjorde aan Vivianne`s arm. Ze bleef onbewegelijk staan, met haar blik aan de lollies vastgelijmd.
Harry voelde in zijn broekzak. Hij vond wat muntstukken en haalde ze eruit. Vervolgens pakte hij twee lollies, betaalde en gaf er één aan Vivianne.
‘Hier, Viv,’ zei hij. Vivianne graaide hem uit zijn hand, peuterde het papier eraf en stak hem in haar mond. Er verscheen een klein lachje op haar gezicht.
Harry stak zijn lolly in zijn mond en liet zijn gezicht ontspannen. De bloedsmaak golfde over zijn tong heen. Misschien was het goor, maar het had iets vertrouwds.
Vanuit zijn ooghoek zag hij dat Ron en Hermelien hen walgend aankeken. Hermelien pakte hem beet en sleurde hem de winkel uit.
Eenmaal buiten trok Hermelien de lolly uit zijn mond en bekeek hem. Hij was felrood.
‘He!’ riep Harry. Hij pakte zijn lolly van haar af en stopte hem weer in zijn mond. ‘Van mij,’ mompelde hij. Hermelien keek hem vreemd aan.
‘Laten we gaan,’ zei Ron, en hij liep voor hen uit verder de straat door.
‘Leg uit!’ riep Hermelien. Ze duwde Harry en Vivianne tegen een muur aan en sloeg haar armen over elkaar.
‘Wat valt er uit te leggen,’ zei Harry lacherig. Hermelien keek hem boos aan en wees op het lollystokje dat uit zijn mond stak.
‘Dát,’ zei ze pinnig. Harry haalde de lolly uit zijn mond en keek ernaar.
‘Ik weet niet,’ zei hij met toegeknepen ogen. ‘Ik zag ze en…’
‘Je wou er in bijten?’ zei Ron subtiel. Harry keek hem met geschrokken ogen aan.
‘Denk je?’ vroeg hij.
‘Doe niet zo raar Ron!’ riep Hermelien kwaad. ‘Je moet het niet erger maken dan het is. Misschien zijn ze wel hartstikke lekker. Laat mij eens proeven?’
Vivianne maakte haar lolly schoon met een stukje papier en gaf hem aan Hermelien. Hermelien kneep haar ogen stijf dicht en proefde van de lolly.
‘Oh, gatver!’ riep ze. Ze spuwde op de grond en gaf de lolly met uitgestoken tong terug aan Vivianne. ‘Hier, mag je houden. Oh, wat ranzig!’
Harry lachte bij het zien van Hermeliens vertrokken gezicht.
‘Weet je nog wat jij zei, drie jaar geleden?’ zei Ron duister. Hij imiteerde Hermeliens stem en herhaalde wat je toen zei.
‘”O nee, getsie. Ik denk dat die voor vampiers zijn of zo!”’
Harry begon opeens te trillen en het zweet brak hem uit. Hij rende weg, in paniek.
‘Harry!’
Het was Vivianne. Harry remde iets af, zodat Vivianne hem kon inhalen. Ze pakte hem bij zijn schouders en liet hem stoppen. Voor hij iets kon zeggen legde ze haar lippen op de zijne.
‘Het betekent vast niets, Harry. Maak je niet druk!’ fluisterde ze. Ze omhelsde hem. |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Zo Jul 31, 2005 19:17 |
 |
Dit is weer een klein stukje. Misschien vonden jullie het vorige stuk niet al te goed, maar ik kan jullie beloven dat het steeds spannender gaat worden!
Opheldering
´Ik had het kunnen weten,´ gromde Harry. ´Ik had kunnen voorspellen dat er meer achter zat dan alleen moorden bij volle maan.´
Harry, Ron en Hermelien zaten in de leerlingenkamer van Griffoendor, die helemaal vol zat met druk kletsende leerlingen. Ze zaten in een hoekje bij het raam zacht met elkaar te praten. Harry lag met zijn hoofd in zijn knieën en met zijn handen in zijn haar.
‘Ach, kom op Harry,’ zei Hermelien geruststellend. ‘Het is niet zo’n probleem. Ik weet zeker dat professor Perkamentus een oplossing weet. Trouwens, iedereen heeft toch wel een vreemde eigenschap?’
