 Geplaatst: di nov 26, 2013 17:31
Hey,
In dit verhaal schrijf ik over een soort 'Wat als', Hier even een korte inhoud:
Het verhaal start bij Marcel, die Nagini dood. Voldemort sterft niet, en slaagt erin alweer te vluchten. Het trio zoekt ernaar wat een oplossing zou kunnen zijn.
Marcel, die net het hoofd van Nagini heeft afgesneden, loopt naar buiten. Hij ziet alleen nog een persoon, iemand die er niet hoort te zijn. Het is Voldemort!
Marcel heft zijn staf en roept het woord 'Stupefy!', waarna Voldemort wegvliegt. Hij gaat op in een Zwarte rookwolk, vliegt enkele ronden rond Zweinstein, en vlucht.
Bella, die nog steeds in het gevecht is, Spreekt het woord 'Morsmorde' uit, terwijl ze haar stok naar de lucht richt.
Een slang die door de mond van een Doodshoofd kruipt, wordt in de hemel zichtbaar.
De srijders van Voldemort vluchten. De trollen blijven doorvechten, ze richten zo veel mogelijk schade aan, in en rond Zweinstein.
Harry, die bang naar de hemel staart, wordt net niet geraakt door een Knots.
Hij rent onmiddelijk naar Ron, die getroost word door Hermelien.
Ron's broer, Fred, is geraakt, net toen Voldemort vertrok.
Ook Tops en Lupos zijn geraakt.
Lupos sterft uiteindelijk, maar Fred en Tops overleven het, door de vluchtactie.
Fred, die half bij bewustzijn komt, lacht als hij zijn tweelingbroer, George ziet.
Tops, die ondertussen ook al bij bewustzijn is, huilt naast het lijk van Lupos.
Harry, die Tops ziet, rent naar haar toe, en probeert haar te troosten.
Hij denkt even terug aan alle doden. Sneep, Lupos, Dobby, Perkamentus, Alastor, Hedwig, hij mist ze allemaal heel erg.
Ze vochtten allemaal heel hard mee tegen Voldemort, en gaven hun leven ervoor.
Harry, die ook in tranen uitbarstte, Wist nu pas echt dat Voldemort verslaan moest worden.
Ondertussen, bij het huis van de Wemels, was enkel Mevrouw Wemel thuis.
De kinderen waren nog bij Fred, Meneer Wemel was naar het Ministerie geroepen, en mevrouw Wemel ging snel terug naar huis, om ook het huis een beetje te beschermen.
Opeens zag ze de zwarte schimmen in een seconde voorbijflitsen.
Ze hief snel haar staf en koos de spreuk 'Stupefy' om iemand neer te halen.
Ze kon Bellatrix neerhalen. Ze liep naar haar toe.
Bellatrix, die ondertussen in verdedigende positie klaarstond voor een aanval, draaide zich door bewegende planten naar de verkeerde richting. Molly, die nu of nooit wraak kon nemen voor Sirius, Fred en alle anderen, deed het ook.
Ze had het even moeilijk, maar gebruikte dan toch de spreuk 'Avada Kedavra!'
Bellatrix, die in een waterplas neerviel, keek met een laatste, doordringende blik naar Molly.
Molly had een moord gepleegd. Ze wist niet wat ze moest doen.
Ze liep naar huis.
Eenmaal binnen, zag ze Percy, die een grote snede in zijn gezicht had, in de zetel liggen.
'Ma, heb je wat water?' Vroeg hij.
'Ik kom eraan, schat' riep ze, terwijl ze met de spreuk 'Aguamenti' wat water in een glas deed.
Ze gaf Percy het glas water, en Percy dronk het op.
Molly, die ondertussen al een verzorgingsdoos bovengehaald had, verzorgde Percy.
Ze vertelde hem over Bellatrix,
Percy luisterde gespannen, al denken over wat er nu zou gebeuren.
Molly, die de angst in zijn ogen zag, stopte even met haar verhaal, en gaf Percy nog een glaasje water te drinken.
Percy dacht even diep na, en besloot dan uiteindelijk naar zijn vader te gaan.
'Ma, ik ga even naar Pa. Hij moet het weten. Daarna licht ik de rest in.' zei hij rustig.
'Is goed, Percy. Let wel op. Wil je eerst even bij Ron passeren, liefje? Ik zou graag iemand bij me hebben. Je weet wel, veiligheid.'
'Onmiddelijk! Ron is zo bij je!'
Percy verschijnselde naar Zweinstein, zocht in grootse snelheid naar Ron, en vertelde hem in snelheid wat er gebeurde.
'Ron, Ik moet je even wat vertellen. Bellatrix is dood, door Ma. Je moet even naar haar, zij vertelt je het hele verhaal. Ze is namelijk alleen thuis!' ging het.
Ron, die na enkele seconden al thuis was, had even geen tijd om na te denken. Hij was ongerust, zo ook bang.
Percy, die naar het Ministerie ging om ook Meneer Wemel in te lichten, gunde Fred nog een laatste blik, waarbij hij ook George veel succes wenste en hem een zacht schouderklopje gaf.
