[...] De volgende dag, en dag vol veranderingen.

Het is een regenachtige ochtend. Op de gang kan hij een lakei horen slepen met een koffer, het gaat vandaag echt gebeuren. Niet in staat om aan te zien hoe ze vertrekken, ook al wonen ze uiteindelijk nog binnen een straal van 2 kilometer, trekt hij zijn rijlaarzen aan.
Met een zucht duwt hij de deur open en stapt hij de gang op. Hij gaat een stukje rijden, even weg van dit alles.

Noah klopt op de deur van Delia.
“Goedemorgen.” Roept hij tegen de nog dichte deur
“Ik ben het, Noah. Ik dacht ik begeleid je naar het ontbijt, aangezien je de weg nog niet weet.” Hij haalt een hand door zijn haar en kijkt de gang door
“En dit kasteel is groot genoeg om in te verdwalen.” Zijn oog valt op een aantal koffers een aantal deuren verderop. De kamer van de ouders van Daisy en Rose. Al gauw gaat de kamerdeur ernaast open en wandelt een vermoeid uitziende Chase door de gang. Er staan donkere kringen onder zijn ogen en hij loopt nogal stug door. Zo te zien gaat hij rijden.
“Chase..” hij fronst even
“Hoogheid?” Chase geeft geen antwoord en Noah loopt snel met hem mee
“Waarom staan er koffers bij de familie Pocock, gaan ze weg?” Er gaat een vlaag van paniek door hem heen
“Kunnen ze terug naar een eigen wereld? Is er een manier gevonden om-“ Chase onderbreekt hem. “Nee. Ze verhuizen naar het dorp.” Terwijl Chase door loopt blijft Noah verbaasd staan.
“Het dorp?” rolt het verafschuwd uit zijn mond. Waarom zou je in een dorp gaan wonen als je een kasteel tot je beschikking had.
“Waar gaan jullie naar toe?” hij staat bij de deur van Adam en Rose hun kamer.
“Chase zegt dat jullie in het dorp gaan wonen…” zijn blik gaat naar de deur van de twee zusjes “
Weten Daisy en Rose dit al? “ Het zijn niet zijn zaken, toch bemoeid hij zich er mee.
“Waarom?”