‘Ja,’ zei Harry kwaad. Hij tilde zijn hoofd op en keek Hermelien aan. ‘Maar jij ontdekt toch ook niet elke dag dat je verzot bent op de smaak van bloed?’
‘Euh, nee. Inderdaad niet, nee,’ zei Hermelien ongemakkelijk. Ze keek een andere kant op.
‘Kijk wie we daar hebben,’ zei Ron opeens. ‘Onze schoonheidskoningin.’ Harry keek vanuit zijn ooghoeken de kamer in.
Vivianne wurmde zich door de mensenmassa heen naar het raam toe. Ze had blijkbaar gehoord wat Ron zijn, want ze gaf hem een vriendschappelijke schop tegen zijn schenen.
‘Spot niet met me, Ron,’ zei ze boos. Ze plofte naast Harry neer en sloeg haar armen om haar knieën.
‘Hoe ging de test?’ vroeg Hermelien. Ze hadden een lolly uit Zacharinus meegenomen voor Dirk, om te kijken hoe hij reageerde.
‘Goed, meer dan goed,’ verzuchtte Vivianne.
‘Vond hij hem lekker?’ vroeg Ron. Vivianne keek hem met een ontzette blik aan.
‘Lekker?’ zei ze op vreemde toon. ‘Hij verslond hem. Echt waar, ik dacht dat hij gek werd!’
Harry kreunde en greep zijn haar nog steviger beet dan daarvoor. Vivianne sloeg een arm om hem heen.
‘Nou, het valt nog mee,’ zei ze. Harry hief zijn hoofd woest op en keek haar aan.
‘Het valt nog mee?’ herhaalde hij kwaad. ‘Moet je kijken wat ik zonet op de wc heb ontdekt!’
Hij sperde zijn mond wijd open en liet zijn hoektanden zien. Ze waren niet gegroeid, maar ze eindigden in een vlijmscherpe punt, waar je je makkelijk aan open kon halen. Vivianne schrok zichtbaar, evenals Ron en Hermelien.
‘Kom, we gaan naar Anderling,’ zei Hermelien beslist. Ze stond op en wenkte Ron, Harry en Vivianne mee te komen. Ze werkte zich een weg naar het portretgat en klommen er door heen.
Bij het kantoortje van professor Anderling klopten ze op de deur.
‘Binnen,’ hoorden ze, en Hermelien duwde de deur open. Professor Anderling zat opstellen na te kijken aan haar bureau, dat werd verlicht door een lange, dunne kaars. Ze keek op en staarde hen aan.
‘Wat moet dat hier zo laat, Griffel,’ zei ze scherp. Haar ogen werden groter toen ze Harry, Ron en Vivianne achter haar zag staan. ‘Wat is dat hier allemaal. Het is al lang 9 uur geweest!’
‘Sorry professor, maar we moeten u spreken, het is dringend,’ zei Hermelien. ‘Het gaat om…’
Harry kuchte en Hermelien hield haar mond. Harry deed snel de deur dicht toen ze alle vier in de kamer stonden.
‘Ga zitten,’ zei professor Anderling en ze wees op vier stoelen voor haar bureau. Ze gingen zitten en Hermelien begon te vertellen, over Zweinsveld, de plotselinge trek in een lolly met bloedsmaak en Harry’s ontdekking over zijn hoektanden.
‘En ik heb ze ook!’ jammerde Vivianne. Ze liet haar hoektanden zien, scherp als naalden.
Professor Anderling keek Harry en Vivianne aan.
‘Ga je neef halen, Potter,’ zei ze. ‘We gaan naar professor Perkamentus.
‘Gloeiwijn,’ zei professor Anderling. De geheime ingang naar professor Perkamentus kantoor werd geopend. Ze ging Harry, Vivianne en Dirk voor de trap op. Ron en Hermelien moesten in de leerlingenkamer blijven.
Toen ze het kantoor binnenliepen, trok Dirk plotseling een angstig gezicht. Harry wist heel goed waarom hij plotseling zo keek. Professor Perkamentus’ kantoor zat vol magie, en een dreuzel voelde dat bijzonder goed aan.
‘Ah, professor Anderling,’ zei professor Perkamentus. Hij kwam in het licht staan en ging minzaam glimlachend aan zijn bureau zitten. ‘Waarover wilt u me spreken?’