Hij vertrok naar het Ministerie, met de Nimbus 2001 die Harry hem even had geleend.
Percy, die nog niets aan Harry had verteld, vond het raar om op zijn bezem te vliegen met een noodgeval, net alsof Harry snel de eerste de beste bezem in zijn handen had gestopt, terwijl het puur toeval was dat Percy hem een weekje mocht gebruiken voor zaken.
Percy, die na enkele minuten vliegen bij het ministerie was aangekomen, begon nu ook rond te zoeken naar zijn vader.
Hij zocht en zocht, vroeg aan iedereen of iemand hem gezien had, maar vond hem moeilijk. Pas na 40 minuten zoeken, kwam hij erachter waar zijn vader stond.
'Pa?'
'Ja, Perc?'
'Euh, Waar begin ik.. Ma heeft.. Voldemort vloog langs met z'n leger. Ma heeft in de snelheid iemand af de bezem gepoeft, en erna ook.. Ook vermoord..'
'Wat?!? Wie?'
'Bellatrix.. Bellatrix Van Detta..'
'Oh.. Erg, maar ook niet erg!'
'Wat bedoel je?'
'Ik bedoel, Bella is slecht.. Nu zij dood is, kan ze niemand meer doden.'
'Ja, maar.. Pa, ik snap je wel, maar..'
'Jongen, het zijn donkere tijden. Het is goed! Je weet wel, Een moordenaar dood is beter dan honderden onschuldigen dood. Zij vermoord de onschuldigen..'
'Ja, dat is waar..'
'Pa, ga jij even naar ma? Hij is alleen bij Ron.. Ik licht de rest ook in, komen we er allemaal zo aan!'
'Ja, Perc! Ik ben al weg!' Zij meneer Wemel, terwijl hij naar zijn huis verschijnselde.
'Op naar de rest' mompelde Percy tegen zichzelf, terwijl hij op z'n bezem stapte.
Hij vloog zo snel mogelijk naar Zweinstein.
Eenmaal aangekomen, liep hij naar Ginny, die hij op enkele meters van hem zag staan, samen met Hermelien.
Hij liep naar hen, en hoorde dat ze Zweinstein beschermden met allemaal rare spreuken waarvan Percy nog nooit gehoord had.
'Ginny! Herm!'
'Ja, Per?' antwoorde Ginny.
'Ma heeft Bella gedood. Ze vlogen voorbij. Ma is thuis met Ron en Pa. Willen jullie ook gaan, of blijven jullie hier?'
'Ik blijf nog even hier, maar Ginny wil waarschijnlijk wel mee' zei Hermelien.
'Hermelien, is het goed als ik je even alleenlaat? Ik wil naar ma, snap je wel denk ik..'
'Ga maar snel, Ginny. Ik kom over een paar minuutjes, eerst even dit afmaken. Veel succes!' antwoorde Hermelien, die Ginny vastnam als teken van medeleving.
Dag Hermelien, Dag Percy!' zei Ginny, die opeens wegwas.
'Nu naar Fred & George. Tot zo, Hermelien!'
'Tot zo, Perc.'
Percy vloog rond Zweinstein op Harry's bezem en zag Harry.
Hij stopte snel en vertelde alles. Harry ging ook onmiddelijk naar het huis van de Familie Wemel.
Al snel vond Percy de tweeling, het snelst van allemaal.
'Fred! George! Ma heeft Bellatrix vermoord! Stap op!' zei hij, terwijl hij naar Harry's bezem wees.
Ze stapten op de bezem en de de 3 broers vlogen samen naar het huis van de Wemels.
Eenmaal aangekomen zag Percy dat iedereen er was. Ook Hermelien was ondertussen al aangekomen.
'Jongens, we zijn terug!' zei Percy, terwijl hij in de zetel neerplofte.
'Nu we allemaal samen zijn, kunnen we even..' begon Molly, die even nadacht. 'Nee, iemand een kopje thee?' vroeg ze dan, terwijl ze droevig naar de keuken liep.
Ze zette voor iedereen thee en ging terug zitten.
'Laat ik nu maar onmiddelijk beginnen. Ik heb Bellatrix gedood.' zij ze, terwijl er een luide knal van buiten kwam.
Meneer Wemel liep snel naar buiten, waarna ook mevrouw Wemel naar buiten kwam.
'Harry, liefje, gaat het een beetje? Wat is er met je hoofd?' vroeg Molly.
'Er is niks. Narcissa. Ze riep iets over Wraak en Bellatrix. Ik weet het niet hoor' antwoorde Harry, die hevig aan zijn hoofd bloedde.
Meneer Wemel keek doordringend naar zijn vrouw.
---
Ik schrijf wel nog verder!
Hopelijk vinden jullie het goed!
Met Vriendelijke Groet,
Dob b
Laatst bijgewerkt door Dobbyisfree op wo dec 11, 2013 17:35, in totaal 3 keer bewerkt.
|