‘Over deze drie hier, professor,’ zei professor Anderling, en ze gebaarde naar Harry, Vivianne en Dirk. ‘Ik ben bang dat we maatregelen moeten nemen. Maar, ze zullen het u zelf vertellen professor.’
‘Aha,’ zei professor Perkamentus. Hij wees op drie stoelen. ‘Begin maar, dan.’
Harry begon opnieuw alles te vertellen wat Hermelien ook had gezegd, met enige hulp van Vivianne, en ze lieten alledrie hun tanden zien, die professor Perkamentus aandachtig bekeek.
‘Geen twijfel mogelijk,’ mompelde hij.
‘Wat, professor,’ vroeg Harry. Hij keek professor Perkamentus doordringend aan, die vermoeit terugstaarde.
‘Wat ik wil zeggen, Harry, is dat ik met jullie meeloop naar madame Plijster. Kom.’
‘Professor, het is al kwart over 9, wat wilt u nu nog van mij?’ mopperde madame Plijster.
‘Ik wou vragen of u ooit bloed heeft afgenomen bij patiënten, Poppie?’ zei professor Perkamentus kalm. ‘Ik heb het nodig namelijk.’
‘Nee, nooit afgenomen, maar ik heb wel een paar zakken van St Holisto gekregen. Je weet wel, voor noodgevallen.’
‘Geweldig,’ zei professor Perkamentus glimlachend. ‘Breng er maar een paar. Drie lijkt me genoeg, denk ik.’
‘Maakt het uit welke bloedgroep?’
‘Dat maakt niets uit.’
Madame Plijster knikte en verdween naar haar kantoortje. Even later kwam ze terug met drie plastic zakken met een rode substantie erin.
‘Waar wilt u ze hebben? Ik heb er een infuus bijgedaan, was dat de bedoeling?’
‘Nee, ik denk dat ze ter plaatste worden leeggedronken,’ zei professor Perkamentus. Madame Plijster trok een vreemd gezicht.
‘Leeggedronken?’ zei ze. ‘Dat is niet de bedoeling, professor. Met alle beleefdheid, maar het is alleen effectief als het met een infuus word ingebracht!’
‘Ik verzeker u, professor, dat ik zeker weet hoe deze drie het graag hebben.’
‘Ja, bruingebakken met een lekker kaaskorstje,’ grapte Vivianne. Haar humeur was compleet omgeslagen zodra ze de zakken bloed had gezien. Harry lachte, en madame Plijster zuchtte.
‘Nou, u zult het wel weten,’ zei ze, en ze gaf Harry, Vivianne en Dirk ieder een zak.
‘Heeft u ook rietjes?’ vroeg Vivianne. Ze keek madame Plijster glimlachend aan. Madame Plijster verdween mopperend in haar kantoor en kwam terug met drie rietjes. Alsof Vivianne het al jaren deed, stak ze het rietje in de zak en begon te zuigen.
Harry voelde zich een beetje ongemakkelijk, maar volgde uiteindelijk haar voorbeeld. Hij stak zijn rietje in de zak met donorbloed en begon het eruit te zuigen. Meteen voelde hij zich warm worden. Het bloed gleed door zijn keel en verspreidde een warm, tintelend gevoel over zijn hele lichaam, van zijn vingers tot aan zijn tenen. Het kon hem niet meer zoveel schelen dat hij bloed dronk, het was een wondermiddel.
Hij slurpte de laatste restjes op en keek de ziekenzaal rond. Vivianne keek glimlachend terug, en Dirk was nog druk aan het slurpen.
‘Ik zou zeggen dat jullie elke maand zo’n zak krijgen. Ik denk dat jullie zelf wel door hebben wanneer het weer zover is,’ zei professor Perkamentus glimlachend, totaal niet overdonderd door wat hij zonet had gezien. ‘Poppie, kan ik erop rekenen dat u een voorraadje aanlegt?’
Madame Plijster knikte. Ze griste de lege zakken uit hun handen. ‘Ik zal vanavond nog een uil naar St. Holisto sturen, professor,’ zei ze, en ze verdween naar haar kantoortje.
‘Komen jullie? Dan kunnen jullie weer terug naar de leerlingenkamer van Griffoendor,’ zei professor Anderling. Harry, Vivianne en Dirk liepen haar achterna de ziekenzaal uit. Onderweg naar de leerlingenkamer ving Harry een blik op van zichzelf in een spiegel. Hij zag tevreden dat hij niet meer zo bleek was als vanochtend, en dat zijn wangen ook niet meer zo ingevallen als eerst.
‘Wat heeft de professor gezegd?’ vroeg Hermelien nieuwsgierig toen ze weer in de leerlingenkamer waren. Ze hipte van het ene been op het andere.
‘Niet veel,’ zei Harry grijnzend. ‘Hij heeft wel een hoop gedaan. Geloof me, een beetje rood vocht doet wonderen!’
Hij liet een verwarde Hermelien achter toen hij samen met Dirk de trap naar de jongensslaapzalen opliep… |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Wo Aug 03, 2005 20:25 |
 |
Weer een stukje...
De verdwijning
De volgende ochtend had Harry het gevoel dat hij een ander persoon was. Nog nooit had hij zich zo goed gevoeld. Fluitend sprong hij uit bed, kleedde zich aan en liep naar beneden. Toen keek hij op zijn horloge. Het was 8 uur, en het zou normaal moeten zijn dat er al iemand beneden was. Toen pas besefte hij dat het zondag was, en dat het waarschijnlijk nog wel even duurde voordat er iemand kwam. Hij plofte op de sofa neer en greep naar een boek dat voor de haard lag.
Het was “een beknopte beschrijving van Zweinstein,” het lievelingsboek van Hermelien. Nadat hij er vijf jaar er zijn neus voor had opgehaald, begon hij erin. Het was best interessant, vond hij. Er stond bijvoorbeeld in hoe alle geesten in Zweinstein waren doodgegaan, welke functie de harnassen in Zweinstein hadden, en de do’s en don’ts van het kasteel.
Toen Hermelien even later beneden kwam en hem zag lezen, moest ze glimlachen. Harry keek op van zijn boek en keek haar aan.
‘Morgen,’ zei hij vrolijk. Hermelien keek hem aan met een vreemde blik in zijn ogen en ging naast hem zitten.
‘Wat is er?’ vroeg Harry verbaast. Hij had Hermelien zelden zo zien kijken.
‘Wat was dat nou, gisteren?’ vroeg ze zacht. ‘Je kwam zo vrolijk terug, ik snapte er niets van. Wat hebben jullie bij Perkamentus gedaan Harry, vertel het me alsjeblieft.’
Harry wendde zijn gezicht af naar het boek. ‘Ik weet niet of ik dat moet doen,’ zei hij. Hij wist niet of ze het aankon.
‘Ik kan een heleboel hebben, Harry,’ zei Hermelien. ‘Ik heb gisteren nagedacht, maar ik wil de waarheid uit jou mond horen.’
Harry keek haar aan met een ernstig gezicht.
‘Vertel me wat jij weet, dan zal ik daarna zeggen of het waar is of niet,’ zei hij. Hermelien knikte.
‘Ik denk dat je gisteren bij Perkamentus alles hebt verteld,’ zei ze. ‘En dat jullie daarna…’ Haar stem daalde tot een hees gefluister. Harry moest dichterbij haar gaan zitten om het te kunnen verstaan. ‘…bloed hebben gedronken!’ Ze keek hem aan met een bang gezicht. Harry keek haar roerloos aan. Hij besloot er een grapje van te maken.
‘Tien punten bonus,’ fluisterde hij. Hij stond op en liep het portretgat uit.
Hermelien meed hem de rest van de dag, alsof ze bang voor hem was. Harry kon het goed begrijpen, maar hij vond het vervelend.
Later die dag besloot hij in zijn eentje naar Hagrid te gaan, aangezien Ron en Vivianne erg achter liepen met hun huiswerk en Hermelien bleef om hen te helpen.
Hij liep over het gras naar Hagrids huisje. De bomen van het verboden bos werden kaal en het gras werd bedekt door een zee van bruine en rode bladeren. Hij klopte op de deur van Hagrids huisje en wachtte. Even later klonken er voetstappen en deed Hagrid de deur open.
´Hee makker!´ zei hij vrolijk. ´Ik vroeg me eige al af wanneer je langs zou kommen.’ Hij hield de deur voor Harry open en hij stapte naar binnen.
‘Koppie thee?’
‘Lekker.’
Even later zat Harry met een grote beker dampende thee voor zijn neus. Hagrid ging tegenover hem zitten.
‘Wat ister?’ vroeg hij bij het zien van Harry’s gezicht.
‘Ach…’ zei Harry. Hij haalde zijn schouders op en keek naar zijn thee. ‘Ik weet niet of ik dat…’
‘…mot vertellen?’ maakte Hagrid zijn zin af. ‘`k Zou het toch maar doen. Misschien kan ik je helpen.
Harry grijnsde, maar schudde toen zijn hoofd.
‘Dit is echt geen slim idee. Ik zweer het,’ zei hij. Hagrid knikte.
‘Oké, dan,’ zei hij. ‘Ik moet nog een klusje in het bos doen. Ga je mee?’
Harry stemde toe, dronk zijn thee op en liep achter Hagrid aan het Verboden bos in. Hagrid had zijn kruisboog op zijn schouder liggen en een flink stuk touw om zijn arm gewikkeld.
‘Wat gaan we precies doen, Hagrid?’ vroeg Harry.
‘Oh, niks bijzonders. Ik mot nog iets met Groemp doen, maar als die centaur ons lastig vallen, kan ik me verdedigen. Zeg jij heb je toverstok toch bij je?’
‘Ja.’
‘Maak effe licht, wil je.’
Harry haalde zijn toverstok uit zijn broekzak. ‘Lumos,’ mompelde hij. Er verscheen een lichtpuntje aan zijn toverstok, groot genoeg om de paden te verlichten. Ondanks de kale bomen was het donker.
Ze liepen een poosje door het bos, totdat ze bij een open plek aankwamen. Er schemerde genoeg licht door de bomen om te zien waar je liep, dus deed Harry zijn toverstok weer uit. Hij borg hem op in zijn zak.
‘Groemp, wakker worden!’ brulde Hagrid. Hij stapte naar voren en schudde het kleine bergje dat voor hen lag door elkaar. Groemp richtte zich op, brulde bij wijze van ochtendritueel en keek Hagrid toen aan.
‘WAAR ETEN!’ brulde hij. Hij keek woest om zich heen.
‘Dat gaan we nu zoeken, Groempie!’ riep Hagrid terug. ‘Kom met ons mee! Hiero!’
Harry liep achter Hagrid aan verder het bos in. Hij werd zenuwachtig van Groemp, die vlak achter hem liep en dreunende geluiden veroorzaakte die diep het bos in echoëde.
‘Zeg, waar gaan we heen?’ vroeg hij.
‘Naar Groemps stekkie,’ zei Hagrid. Hij stopte en wees naar een enorme mierenhoop, met reusachtige mieren. Harry schatte ze zo’n 3 centimeter. Groemp gromde vrolijk, dreunde op de hoop af en nam er een groot stuk uit, dat hij in één keer in zijn grote mond stak. Er klonk een afschuwelijk, krakend geluid toen hij begon te kauwen. Onder zijn voeten begonnen er mieren tegen zijn poten op te klimmen. Met een brul schudde hij ze er vanaf, maar ze bleven komen.
‘Kom mee Groemp!’ riep Hagrid. Hij liep naar hem toe en sjorde aan zijn reusachtige armen. Tot Harry’s stomme verbazing kwam Groemp gelijk mee. ‘Je krijgt volgende week weer een stukje.’
Terug op het terrein van Zweinstein zei hij Hagrid gedag. Het was inmiddels al 4 uur en hij had de lunch gemist. Zijn maag rommelde.
In de hal hoorde hij mensen verwoest praten over iets. Hij ving af en toe een paar woorden op.
‘Zonder spoor? Onmogelijk!’
‘Toch is het zo. Hij is zomaar verdwenen, in het niets.’
‘Ja, poef, weg! Ik zag het met mijn eigen ogen!’
Een verdwijning? Dat zou dan de eerste zijn dit jaar. Harry had een vaag vermoeden dat Voldemort erachter zat. Op dat moment hoorde hij een gil van boven de trap.
‘Harry!’
Harry keek naar boven. Hermelien en Ron stonden bovenaan de marmeren trap. Hermelien stond met haar armen naar hem te zwaaien. Ze rende naar beneden en vloog hem om de hals. Ze huilde.
‘Oh, Harry. Hij is verdwenen! Terwijl je weg was, opeens was hij er gewoon niet meer!’
Harry pakte haar schouders vast en keek haar aan.
‘Wie dan, Hermelien?’ Hij keek haar met grote ogen aan. Hermelien snikte.
‘Marcel, Harry. Hij is weg, verdwenen. En…dat is niet alles. Er lag een briefje op de plaats waar hij is verdwenen, lees maar!’ |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
Danlover
7e jaars


Verdiend:
56 Sikkels
Woonplaats: bij jou, maar jij niet bij mij...
|
Geplaatst:
Do Aug 04, 2005 15:59 |
 |
Dit stukje heeft geen titel omdat ik niet weet wat voor titel het moet hebben. Alsnog veel leesplezier
Harry pakte het briefje van haar aan en las het.
Perkamentus
Ik heb één van je leerlingen meegenomen als gijzelaar. Ik heb een aantal eisen die je moet inwilligen wil je deze sukkelstudent weer terugkrijgen
1 Ik wil dat je Zweinstein openstelt als schuilplaats voor mij en mijn dooddoeners.
2 Als ik eenmaal ben aangekomen en me heb gevestigd op een plek die ik zal uitkiezen, wil ik de complete macht over Zweinstein.
3 Ik wil dat Harry Potter hoogstpersoonlijk elke dag bij mij op bezoek komt. Wat ik met hem zal doen is strikt geheim.
Als je deze eisen niet inwilligt zal het gedaan zijn met deze student die ik momenteel hebt opgesloten op mijn verblijfplaats.
Harry liet zijn hand waar het briefje inzat zakken en keek Hermelien aan.
‘Wie heeft dit geschreven?’ vroeg hij.
‘Wie denk je?’ zei Hermelien. ‘Kom, we moeten naar Perkamentus.’ En ze trok hem mee de trap op.
‘Wat is het wachtwoord?’ vroeg Hermelien, aangekomen bij de deur.
‘Wacht, dat weet ik,’ zei Harry. ‘Gloeiwijn!’
De spuwer voor de ingang ging opzij en Harry, Ron en Hermelien beklommen de wenteltrap. Eenmaal boven duwde Harry de deur open en liep het kantoor in. Het was leeg.
‘Professor Perkamentus?’ riep Harry. Hij liep het kantoor rond, op zoek naar Perkamentus. ‘Waar bent u?’
‘Ah, ik dacht al, wie roept er toch zo!’ zei een bekende stem. Professor Perkamentus kwam door een geheime deur achter een boekenkast en keek Harry glimlachend aan. ‘Wat is er aan de hand?’
‘Heeft u nog niets gehoord, professor?’ vroeg Harry verbaast. Meestal was Perkamentus direct op de hoogte als er iets ernstigs was gebeurt.
‘Ik weet niet waar je het over hebt,’ zei Perkamentus luchtig. ‘Het laatste half uur heb ik in de drie bezemstelen gezeten. Ze hebben een geweldige aanbieding, twee boterbiertjes voor de prijs van één. Ik heb me toch zitten zuipen, niet te geloven!’
Harry drukte het eisenbriefje van Voldemort in zijn handen. Professor Perkamentus las het met stijgende verbazing. Toen hij het gelezen had, liet hij het briefje zakken en keek Harry met een ernstig gezicht aan.
‘Wie is er verdwenen?’ vroeg hij.
‘Marcel Lubbermans, professor,’ zei Harry.
‘Heb je hem gezien?
‘Nee, professor. Ik was bij Hagrid op bezoek.’
Professor Perkamentus zweeg en dacht diep na.
‘Bedankt voor de informatie, Harry. Laat me nu alleen, ik moet dit gaan uitzoeken.’
‘Goed, professor.’
Harry liep achter Ron en Hermelien het kantoor van Perkamentus uit. Eenmaal beneden keek Hermelien de anderen aan.
‘Nou, hij gaat er iets aan doen,’ zei ze zacht. ‘We horen nog wel van hem.’
Ron liep naar haar toe en sloeg een arm om haar heen.
‘Hij komt echt wel terug,’ zei hij geruststellend.
‘Ja,’ snikte Hermelien. ‘Maar hoe zal het dan met ons gaan. Moeten wij straks alle klusjes voor Voldemort gaan doen? Hij zal de school bezetten, ons vermoorden en…’ Ze slikte. ‘…wat zal hij met Harry gaan doen?’
De dagen daarna bleef Hermelien huilen. Ze was vreselijk overstuur door Marcels verdwijning en het eisenbriefje. Perkamentus had die dag bij het avondeten iets over Marcels verdwijning gezegd, maar niets over het briefje. Overtuigd dat iemand hem kon terughalen, bleven de leerlingen doorgaan met hun lessen. Aangezien Perkamentus niet had gezegd dat Marcel was ontvoerd door Voldemort, maakte niemand zich druk. Alleen Harry en Ron maakte zich zorgen, en Hermelien was wanhopig.
Vivianne had zichzelf ingedeeld bij de groep die zich niet druk maakte. Ze bleef vrolijk doorpraten over school, Zwerkbal en Sneep, haar favoriete onderwerp. Ze had Hermelien al meerdere malen aan het huilen gekregen door te zeggen dat Marcel misschien wel werd vastgehouden door centaurs, die hem prikte met hun stokken.
Harry wist dat ze maar grapjes maakte, maar toch werd hij met de dag bozer op haar. Op een ochtend vertelde hij haar alles over het briefje, en hield ze op met haar grapjes.
‘Het spijt me Hermelien,’ zei ze tegen Hermelien. ‘Harry heeft me vanochtend alles verteld. Het was stom van me.’
Hermelien vergaf Vivianne. Ze vloog haar om de hals en barstte in tranen uit.
Harry stapte op zijn bezem en vloog de lucht in, achter de snaai aan. Binnen no-time had hij hem gevangen.
‘Hee, dat is vals spelen!’ riep Ron. Hij keek hem grijnzend aan vanaf het doel.
‘Echt waar?’ riep Harry lachend. ‘Leg dan eens uit wat ik fout deed?’
‘Geintje maat. Echt een prachtige vang!’
Het was weer tijd voor zwerkbaltraining. Harry had zich voorgenomen de cup te gaan winnen en trainde zijn team vooral op venijnige speltactieken.
‘Onthoud, er zijn vaak spelers die anderen van hun bezem proberen te meppen. Dus bekijk goed dat er geen tegenspeler in je buurt komt. Dat is niet alleen voor jouw veiligheid, maar ook voor die van de bal. Die blijft het liefst bij ons, natuurlijk!’
Ginny begon te lachen.
‘Anders krijgt hij heimwee!’ grapte ze. Harry vloog naar haar toe, gaf haar een vriendschappelijke klap op haar schouder en keek haar grijnzend aan.
‘Precies,’ zei hij. ‘Zorg dat hij je niet hoeft te missen.’
Het was Harry nog steeds niet gelukt Vivianne’s ruwe speelstijl af te leren. Ze sloeg nog steeds mensen van hun bezem om aan de bal te komen, iets wat vooral Ron mateloos irriteerde. Toen hij voor de vijfde keer die training op de grond viel omdat Vivianne hem op de grond had gesmeten, begon hij er serieus met Harry te praten.
‘Je moet er echt iets aan gaan doen, Har,’ zei hij. ‘Mijn achterwerk doet vreselijk zeer en we krijgen een heleboel waarschuwingen als ze zo op een wedstrijd speelt.’
‘Ik heb het geprobeerd,’ zei Harry. ‘Ze is gewoon niet van plan om te veranderen.’
Ron zuchtte.
‘Zal ik iets proberen?’ bood hij aan, maar Harry schudde zijn hoofd.
‘Nee, ik moet het zelf doen. Ik zal vanavond met haar praten.’
‘Goed, maar ik reken op je.’
Ron vloog weg. Harry maakte de training af, kleedde zich om en liep naar het kasteel, waar Hermelien op hen wachtte.
‘Nou zeg, dat duurde ook lang!’ riep ze al van verre. Ze stond op het bordes en zwaaide naar hen. Ron rende op haar af.
‘Hee, ho!’ riep Hermelien. ‘Plet me niet!’
‘Waarom zou ik,’ zei Ron. Hij omhelsde haar en gaf haar een zoen. ‘Ik heb je gemist.’
‘Ik jou ook,’ zei Hermelien. ‘Kom, we gaan wat eten.’ En ze liep voor hen uit naar binnen. |
_________________ Love is like the sun: when it stops shining, your worlds seems completely dark |
|
  |
 |
|
|